Organisatie | Giessenlanden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel inning dwangsommen Giessenlanden |
Citeertitel | Beleidsregel inning dwangsommen Giessenlanden |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Artikel 5:32 Algemene wet bestuursrecht
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-11-2012 | Nieuwe regeling | 23-10-2012 Het Kontakt, 22 november 2012 | Zaaknummer: 12-11698 - 1117 |
In deze beleidsregel wordt het beleid ten aanzien van de inning van dwangsommen geformuleerd. Gewijzigde wetgeving heeft ertoe geleid dat het wenselijk is de procedure met betrekking tot het innen van dwangsommen vast te leggen in een beleidsregel.
Een verbeurde dwangsom wordt betaald binnen zes weken nadat zij van rechtswege is verbeurd.
Handhaving speelt binnen de gemeente een belangrijke rol. Met betrekking tot de effectuering van de handhaving, nadat is vastgesteld dat niet aan de last onder bestuursdwang of de last onder dwangsom is voldaan, is tot op heden geen beleid vastgesteld.
Per situatie wordt afgewogen wanneer de procedure tot inning van de dwangsom na het verbeurdverklaren ervan feitelijk in gang wordt gezet. Dit gebeurt door middel van het inningsbesluit. Een van de uitgangspunten van het beleid is dat de overtreder betaalt. Overtreders zijn in het voortraject ruimschoots in de gelegenheid gesteld om de overtreding te beëindigen. Mocht er toch aanleiding zijn om te schikken, dan kan dit niet eerder dan nadat aan de last is voldaan en worden in ieder geval de deurwaarders- en invorderingskosten bij de overtreder in rekening gebracht.
Doordat de huidige werkwijze niet éénduidig is en er ook geen richtlijnen met betrekking tot de inning van dwangsommen zijn vastgelegd, bestaat er bij de betrokken partijen onduidelijkheid over de inning van dwangsommen.
Er is daarom behoefte aan duidelijkheid met betrekking tot de inning van dwangsommen. Deze beleidsregel biedt het kader voor de inning van dwangsommen door de gemeente Giessenlanden.
De gemeente Giessenlanden pakt overtredingen onder andere aan langs de bestuursrechtelijke weg. Dit doet zij bijvoorbeeld door het toepassen van de herstelsancties last onder bestuursdwang en last onder dwangsom. Doel van deze aanpak is het geheel of gedeeltelijk ongedaan maken of beëindigen van een overtreding, of het voorkomen van herhaling van een overtreding, dan wel het wegnemen of beperken van de gevolgen van een overtreding. Daarbij hanteert de gemeente drie stappen: een waarschuwing, een vooraankondiging handhavend optreden en bij voortduren van de overtreding een beschikking met een last onder bestuursdwang of een beschikking met een last onder dwangsom.
Volgens artikel 5:32, eerste lid Awb kan een bestuursorgaan dat bevoegd is een last onder bestuursdwang op te leggen in plaats daarvan aan de overtreder een last onder dwangsom opleggen. Het tweede lid van dit artikel geeft aan dat voor een last onder dwangsom niet gekozen wordt als het belang dat het betrokken voorschrift beoogd te beschermen, zich daartegen verzet.
De last onder dwangsom is de bevoegdheid om de overtreder van een wettelijk voorschrift een concrete uit die wettelijke verplichting voortvloeiende last op te leggen. In de last worden de te nemen herstelmaatregelen opgenomen. Voldoet de overtreder vervolgens niet aan deze last dan heeft dat tot gevolg dat hij een of meerdere geldsommen verschuldigd is (verbeurt) aan de gemeente.
Na het verbeuren van de dwangsom zal de gemeente Giessenlanden deze in alle gevallen innen. De belangenafweging heeft immers al plaatsgevonden bij het opleggen van de last onder dwangsom. Voordat de dwangsom daadwerkelijk wordt opgelegd, heeft een voortraject plaatsgevonden waarbij de overtreder in verschillende stadia van de procedure de gelegenheid heeft gekregen de overtreding te beëindigen.
Direct innen van dwangsommen komt tegemoet aan het doel van de dwangsom zelf. De dwangsom is immers bedoeld als aansporing om aan de lastgeving te voldoen. Uitstel verlenen van het moeten betalen van verbeurde dwangsommen leidt in veel gevallen tot uitstel van de verplichting om aan de last te voldoen. Dit komt de daadkracht en de geloofwaardigheid van het handhavingstraject en de gemeente niet ten goede. Het direct innen van dwangsommen bevordert de rechtsgelijkheid omdat door het toepassen van deze beleidsregel de lijn die de gemeente hanteert bij het innen van dwangsommen voor iedereen gelijk is.
Een dwangsom verbeurt van rechtswege. Dat vergt geen afzonderlijke actie. Middels een controle wordt geconstateerd dat niet aan de last onder dwangsom is voldaan en dat de dwangsom is verbeurd. Bij een opgelegde dwangsom ineens is deze controle eenmalig. Is er een dwangsom opgelegd per tijdseenheid dan zal meerdere keren gecontroleerd moet worden om het verbeuren van de dwangsom te constateren. Als de dwangsom is uitgewerkt dan wordt het inningsbesluit genomen en de overtreder wordt verzocht over te gaan tot betaling van de verbeurde dwangsommen.
De overtreder heeft de juridische mogelijkheden om tegen de last onder dwangsom, dan wel de inning op te komen. Alleen indien een besluit door een rechter wordt geschorst bij wijze van voorlopige voorziening, dan wel van rechtswege wordt geschorst (verzet tegen een dwangbevel) zal inning niet verder plaats kunnen vinden.
Als niet wordt overgegaan tot betaling dat wordt er eenmalig een aanmaning gestuurd. Daarna wordt overgegaan tot invordering bij dwangbevel. De kosten van invordering worden op de overtreder verhaald.