Organisatie | Leiden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Bomenverordening 2012 |
Citeertitel | Bomenverordening 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
De bomenverordening 2012 vervangt de bomenverordening 1996
Wabo
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-12-2012 | 10-03-2016 | Nieuwe regeling | 13-11-2012 Stadskrant, 30 november 2012 | RV 12.0085 |
ARTIKEL 1: Begripsomschrijvingen
In deze afdeling wordt verstaan onder:
vellen van een houtopstand: het rooien, kappen, dunnen, verplanten, snoeien van meer dan 20 procent van de kroon of het wortelgestel, met inbegrip van kandelaberen van een houtopstand, alsmede het verrichten van handelingen, zowel boven- als ondergronds, die de dood of ernstige beschadiging of ernstige ontsiering van de boom ten gevolge kunnen hebben;
ARTIKEL 5: Weigeringsgronden / grond voor verlening
Een vergunning voor het vellen van houtopstanden in de openbare ruimte die niet op de Groene Kaart staan wordt verleend indien uit het oordeel van een deskundige is gebleken dat de houtopstand niet te handhaven is of krachtens de Plantenziektewet of krachtens aanschrijving van het bevoegd gezag bij gevaarzetting de houtopstand moet worden geveld. De vergunning kan ook worden verleend bij zwaarwegend maatschappelijk belang dat zwaarder weegt dan het behoud van de beschermde houtopstand.
De vergunning tot vellen als bedoeld in deze verordening kan worden ingetrokken indien niet binnen een jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning van die vergunning gebruik is gemaakt.
ARTIKEL 7: Vergunningvoorschriften
Aan de vergunning kunnen de volgende voorschriften worden verbonden:
het voorschrift dat pas tot vellen van een beschermde houtopstand bij de bouw of aanleg van werken of andere ruimtelijke herinrichting of reconstructie mag worden overgegaan indien voldoende aannemelijk is gemaakt dat de werkzaamheden waarvoor de houtopstand wordt verwijderd uitgevoerd zullen worden en de feitelijke en financiële voortgang van de werken voldoende is gewaarborgd;
ARTIKEL 8: Herplant-/instandhoudingsplicht
Indien een houtopstand waarop het verbod tot vellen van toepassing is, zonder vergunning van het bevoegd gezag is geveld, dan wel op andere wijze teniet is gegaan, kan het bevoegd gezag aan de zakelijk gerechtigde tot de grond waarop zich de houtopstanden bevonden, dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen te herplanten overeenkomstig de door het bevoegd gezag te geven aanwijzingen en binnen een door hen te stellen termijn.
Indien een houtopstand waarop het verbod tot vellen van toepassing is in het voortbestaan ernstig wordt bedreigd, kan het bevoegd gezag aan de zakelijk gerechtigde tot de grond waarop zich de beschermde houtopstand bevindt, dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen om:
a. een bomen-effect-analyse op te stellen en aan te bieden aan het bevoegd gezag en/of
b. overeenkomstig de door hen te geven aanwijzingen binnen een door hen te stellen termijn voorzieningen te treffen, waardoor die bedreiging wordt weggenomen;
Een aanvraag om een teruggave als bedoeld in het vierde lid, onder a, moet schriftelijk worden ingediend bij het college. De aanvraag moet gemotiveerd en ondertekend zijn door de aanvrager en bevat tevens de facturen van de aankoop en het aanplanten van de bomen en een begroting van de beheerskosten over 3 jaar. Na inlevering van de begroting zal het college beoordelen in hoeverre deze begroting reëel is en het te vergoeden bedrag daar op afstemmen.
ARTIKEL 11: Afstand van de erfgrenslijn
De afstand als bedoeld in artikel 5:42 van het Burgerlijk Wetboek wordt vastgesteld op een halve meter, gemeten van het hart van de boom, voor bomen en op nul meter voor heesters en heggen.
ARTIKEL 12: Bestrijding van boomziekten
Indien zich op een terrein een houtopstand bevindt die naar het oordeel van het bevoegd gezag gevaar oplevert voor van verspreiding van een boomziekte of voor vermeerdering van de ziekteverspreiders zoals insecten, is de rechthebbende, indien hij daartoe door het bevoegd gezag is aangeschreven, verplicht binnen de bij aanschrijving vast te stellen termijn:
b) conform aanwijzingen van de gemeente de gevelde houtopstand direct zodanig te behandelen dat verspreiding van de boomziekte wordt voorkomen.
Overtreding van de in deze verordening opgenomen voorschriften en beperkingen wordt gestraft met een hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak. Bij de strafmaat kan rekening worden gehouden met de boomwaarde.
Toetsingscriteria houtopstanden Groene Kaart
Op de Groene Kaart zijn terug te vinden solitaire bomen, herdenkingsbomen, structuren en vlakken ( zoals parken, sportparken, volkstuincomplexen).
De gehanteerde toetsingscriteria zijn:
De houtopstand komt in een specifieke vorm en/of omvang voor, bijvoorbeeld een volledig uitgegroeide boom of bijzondere vorm, al van niet kunstmatig gevormd.
Een houtopstand is uit natuur- en/of cultuurhistorisch oogpunt waardevol als deze een rol van betekenis speelt in de geschiedenis van zijn omgeving. Te denken valt aan restanten van en oud natuur- of bosgebied of aan bomen die herinneren aan gebeurtenissen, markeringen of handelingen uit het verleden, bijvoorbeeld herdenkingsbomen.
Een houtopstand is uit ecologisch oogpunt waardevol wanneer deze van belang is voor de instandhouding van flora en fauna. De houtopstand speelt bijvoorbeeld een belangrijke rol als stepping stone of is van belang als voedselbron, nest- of schuilplaats.
Een houtopstand is dendrologisch waardevol als de soort (zeer) zeldzaam is. In Leiden is de linde een veelvoorkomende soort die hier dendrologisch laag scoort. Een zomereik daarentegen zal het predicaat zeldzaam krijgen.
Markante houtopstanden zijn zeer beeldbepalend en onvervangbaar voor het karakter van de omgeving. Het stedelijk gebied zal duidelijk veranderen indien de betreffende houtopstand ontbreekt.
De beplantingsvorm van bomen die een belangrijk deel uitmaken van of in belangrijke mate het beeld bepalen van structuren (hoofdassen/lanen en/pleinen) zijn waardevol. Dit wordt beoordeeld zowel uit groen- als stedenbouwkundige architectuur (parken, bolwerken) zoals bijvoorbeeld Het Plantsoen.
De toekomstverwachting is gebaseerd op de huidige conditie, mechanische opbouw, kwaliteit en standplaats. Is de toekomstverwachting minder dan 5 jaar, dan komt de houtopstand niet op de Groene Kaart.