Organisatie | Uithoorn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening behandeling bezwaarschriften bij de raad 2004 |
Citeertitel | Verordening behandeling bezwaarschriften bij de raad 2004 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-02-2004 | nieuwe regeling | 29-01-2004 Nieuwe Meerbode, 03-02-2004 | RV04/06 |
gelet op de bepalingen in de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet;
vast te stellen de volgende Verordening op de behandeling van bezwaren bij de raad.
In deze regeling wordt verstaan onder:
wet: wet van 4 juni 1992 (Stbl. 1992, 315) houdende algemene regels van bestuursrecht (Algemene wet bestuursrecht).
Artikel 2 Instelling en taak van de commissie
Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op gemaakte bezwaren als bedoeld in artikel 1:5 van de wet.
De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van:
de Wet waardering onroerende zaken en de Algemene Wet Rijksbelastingen en overige algemeen verbindende voorschriften, krachtens welke belastingen, rechten, retributies of andere heffingen worden opgelegd;
rechtspositionele regelingen inzake personeelsbeoordelingen en functiewaarderingen.
De commissie bestaat uit ten hoogste 8 leden.
Van de leden zijn twee leden voorzitter en twee leden plaatsvervangend voorzitter.
De voorzitters, de plaatsvervangend voorzitters en ten hoogte 4 andere leden worden door het bestuursorgaan van de gemeente benoemd, geschorst en ontslagen.
De leden mogen geen deel uitmaken van en niet werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan van de gemeente Aalsmeer en/of van de gemeente Uithoorn.
De voorzitter draagt – met inachtneming van het bepaalde in deze regeling – zorg voor de vorming en bezetting van een of meer kamers en bij meer kamers voor de verdeling van de zaken over die kamers.
Een kamer bestaat uit drie leden, waaronder de voorzitter of de plaatsvervangend voorzitter, die als voorzitter van de kamer optreedt.
De zaken, die bij de commissie aanhangig worden gemaakt, worden door een kamer als de commissie behandeld.
Een kamer heeft gelijke taken en bevoegdheden als de commissie.
De plaatsvervangend voorzitter heeft als voorzitter van een kamer gelijke taken en bevoegdheden als de voorzitter.
De voorzitter, de plaatsvervangend voorzitter en de leden treden af op de dag van het periodiek aftreden van de raad.
De voorzitter, de plaatsvervangend voorzitter en de leden kunnen op ieder moment ontslag nemen. Hiervan doen zij schriftelijk mededeling aan het bestuursorgaan van de gemeente.
De aftredende voorzitter, de aftredende plaatsvervangend voorzitter en de aftredende leden blijven hun functie vervullen tot maximaal 6 maanden na het periodiek aftreden of zoveel eerder als in de opvolging is voorzien.
De secretaris van de commissie is een door het bestuursorgaan van de gemeente aangewezen ambtenaar.
Het bestuursorgaan wijst tevens een of meer plaatsvervangend secretarissen aan.
De secretaris of een plaatsvervangend secretaris is secretaris van een kamer.
Een plaatsvervangend secretaris heeft als secretaris van een kamer gelijke taken en bevoegdheden als de secretaris.
Artikel 7 Ingediend bezwaarschrift
Op een ingediend bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.
Het bezwaarschrift met de daarbij overlegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.
Bij het bericht van ontvangst als bedoeld in artikel 6:14 van de wet wordt vermeld dat een commissie over het bezwaar zal adviseren.
Artikel 8 Overdracht bevoegdheden
De bevoegdheden ingevolge de artikelen
6:6, voor wat betreft het de indiener stellen van een termijn waarbinnen het verzuim in de zin van niet voldoen aan de vereisten als gesteld in artikel 6:5 van de wet, kan worden hersteld;
6:17, voor wat betreft de verzending van stukken tijdens de behandeling door de commissie;
worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie.
Voor het houden van een zitting is vereist, dat twee leden, waaronder in ieder geval de voorzitter dan wel de plaatsvervangend voorzitter, aanwezig zijn.
Artikel 13 Niet deelneming aan de behandeling
De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.
Artikel 15 Schriftelijke verslaglegging
Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de wet vermeldt de namen van de aanwezigen, met daarbij een vermelding van hun hoedanigheid.
De leden van de commissie, het verwerend bestuursorgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de in het eerste lid bedoelde informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist omtrent een dergelijk verzoek.
Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van tien weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid van de wet, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies door de commissie en het nemen van een beslissing verzoekt hij het in het eerste lid bedoelde bestuursorgaan tijdig de beslissing te verdagen.
Artikel 19 Bijzondere omstandigheden
Een dergelijke benoeming en aanwijzing geldt voor een daarbij aangegeven, beperkte periode en vindt zo mogelijk na overleg met de voorzitter plaats.
Ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend voor de inwerkingtreding van deze regeling, blijft het bepaalde in de Verordening op de behandeling van bezwaren bij en beroepen op de raad, vastgesteld op 19, van toepassing.