Overheidsorganisatie | Gemeente Wijchen |
---|---|
Officiële naam regeling | Beleidsregel subsidieverstrekkingen 2013 |
Citeertitel | Beleidsregel subsidieverstrekkingen 2013 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Vervangt de beleidsregel subsidieverstrekkingen 2011.
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-11-2012 | 19-09-2013 | nieuwe regeling | 06-11-2012 Wegwijs,14-11-2012 | 12/7591 |
Burgemeester en wethouders van Wijchen;
Overwegende dat het wenselijk is ter uitvoering van de Algemene subsidieverordening 2008 een beleidsregel vast te stellen en gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht
besluiten
vast te stellen de Beleidsregel subsidieverstrekkingen 2013.
Bij een subsidieaanvraag moet een organisatie de volgende bescheiden, voor zover nog niet in bezit van het gemeentebestuur, overleggen:
Een afschrift van de oprichtingsakte van de organisatie, de statuten zoals deze laatstelijk zijn gewijzigd, het huishoudelijk reglement dan wel andere nader aan te wijzen stukken waaruit de doelstelling van de instelling blijkt;
Een opgave van de samenstelling van het bestuur op het moment van de subsidieaanvraag;
De exploitatierekening over het afgelopen jaar en de balans op de laatste dag van dat boekjaar voorzien van een toelichting en een inhoudelijk verslag;
Een verklaring waaruit blijkt dat de instelling bij andere instanties subsidie heeft aangevraagd of heeft toegezegd gekregen;
Een activiteitenplan voor de periode waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft;
Een gespecificeerde begroting van de baten en lasten voor de betreffende subsidieperiode en voor zover deze betrekking heeft op het activiteitenplan waarvoor subsidie wordt aangevraagd;
Een onderbouwing van het gevraagde subsidiebedrag.
Bij een subsidieaanvraag voor een projectsubsidie moet de organisatie tevens het doel en de looptijd van het project aangegeven;
Bij een subsidieaanvraag voor een waarderingssubsidie is het bepaalde in het eerste lid, onder c, d en f, van dit artikel niet van toepassing, maar moet een beschrijving van de inhoud en doelstelling van de activiteiten voor de periode waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft worden overlegd.
Bij een subsidieaanvraag voor een waarderingssubsidie aan natuurlijke personen is het bepaalde in het eerste lid, onder a, van dit artikel niet van toepassing.
Een organisatie komt in aanvulling op het bepaalde in artikel 3.1 van de Algemene subsidieverordening 2008 niet in aanmerking voor subsidie indien:
de activiteiten, waarvoor door een organisatie subsidie wordt aangevraagd, niet behoren tot de gemeentelijke (mede)verantwoordelijkheid;
aan de activiteiten onvoldoende aantoonbare plaatselijke behoefte bestaat, zodanig dat een verantwoord lokaal effect te verwachten is waarmee het belang van de inwoners van de gemeente Wijchen wordt gediend;
de subsidieaanvrager zijn activiteiten in hoofdzaak op zuiver politieke, commerciële of godsdienstige gronden ontplooit;
in de gemeente Wijchen al in voldoende mate direct of indirect wordt voorzien in identieke activiteiten;
de activiteiten niet voor iedere inwoner van de gemeente Wijchen, behorende tot de doelgroep waarop de activiteiten gericht zijn, toegankelijk zijn;
de activiteiten buiten de gemeente Wijchen plaatsvinden, tenzij dit op grond van de aard van de activiteiten gerechtvaardigd is en van de subsidieaanvrager niet verwacht mag worden dat deze de activiteiten in de gemeente Wijchen uitvoert;
de activiteiten een zodanig breed regionaal en/of landelijk bereik hebben, dat de gevraagde subsidie in financieel opzicht slechts een solidair karakter heeft, tenzij met de subsidieverlening wordt beoogd een bepaald politiek gevoelen kenbaar te maken;
door de subsidieaanvrager een zodanige werkwijze wordt toegepast dat redelijkerwijs kan worden verwacht dat de beoogde doelstelling(en) niet kan (kunnen) worden bereikt;
de subsidieaanvrager niet beschikt over een bestuurlijke en/of andere leiding die voldoende waarborgen biedt ten aanzien van de deskundigheid en bekwaamheid met betrekking tot de te verrichten activiteiten en de te bereiken doeleinden;
de subsidieaanvrager, met inbegrip van de te verlenen subsidie, niet over de benodigde financiële middelen beschikt om de activiteiten te organiseren;
de subsidieaanvrager geen redelijke eigen bijdrage vraagt voor de aangeboden activiteiten aan deelnemers, bezoekers, gebruikers en/of leden;
de activiteit(en), waarvoor een organisatie subsidie aanvraagt, al heeft (hebben) plaatsgevonden;
het een regionaal of landelijk werkzame organisatie betreft, waarbij minder dan 25% van de deelnemers, bezoekers, gebruikers en/of leden afkomstig is uit de gemeente Wijchen. Als sprake is van normsubsidie met een doelgroepencomponent wordt het percentage op de betreffende doelgroep toegepast;
het een lokaal werkzame organisatie betreft, waarbij minder dan 50% van de deelnemers, bezoekers, gebruikers en/of leden afkomstig is uit de gemeente Wijchen. Als sprake is van normsubsidie met een doelgroepencomponent wordt het percentage op de betreffende doelgroep toegepast;
Vervallen
Een organisatie kan voor de uitvoering van éénzelfde activiteit of prestatie dan wel éénzelfde groep van activiteiten of prestaties slechts op grond van één subsidietitel in aanmerking komen voor subsidie.
Organisaties die, op grond van gemaakte afspraken met de gemeente in het verleden, in het kader van de uitvoering van hun activiteiten, ruimte huren in het SCEC ’t Mozaïek komen in aanmerking voor een volledige financiële compensatie in de huisvestingskosten. In het geval de normsubsidie of budgetsubsidie aan de ontvanger van de hier bedoelde huisvestingskostensubsidie volgens de subsidievoorwaarden wordt beëindigd, dan verleent de gemeente tijdens de afbouwregeling volledige compensatie. Zonder aanspraak op een normsubsidie of budgetsubsidie bestaat nimmer aanspraak op een huisvestingskostensubsidie.
Een budgetsubsidie wordt uitsluitend verstrekt aan organisaties met activiteiten op de volgende terreinen:
Ouderen
Volksgezondheid en maatschappelijke dienstverlening
Bibliotheek
Peuterspeelzaalwerk
Sociaal cultureel werk
Jeugd- en jongerenwerk
Kunst en cultuur
Cultuurhistorie
Muziekonderwijs
Onderwijs en educatie
Sport
Recreatie
Minderheden
Een budgetsubsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een organisatie wanneer deze voldoet aan één of meerdere van de hierna genoemde voorwaarden:
Het college wil de activiteiten, die met de subsidie worden verricht, inhoudelijk op prestaties en resultaten sturen;
Het college wil meerjarige afspraken maken met een organisatie over de uit te voeren activiteiten dan wel de te verrichten prestaties;
Het betreft een subsidievragende organisatie met een of meerdere beroepskrachten in loondienst;
De jaarlijkse omzet van de subsidievragende organisatie bedraagt € 50.000,-- of meer.
De van derden ontvangen geoormerkte financiële middelen kunnen in een budgetsubsidie aan een organisatie worden opgenomen.
Ter uitvoering van de beschikking tot het verlenen van een budgetsubsidie kan een overeenkomst worden gesloten, waarin afspraken worden gemaakt over:
De uit te voeren activiteiten dan wel de te leveren prestaties;
De kwaliteit van de uit te voeren activiteiten en de te leveren prestaties;
De toegankelijkheid van de uit te voeren activiteiten en de te leveren prestaties;
De wijze waarop en de frequentie waarmee aan het college gerapporteerd wordt over de uit te voeren activiteiten en de te leveren prestaties;
De gegevens die minimaal moeten worden opgenomen in de onder d genoemde rapportage;
De financiële verantwoording, aanvullend op de bepalingen in de Algemene subsidieverordening 2008.
Bij een budgetsubsidie kan de subsidieperiode minimaal één jaar en maximaal vier jaar bedragen.
Het college stelt de duur van de subsidieperiode vast.
Wanneer bij een budgetsubsidie de subsidieperiode meer dan één jaar bedraagt, ontvangt de organisatie per jaar een beschikking over de subsidie die voor het betreffende jaar aan de instelling wordt verleend.
Het college kan de subsidieontvanger onder meer verplichtingen opleggen ten aanzien van:
De tarieven en bijdragen van deelnemers aan de gesubsidieerde activiteiten;
Het verkrijgen van andere inkomsten anders dan de gemeentelijke subsidie;
De wijze en tijdstippen waarop informatie wordt verstrekt over de gesubsidieerde activiteiten.
Het college kan voorts de subsidieontvanger andere verplichtingen opleggen die betrekking kunnen hebben op de wijze waarop en de middelen waarmee de gesubsidieerde activiteit wordt verricht.
Een normsubsidie wordt uitsluitend verstrekt aan organisaties met activiteiten op de volgende terreinen:
Amateurkunst
Ouderen
Sport
Volksgezondheid en maatschappelijke dienstverlening
Jeugd- en jongerenwerk
Recreatie en toerisme
Kunst en cultuur
Cultuurhistorie
Minderheden
Sociaal-economische achterstand
Natuur en milieu
Volkshuisvesting
Ruimtelijke ordening
Sociaal cultureel werk
Leefbaarheid
Media
Voor organisaties die voor een normsubsidie, berekend op basis van het aantal actieve leden, bezoekers of vaste deelnemers, in aanmerking willen komen geldt een ondergrens ten aanzien van het aantal leden, bezoekers of vaste deelnemers. Deze ondergrens bedraagt bij:
Blaasorkesten (harmonie, fanfare, brassband, bigband, blaaskapel, accordeonorkest): 20 actieve leden;
Mars- en showorkesten (slagwerk en/of blaasinstrumenten zoals drumfanfare, showband, drum- en malletband): 12 actieve leden;
Symfonische orkesten: 20 actieve leden;
Koren: 12 actieve leden;
Toneel- en revuegezelschappen: 10 actieve leden;
Dansverenigingen en majorettegroepen: 15 actieve leden;
Sportverenigingen (jeugdsport): 15 actieve leden in de leeftijd tot 18 jaar;
Verenigingen (niet zijnde sportverenigingen) voor jeugd en jongeren in de leeftijd tot 18 jaar: 25 actieve leden;
Verenigingen voor ouderen: 25 actieve leden;
Verenigingen op terrein van de volksgezondheid en maatschappelijke dienstverlening: 25 actieve leden;
Actieve leden van een organisatie zijn leden die:
Contributie betalen;
Daadwerkelijk deelnemen aan de kernactiviteit(en) van de organisatie;
Niet uitsluitend deel uitmaken van het algemeen en/of dagelijks bestuur;
Niet behoren tot de categorie ereleden;
Niet in loondienst zijn van de organisatie.
Een organisatie met leden die voor een normsubsidie, berekend op basis van het aantal leden, in aanmerking wil komen dient aangesloten te zijn bij een regionale, provinciale of landelijke koepelinstelling (voorzover aanwezig).
Bij de berekening van de subsidie voor een bepaalde subsidieperiode op basis van het aantal actieve leden van een organisatie wordt uitgegaan van de ledenlijst van deze organisatie op 1 januari van het jaar voorafgaand aan de subsidieperiode.
Bij de berekening van de subsidie voor een bepaalde subsidieperiode op basis van het aantal inwoners van de gemeente Wijchen wordt uitgegaan van het aantal inwoners op 1 januari van het jaar voorafgaand aan de subsidieperiode.
Bij de berekening van de subsidie voor een bepaalde subsidieperiode op basis van overige meetbare eenheden wordt uitgegaan van het aantal op 1 januari van het jaar voorafgaand aan de subsidieperiode.
Voor alle normsubsidies is van toepassing dat het opgenomen budget in de gemeentebegroting van het betreffende jaar waarvoor subsidie wordt verstrekt geldt als subsidieplafond.
Bij overschrijding hiervan worden de subsidiebedragen evenredig verminderd.
Het college kan de subsidieontvanger onder meer verplichtingen opleggen ten aanzien van:
De contributie van de leden van de subsidieontvanger;
De tarieven en bijdragen van deelnemers aan de gesubsidieerde activiteiten;
Het verkrijgen van andere inkomsten anders dan de gemeentelijke subsidie;
De wijze en tijdstippen waarop informatie wordt verstrekt over de gesubsidieerde activiteiten.
Het college kan voorts de subsidieontvanger andere verplichtingen opleggen die betrekking kunnen hebben op de wijze waarop en de middelen waarmee de gesubsidieerde activiteit wordt verricht.
Aan een organisatie die amateurkunst beoefent wordt subsidie verstrekt, mits:
De organisatie jaarlijks minimaal tenminste twee openbare producties of uitvoeringen verzorgt in de gemeente Wijchen;
De organisatie een vorm van kunst beoefent, die door middel van een voorstelling of uitvoering, onder de artistieke leiding van gekwalificeerde dirigenten, regisseurs, instructeurs of choreografen, kan worden gepresenteerd.
De subsidie aan blaas-, show-, mars- en symfonische orkesten bestaat uit:
Een basisbedrag van € 860,-- voor de algemene organisatiekosten voor een organisatie bestaande uit één zelfstandige eenheid;
Een basisbedrag van € 1.282,-- voor de algemene organisatiekosten voor een organisatie bestaande uit twee zelfstandige eenheden;
Een basisbedrag van € 1.610,-- voor de algemene organisatiekosten voor een organisatie bestaande uit drie of meer zelfstandige eenheden;
Een bedrag per lid van € 40,-- voor de artistieke en deskundige leiding;
Een organisatie waarvan minder dan 50% van het totale leden afkomstig is uit de gemeente Wijchen komt niet in aanmerking voor een basisbedrag.
Een organisatie, die in aanmerking komt voor het basisbedrag onder a, b en c alsmede aangesloten is bij de Stichting Samenwerkende Wijchense Muziekverenigingen (SSWM), ontvangt een bedrag van € 450,-- , dat zij afdraagt aan de SSWM.
De subsidie aan koren bestaat uit:
Een basisbedrag voor de algemene organisatiekosten van € 400,--;
Een bedrag per lid van € 24,-- voor de artistieke en deskundige leiding;
Een organisatie waarvan minder dan 50% van het totale leden afkomstig is uit de gemeente Wijchen komt niet in aanmerking voor het basisbedrag.
De subsidie aan toneel- en revuegezelschappen bestaat uit:
Een basisbedrag voor de algemene organisatiekosten van € 575,--;
Een bedrag per lid van € 30,-- voor de artistieke en deskundige leiding;
Een organisatie waarvan minder dan 50% van het totale leden afkomstig is uit de gemeente Wijchen komt niet in aanmerking voor het basisbedrag.
De subsidie aan volksdansverenigingen bestaat uit:
Een basisbedrag voor de algemene organisatiekosten van € 50,--
Een bedrag per lid van € 6,-- voor de artistieke en deskundige leiding;
Een organisatie waarvan minder dan 50% van het totale leden afkomstig is uit de gemeente Wijchen komt niet in aanmerking voor het basisbedrag.
De subsidie aan majorettegroepen bestaat uit:
Een basisbedrag voor de algemene organisatiekosten van € 860,--;
Een bedrag per lid van € 24,-- voor de artistieke en deskundige leiding;
Een organisatie waarvan minder dan 50% van het totale leden afkomstig is uit de gemeente Wijchen komt niet in aanmerking voor het basisbedrag.
Vervallen
De doelstellingen van het gemeentelijke sportbeleid zijn het aanwezig zijn en in stand houden van een adequate fysieke sportinfrastructuur (sportaccommodatiebeleid), bevordering van het gebruik van de sportvoorzieningen door specifieke doelgroepen (sportstimuleringsbeleid), evenals het ondersteunen van de aanbieders van sportactiviteiten (verenigingsondersteuningsbeleid).
Vanuit de sportdoelstellingen kunnen organisaties die een bijdrage leveren aan het realiseren van die gemeentelijke doelstellingen voor een subsidie in aanmerking komen.
De subsidie is voor zover van toepassing opgebouwd uit 5 componenten:
Component A: Bijdrage in de onderhouds- en instandhoudingskosten buitensportaccommodaties. Organisaties die zorgen voor het onderhoud en de instandhouding van de buitensportaccommodaties op het gebied van handbal, voetbal, korfbal, fietscross, atletiek en hockey kunnen in aanmerking komen voor een bijdrage in de onderhouds- en de instandhoudingskosten, inhoudende een vast bedrag ter hoogte van 56,5% van de vooraf goedgekeurde onderhoudskosten van het sportcomplex;
Component B: Bijdrage in de exploitatie van binnensportaccommodaties. Organisaties die zorgdragen voor de exploitatie van een binnensportaccommodatie kunnen in aanmerking komen voor een nader door het college vast te stellen vast bedrag per accommodatie;
Component C: Bijdrage in de huurkosten binnensportaccommodaties: Organisaties die activiteiten aanbieden in binnensportaccommodaties binnen de gemeente op het gebied van zwemmen, handbal, volleybal, basketbal, korfbal, gymmen, turnen, futsal, tafeltennis, badminton en twirlen kunnen in aanmerking komen voor een nader door het college vast te stellen bijdrage in de huurkosten:
Voor de zwemsport betreft het een vast bedrag van € 2.700,- per uur volgens een seizoenscontract voor Zwembad De Meerval met een wekelijks terugkerend uur badhuur (ten minste 40 weken per jaar) en een bedrag per Wijchens jeugdlid;
Voor andere sportactiviteiten betreft het een bedrag per jeugdlid, dat afhankelijk is van de gemiddelde huurkosten die behoren bij de betreffende tak van sport. We onderscheiden vijf categorieën van binnensportverenigingen. Per jeugdlid is het bedrag als volgt :
Categorie 1: € ---,- (denksporten);
Categorie 2: € 15,- (badminton, volleybal, korfbal, tafeltennis, schietsport, twirlen);
Categorie 3: € 25,- (gymmen, turnen, basketbal);
Categorie 4: € 45,- (handbal, futsal);
Categorie 5: € 85,- (zwemsporten).
Component D: Doelgroepenbijdrage minder validen: Organisaties die activiteiten voor aangepast sporten aanbieden kunnen in aanmerking komen voor een vast bedrag van € 350,-- en een bedrag per Wijchense deelnemer van € 15,00;
Component E: Overheadkostenbijdrage: Organisaties die beheersmatige werkzaamheden van tenminste 10 (andere) (sport)verenigingen overnemen of ondersteunen kunnen in aanmerking komen voor een door het college vast te stellen vast bedrag.
De subsidie aan het georganiseerd jeugd- en jongerenwerk, d.w.z. organisaties met leden die in groepsverband vrijetijdsactiviteiten organiseren en uitvoeren voor jongeren in de leeftijd van 4 tot 18 jaar, bestaat uit:
Een basisbedrag voor de algemene organisatiekosten van € 250,--;
Een bedrag per lid tot 18 jaar van € 27,--.
Om voor subsidie als bedoeld in het eerste lid in aanmerking te komen dient minimaal één keer per maand een activiteit plaats te vinden.
De te organiseren activiteiten als bedoeld in het tweede lid moeten tenminste één van de volgende functies vervullen:
Vorming: het bevorderen van kennis, inzicht en vaardigheden met als doel een verbetering van het persoonlijk en algemeen maatschappelijk functioneren van jeugd en jongeren;
Ontmoeting/recreatie: het bevorderen van contacten gericht op ontspanning, gezelligheid en/of kennismaking met door anderen gehanteerde waarden en normen;
Cultuur/creativiteit: het bevorderen van deelneming aan cultuuruitingen, gericht op creatieve ontplooiing, niet zijnde professionele kunst of amateurkunst.
De subsidie aan organisaties zonder leden die activiteiten ontplooien op het terrein van jeugd en jongeren bestaat uit een bedrag van € 5,-- per deelnemer.
De subsidie aan speel-o-theken bestaat uit:
Een bedrag van maximaal € 500,-- in de organisatiekosten;
Een bedrag van maximaal € 750,-- in de activiteitenkosten inclusief de kosten van aanschaf en afschrijving van speelgoed.
Een organisatie voor ouderen, die voor subsidie in aanmerking wil komen, ontplooit activiteiten voor personen die 55 jaar en ouder zijn op het terrein van o.a. ontspanning, voorlichting en educatie.
De subsidie aan organisaties op het terrein van ouderen bestaat uit een bedrag per actief lid van € 5,00.
Aan een organisatie op het terrein van de volksgezondheid en maatschappelijke dienstverlening wordt een normsubsidie verstrekt, indien deze organisatie voornamelijk functioneert met behulp van vrijwilligers.
De subsidie aan organisaties op het terrein van de volksgezondheid en maatschappelijke dienstverlening zoals bedoelt in het eerste lid van dit artikel bestaat uit een bedrag per lid of deelnemer van € 3,--.
De subsidie aan organisaties op het terrein van slachtofferhulp bestaat uit een bedrag per inwoner dat periodiek wordt vastgesteld door de veiligheidsregio.
De subsidie aan belangenorganisaties en adviesorganen die op initiatief vanuit de samenleving zijn opgericht bestaat uit een bedrag per inwoner van € 0,09 tot het maximum van het subsidiabele tekort.
De subsidie aan belangenorganisaties en adviesorganen die op verzoek van de raad of het college – eventueel met een wettelijke grondslag – zijn geformeerd en op grond hiervan met een bepaalde frequentie ook een adviserende rol richting raad of college vervullen bestaat uit een bedrag per inwoner van € 0,18 tot het maximum van het subsidiabele tekort.
Dit artikel is niet van toepassing op groeperingen die als doelstelling hebben het bevorderen van de leefbaarheid in een buurt, wijk of dorp.
Verenigingen of stichtingen die een dorpshuis of wijkcentrum beheren en exploiteren ontvangen een basisbedrag voor de algemene kosten van beheer van € 7.000,- .
De subsidie aan verenigingen of stichtingen, zoals bedoeld in lid 1 van dit artikel, die in een dorpshuis of wijkcentrum activiteiten uitvoeren bestaat uit :
een bedrag per inwoner in een wijk of dorp van € 0,40 voor de kosten van het organiseren en uitvoeren van activiteiten voor personen van 18 jaar en ouder;
een bedrag per inwoner in een wijk of dorp van € 0,50 voor de kosten van het organiseren en uitvoeren van activiteiten voor jeugd en jongeren tot 18 jaar.
Om voor subsidie als bedoeld in lid 2a in aanmerking te komen dient minimaal één keer per week een activiteit plaats te vinden.
Om voor subsidie als bedoeld in lid 2b in aanmerking te komen dient minimaal één keer per maand een activiteit plaats te vinden.
De te organiseren activiteiten als bedoeld in lid 2 moeten tenminste één van de volgende functies vervullen :
Vorming: het bevorderen van kennis, inzicht en vaardigheden met als doel een verbetering van het persoonlijk en algemeen maatschappelijk functioneren van jeugd en jongeren;
Ontmoeting/recreatie: het bevorderen van contacten gericht op ontspanning, gezelligheid en/of kennismaking met door anderen gehanteerde waarden en normen;
Cultuur/creativiteit: het bevorderen van deelneming aan cultuuruitingen, gericht op creatieve ontplooiing, niet zijnde professionele kunst of amateurkunst.
Organisaties genoemd in dit artikel die een accommodatie in eigendom hebben krijgen de volgende lasten volledig gesubsidieerd: OZB-eigenaarsdeel, rioolbelasting eigenaarsdeel, waterschapsbelasting en premie opstalverzekering, mits zij vóór 1 december van het jaar waarop de subsidie betrekking heeft, een overzicht indienen van de kosten die zij in dat jaar heeft gemaakt met bijbehorende bewijsstukken van belastingaanslagen en verzekeringpolis.”
De subsidie aan een organisatie die de personenalarmering levert aan personen die hiervoor een indicatie hebben gekregen bestaat uit een nader door het college vast te stellen bedrag per verstrekt apparaat.
De subsidie aan een organisatie die de lokale omroep binnen de gemeente verzorgt bestaat uit een bedrag van € 1,30 per woonruimte.
Een normsubsidie kan worden verstrekt aan een organisatie die zorgdraagt voor het conserveren van de lokale en regionale volkscultuur en historie;
Als aanvullende voorwaarde geldt dat:
De collectie of het interessegebied in elk geval de recente geschiedenis tot 1950 omvat;
de organisatie functioneert met behulp van vrijwilligers;
de organisatie minimaal 10 Wijchense vrijwilligers of leden heeft;
de organisatie belast is met de zorg voor een streekdocumentatiecentrum of streekmuseum, dat voor een breed publiek toegankelijk is.
De subsidie aan een organisatie zoals bedoeld in het eerste lid van dit artikel bestaat uit een bedrag per inwoner van € 0,08.
Aan besturen van instellingen voor het lokale primair of voortgezet onderwijs kan subsidie worden verstrekt met doel als het leveren van een bijdrage aan de culturele en maatschappelijke vorming van de leerlingen van de scholen die vallen onder deze besturen.
Onder culturele en maatschappelijke vorming wordt verstaan activiteiten op het terrein van de cultuureducatie, natuur- en milieueducatie, levensbeschouwelijk onderwijs.
Het bestuur is vrij in de besteding van de subsidie, mits de activiteiten passen binnen de in het eerste lid genoemde doelstelling.
De subsidie bestaat uit een jaarlijks door het college vast te stellen bedrag per leerling in het primair onderwijs en een bedrag per leerling in het voorgezet onderwijs voor activiteiten in het kader van culturele en maatschappelijke vorming.
Bij de berekening van de subsidie voor een bepaalde subsidieperiode wordt uitgegaan van het werkelijke aantal leerlingen binnen de scholen op 1 oktober van het jaar voorafgaand aan de subsidieperiode.
Een subsidieaanvraag voor brede schoolactiviteiten zal van advies moeten zijn voorzien door het coördinatieoverleg brede scholen.
De subsidie wordt enkel verstrekt voor activiteiten die de contacten tussen de brede school en de wijk versterken met een maximum van 11 subsidiabele activiteiten.
De activiteiten moeten aansluiten bij de criteria voor brede scholen volgens het besluit van burgemeester en wethouders van 20 juli 2010 (nr: 10-8138).
Voor de berekening van de subsidie voor een bepaalde subsidieperiode wordt uitgegaan van het werkelijke aantal leerlingen binnen de scholen op 1 oktober van het jaar voorafgaand aan de subsidieperiode.
Voor iedere activiteit, die voldoet aan de criteria volgens lid 3, wordt maximaal € 2,50 per leerling beschikbaar gesteld.
In aanvulling op artikel 1.4, lid 1 van de Algemene subsidieverordening kan indien noodzakelijk aan de aanvrager uitstel voor het indienen van de aanvraag worden verleend tot uiterlijk 1 oktober van het jaar voorafgaand aan de subsidieperiode.
Een waarderingssubsidie wordt uitsluitend verstrekt aan organisaties met activiteiten op de volgende terreinen:
Festiviteiten en evenementen
Kunst en cultuur
Cultuurhistorie
Recreatie en toerisme
Leefbaarheid
Sport en spel
Maatschappelijke dienstverlening
Een organisatie die een waarderingssubsidie aanvraagt wordt gedreven door vrijwilligers, dat wil zeggen personen die voor hun werkzaamheden binnen deze organisatie geen geldelijke vergoeding ontvangen in de vorm van loon.
Een organisatie die een waarderingssubsidie aanvraagt moet activiteiten ontplooien die voor breed publiek toegankelijk zijn.
Een eenmalige waarderingssubsidie bedraagt maximaal € 1.000,--.
Een structurele waarderingssubsidie bedraagt maximaal € 2.500,--.
Het college bepaalt voor zover niet is opgenomen in deze beleidsregel, binnen de gestelde grenzen genoemd in het vierde en vijfde lid van dit artikel, de hoogte van het subsidiebedrag.
Voor alle waarderingssubsidies is van toepassing dat het opgenomen budget in de gemeentebegroting van het betreffende jaar waarvoor subsidie wordt verstrekt geldt als subsidieplafond.
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een subsidie vanwege een jubileum van deze organisatie.
De subsidie, zoals genoemd in het eerste lid van dit artikel, 1 is bedoeld voor activiteiten die open staan voor inwoners van de gemeente Wijchen en bestemd voor uitsluitend activiteiten die in het verlengde liggen van de doelstelling van de organisatie. Dit betekent dat recepties en feestelijke bijeenkomsten naar aanleiding van een jubileum niet voor een waarderingssubsidie in aanmerking komen.
De subsidie is een vast bedrag waarvan de hoogte afhankelijk is van de aard van het jubileum:
Bij 25 jaar bestaan: € 100,--
Bij 50 jaar bestaan: € 200,--
Bij 75 jaar bestaan: € 300,--
Bij 100 jaar bestaan of meer (= een veelvoud van 25): € 400,--
De subsidie aan organisaties die zijn belast met het organiseren van een lokale festiviteit of lokaal evenement behorende tot de nationale volkscultuur bedraagt € 250,-- per festiviteit of evenement.
Een festiviteit of evenement kan bestaan uit een of meerdere activiteiten.
De subsidie aan organisaties die zijn belast met het organiseren van lokale culturele - niet zijnde commerciële - initiatieven, festiviteiten of evenementen (inclusief lokale volks-cultuur) bedraagt maximaal € 2.500,-- per initiatief, festiviteit of evenement.
Een initiatief, festiviteit of evenement kan bestaan uit een of meerdere activiteiten.
De subsidie aan organisaties die zijn belast met het organiseren van lokale sportevenementen -niet zijnde commerciële- evenementen bedraagt maximaal € 2.500,- per evenement.
Een evenement kan bestaan uit een of meerdere activiteiten.
De subsidie aan organisaties die zijn belast met het organiseren van lokale initiatieven op het terrein van de maatschappelijke dienstverlening bedraagt maximaal € 1.000,-- per initiatief.
Een initiatief kan bestaan uit een of meerdere activiteiten.
Een lokale organisatie, die actief is op het gebied van het cultuurhistorisch erfgoed, kan in aanmerking komen voor een subsidie met een maximum van € 600,--, waarbij de organisatie moet voldoen aan de volgende criteria:
De organisatie heeft tot doel de belangstelling te bevorderen voor het cultuurhistorisch erfgoed in de gemeente in brede zin, de kennis over de lokale historie te vergroten en een breed publiek hierover te informeren;
De organisatie doet dit door het ontwikkelen en aanbieden van programma’s en activiteiten;
De organisatie verzorgt publicaties over cultuurhistorische thema’s binnen de gemeente Wijchen;
De organisatie werkt ondersteunend voor het plaatselijke museum voor oudheidkunde, zowel voor de inhoudelijke ontwikkeling als in materiële zin door het mogelijk maken van aankopen;
De organisatie heeft minimaal 10 vrijwilligers of leden.
Een lokale heemkundekring kan onder de volgende voorwaarden in aanmerking komen voor een subsidie met een maximum van € 200,--, waarbij de organisatie moet voldoen aan de volgende criteria:
De organisatie heeft tot doel het bevorderen van de belangstelling voor het cultuurhistorisch erfgoed van een kern en het vergroten van de kennis hierover;
De organisatie doet dit door het organiseren van exposities, rondleidingen en/of lezingen;
De organisatie heeft een samenwerkingsrelatie met de Historische Vereniging Tweestromenland;
De organisatie waarborgt dat verzamelde informatie bij opheffing wordt overgedragen aan een lokaal openbaar archief;
De organisatie heeft minimaal 10 vrijwilligers of leden.
De subsidie voor de organisatie van een straatspeeldag bedraagt per jaar maximaal € 150,-- per wijk of kern.
De subsidie aan een organisatie die zich richt op het beheer van een dierenparkje bedraagt € 750,--.
De subsidie aan een groepering met als doelstelling het bevorderen van de leefbaarheid in een buurt, wijk of dorp, die belast is met de belangenbehartiging van een wijk of dorp en die voldoet aan de bepalingen in de checklist voor leefbaarheidsgroepen bedraagt € 550,-- .
Een projectsubsidie wordt uitsluitend verstrekt aan organisaties met activiteiten op de volgende terreinen:
Ouderen
Volksgezondheid en maatschappelijke dienstverlening
Bibliotheek
Peuterspeelzaalwerk
Sociaal Cultureel Werk
Jeugd- en jongerenwerk
Kunst, cultuur en cultuurhistorie
Educatie
Sport en spel
Recreatie
Amateurkunst
Minderheden
Sociaal-economische achterstand
Natuur en milieu
Volkshuisvesting
Ruimtelijke ordening
Leefbaarheid
Een projectsubsidie is een subsidievorm die in drie categorieën is in te delen:
Categorie 1: projecten in de vorm van evenementen en manifestaties met een openbaar en voor iedereen toegankelijk karakter, die niet –uitsluitend– een commercieel doel dienen.
Categorie 2: projecten gericht op beleidsintensivering, vernieuwing en verbreding van het bestaande activiteitenaanbod, experimenten, pilots en nieuwe activiteiten.
Categorie 3: projecten gericht op renovatie of realisatie van een fysieke accommodatie zijnde een duurzame ruimtelijke voorziening.
Projecten in categorie 1 kennen de volgende aanvullende voorwaarden:
De projecten hebben een meerwaarde voor de inwoners van de gemeente Wijchen;
De projecten zijn passend bij het gewenste imago van Wijchen en de doelgroepen.
De projecten vormen een aanvulling op het reguliere aanbod van activiteiten op een bepaald terrein binnen de gemeente Wijchen;
De projecten worden in de gemeente Wijchen uitgevoerd, tenzij dit op grond van de aard van de activiteiten niet mogelijk is en van de subsidieaanvrager niet verwacht mag worden dat deze de activiteiten in de gemeente Wijchen kan verrichten.
De projecten moeten voldoen aan kwaliteit van marketing en promotie.
Projecten in categorie 2 kennen de volgende aanvullende voorwaarden:
De projecten hebben een meerwaarde voor de inwoners van de gemeente Wijchen;
De projecten vormen een aanvulling op het reguliere aanbod van activiteiten op een bepaald terrein binnen de gemeente Wijchen;
De projecten worden in de gemeente Wijchen uitgevoerd, tenzij dit op grond van de aard van de activiteiten niet mogelijk is en van de subsidieaanvrager niet verwacht mag worden dat deze de activiteiten in de gemeente Wijchen kan verrichten.
Vervallen
Vervallen
Een subsidie voor een project in de categorieën 1of 2 heeft het karakter van een deelbijdrage van ten hoogste 50% van de kosten die rechtstreeks voortvloeien uit de activiteit(en) met een maximum van € 10.000,-- en wordt afgestemd op de financiële bijdrage van derden aan het project.
Vervallen
Voor de afzonderlijke categorieën binnen de projectsubsidies waarvoor een budget is opgenomen in de gemeentebegroting geldt dat het budget in de gemeentebegroting van het betreffende jaar waarvoor subsidie wordt verstrekt geldt als subsidieplafond.
Vervallen
Het college kan de subsidieontvanger onder meer verplichtingen opleggen ten aanzien van:
De tarieven en bijdragen van deelnemers aan de gesubsidieerde activiteiten;
Het verkrijgen van andere inkomsten anders dan de gemeentelijke subsidie;
De wijze en tijdstippen waarop informatie wordt verstrekt over de gesubsidieerde activiteiten.
Het college kan voorts de subsidieontvanger andere verplichtingen opleggen die betrekking kunnen hebben op de wijze waarop en de middelen waarmee de gesubsidieerde activiteit wordt verricht.
Niet van toepassing
Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na bekendmaking;
Deze beleidsregel kan worden aangehaald als: Beleidsregel subsidieverstrekkingen 2013.