Organisatie | Nuenen, Gerwen en Nederwetten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Algemene subsidieverordening gemeente Nuenen ca. 2008 |
Citeertitel | Algemene subsidieverordening gemeente Nuenen ca. 2008 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Algemene subsidieverordening gemeente Nuenen |
Geen
Algemene wet bestuursrecht
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2008 | 24-05-2016 | Nieuwe regeling | 29-05-2008 Rond de Linde, 05-06-2008 | Onbekend |
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. de Awb: Algemene wet bestuursrecht.
b. Activiteitenplan: Een overzicht van de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd, de daarmee nagestreefde doelstellingen en de daarvoor benodigde personele en materiële middelen.
c. Bijzondere subsidieverordening: Een verordening waarin voorde daarin vermelde activiteiten geheel of ten dele van deze verordening afwijkende danwei aanvullende regels zijn opgenomen.
d. Beleidsgestuurde contractfinanciering: Een methodiek om beleid te realiseren door contractvorming tussen gemeente en maatschappelijke organisaties.
e. Beschikking tot subsidieverlening: Het besluit tot het verlenen van subsidie, waarbij aan een instelling een omschrijving van de te leveren activiteiten; het bedrag van de subsidie, danwei de wijze waarop dit bedrag wordt bepaald, en, indien geen concreet bedrag kan worden vermeld, tevens het bedrag waarop de subsidie ten hoogste kan worden vastgesteld; de looptijd van de subsidie en de eventuele subsidieverplichtingen worden meegedeeld.
f. Beschikking tot subsidievaststelling: Het besluit waarbij het bedrag van de subsidie wordt vastgesteld en die aanspraak geeft op betaling van het vastgestelde bedrag.
g. (Concept-)subsidieprogramma: Het programma (bestaande uit beleidsontwikkelingen, beleidsregels en toekenningen op grond waarvan een instelling subsidie kan worden verleend) zoals dit door het College van burgemeester en wethouders is vastgesteld.
h. Gemeentebestuur: De Raad c.q. het College van burgemeester en wethouders, van Nuenen ca.
i. Incidentele subsidie: Een subsidie die het College van burgemeester en wethouders verstrekt voor een activiteit met een eenmalig of experimenteel karakter.
j. Instelling: Een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid.
k. Ledensubsidie: Een vorm van waarderingssubsidie waarbij de financiële bijdrage die door het College van burgemeester en wethouders wordt verstrekt is gebaseerd op het ledenaantal van een instelling.
l. Subsidie: De aanspraak op financiële middelen, door het College van burgemeester en wethouders verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten.
m. Subsidieplafond: Het bedrag dat gedurende een begrotingsjaar ten hoogste beschikbaar is voor verstrekking van subsidies op het betreffende beleidsterrein.
n. Waarderingssubsidie: Een financiële bijdrage die het College van burgemeester en wethouders verstrekt ter algemene ondersteuning en aanmoediging.
o. Rekenkamercommissie: De door de raad van de gemeente Nuenen ca. bij of krachtens verordening ingestelde rekenkamercommissie.
Hoofdstuk 2 Reikwijdte van de verordening
Deze verordening is van toepassing op alle subsidiebesluiten van de gemeente Nuenen ca., tenzij en voor zover niet is voorzien in een bijzondere subsidieregeling van het rijk, de provincie of de gemeente.
Hoofdstuk 3 Algemene voorwaarden
Er wordt geen subsidie verleend aan instellingen:
met een doelstelling en/of activiteiten, die discriminatie opleveren wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, burgerlijke staat, seksuele geaardheid, of op welke grond dan ook. Onder discriminatie wordt hierbij het onderscheid ter opheffing van maatschappelijke achterstand uitdrukkelijk niet begrepen;
Een subsidieaanvraag dient vóór 1 juni van het jaar, voorafgaand aan het jaar waarop de subsidie betrekking heeft, te worden ingediend bij het College van burgemeester en wethouders, tenzij het college van burgemeester en wethouders voor een subsidieplafond anders bepaalt. Het College van burgemeester en wethouders kan hiervoor een formulier vaststellen.
Wanneer een instelling in aanmerking wil komen voor beleidsgestuurde contractfinanciering omvat de aanvraag voor subsidie in elk geval:
De instelling moet in de aanvraag aantonen dat, met inbegrip van de gemeentelijke subsidie, een sluitende exploitatie kan worden bereikt. Het College van burgemeester en wethouders kan aangeven wanneer een of meer onderdelen genoemd in a. t/m e. achterwege kunnen blijven.
Indien een instelling voor de eerste keer een subsidieaanvraag indient, dient tevens bij de aanvraag te worden gevoegd:
Indien het College van burgemeester en wethouders dit noodzakelijk acht, kan aan de instelling naar aanleiding van en ter beoordeling van de subsidieaanvraag gevraagd worden om meer bescheiden dan welke zijn genoemd in artikel 5.2 en 5.3 in te dienen binnen een door het college van burgemeester en wethouders te bepalen termijn.
Indien een subsidieaanvraag niet voldoet aan het gestelde in de artikelen 5.2 t/m 5.4 wordt de aanvrager in de gelegenheid gesteld deze gegevens aan te vullen binnen een door het College van burgemeester en wethouders aangegeven termijn. Indien daarna niet aan de verplichtingen is voldaan kan het College van burgemeester en wethouders besluiten de aanvraag niet in behandeling te nemen.
Verlening van de subsidie is afhankelijk van de mate waarin de te realiseren activiteiten passen binnen de gemeentelijke doelstellingen en het subsidieplafond voor het betreffende beleidsterrein, zulks ter beoordeling van het College van burgemeester en wethouders
Het College van burgemeester en wethouders doet de instelling binnen acht weken nadat de gemeenteraad tot vaststelling van de begroting met subsidieplafonds heeft besloten een beschikking tot subsidieverlening dan wel een beschikking tot weigering van de subsidieverlening toekomen.
Het College van burgemeester en wethouders bepaalt dat wanneer een instelling voor een financiële bijdrage in aanmerking komt, deze via beleidsgestuurde contractfinanciering of als waarderingssubsidie zal worden verstrekt.
De hoogte van het subsidiebedrag per instelling wordt, binnen het subsidieplafond, vastgesteld door het College van burgemeester en wethouders. Dit geschiedt in een concreet bedrag, danwei met vermelding van de wijze waarop dit bedrag wordt bepaald en, indien geen concreet bedrag kan worden vermeld, tevens onder vermelding van het bedrag waarop de subsidie ten hoogste kan worden vastgesteld.
Bij voorgenomen statutenwijzigingen dient vooraf goedkeuring verkregen te worden van het college van burgemeester en wethouders.
Bij het vervreemden van eigendommen, die met gemeentesubsidies zijn verkregen of in stand gehouden, dient een eventueel voordelig verschil tussen boekwaarde en marktwaarde ten gunste van het resultaat te worden gebracht.
Indien subsidiëring mede tot het verwerven van registergoederen of anderszins tot vermogensvorming heeft geleid, is de instelling mogelijk aan de gemeente een afkoopsom verschuldigd bij:
Bij instellingen die een waarderingssubsidie hebben ontvangen is de afkoopsom bij voldoende vermogen gelijk aan de in totaal ontvangen subsidie over de vijf kalenderjaren. De afkoopsom wordt na overleg met de instelling door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld.
Van een beschikking tot subsidieverlening en het bijbehorende contract kan door deinstelling noch door het gemeentebestuur worden afgeweken, tenzij er sprake is van:
In dat geval zal overleg plaatsvinden over de wijze waarop van de beschikking, dan wel het contract zal worden afgeweken.
Bij instellingen die een subsidie in de vorm van beleidsgestuurde contractfinanciering hebben ontvangen vloeit het vermogen dat resteert nadat, na liquidatie, aan alle verplichtingen is voldaan terug naar de gemeente.
De afkoopsom wordt na overleg met de instelling door het College van burgemeester en wethouders vastgesteld.
Hoofdstuk 7 Verplichtingen inzake het afleggen van verantwoording
De administratie van de instelling dient zo te zijn ingericht dat op eenvoudige wijze een overzicht kan worden verkregen van de bezittingen, de schulden, het eigen vermogen (waarbij reserves en voorzieningen apart vermeld worden), de financiële resultaten en de activiteiten van de instelling.
Indien gewenst kan het College van burgemeester en wethouders de instelling verplichten tussentijdse inhoudelijke en/of financiële voortgangsrapportages uit te brengen.
Het College van burgemeester en wethouders behoudt zich het recht voor om, indien het daar aanleiding toe ziet, voor rekening van het gemeentebestuur een al dan niet aanvullend accountantsonderzoek te laten verrichten. Mocht blijken dat de instelling onzorgvuldig en/of onrechtmatig handelen kan worden verweten, dan zullen de kosten van het accountantsonderzoek op de instelling worden verhaald.
Hoofdstuk 10 Weigeren voortzetting subsidie
Indien aan een instelling voor drie of meer achtereenvolgende jaren subsidie is verstrekt voor dezelfde of in hoofdzaak dezelfde voortdurende activiteiten, geschiedt gehele of gedeeltelijke weigering van de subsidie voor een daarop aansluitend tijdvak op de grond, dat veranderende omstandigheden of gewijzigde inzichten zich tegen voortzetting van de subsidie verzetten, slechts met inachtneming van een redelijke termijn.
Voorzover aan het einde van het tijdvak waarvoor subsidie is verleend sinds de bekendmaking van het voornemen tot weigering van de subsidie voor een daarop aansluitend tijdvak nog geen redelijke termijn is verstreken, wordt subsidie voor het resterende deel van die termijn verleend, zo nodig in afwijking van artikel 4.2. Dit om de instelling zo veel als mogelijk en redelijk is haar verplichtingen die zij op basis van de verleende subsidie heeft aangegaan af te bouwen.
De subsidievaststelling kan niet meer worden ingetrokken of ten nadele van de ontvanger worden gewijzigd, indien vijfjaren zijn verstreken sinds de dag waarop zij is bekendgemaakt dan wel, in het geval, bedoeld in het eerste lid, onder c, sinds de dag waarop de handeling in strijd met de verplichting is verricht of de dag waarop aan de verplichtingen had moeten zijn voldaan.
Het College van burgemeester en wethouders beslist in alle voorkomende gevallen waarin deze subsidieverordening niet voorziet.
Het college is bevoegd om in bijzondere gevallen af te wijken van bepalingen in deze verordeningindien strikte toepassing daarvan zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard.
Op subsidies die voorde inwerkingtreding van deze verordening zijn aangevraagd en/of verleend blijven de bepalingen van de Algemene subsidieverordening gemeente Nuenen ca. 2004 van toepassing.