Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
's-Gravenhage

Mandaatbesluit college DSO

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie's-Gravenhage
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingMandaatbesluit college DSO
CiteertitelMandaatbesluit college DSO
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpMandaatbesluit college DSO

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Dat dit besluit kan worden aangehaald als ‘mandaatbesluit college DSO. Dat tegelijkertijd met de inwerkingtreding van dit besluit hoofdstuk 1.3, vastgesteld bij besluit DSO/2011.1563, RIS 181561, wordt ingetrokken. Het besluit werkt terug tot 1 juli 2012.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Hoofdstuk 1.3 van de Mandaatregeling (mandaat Algemeen Directeur Dienst Stedelijke Ontwikkeling).

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

02-10-201201-07-201221-11-2017Actualisering

02-10-2012

Dit besluit is gepubliceerd in het gemeenteblad van week 41 en is m.i.v. 11 oktober 2012 tevens terug te vinden op de site www.denhaag.nl/bestuurlijkestukken onder RIS-nummer 252264.

DSO/2012.1193

Tekst van de regeling

Intitulé

Mandaatbesluit college DSO

 

 

Het college van burgemeester en wethouders,

Besluit:

 

I.

Hoofdstuk 1.3 van de Mandaatregeling (mandaat Algemeen Directeur Dienst Stedelijke Ontwikkeling), kenmerk RIS 181561, als volgt vast te stellen:

Hoofdstuk 1.3

van de Mandaatregeling.

 

Dienst Stedelijke Ontwikkeling

I.

Het diensthoofd van Dienst Stedelijke Ontwikkeling wordt mandaat verleend aangaande de bevoegdheden van burgemeester en wethouders ter zake van:

1. Algemeen

 

Obligatoire overeenkomsten (inclusief samenwerkingsovereenkomsten)

  • 1.
    • 1

      Het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van alle obligatoire overeenkomsten, inclusief het vestigen of opheffen van zakelijke rechten, voor zover de geldswaarde van de verplichting die uit de overeenkomst voortvloeit voor de gemeente niet meer dan € 3.500.000,00 per jaar bedraagt, met dien verstande dat de bevoegdheid tot:

  • a.
    • 1.
      •  

        • -

          het uitgeven en heruitgeven van gronden in erfpacht beperkt is tot uitgifte tegen een verschuldigde canon tot een bedrag van ten hoogste € 170.000,00 per jaar of een afkoopsom van ten hoogste € 3.500.000,00, met inachtneming van de daarvoor door de raad c.q. het college vastgestelde dan wel vast te stellen algemene en/of bijzondere bepalingen voor uitgifte in erfpacht voor gronden van de gemeente Den Haag zulks met inachtneming van de volgende nadere voorwaarden inzake uitgifte in erfpacht;

        • -

          het uitgeven van gronden in eigendom beperkt is tot een bedrag van ten hoogste€ 3.500.000,00 met in achtneming van de daarvoor door de raad c.q. het college vastgestelde dan wel vast te stellen verkoopvoorwaarden;

        • -

          uitgifte in erfpacht of eigendom geschiedt binnen de voorwaarden zoals opgenomen in het besluit van de gemeenteraad inzake Nieuw Haags Gronduitgiftesysteem rv 19 van 2008;

        • -

          uitgifte geschiedt conform vastgestelde bestemmingsplannen dan wel andere planologische besluiten, dan wel overeenkomstig andere ter zake genomen besluiten, zoals besluiten tot “verkoop” (dat wil zeggen uitgifte) van verspreid gelegen gemeentelijk bezit;

        • -

          de selectie van gegadigden wordt voorbehouden aan burgemeester en wethouders; daartoe doet de Dienst Stedelijke Ontwikkeling per locatie voorstellen; hiervan zijn uitgezonderd uitgiften ten behoeve van sociale woningbouw en uitgiften die geschieden door middel van een door burgemeester en wethouders goedgekeurde procedure (inschrijvingen, aanbiedingen aan huurders e.d.);

        • -

          over de grondwaarde bij heruitgifte, eventueel na het uitbrengen van een deskundigenadvies als bedoeld in Verordening nr. 26 van 1930, dient volledige overeenstemming te bestaan met de erfpachter; indien over de grondwaarde verschil van mening blijft bestaan, wordt een voorstel ter besluitvorming aan het college voorgelegd;

        • -

          bij het uitgeven en heruitgeven van gronden tegen een relatief lage waarde dient vooraf het college te worden geïnformeerd;

        • -

          zulks met inachtneming van de volgende nadere voorwaarden inzake heruitgifte in erfpacht:

          • .

            de algemeen-directeur vraagt jaarlijks aan burgemeester en wethouders goedkeuring voor zijn voornemen omtrent de fasering en de gebiedsgewijze aanpak van voortijdige heruitgifte als bedoeld in artikel 4 AAR;

          • .

            de bepaling van de grondwaarde moet, behoudens in de gevallen dat deskundigen advies hebben uitgebracht, worden verricht conform de taxatie-instructie zoals vastgesteld op 20 januari 1988 in de Commissie voor Ruimtelijke Ordening en Stadvernieuwing;

          • .

            indien de algemeen directeur van mening is dat om redenen van algemeen belang niet tot heruitgifte moet worden overgegaan, zoals bedoeld in artikel 3 AAR, legt hij zijn voorstel ter zake aan burgemeester en wethouders voor; hij voegt daaraan zo nodig toe voorstellen tot tijdelijke verlenging van het erfpachtrecht;

          • .

            het uitkeren aan de erfpachter van een vergoeding van de waarde van de opstallen bij beëindiging van het erfpachtrecht wordt beschouwd als een aankoop waarop dit mandateringsbesluit van toepassing is;

             

        • 2.

          het aankopen van - een deel van - een recht van erfpacht mits beperkt tot aankoop met inachtneming van de voorwaarden genoemd in sub c, onder 1;

           

        • 3.

          het beëindigen van het recht van erfpacht is beperkt tot de gevallen waarin sprake is van:

          • -

            met wederzijds goedvinden;

          • -

            wegens wanbetaling van erfpachter;

          • -

            wegens niet-nakoming van een bouwverplichting;

             

  • b.

    het vestigen en opheffen van het recht van erfdienstbaarheid en het recht van opstal moet voortvloeien uit door de raad goedgekeurde plannen;

     

  • c.

    het aankopen van onroerende zaken beperkt is tot aankopen:

     

    • 1.

      ter verbetering van de volkshuisvesting of ter uitvoering van stedenbouwkundige maatregelen, waaronder stedelijke

      herontwikkeling, stadsvernieuwing en opruiming van krotten, in de stadsvernieuwingsgebieden en grondbedrijfsgebieden waarbij een maximum bedrag geldt van € 3.500.000,00 per transactie, mits de aankoop plaatsvindt binnen één van de volgende kaders:

      - een door het college vastgestelde Nota van Uitgangspunten;

      - een door het college vastgesteld projectdocument;

      - in het kader van de Wet Voorkeursrecht Gemeenten:

    • 2.

      in het kader van monumentenbehoud tot een bedrag van ten hoogste€ 227.000,00 per transactie;

    • 3.

      alle nog te verwerven onroerende zaken in het gebied Leidschenveen welke noodzakelijk zijn voor de planontwikkeling, mits passend binnen de grondexploitatie Leidschenveen.

       

  • d.

    het verkopen van onroerende zaken is, indien het Nieuw Haags Gronduitgiftesysteem alleen uitgifte in erfpacht toestaat, beperkt tot verkoop van:

     

    • 1.

      ten hoogste 100 m² onbebouwde grond aan de eigenaar van het aangrenzend perceel;

    • 2.

      appartementsrechten in een gemeenschap waarvan niet alle appartementsrechten eigendom van de gemeente zijn;

    • 3.

      onroerende zaken aan de Staat en andere publiekrechterlijke lichamen;

    • 4.

      onroerende zaken aan Nederlandse onderwijsinstellingen;

    • 5.

      onroerende zaken bij ruiltransacties;

    • 6.

      onroerende zaken welke niet van strategisch belang zijn en gelegen zijn buiten de gemeentegrenzen; bij verkopen bedoeld onder 3 en 4 zal altijd het voorkeursrecht van terugkoop moeten worden bedongen.

 

  • e.
    • 1.

      het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van een overeenkomst inzake huur enverhuur van onroerende zaken dient te geschieden met inachtneming van de door het college eventueel vastgestelde huurtarieven en -bepalingen;

    • 2.

      het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van niet marktconforme huur en verhuur van onroerende zaken tot ten hoogste € 50.000, - per transactie;

    • 3.

      het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van een overeenkomst inzake ingebruikgeving “om niet” van onroerende zaken, ingeval op korte termijn geen verhuur kan plaatsvonden, dan wel de exploitatietermijn te kort is om (niet)marktconform te verhuren;

       

  • f.

    het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van een overeenkomst ten behoeve van de uitvoering van werken niet is beperkt tot het in de aanhef genoemde maximumbedrag;

     

  • g.

    het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van een overeenkomst ter uitvoering van de in het kader van de begroting door de raad vermelde investeringsplannen waarvoor krediet beschikbaar is gesteld, niet is beperkt tot het in de aanhef genoemde maximumbedrag.

Algemene Inspraakverordening Den Haag 1994

  • 1.
    • 2

      (Vervallen)

 

Algemene wet op het Binnentreden

  • 1.
    • 4

      Algemene Wet op het Binnentreden, voor wat betreft artikel 2 (het verstrekken van een machtiging, in het kader van de uitoefening van bestuursdwang).

       

Algemene wet bestuursrecht

  • 1.
    • 5

      Algemene wet bestuursrecht, voor wat betreft de hoofdstukken 2, 3, 4, 6, 7 en 8 met betrekking tot:

    • -

      ter-inzage-legging;

    • -

      het formeel in beroep gaan bij de Raad van State tegen een besluit van GedeputeerdeStaten;

    • -

      het formeel in (hoger) beroep gaan tegen een besluit van de Arrondissementsrechtbank;

    • -

      het verzoek tot opheffing van een eerder door de Arrondissementsrechtbank of Raad van Stateuitgesproken schorsing;

    • -

      het voeren van verweer en het vertegenwoordigen van het college in bezwaarprocedures,

    • -

      beroepsprocedures, hoger beroepsprocedures en bij de behandeling van verzoeken om voorlopige voorzieningen.

 

Haagse Kaderverordening Subsidieverstrekking (HKS) (inclusief beleidsregels en/of uitvoerings-voorschriften)

  • 1.
    • 6

      Alle bevoegdheden.

 

Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

  • 1.
    • 7

      Alle bevoegdheden.

 

2. Bouwen, Ruimtelijke Ordening en Monumentenzorg

 

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten

  • 2.
    • 1a

      Alle bevoegdheden, met uitzondering van:

      • -

        de besluiten over ontheffingen voor bomen of houtopstanden die op delijst monumentale bomen en houtopstanden staan.

      • -

        de vergoeding naar billijkheid voor zover deze meer bedraagt dan € 1.000.000,00 (artikel 4.2).

 

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de daaraan verbonden wetten (hoofdstuk 5 Wabo)

  • 2.
    • 1b

      Alle bevoegdheden voor wat betreft de bestuursrechtelijke handhaving van de Flora- en faunawet, Monumentenwet 1988, de Natuurbeschermingswet 1998, de Wet bodembescherming, de Wet Geluidhinder, de Wet inzake de luchtverontreiniging, de Wet milieubeheer, de Wet ruimtelijke ordening en de Woningwet, voor zover bij of krachtens deze wetten de handhaving berust bij het bevoegd gezag als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

       

Wet basisregistraties adressen en gebouwen en Besluit basisregistraties adressen en gebouwen

  • 2.
    • 1c

      Alle bevoegdheden, met uitzondering van het vaststellen van woonplaatsen, openbare ruimten, standplaatsen en ligplaatsen, zoals vermeld in artikel 6, lid 1 en 2 Wet basisregistraties adressen en gebouwen.

 

Besluit Luchtkwaliteit

  • 2.
    • 2

      Alle bevoegdheden.

       

Besluit op de Ruimtelijke Ordening

  • 2.
    • 3

      Het Besluit op de Ruimtelijke Ordening (2 december 1985), voor wat betreft artikel 10(overleg met besturen van bij het plan of de vrijstelling betrokken instanties).

 

  • 2.
    • 3A

      Het Besluit ruimtelijke ordening (Bro)

      Alle bevoegdheden

 

Besluit Rijkssubsidieregeling Restauratie Monumenten 1997

  • 2.
    • 4.1

      Het Besluit Rijkssubsidieregeling Restauratie Monumenten 1997, voor wat betreft het aanvragen van subsidie op voet van de Rijkssubsidieregeling restauratie monumenten (Rijksbesluit, maart 1997).

 

Bouwbesluit 2003

  • 2.
    • 5

      Alle bevoegdheden.

 

  • 2.
    • 5A

      Bouwbesluit 2012 (bevoegdheid treedt pas in werking als Bouwbesluit in werking treedt)

      Alle bevoegdheden

 

Bouwverordening Den Haag 1997

  • 2.
    • 6

      De Bouwverordening Den Haag 1997, voor wat betreft:

      • -

        hoofdstukken 1 t/m 12, met uitzondering van hoofdstuk 6, artikel 6.1.1. lid 1, onder a, b, d en e;

      • -

        artikel 352, vastgesteld bij raadsbesluit 228 van 28 juni 1990: gehandhaafd:zie raadsbesluit 264 II van 9 september 1993.

 

Besluit brandveilig gebruik bouwwerken

  • 2.
    • 6A

      Het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken, voor zover het betreft het aannemen van enreageren op meldingen ten aanzien van kamergewijze verhuur, waaronder in ieder geval begrepen handhavingsbesluiten als bedoeld in hoofdstuk 1.2 onder 2.1 van deze Mandaatregeling.

 

Duurzaam Bouwen

  • 2.
    • 7

      De operationalisering programma-activiteiten Duurzaam Bouwen uit het ProgrammaRuimtelijke Investeringen 2005-2009, taakveld bestaande woningen, subtaakveld duurzame woningverbetering (RIS 132868).

 

Geldleningen ten behoeve van de Restauratie van Monumentale Panden

  • 2.
    • 8

      Het garanderen van de betaling van rente en aflossing van, ten behoeve van de restauratie van monumentale panden, aan te gane geldleningen.

       

Meerjarenprogramma Stedelijke Vernieuwing (MpSV)

  • 2.
    • 12

      Het Meerjarenprogramma Stedelijke Vernieuwing (MpSV) vanaf het jaar 2000 e.v. , evenals de daarop vastgestelde investeringsprogramma’s bestaande uit:

      • -

        het Programma Ruimtelijke Investeringen (PRI);

      • -

        het Investeringsprogramma Stedelijke Ontwikkeling (IpSO).

         

Monumentenverordening Den Haag

  • 2.
    • 13

      De Monumentenverordening Den Haag, voor wat betreft:

      • -

        artikel 5 leden 1, 3, 4 en 6 (voornemen tot inschrijving in het monumentenregister);

      • -

        artikel 6, lid 3 (kennisgeving van het uitschrijven van een monument uit het monumentenregister);

      • -

        artikel 7 (inzage in het gemeentelijk monumentenregister);

      • -

        artikel 10 leden 3 en 6 (inzage en kennisgeving beschikking t.a.v. aanvraag om vergunning monumenten);

      • -

        artikel 13 (aanvraag vergunning voor een beschermd rijksmonument);

      • -

        artikel 14 leden 3, 4, 6 en 7 (voordracht tot aanwijzing, ter-inzage-legging en kennisgeving van de beschikking m.b.t. beschermde stadsgezichten).

 

Monumentenwet

  • 2.
    • 14

      De Monumentenwet 1988, voor wat betreft:

      • -

        hoofdstuk II (aanwijzing beschermde monumenten) voor wat betreft artikel 3 lid 4, artikel 4 en artikel 6, lid 3;

      • -

        hoofdstuk II (Vergunningen tot wijziging, afbraak of verwijdering van beschermde monumenten) voor wat betreft artikel 11, lid 2, artikel 16 leden 1, 3, 4 en 6, artikel 17 en artikel 21;

      • -

        hoofdstuk IV (Beschermde stadsgezichten) voor wat betreft artikel 37.

         

Procedureregeling planschadevergoeding artikel 49 WRO 2005

  • 2.
    • 15

      Alle bevoegdheden.

 

Procedure verordening voor advisering tegemoetkoming planschade

  • 2.
    • 15A

      Alle bevoegdheden

 

Onteigeningswet

  • 2.
    • 16

      Alle bevoegdheden, met uitzondering van het besluit van het algemeen bestuur tot het indienen van een onteigeningsverzoek als opgenomen in artikel 78 Onteigeningswet.

       

Telecommunicatiewet

  • 2.
    • 17

      De Telecommunicatiewet, voor wat betreft artikel 5.2 (gedoogplicht voor aanleg, instandhouding en opruiming kabels).

 

Verordening Naamgeving en Nummering

  • 2.
    • 19

      Alle bevoegdheden voor wat betreft nummering.

 

Verordening tot Verlening van Geldelijke Steun ingevolge de Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing.

  • 2.
    • 20

      Alle bevoegdheden.

 

Waarborgfonds Sociale Woningbouw

  • 2.
    • 21

      Het aangaan van vrijwarings-, borgtocht- en achtervangovereenkomsten met het Waarborgfonds Sociale Woningbouw.

       

Wet geluidhinder (Wgh)

  • 2.
    • 22

      Het voorbereiden en indienen van een verzoek tot ontheffing van de voorkeursgrenswaarde uit de Wet geluidhinder.

 

Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO)

  • 2.
    • 23

      De Wet op de Ruimtelijke Ordening, voor wat betreft:

      • -

        hoofdstukken IV t/m VII (gemeentelijk en regionaal planologisch beleid en maatregelen, projectcoördinatie, exploitatieverordeningen, aanlegvergunningen);

      • -

        hoofdstuk VIII (artikel 49 Schadevergoeding);

      • -

        hoofdstuk X (Dwang- en Strafbepalingen);

      • -

        wet van 1 juli 1999, houdende de wijziging van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.

         

2.23 A Wet ruimtelijke ordening (Wro

  • -

    hoofdstuk 3

  • -

    hoofdstuk 6

  • -

    hoofdstuk 7, artikel 7.2

Alle bevoegdheden.

 

Wet Voorkeursrecht Gemeenten

  • 2.
    • 25

      De Wet Voorkeursrecht Gemeenten

      • -

        waarvan uitgezonderd het besluit tot voorlopige aanwijzing als bedoeld in artikel 6

Alle bevoegdheden

 

Woningwet 1962

  • 2.
    • 26

      De Woningwet 1962, voor wat betreft:

      • -

        hoofdstukken I t/m IV (algemene bepalingen, voorschriften betreffende het bouwen,slopen, gebruik en onderhoud, bijzondere bevoegdheden, vergunningen);

      • -

        hoofdstuk VII (dwang- en strafbepalingen);

      • -

        hoofdstuk VIII (slotbepalingen).

         

Woningwet 1991

  • 2.
    • 27

      De Woningwet 1991, voor wat betreft:

      • -

        hoofdstukken I t/m IV (begripsbepalingen, voorschriften betreffende het bouwen, de staat van bestaande bouwwerken en standplaatsen, het gebruik, het slopen en de welstand);

      • -

        hoofdstuk VIII (bijzondere maatregelen);

      • -

        hoofdstuk IX (vergunningen).

         

3. Huisvesting

 

Beschikking en Regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten

  • 3.
    • 1

      Alle bevoegdheden.

       

Besluit Beheer Sociale Huursector

  • 3.
    • 2

      Het Besluit Beheer Sociale Huursector, voor wat betreft de bevoegdheden genoemd in hoofdstuk IV (verslaglegging van de werkzaamheden).

 

Besluiten van de raad, met betrekking tot

  • 3.
    • 33

      Het garanderen van de betaling van rente en aflossing van door particulieren aangegane geldleningen ten behoeve van de verwerving in eigendom van door henzelf te bewonen woningen (alleen met betrekking tot nog lopende verplichtingen).

       

Huisvestingswet

  • 3.
    • 4

      De Huisvestingswet, voor wat betreft de bevoegdheden genoemd in hoofdstuk IV, art. 40 tot en met 49 (de vordering van woonruimte).

       

Leegstandwet

  • 3.
    • 5

      Alle bevoegdheden.

       

Wet op de huurtoeslag

  • 3.
    • 6

      Wet op de huurtoeslag, voor wat betreft artikel 12 lid 1, 2 en 3 (de beleidsmatige aspecten en de bevoegdheid tot niet-categoriale fiattering van de huursubsidie boven de aftoppingsgrenzen).

       

Regionale Huisvestingsverordening Stadsgewest Haaglanden 2005

  • 3.
    • 7b

      Alle bevoegdheden die aan het college van burgemeester en wethouders zijn toegekend.

       

Regionale Huisvestingsverordening Stadsgewest Haaglanden 2012

  • 3.
    • 7c

      Alle bevoegdheden die aan het college van burgemeester en wethouders zijn toegekend.

       

Rijksbijdragen in de Exploitatiekosten van Woonwagencentra

  • 3.
    • 8

      Het bij het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer alsmede, het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport indienen van aanvragen om rijksbijdragen in de exploitatiekosten van woonwagencentra.

       

Stadsgewestelijke Verordening Woninggebonden Subsidies

  • 3.
    • 9

      De Stadsgewestelijke Verordening Woninggebonden Subsidies, voor zover opgedragen aan burgemeester en wethouders, onder de voorwaarden die door het dagelijks bestuur Stadsgewest Haaglanden zijn gesteld.

       

Verordening woninggebonden subsidies 1995

  • 3.
    • 10

      Alle bevoegdheden.

 

Verordening op de Woning- en Kamerbemiddelingsbureaus

  • 3.
    • 11

      Alle bevoegdheden.

 

Verordening subsidie verhuis- en herinrichtingskosten 1997

  • 3.
    • 12

      Alle bevoegdheden.

       

Verordening subsidieregeling particuliere woningverbetering Contradriehoe

  • 3.
    • 14

      Alle bevoegdheden

 

Verordening Samenvoegen appartementen van eigenaar-bewoners

  • 3.
    • 15

      Alle bevoegdheden

       

4. Erfpacht en grondexploitatie

 

Erfpachtbeheer

  • 4.
    • 1

      Het erfpachtbeheer, voor wat betreft:

      • -

        het uitoefenen van de aan de burgemeester en wethouders in de “Algemene Bepalingen voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente ‘s-Gravenhage 1986 (AB 1986, herz. 1993)” verleende bevoegdheden, met uitzondering van:

        • .

          het jaarlijks vaststellen van het canonpercentage (artikel 8, derde lid);

        • .

          het jaarlijks vaststellen van de administratiekosten (artikel 8, vierde lid);

        • .

          de besluiten tot het opleggen van een boete (artikel 24);

           

  • -

    het uitoefenen van de aan de burgemeester en wethouders in de “Algemene Bepalingen voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente ‘s-Gravenhage 1977” verleende beheersbevoegdheden, met uitzondering van:

    • ·

      het jaarlijks vaststellen van de aanpassingscoëfficiënt (artikel 25, vierde lid);

    • ·

      de besluiten tot het opleggen van een boete (artikel 14, tweede lid);

  • -

    het uitoefenen van de aan de burgemeester en wethouders in de “Algemene Voorwaarden voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente ‘s-Gravenhage” (Verz. No 19 van 1923) verleende beheersbevoegdheden, met uitzondering van de besluiten tot het opleggen van een boete (artikel 17, tweede lid);

  • -

    het uitoefenen van de aan de burgemeester en wethouders in de “Voorwaarden waarop de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente ‘s-Gravenhage zal geschieden” (Verz. no 18 van 1911) verleende beheersbevoegdheden;

  • -

    het uitoefenen van de aan burgemeester en wethouders in de Algemene Voorwaarden voor de uitgifte in erfpacht van de gronden van de gemeente 's-Gravenhage in het contractgebied Scheveningen (omgeving Gevers Deynootplein) verleende beheersbevoegdheden, met uitzondering van de besluiten tot het opleggen van een boete (artikel 16 lid 2).

     

Raadsbesluit 206 van 18 juli 1996, inzake Wateringse Veld

  • 4.
    • 2
      • -

        het aankopen van onroerende zaken;

      • -

        het vergoeden van schade voortvloeiend uit de beëindiging van huurovereenkomsten inzake onroerende zaken;

      • -

        het economisch leveren van onroerende zaken aan Ontwikkelingscombinatie Wateringse Veld;

      • -

        het verkopen van onroerende zaken;

      • -

        de uitgifte in erfpacht van de gronden met inachtneming van de daarvoor vastgestelde algemene en/of bijzondere bepalingen voor uitgifte in erfpacht voor gronden van de gemeente Den Haag.

         

Opstallen en beheer

  • 4.
    • 3

      Het overdragen van het beheer van opstallen en gronden aan andere gemeentelijke dienstenen/of instellingen.

 

Verkoop onroerende zaken Leidschenveen

  • 4.
    • 4

      De verkoop van onroerende zaken in Leidschenveen ter uitvoering van de herzieneSamenwerkingsovereenkomst Leidschenveen (met de bijbehorende tekening 10.0001.027.01-Vd.d. 16 februari 2005) met dien verstande dat het in 1.1. Sub a onder 1 genoemde maximumbedrag niet van toepassing is.

       

5. Economie en Promotie

 

Economisch Beleid

  • 5.1.

    Het economisch beleid, (met dien verstande dat het in hoofdstuk 1 artikel 1.1 genoemde maximumbedrag van toepassing is) voor wat betreft:

    • -

      Het indienen van subsidieaanvragen bij de provincie Zuid Holland, de Rijksoverheid of de Europese Commissie ten behoeve van projecten;

    • -

      Het verlenen van subsidies ten laste van de gemeentelijke middelen;

    • -

      Het nemen van voorschotbesluiten aan eindbegunstigden, het aanvragen van EFRO bijdrage D2 en Kansen voor West bij het Ministerie van binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en het uitbrengen van de vereiste financiële rapportages.

    • -

      Het nemen van besluiten ter uitvoering van raadsbesluiten met betrekking tot het Meerjarenprogramma Binnenstad;

    • -

      Het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van overeenkomsten betreffende de promotie van de stad Den Haag in het kader van Citymarketing en tengevolge hiervan het verrichten van uitgaven;

    • -

      Het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van overeenkomsten betreffende het Startersfonds.

       

Verordening Winkeltijden gemeente Den Haag 2000

  • 5.2.

    Alle bevoegdheden.

     

Experimentenwet Bedrijveninvesteringszones (BIZ) collegebesluit RIS 170993

  • 5.3.

    Alle bevoegdheden

     

  • II.

    Dat dit besluit kan worden aangehaald als ‘mandaatbesluit college DSO’.

     

  • III.

    Dat het besluit in werking treedt op 2 oktober 2012.

     

  • IV.

    Dat dit besluit terug werkt tot 1 juli 2012.

     

  • V.

    Dat dit besluit wordt gepubliceerd in het gemeenteblad van week 41 en zal m.i.v. 11 oktober 2012 tevens terug te vinden zijn op de site www.denhaag.nl/bestuurlijkestukken onder RIS-nummer 252264.

     

  • VI.

    Dat tegelijkertijd met de inwerkingtreding van dit besluit hoofdstuk 1.3, vastgesteldbij besluit DSO/2011.1563, RIS 181561, wordt ingetrokken.

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris, de burgemeester,

mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen.