Organisatie | Leiden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden houdende regels omtrent parkeernormen Leiden |
Citeertitel | Beleidsregels parkeernormen Leiden |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-10-2019 | 28-07-2020 | artikel 4e, 4f | 24-06-2019 | ||
04-06-2015 | 18-10-2019 | art. 2a, 2b, 4a, 4b, 4c, 4d, 5b, 6, 7 | 19-05-2015 Stadsblad, 27-05-2015 | BW 15.0461 | |
28-02-2012 | 18-10-2019 | Onbekend | 28-02-2012 Onbekend | BW/12.0189 |
Indien een ruimtelijke activiteit daartoe aanleiding geeft, moet ten behoeve van het parkeren of stallen van auto’s in voldoende mate ruimte zijn aangebracht in, op of onder het terrein waar die activiteit plaatsvindt of dat bij die activiteit behoort. De vereiste ruimte heeft alleen betrekking op een nieuw ontstane parkeerbehoefte
De onder het eerste artikel bedoelde ruimte voor het parkeren of stallen van auto’s moet voldoen aan:
Indien een ruimtelijke activiteit aanleiding geeft tot een behoefte aan ruimte voor het laden of lossen van goederen, moet voor deze behoefte in voldoende mate ruimte zijn aangebracht, zulks ter beoordeling van het bevoegd gezag, in, op of onder het terrein waar die activiteit plaatsvindt of dat bij die activiteit behoort.
Het bevoegd gezag kan geheel of gedeeltelijk afwijken van wat bepaald is in artikel 1:
als door middel van onderzoek naar praktijkervaringen wordt aangetoond dat met minder parkeerplaatsen kan worden volstaan; in dat geval kan het bevoegd gezag een lagere parkeernorm bepalen dan die in artikel 2a is bepaald, maar niet lager dan de norm die behoort bij ruimtelijke activiteiten binnen een straal van 500 meter rond NS-station Leiden Centraal (voor activiteiten in de zone ‘binnenstad’) of de norm die behoort bij ruimtelijke activiteiten binnen een straal van 400 meter rond NS-station Lammenschans (voor activiteiten in de zone ‘schil’ en de zone ‘rest gemeente’)
De financiële voorwaarde zal worden gesteld als de gemeente in staat is tot het compenseren van de parkeerplaatsen overeenkomstig artikel 4 en binnen een redelijke termijn na ingebruikneming van de ruimtelijke activiteit, of als gebruikgemaakt wordt van reeds eerder door de gemeente gerealiseerde parkeerplaatsen.
In paragraaf 5.3 van CROW-publicatie 317 ‘Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie’ staan kencijfers voor fietsparkeren voor diverse functies. In de tabellen 10 tot en met 17 is sprake van een bandbreedte tussen een minimum en een maximum kencijfer.
Als Leidse parkeernorm voor het aantal bij niet-woonfuncties te realiseren fietsparkeerplaatsen geldt de bovenste helft van de bandbreedte van de fietsparkeerkencijfers van CROW.
Als een initiatiefnemer van een ruimtelijke activiteit de te verwachten stallingsvraag specifieker kan onderbouwen, geniet dat de voorkeur.
Ruimtelijke activiteiten, waarvoor een vergunning wordt aangevraagd voordat de (gewijzigde) beleidsregels in werking zijn getreden, worden getoetst aan het toetsingskader dat op het moment van ontvangst van de aanvraag geldt.
Voor zover parkeernormen reeds vastliggen in bestemmingsplannen, stedenbouwkundige masterplannen of andere door de raad vastgestelde regelingen, blijven deze van kracht.