Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Lisse

Terrassenbeleid

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLisse
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingTerrassenbeleid
CiteertitelTerrassenbeleid
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene plaatselijke verordening Lisse

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-06-200629-04-2015nieuwe regeling

29-06-2006

-

Geen

Tekst van de regeling

Intitulé

Terrassenbeleid

 

 

1. Inleiding

1.1 Aanleiding en doelstelling

Het college van B&W heeft verzocht om een notitie over het terrassenbeleid per 1 maart 2006. Doel van een dergelijk beleid is om in beeld te krijgen hoe de gemeente wenst om te gaan met terrassen. Terrassen zorgen voor verlevendiging van het straatbeeld. Anderzijds moet er voor worden gewaakt, dat een terras niet voor overlast voor de (woon)omgeving zorgt. De nota terrassenbeleid is daarom ook een toetsingskader voor (toekomstige) aanvragen om vergunning.

1.2 Omschrijving van de huidige situatie

Op dit moment zijn er ca. 25 terrassen verspreid over het centrumgebied. Een concentratie van terrassen bevindt zich op en rondom ’t Vierkant. Daarnaast worden er incidenteel terrassen opgezet tijdens evenementen als bijv. de kermis. Deze nota is van toepassing op beide soorten terrassen. Nieuwe aanvragen om vergunning worden beoordeeld aan de hand van de ruimte op het trottoir dat ter plaatse aanwezig is. Over het algemeen wordt daarbij uitgegaan van een loopruimte tussen het terras en de openbare weg van 1.50 meter. In incidentele gevallen wordt 1.20 meter aangehouden. Voor het inrichten van een terras op een plein of in een winkelcentrum gelden deze criteria niet. De benodigde ruimte is overigens afhankelijk van de situatie ter plaatse. Op een deel van de Heereweg, gelegen tussen de Berkhoutlaan en ’t Vierkant, is op het trottoir niet voldoende ruimte voorhanden. Daarom maken drie bedrijven gebruik van een parkeerplaats voor het inrichten van een terras. De betreffende ondernemers kunnen hier (vanaf 16.00 uur) een terras realiseren.

1.3 Werkingsgebied

Deze nota heeft betrekking op de gehele gemeente Lisse.

1.4 Totstandkoming nota

Voor de totstandkoming van deze nota is in eerste instantie overleg gepleegd met een delegatie van de belangenvereniging Horeca Lisse en een vertegenwoordiger van Horeca Nederland. Vervolgens is de nota uitgewerkt in overleg met enkele gemeentelijke afdelingen en de plaatselijke politie. De uiteindelijke nota heeft van 12 januari t/m 9 februari 2006 ter inzage gelegen. Daarnaast zijn de horeca-ondernemers, winkeliersvereniging “Alverha”, de Stichting Platform Gehandicaptenbeleid en andere geïnteresseerden uitgenodigd voor een bijeenkomst op 23 januari 2006. Tijdens genoemde bijeenkomst en gedurende de termijn dat de nota ter inzage heeft gelegen zijn enkele zienswijzen ontvangen. Deze zijn voor dit noodzakelijk is, verwerkt in de uiteindelijke nota. De nota is vervolgens als opiniërend agendapunt behandeld in de raadsvergadering van 23 mei 2006. Ook de in deze vergadering gemaakte op- en aanmerkingen zijn verwerkt in de nota terrassenbeleid.

2. Juridische kader

2.1 Algemene Plaatselijke Verordening Lisse

Op basis van de huidige Algemene Plaatselijke Verordening Lisse (APV) is voor het inrichten van een terras een vergunning nodig van de burgemeester. De burgemeester kan een aanvraag om vergunning om twee redenen weigeren. Op de eerste plaats indien het beoogde gebruik schade toebrengt aan de weg dan wel gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan. Ook is het mogelijk om een vergunning te weigeren indien het gebruik een belemmering vormt voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg. Onder een terras wordt verstaan: een buiten de besloten ruimte van de inrichting liggend deel van het horecabedrijf waar zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken worden geschonken en/of spijzen voor directe consumptie worden bereid en/of verstrekt. Alleen voor een terras dat onder de begripsomschrijving van weg in de zin van de APV valt, is overigens een terrasvergunning nodig.

Tot op heden vragen horeca-ondernemers elk jaar opnieuw een vergunning aan voor het inrichten van een terras. Aan de terrasvergunning worden diverse voorschriften verbonden om de overlast zo veel mogelijk te voorkomen.

2.2 Wet milieubeheer

In het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen is een aantal voorschriften opgenomen, die betrekking hebben op het in gebruik hebben van een terras.

2.3 Bouwverordening

In de bouwverordening is een aantal voorschriften opgenomen met betrekking tot de bereikbaarheid en bluswatervoorziening voor de brandweer. Bij het bepalen van een locatie voor een terras is ook deze verordening van belang.

3. Eerder uitgebrachte nota’s die o.a. betrekking hebben op terrassen

3.1 Kadernotitie Vierkant

De gemeenteraad heeft op 25 mei 2000 de kadernotitie Vierkant vastgesteld. Hierin wordt de ontwikkelingsvisie met betrekking tot “’t Vierkant” aangegeven. De visie is gebaseerd op het eindverslag van de werkgroep “Het Vierkant”. In dit verslag is over terrassen vermeld, dat terrassen “’t Vierkant” verlevendigen en de verblijfsambiance benadrukken. Voorwaarden daarbij zijn, dat van de weg ongehinderd gebruik gemaakt kan worden en ook de veiligheid van de bezoekers in de inrichting gewaarborgd moet worden.

3.2 Beeldkwaliteitsplan

Het beeldkwaliteitsplan is een uitwerking van één van de actiepunten van de kadernotitie Vierkant. De gemeenteraad heeft dit plan op 24 juni 2004 vastgesteld. Het plan heeft betrekking op “’t Vierkant” en enkele omliggende straten, waaronder (een deel van) de Heereweg, Kanaalstraat, Kapelstraat en de Grachtweg. In dit plan wordt de relatief krappe maatvoering van het straatprofiel en de historische omgeving van het gebied aangehaald.

Daarbij wordt opgemerkt, dat voorkomen moet worden dat het dorps- en straatbeeld door o.a. de aanwezigheid van terrassen gedomineerd gaat worden. In het beeldkwaliteitsplan is verder bepaald, dat richtlijnen over terrassen nog verder uitgewerkt moeten worden.

3.3 Handboek Inrichting Openbare Ruimte Centrum

De gemeenteraad heeft in haar vergadering van 28 april 2005 het Handboek Inrichting Openbare Ruimte Centrum vastgesteld. In het handboek worden richtlijnen gegeven voor zowel de korte als de lange termijn als het gaat om de inrichting van de openbare ruimte binnen het gebied omsloten door: Westerdreef, Heereweg, Nassaustraat, Oranjelaan, Gladiolenstraat, Haven, Achter Sint Aagten en de Lindenlaan. Eén van de richtlijnen van het handboek is om een schoon, veilig en toegankelijk openbaar gebied tot stand te brengen. Vindt er een aanpassing/wijziging in het openbare gebied plaats of worden er andere ingrijpende werkzaamheden uitgevoerd, zoals de vervanging van de riolering, dan wordt dit zoveel mogelijk volgens genoemd handboek gedaan.

Eén van de uitgangspunten van het handboek is de aanleg van een voorzieningenstrook. Wat wordt hieronder verstaan. Direct tegen de gevel blijft ruimte over voor het voetgangersverkeer. Als er ter plaatse voldoende ruimte is, wordt een voorzieningenstrook aangelegd. Deze strook komt te liggen tussen de ruimte voor het voetgangersverkeer en de openbare weg en is bedoeld voor bomen, straatmeubilair, verlichting, maar ook voor parkeervakken, reclameborden en terrassen.

In het Handboek Inrichting Openbare Ruimte Centrum wordt onderscheid gemaakt tussen drie zgn. identiteitsgebieden. Het gebied Historisch Lisse is weer verder opgedeeld. Per gebied worden de volgende aanbevelingen gedaan:

  • A.

    Historisch Lisse, bestaande uit:

    • 1.

      Heereweg (tussen Raadhuisplein en Westerdreef. Richtlijn is om een voorzieningenstrook aan de westzijde de Heereweg (even nummers) aan te leggen. Daarnaast wordt de suggestie gedaan om op het deel van de Heereweg gelegen tussen het Raadhuisplein en ’t Vierkant ook aan de oostzijde een voorzieningenstrook aan te leggen in verband met de bomen die hier staan.

    • 2.

      Berkhoutlaan (tussen Heereweg en Westerdreef). Richtlijn om een middenstrook aan te leggen die wordt gebruikt als voorzieningenstrook.

    • 3.

      Kanaalstraat, tussen Heereweg en Kapelstraat aanleg voorzieningenstrook aan de zuidzijde. Voor het deel van de Kanaalstraat tussen Kapelstraat en Molenstraat, wordt de richtlijn meegegeven om aan twee zijden van de straat een voorzieningenstrook aan te leggen. Over het deel van de Kanaalstraat tussen Molenstraat en Beatrixstraat worden geen concrete aanbevelingen gedaan. Dit deel wordt in het handboek gerekend tot woongebied.

    • 4.

      Kapelstraat en Schoolstraat. De aanleg van een voorzieningenstrook aan de westzijde van de Kapel- en Schoolstraat.

    • 5.

      Grachtweg (tussen Kapelstraat en ’t Vierkant), aanleg voorzieningenstrook noordzijde Grachtweg.

    • 6.

      Vierkant: op het plein zelf een aaneengesloten pleinruimte realiseren.

    • 7.

      Raadhuisplein, te zijner tijd een aaneengesloten pleinruimte creëren.

  • B.

    Blokhuis e.o. Stroken langs de gevel vrij houden. In de open stukken van het winkelgebied de middenstrook gebruiken voor plaatsing van straatmeubilair en groen. In de overdekte stukken van het winkelgebied geen meubilair en groen plaatsen.

  • C.

    Lisse in ontwikkeling (omgeving Haven, Grachtweg en Ruishornlaan). In het handboek wordt geen nadere uitwerking aangegeven, omdat het op het moment van verschijnen van het handboek niet duidelijk is wat met dit gebied gaat gebeuren.

4. Uitgangspunten terrassen

4.1 Situering terrassen

  • -

    Bij het bepalen van de locatie van een terras zoveel mogelijk aansluiten bij het Handboek Inrichting Openbare Ruimte Centrum. Zoals hiervoor is aangegeven wordt in het handboek uitgegaan van de aanleg van zgn. voorzieningenstroken. Dergelijke stroken zijn op dit moment nog niet aanwezig. Indien de situatie in een bepaalde straat of gebied wordt aangepast, zal dit zoveel mogelijk gebeuren aan de hand van het Handboek Inrichting Openbare Ruimte Centrum. Is een voorzieningenstrook aanwezig, dan moeten de terrassen ook zoveel mogelijk op een dergelijke strook worden gesitueerd.

  • -

    Indien en voorzover voorzieningenstrook (nog) niet is aangelegd, looppad aanhouden voor het voetgangersverkeer van minimaal 1.50 meter. Deze ruimte is nodig om mensen met een kinderwagen, rollator of rolstoel, voldoende ruimte te bieden om langs een terras te kunnen lopen. Voor het inrichten van een terras op een plein of in een winkelcentrum kunnen afwijkingen qua afmeting worden vastgesteld. Dit is afhankelijk van de situatie ter plaatse. Ook in deze situaties blijft het uitgangspunt dat het voetgangersverkeer geen hinder mag ondervinden van de terrassen en ook de brandweer kan instemmen met de locatie van het terras. Op dit moment zijn er enkele situaties die nog niet voldoen aan dit uitgangspunt. Hier is over het algemeen 1.10 meter aanwezig. Dit is geen ideale situatie, die over het algemeen wordt veroorzaakt door de inrichting van het trottoir. Daarom is het streven om in zoveel mogelijk situaties uit te gaan van een loopruimte van 1.50 meter met een minimum van 1.20 meter. Streven is om in de toekomst ook deze situaties zodanig aan te passen dat een ruimte van 1.50 meter beschikbaar is voor het voetgangersverkeer.

  • -

    Vanwege overdekte terrassen op “’t Vierkant”, er van uitgaan dat de aanleg van een voorzieningenstrook op deze locatie niet (meer) tot de mogelijkheden behoort. Op ’t Vierkant zijn twee overdekte terrassen aanwezig. Deze terrassen liggen direct tegen de gevel aan. In verband hiermee is het niet haalbaar om op deze locatie een voorzieningenstrook aan te leggen direct tegen de gevel aan. Enkele ondernemers aan de westzijde van de Heereweg plaatsen zowel een terras tegen de gevel als een terras tegen de weg aan (zie bijlage 1 van deze nota). De doorgang voor voetgangers wordt daardoor in enkele gevallen beperkt. Voorzieningen voor algemeen gebruik, zoals bankjes, bomen en prullenbakken, bevinden zich over het algemeen in het deel dat tegen de rijbaan van de Heereweg aan ligt. Voetgangers hebben hierdoor het idee dat zij zigzaggend hun weg vervolgen. Het is daarom wenselijk om de terrassen op deze locatie in het vervolg uitsluitend en alleen toe te staan tegen de gevel en niet tegen de openbare weg. De strook tussen het terras van het bewust horecabedrijf en de openbare weg kan dan worden gebruikt voor de algemene voorzieningen, zoals bankjes, bomen en prullenbakken. Daarbij dient er voldoende ruimte over te blijven voor het voetgangersverkeer (zie bijlage 2 van deze nota).

  • -

    Eisen opstellen voor terrassen ten behoeve van (tijdelijke) evenementen. Het plein bij “’t Vierkant”, maar ook het plein bij “Windkracht 8” wordt regelmatig gebruikt voor het organiseren van allerlei activiteiten. Deze locaties worden ook gebruikt voor het inrichten van een terras. Is de benodigde oppervlakte van het evenement zo groot dat er geen terras kan worden geplaatst, dan zal de organisator eerst overleg hebben met de houder van de terrasvergunning. De bewuste activiteit is éénmalig en heeft zo mag aangenomen worden een bepaalde aantrekkingskracht.

  • -

    Aanvragen voor het gebruiken van een parkeerplaats voor een terras beoordelen aan de hand van de parkeerdruk. Het afgelopen jaar hebben twee bedrijven verzocht om een parkeerplaats te gebruiken voor een terras. Bij de afhandeling van deze aanvragen is gekeken of de parkeerdruk het toelaat om hiertoe over te gaan. Wordt er veelvuldig gebruik gemaakt van een bepaalde parkeerplaats, dan is niet gewenst om deze plaats in gebruik te geven voor een terras. Het is daarom gewenst om dit als beleidsuitgangspunt te hanteren en in voorkomende gevallen een vergunning te weigeren.

  • -

    Gebruik parkeerplaats voor terras. Op dit moment zijn er drie bedrijven aan de Heereweg die op een parkeerplaats een terras inrichten. Dit is tot op heden niet goed geregeld. Het komt voor, dat op de parkeerplaats een auto geparkeerd staat, terwijl de bewuste ondernemer zijn terras wil inrichten. Hier moet duidelijkheid in komen. Afhankelijk van de situatie, waaronder de parkeerdruk, ter plaatse zal in overleg met de horeca-ondernemers en andere betrokkenen uit de omgeving worden gezocht naar een oplossing die zoveel mogelijk tegemoet komt aan de wensen van alle partijen. Indien niet tot overeenstemming wordt gekomen, neemt het college van Burgemeester en Wethouders de uiteindelijke beslissing.

  • -

    Terrassen in woonwijken slechts toestaan indien en voor zover dit geen onevenredige overlast voor de bewoners oplevert. Tot op heden is er geen duidelijk beleid hoe om wordt gegaan met terrassen in een (woon)omgeving. Het gaat dan om verzoeken van bedrijven die in de directe nabijheid van woningen staan en niet in de directe nabijheid van andere winkels en/of horecabedrijven gevestigd zijn. Komt er voor de eerste mal van een dergelijk bedrijf een aanvraag om terrasvergunning binnen, dan krijgen de omwonenden de gelegenheid om hun zienswijze in te dienen. Afhankelijk van de ontvangen reacties wordt een beslissing genomen op de aanvragen. Uitgangspunt daarbij is, dat als door het opleggen van voorschriften niet in voldoende mate tegemoet kan worden gekomen aan het afdoende tegengaan c.q. voorkomen van overlast voor de (woon)omgeving, de aanvraag om vergunning wordt geweigerd. Indien op voorhand vast staat, dat er ter plaatse niet voldoende ruimte voorhanden is (minimaal 1.20 meter) en er ook geen mogelijkheden zijn om op een andere geschikte locatie in de nabijheid van het bewuste bedrijf een terras in te richten, dan zal de vergunning worden geweigerd.

  • -

    Terrassen alleen toestaan ter hoogte van de gevel van het bewuste horecabedrijf. Een terras is een onderdeel dat hoort bij een horecabedrijf. Gelet hierop is het gewenst om de tafels en stoelen uitsluitend toe te staan ter hoogte van het bewuste bedrijf. Is het horecabedrijf op een hoek gevestigd, dan is het toegestaan om ook om de hoek het terras voort te zetten. Ook in dit geval zal het terras niet verder mogen reiken dan de pui van het bewuste horecabedrijf. Indien er een open ruimte/plein is, wordt een uitzondering gemaakt.

4.2 Randvoorwaarden terrassen

  • -

    Gebruik parasols/windschermen/(rotan) meubilair en reclame-uitingen hierop. Terrassen en de daabij behorende voorzieningen worden buiten op de openbare weg geplaatst. In verband hiermee is het gewenst dat het meubilair van zodanige kwaliteit is, dat dit een verzorgde en onderhouden indruk maakt. Daarnaast moet het terras een eenheid vormen met zowel de omgeving als eventuele andere terrassen. Ook het beperken van reclame-uitingen op windschermen, parasols en zonneschermen komt de uitstraling ten goede. In verband hiermee is niet toegestaan om bij windschermen meer dan 30% van de totale oppervlakte van de borstwering van reclame te voorzien. Windschermen dienen aan de bovenzijde te bestaan uit helder glas. Verder moeten schermen demontabel zijn en mogen zijn niet direct aansluiten aan heen zonnescherm, zodat niet de indruk ontstaan dat er sprake is van een overdekt terras.

  • -

    Aanbrengen duidelijke markering terras op de openbare weg. Op de tekening die hoort bij een terrasvergunning staat aangegeven welke afmetingen een terras mag hebben. Buiten op straat staan geen duidelijke markeringen waar het terras mag worden geplaatst. Dit heeft als gevolg, dat het terras door de bewust horeca-ondernemer c.q. de bezoekers van het bewuste bedrijf wordt uitgebreid. Het voetgangersverkeer ondervindt hier hinder van. De doorgang voor voetgangers wordt niet gewaarborgd. Het is daarom gewenst om in de straat een markering aan te brengen in de vorm van bijv. een markeringsknoop (=een grote punaise die in het trottoir wordt aangebracht). Een dergelijke voorziening is gemakkelijk aan te brengen en is relatief goedkoop.

  • -

    Terrassen op parkeerplaatsen/open plaatsen c.q. pleinen. Worden er terrassen bij parkeerplaatsen of pleinen c.q. andere open plaatsen geplaatst dan is het gewenst om deze terrassen af te kaderen. Dit kan bijv. door middel van het plaatsen van plantenbakken. Deze bakken zorgen voor een verlevendiging van het terras en geven duidelijk aan, waar een terras begint en eindigt. Is er in het straatmeubilair een duidelijke afscheiding aanwezig in de vorm van paaltjes, dan hoeft er geen gebruik te worden gemaakt van plantenbakken, maar kan worden volstaan met de aanwezige voorziening.

  • -

    Opvolgen voorschriften brandweer, waaronder het vrijhouden van ondergrondse brandkranen en een gegarandeerde bereikbaarheid hiervan. Daarnaast mogen alleen onder voorwaarden terrasbenodigdheden tegen de gevel worden opgeslagen. De opslag van meubilair dient daarnaast op een ordentelijke wijze te gebeuren.

  • -

    Bereikbaarheid hulpdiensten waarborgen. Alle panden binnen de gemeente Lisse moeten met een brandweervoertuig tot een afstand van 10 meter te bereiken zijn. Bij het opstellen van een terras dient hier rekening mee te worden gehouden.

  • -

    Terrassen op pleinen/open ruimte. Op “’t Vierkant” zijn op dit moment twee horeca-ondernemers die een terras inrichten. De overige ondernemers hebben (tot op heden) geen interesse om een terras op het plein zelf in te richten. Ook in het winkelcentrum Blokhuis zijn op twee locaties terrassen aanwezig die in principe door meerdere ondernemers gebruikt kunnen worden. In twee van de drie gevallen is het bewuste perceel eigendom van de gemeente. Het terras bij bakker Freriks is eigendom van Blokhuis Beleggings- en Beheersmaatschappij. In principe is het mogelijk, dat er in de toekomst meer horeca-ondernemers komen die een terras willen inrichten op “’t Vierkant” dan wel het plein bij “Windkracht 8”. Uitgangspunt is, dat de bewuste horeca-ondernemers in eerste instantie zelf in onderling overleg bepalen welke verdeling wordt aangehouden. Levert dit overleg geen sluitende oplossing op, dan beoordeelt de gemeente hoe wordt om gegaan met de ontstane situatie.

  • -

    Sluitingsuur bepalen op 01.00 uur. Op verzoek van de plaatselijke horeca is de sluitingstijd van het terras destijds op enig moment verruimd tot 01.00 uur. Tijdens een proefperiode van één jaar zijn de ervaringen beoordeeld. Dit heeft niet tot onoverkomelijke problemen geleid. Vandaar dat de sluitingstijd voor terrassen wordt bepaald op 01.00 uur.

  • -

    Overmatige geluidsoverlast voorkomen. Als een terras tot in de (late) avonduren in gebruik is, is het gewenst om zoveel mogelijk te voorkomen dat hierdoor overmatige (geluids)overlast door wordt veroorzaakt. In verband hiermee is het niet toegestaan om op het terras (live-)muziek ten gehore te brengen.

  • -

    In geval van collectieve of incidentele activiteiten is het toegestaan om maximaal 12 dagen per jaar live-muziek of versterkte muziek ten gehore te brengen, indien en voor zover hiervoor een kennisgeving is ingediend. In geval van collectieve of incidentele activiteiten is het op grond van het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer/APV toegestaan om gedurende 12 dagen per jaar tot 23.00 uur (live-)muziek te maken. Op dit moment is in de APV uitsluitend een regeling opgenomen voor incidentele festiviteiten. De 12-dagen regeling geldt daarom tot op heden alleen voor individuele ondernemers. Ieder van hen heeft 12 dagen de mogelijkheid om af te wijken van genoemd besluit. De bewuste horeca-ondernemer zal in dit laatste geval wel tijdig een kennisgeving indienen. Het ligt in de bedoeling om in de toekomst van de mogelijkheid gebruik te maken om ook voor collectieve festiviteiten een regeling in de APV op te nemen. Wordt er een collectieve festiviteit aangewezen (zoals de kermis), dan wordt deze dag in mindering gebracht op het aantal van 12 dagen. Er blijven dan minder dagen over voor individuele ondernemers. Het streven is om zoveel mogelijk collectieve dagen aan te wijzen, zodat de overlast voor de woonomgeving van een individueel bedrjif zoveel mogelijk tot een minimum wordt beperkt.

  • -

    Gedragsregels. De vergunninghouder is gehouden alles te doen of na te laten hetgeen redelijkerwijs gevergd kan worden om overlast voor de omgeving te voorkomen.

  • -

    Terrassen (met windschermen) gedurende het hele jaar toestaan. Hiervoor wordt tot op heden geen vergunning verstrekt. Het is ook niet gewenst om de openbare weg uitsluiten en alleen te gebruiken voor de opslag van tafels en stoelen. Wel zal in het vervolg worden toegestaan, dat er in het winterseizoen direct tegen de gevel enkele tafels en stoelen mogen worden geplaatst. Windschermen zijn tijdens deze periode toegestaan, mits deze ook direct tegen de gevel staan. Het winterseizoen omvat de periode van 16 oktober t/m 31 maart. In het vervolg zal daarom een terrasvergunning voor het gehele jaar gelden. Een overdekt terras mag het gehele jaar gebruikt worden, omdat het om een permanente voorziening gaat.

  • -

    Terras op parkeerplaatsen Heereweg in winterseizoen. In het zomerseizoen wordt op drie parkeerplaatsen aan de Heereweg een terras ingericht. Tijdens het winterseizoen vinden wij het gewenst om de functie van parkeerplaats te handhaven. De parkeerplaats mag in deze laatste periode dan ook uitsluitend worden gebruikt in haar oorspronkelijke functie van parkeerplaats.

  • -

    Tappunten op terras. In principe is het toegestaan om tijdens een evenement een tappunt op een terras te plaatsen, mits en voorzover hiervoor een ontheffing op grond van artikel 35 Drank- en Horecawet is verstrekt. Afhankelijk van de opgedane ervaringen en het advies van de politie wordt een dergelijke aanvraag steeds weer beoordeeld.

  • -

    Gebruik warmtekanonnen/verwarmingselementen is toegestaan, mits dit vanuit brandveiligheidsoverwegingen niet op onoverkomelijke bezwaren stuit.

  • -

    Bij aanwezigheid kunstwerken in overleg met de kunstenaar mogelijkheden voor terras beoordelen. Is een bepaalde locatie een kunstwerk aanwezig, dan zal op grond van de Auteurswet in overleg met de betrokken kunstenaar moeten worden beoordeeld. Uitgangspunt is dat het kunstwerk zichtbaar blijft voor het publiek.

4.3 Verstrekken vergunning op grond van APV

Tot op heden wordt er elk jaar aan ondernemers die hiertoe een aanvraag indienen een vergunning verstrekt door de burgemeester voor het plaatsen van een terras op de weg. Deze vergunningen worden verstrekt voor de periode van 1 april t/m 15 oktober. Vanuit de vertegenwoordiging van de plaatselijke horeca is het verzoek gedaan om in het vervolg voor een langere periode dan één jaar vergunning te verstreken. Aan dit verzoek wordt geen medewerking verleend. De reden hiervoor is, dat als er jaarlijks een vergunning wordt aangevraagd, steeds opnieuw kan worden beoordeeld of het gewenst is om het verzoek te honoreren. Dit is vooral van belang als de situatie ter plaatse wordt gewijzigd, meerdere aanvragen om terrasvergunning voor een bepaalde locatie binnen komen of op enig moment overmatige overlast ontstaat waardoor het niet langer gewenst is om vergunning te verstrekken c.q. de voorwaarden die aan de terrasvergunning zijn verstrekt aan moeten worden gescherpt.

Het streven is daarbij om in het vervolg de volgende (vereenvoudigde) procedure te volgen:

  • -

    Gemeente stuurt horeca-ondernemers een korte brief ter herinnering;

  • -

    Ondernemers kunnen binnen 2 weken na verzending reageren als zij niet langer van een vergunning gebruik willen maken c.q. een wijziging moet worden doorgevoerd;

  • -

    Indien geen reactie wordt ontvangen en er voor de gemeente geen reden is om de vergunning aan te passen, wordt de terrasvergunning conform voorgaande jaren verstrekt.

In het vervolg zal één vergunning voor het gehele jaar worden verstrekt. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen een zogenaamd zomerterras en een terras voor de winterperiode in welke periode enkele tafels en stoelen buiten mogen worden geplaatst.

De meeste bedrijven hebben voor het jaar 2006 een terrasvergunning ontvangen. Aangezien deze notitie op dat moment nog niet was vastgesteld hebben de bewuste ondernemers uitsluitend voor de zomerperiode een vergunning gekregen. Vanuit de gemeente zal in een brief worden bevestigd dat deze vergunning voor de periode tot 1 januari 2007 geldt. Vervolgens zal een nieuwe vergunning volgende hierboven genoemde periode worden afgegeven.

Aan de terrasvergunning worden diverse voorwaarden verbonden, waaronder een bepaling over het opruimen van afval dat achterblijft als gevolg van het gebruik van een terras. De vergunninghouder dient er daarnaast voor te zorgen, dat een terras een verzorgde aanblik geeft, ook als het terras niet in gebruik is. Indien en voor zover de tafels en stoelen buiten blijven staan, dient dit op een ordentelijke wijze te gebeuren.

4.4 Financiële zaken

Situatie tot en met jaar 2005

Jaarlijkse kosten voor het afgeven van een terrasvergunning waren in 2005:

  • 1.

    Leges voor het afgeven van een vergunning voor het inrichten van een terras op grond van de APV € 12,13.

  • 2.

    Een vergoeding in rekening gebracht voor het gebruik van de grond, indien en voor zover het terras op grond staat dat eigendom is van de gemeente. Dit was een vaste vergoeding van € 79,41, ongeacht de oppervlakte van het terras.

Vanaf 1 januari 2006

Leges

De leges voor het afgeven van een terrasvergunning zijn met ingang van het jaar 2006 verhoogd tot € 132,60. Dit is een prijspeil dat kostendekkend is, hetgeen het uitgangspunt van de legesverordening is. Op dit moment wordt bezien om de legesverordening te wijzigen en daarbij onderscheid te maken tussen een (eerste) aanvraag om vergunning voor een locatie waar in het verleden nooit eerder een vergunning voor is verstrekt en een terrasvergunning voor een “bestaande” locatie. Een vervolg-aanvraag kost immers veelal minder tijd. De kosten voor de vervolgafgifte van de terrasvergunning zullen in die gevallen dienovereenkomstig worden verlaagd.

Zodra de handhaving structureel is belegd moet de gemeente meer kosten maken die verband houden met de terrasvergunningen. De kosten daarvan mogen echter niet worden doorberekend in de leges en zullen op een andere wijze worden afgedekt (zie paragraaf 5).

Vergoeding gebruik grond

Zoals uit het hiervoor genoemde blijkt, werd er door elke horeca-ondernemer die gebruik maakt van openbare grond een vaste vergoeding van € 79,41 per jaar betaald. Het zou vanuit het rechtsgelijksbeginsel redelijk zijn om de te betalen bijdrage te relateren aan de omvang van het terras. Dit zou kunnen door een precarioverordening in het leven te roepen.

Nadelen van een dergelijke verordening zijn:

  • 1.

    Het is vanuit rechtsgelijkheid niet mogelijk om de verordening alleen te gebruiken voor terrassen. Een precarioverordening is van toepassing op alle voorwerpen die op of boven de grond aanwezig zijn, dus ook voor reclameborden en winkeluitstallingen. Ook voor het plaatsen van een reclamebord c.q. een container op de openbare weg door een bouwbedrijf zou precario moeten worden betaald.

  • 2.

    De precarioverordening is alleen van toepassing op gebieden die eigendom zijn van de gemeente. Dit is niet altijd even duidelijk en vergt daarom uitzoekwerk. Overigens geldt dit laatste ook voor de (privaatrechtelijke) vergoeding die op dit moment in rekening wordt gebracht.

  • 3.

    Een geode uitvoering van de precarioverordening vergt een functionaris die belast is met het controleren van uitstallingen/terrassen etc. De sectie Belastingen is op dit moment bezig met het opstellen van een nota lokale heffingen. Hieronder wordt o.a. ingegaan op het heffen van een precariobelasting.

Vooral omdat op dit moment alleen een vergoeding wordt betaald voro het in gebruik hebben van een terras en niet voor bijv. winkeluitstallingen is het uitgangspunt van deze notitie om via bijv. een (privaatrechtelijke) huurovereenkomst een vergoeding in rekening te brengen voor het gebruik van een terras. Daarbij is gekeken naar de diverse afmetingen van de terrassen, zoals deze in de gemeente worden gebruikt.

De huidige vergoeding van € 79,41 per jaar is daarbij als basis aangehouden voor een terras van gemiddelde omvang. Hieronder volgt een overzicht van de oppervlakte van het terras met een daarbij behorende vergoeding na het vaststellen van deze notitie:

  • -

    Klein terras (0-11 m2 ), € 50,00

  • -

    Middelgroot terras (12-25 m2), € 80,00

  • -

    Groot terras (26 m2 en meer), € 110,00

5. Handhaving

5.1 Uitvoer handhaving

Handhaving van de APV (waar terrassen onder vallen) is niet of slechts fragmentarisch belegd in de organisatie. Wil er sprake zijn van een goede naleving van de uitgangspunten van deze notitie en de voorschriften die aan de terrasvergunning worden verbonden, dan moet hierin verandering worden gebracht.

Om handhaving op een structurele wijze te laten plaatsvinden, dienen er diverse werkzaamheden te worden uitgevoerd. Hieronder is een overzicht van deze werkzaamheden aangegeven. De vermelde tijd is de tijd die naar verwachting in totaal nodig is.

  • -

    De controle (inclusief rapport) van de afmeting van het terras, 25 uur

  • -

    Het maken van een waarschuwing in geval van het constateren van een overtreding, 18 uur

  • -

    Het behandelen van een ingekomen zienswijze naar aanleiding van een waarschuwing, 8 uur

  • -

    Een tweede controle (inclusief rapport), 18 uur

  • -

    Een vooraankondiging bestuursdwang/opleggen dwangsom, 18 uur

  • -

    Eventuele behandeling zienswijze, 16 uur

  • -

    Controle (inclusief rapport), 18 uur

  • -

    Aanschrijving bestuursdwang/opleggen dwangsom, 16 uur

  • -

    Eventuele behandeling bezwaarschrift, 40 uur

  • -

    Controle (inclusief controlerapport), 8 uur

  • -

    Tweemaal per jaar periodieke controle van de terrassen die in eerste instantie voldeden aan gestelde eisen, 32 uur

In Lisse zijn ca. 25 terrassen aanwezig. Aangezien het gaat om nieuw beleid en de controle op de terrassen de laatste jaren niet structureel heeft plaatsgevonden, wordt er rekening mee gehouden, dat de controle vooral in de beginfase veel tijd gaat kosten. In eerste instantie is er van uitgegaan dat 70% van het aantal terrassen op dit moment niet voldoet aan de gestelde regels. Op basis hiervan is een schatting gemaakt van het aantal uren, dat naar verwachting met de controle samenhangt. Uit ervaring met de winkeluitstallingen blijkt daarbij, dat veel bedrijven pas in een heel laat stadium bereid zijn om de situatie aan te passen. Op basis van bovenstaande overzicht van werkzaamheden en ureninschatting wordt rekening gehouden met een totaal van 217 uur op jaarbasis.

Op dit moment is de handhaving van de terrassen niet in de organisatie belegd. Het is gewenst om hierin verandering te brengen. Het eerste deel van het jaar 2006 is verstreken. Daarom wordt voor dit jaar uitgegaan van 100 uur voor het houden van toezicht. Binnen het afdelingsplan van de afdeling Bestuurs- en Managementondersteuning is hier geen rekening mee gehouden. De kosen bedragen € 4700,00 inclusief A.K. Vanaf het jaar 2007 zullen de toezichthoudende taken in het afdelingsplan van genoemde afdeling worden opgenomen.

5.2 Soorten instrumenten

Als het gaat om de controle op de naleving van de voorschriften van een terrasvergunning en de uitgangspunten van deze nota kan onderscheid worden gemaakt tussen drie verschillende soorten instrumenten. Het gaat om bevorderingsinstrumenten, uitvoeringsinstrumenten en sanctionering.

5.2.1 Bevorderingsinstrumenten

Onder bevorderingsinstrumenten worden instrumenten verstaan die er op gericht zijn om gewenste ontwikkelingen te bereiken, zonder dat hier sancties tegenover staan. Daarnaast is dit middel bedoeld om ongewenste ontwikkelingen preventief tegen te gaan. Uitgangspunt is om door middel van goede voorlichting en communicatie deze doelen te bereiken. Het gaat dan om het op een heldere wijze uitdragen van deze notitie en de beslissingen die hieruit voortvloeien.

Een ander punt is een juiste en correcte omgang met burgers en horeca-ondernemers die gericht is op klantvriendelijkheid en –gerichtheid. Ook zullen nieuwe ondernemers actief worden geïnformeerd over het beleid dat de gemeente voert met terrassen.

5.2.2 Uitvoeringsinstrumenten

Uitvoeringsinstrumenten zijn instrumenten waarmee ongewenste ontwikkelingen tegengegaan kunnen worden, bijvoorbeeld het verbinden van voorschriften aan een vergunning voor het exploiteren van een terras. Afhankelijk van de ervaringen die in enig jaar met een bepaald bedrijf worden opgedaan, zal steeds weer moeten worden beoordeeld of het noodzakelijk is om vergunningvoorwaarden aan te scherpen c.q. aan te passen. Ook het intrekken of weigeren van een vergunning behoort tot de uitvoeringsinstrumenten.

5.2.3 Sanctionering

Bij sanctionering gaat het om instrumenten die een feitelijke ontwikkeling kunnen afdwingen of ongedaan maken. Hiervoor is het noodzakelijk, dat er regelmatig toezicht wordt uitgeoefend op de tijden en dagen dat terrassen in gebruik zijn. Onder toezicht wordt verstaan de controle op de naleving van voorschriften, zonder dat van een concrete verdenking dat er regels zijn overtreden sprake hoeft te zijn. De toezichthouder (degene die het toezicht uitoefent) heeft daarbij een tweeledige functie. Op de eerste plaats een signalerende functie. Daarnaast kan de toezichthouder zich richten op klachten en meldingen van o.a. burgers.

De politie heeft een algemene opsporingsbevoegdheid. Zij kan uitdrukkelijk niet worden belast met het opleggen van een sanctie bij het niet naleven van terrasvergunningen. Wel is het vaste praktijk, dat de politie klachten meldt bij de gemeente. De gemeente onderneemt vervolgens actie. Hiertoe staan er tot op heden twee bestuursrechtelijke maatregelen tot haar beschikking, te weten het toepassen van bestuursdwang en het opleggen van een last onder dwangsom. Op dit moment is een wetsvoorstel in voorbereiding over de bestuurlijke boete. In de toekomst kan ook van deze sanctiemogelijkheid gebruik worden gemaakt.

Voor welk instrument wordt gekozen is afhankelijk van de overtreding. Vaste regel daarbij is, dat de sanctie in proportie moet staan met de overtreding.

Bestuursdwang

De gemeente heeft op basis van artikel 125 van de Gemeentewet een algemene bevoegdheid om bestuursdwang toe te passen. Bestuursdwang is de bevoegdheid van een bestuursorgaan om een situatie die in strijd is met de inhoud van een voorschrift op kosten van de overtreder feitelijk in overeenstemming te brengen met de inhoud van dat voorschrift. In het geval van het terrassenbeleid kan dan bijvoorbeeld worden gedacht aan het in beslag nemen van tafels en stoelen.

Dwangsom

Het opleggen van een dwangsom is een alternatief voor het toepassen van bestuursdwang. De dwangsom is niet zozeer gericht op leedtoevoeging, maar meer om het beëindigen van de illegale situatie. Er kunnen zich daarbij situaties voordoen, waarbij het toepassen van bestuursdwang niet in proportie staat tot de overtreding. In een dergelijk geval wordt gekozen voor de dwangsom. Een dwangsom is een geldbedrag dat een overtreder moet betalen. Het bestuursorgaan kan daarbij kiezen tussen het opleggen van een dwangsom in eens of een dwangsom per overtreding. Wel wordt er een maximumbedrag gehanteerd. Wanneer na betaling van de dwangsom de situatie in strijd met de geldende regels blijft, dan kan het bestuursorgaan er voor kiezen om een hogere dwangsom op te leggen dan wel tot het toepassen van bestuursdwang over te gaan. Toepassen van bestuursdwang en het opleggen van een dwangsom kan overigens niet tegelijkertijd naast elkaar worden gebruikt. Wil een bestuursorgaan overgaan tot het toepassen van bestuursdwang, na in eerste instantie een procedure voor het opleggen van een dwangsom te hebben gevolgd, dan zal eerst het besluit tot het opleggen van een dwangsom moeten worden ingetrokken. Vervolgens kan de procedure voor de aanschrijving bestuursdwang in gang worden gezet.

Voordat tot het uitvoeren van bestuursdwang/opleggen van een dwangsom kan worden overgegaan, moet de procedure worden gevolgd die in de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is neergelegd.

Bestuurlijke boete

Op dit moment is een wetsvoorstel in voorbereiding over de bestuurlijke boete. Dit voorstel zal op z’n vroegst op 1 januari 2007 in werking treden. De bestuurlijke boete biedt de gemeente de mogelijkheid om een kleine overtreding van de APV te bestraffen met een boete. In het kader van het terrassenbeleid kan dan worden gedacht aan de overtreding van het sluitingsuur. Dit is een éénmalige “lichte” overtreding die zich op dat bewuste moment voordoet en in principe niet terugkerend is. De boete is bedoeld om de overtreder te straffen. De bestuurlijke boete moet daarbij uitdrukkelijk niet worden gezien als een wijze om de overtreding af te kopen. Is er sprake van een structurele overtreding, dan moet worden gekozen voor het toepassen van bestuursdwang of het opleggen van een dwangsom. Het geld van de boete komt in de gemeentekas terecht. Zoals het er op dit moment uitziet, kan de gemeente een bestuurlijke boete opleggen in geval van kleine verkeersovertredingen en overlast in de openbare ruimte. Hier vallen meer overtredingen onder, dan alleen op basis van het terrassenbeleid. Naar verwachting zal in een beleidsnota worden aangegeven, op welke wijze vanuit de gemeente wordt om gegaan met het opleggen van een bestuurlijke boete.

6. Inwerkingtreding

Het terrassenbeleid wordt vastgesteld in de vergaderingen van de gemeenteraad van 29 juni 2006. Vervolgens wordt het gepubliceerd en treedt het ook daadwerkelijk in werking.

7. Overgangsregeling

Het is gewenst c.q. noodzakelijk om een overgangsregeling aan te houden. In de loop van het jaar 2006 zijn vergunningen afgegeven voor het inrichten van een terras. Deze overgangsregeling is bedoeld om er voor te zorgen, dat van deze vergunningen gebruik kan blijven worden gemaakt tot het einde van het jaar 2006.

8. Evaluatie

Het is gewenst om de ervaringen die met de nota terrassenbeleid worden opgedaan te evalueren. Om bij deze evaluatie ook de ervaringen te betrekken die zijn opgedaan met handhaving, zal deze evaluatie in de herfst 2007 plaatsvinden. Dan is het zomerseizoen achter de rug en kunnen de ervaringen met de handhaving worden meegenomen. De ervaringen zullen eerste met de plaatselijke horeca worden doorgesproken. Daarna zal de gemeenteraad worden geïnformeerd.