Organisatie | Ommen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Drank- en Horecaverordening |
Citeertitel | Drank- en Horecaverordening |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
De historie van het "Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen" is mogelijk niet compleet. Er kunnen wijzigingen ontbreken tussen het ontstaan van de regeling en de eerste opgenomen wijziging daarvan.
Gemeentewet, art. 149
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-10-1969 | onbekend | 29-09-1969 Ommer Nieuws, 12-10-1969 | |||
29-09-1968 | 01-01-2014 | Onbekend | 27-01-1994 Ommer Nieuws, 09-02-1994 | Onbekend | |
29-09-1968 | nieuwe regeling | 15-09-1968 Ommer Nieuws, 28-09-1968 |
Hoofdstuk 2 Beperking verstrekking sterke drank
Het is verboden anders dan om niet sterke drank voor gebruik ter plaatse te verstrekken in een inrichting:
Wanneer de toestemming wordt gevraagd voor een vertrek of open aanhorigheid die pleegt te worden gebruikt als voor het publiek toegankelijke dansgelegenheid, of voor het houden van voor het publiek toegankelijke toneel-, muziek-, zang- en dergelijke uitvoeringen, van bijeenkomsten of van partijen, moet bovendien worden voldaan aan de volgende inrichtingseisen:
Gedurende de tijd dat gelegenheid wordt gegeven tot dansen moeten de volgende voorschriften in acht worden genomen:
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder alcolholvrije drank mede verstaan de drank, die bij een temperatuur van 15`C voor minder dan 1| volumenprocent uit alcohol bestaat.
Voor het verkrijgen van een verlof moet een natuurlijk persoon de leeftijd van 21 jaar bereikt hebben en voldoen aan de eisen, die bij of krachtens artikel 5, tweede lid, aanhef en letter a en b, en derde lid, van de wet, worden gesteld aan de bedrijfsleiders en de beheerders.
Hoofdstuk 6 Overgangs- en slotbepalingen
Het verbod, vervat in artikel 5.2 eerste lid, geldt niet voor degene, die op 31 oktober 1967 krachtens een hem ingevolge de Drankwet 1931, S 476, verleend verlof B, alcoholvrije drank voor gebruik ter plaatse mag verstrekken, doch uitsluitend ten aanzien van de lokaliteit(en) waarvoor dat verlof geldt.