Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Waterland

Verordening op de heffing en invordering van reinigingsheffing 2013

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Waterland
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van reinigingsheffing 2013
CiteertitelVerordening reinigingsheffing 2013
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 229

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201501-01-2016bijlage

18-12-2014

Elektronisch Gemeenteblad, 31-12-2014

326-28
07-12-201201-01-2015nieuwe regeling

22-11-2012

Gemeenteblad, 2012, 49

139-16

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Waterland,

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet

BESLUIT:

tot vaststelling van de volgende verordening op de heffing en invordering van reinigingsheffing 2013:

Artikel 1 Aard van de belasting en belastbaar feit

Onder de naam "reinigingsheffing" worden rechten geheven voor zowel genot van door de gemeente verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.

Artikel 2 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 3 Maatstaf van heffing en belastingtarief

De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 4 Tijdstip beoordeling omstandigheden

  • 1.

    Voor de beoordeling van de belastingplicht en voor de toepassing van de maatstaf van heffing en tarief, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3, gelden de omstandigheden die op 1 januari van het belastingjaar aanwezig zijn.

  • 2.

    Indien de belastingplicht aanvangt in de loop van het belastingjaar, gelden voor de in het eerste lid bedoelde beoordeling, de omstandigheden die bij aanvang van de belastingplicht aanwezig zijn.

Artikel 5

Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand

    volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.

  • 2. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op het in het voorgaande lid gestelde termijn.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De rechten zijn verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, zijn de rechten verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 4.

    Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar een ander perceel in feitelijk gebruik neemt.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van reinigingsheffing wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsheffing.

Artikel 10 Tijdstip van ingang van de heffing en citeertitel

  • 1. De verordening reinigingsheffing 2012 van 15december 2011 wordtingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van      toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013.

  • 4. Deze verordening wordt aangehaald als "Verordening reinigingsheffing 2013".

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Waterland, gehouden op 22 november 2012.

De raad voornoemd,

de griffier, drs. E.G.H. Dijk

de voorzitter, L.M.B.C. Wagenaar-Kroon