Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Beuningen

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2013 (Legesverordening 2013)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBeuningen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van leges 2013 (Legesverordening 2013)
CiteertitelLegesverordening 2013
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp
Externe bijlagenTarieventabel leges 2013 Normatieve bouwkostentabel (bijlage 1 bij Tarieventabel leges art 2.1.1.2.) Lijst uitgezonderde evenementen (bijlage 2 bij Tarieventabel leges art 3.2.2.) Tarieven Gelders Genootschap (bijlage 3 bij Tarieventabel leges art 2.3.2.1)

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, artikel 156, tweede lid aanhef en onderdeel h.
  2. Gemeentewet, artikel 229, eerste lid aanhef en onderdeel b.
  3. Wet van 13 oktober 2011, regeling grondslag rechten Nederlandse identiteitskaart, artikel 1
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201309-01-2014Nieuwe regeling

04-12-2012

Elektronisch gemeenteblad, via de website Beuningen, 10 december 2012

BW12.01213
01-01-2014intrekking

17-12-2013

beuningen.nl 19 dec 2013

BW13.01324

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2013 (Legesverordening 2013)

 

De raad van de gemeente Beuningen in openbare vergadering bijeen;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 november 2012;

gelet op de artikelen 156, tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229 , eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en artikel 1 van de Wet van 13 oktober 2011, houdende regeling van een

grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart (Stb.2011, 440);

 

B E S L U I T :

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 201 3

(Legesverordening 2013)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ‘dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ‘week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ‘maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n–1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ‘jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n–1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    ‘kalenderjaar’: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor: a. het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten; b. het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteits kaart, als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet;

een en ander genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald.

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover een aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).

  • d.

    het aanvragen van een vergunning voor het innemen van en niet-commerciële standplaats en het aanvragen van een niet-commerciële vent- / collectevergunning van een vereniging / stichting, opgenomen in het CBF-register.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

Artikel 6 Wijze van heffing

  • 1.

    De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingplichtige bekendgemaakt.

  • 2.

    Indien het bedrag dat vermoedelijk gevorderd zal worden dit rechtvaardigt, kan een bedrag voorlopig gevorderd worden.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen dertig dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Teruggaaf

  • 1.

    Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in bij deze verordening behorende de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst

    in die tarieventabel opgenomen bepaling.

  • 2.

    Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving, die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of in de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieven- tabel betreft: 1. onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand) 2. hoofdstuk 2 (reisdocumenten) 3. hoofdstuk 3 (rijbewijzen) 4. onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit de gemeentelijke basisadministratie persoons- gegevens) 5. hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens) 6. onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag)

    • 7.

      onderdeel 1.9.2 (naturalisatie) 8. hoofdstuk 16 (kansspelen) een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1.

    De “Legesverordening 2012”, vastgesteld bij raadsbesluit van 29 november 2011, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Legesverordening 2013”.

Beuningen, 4 december 2012

 

De raad voornoemd,

de griffier, de voorzitter,