Organisatie | Hulst |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Exploitatieverordening gemeente Hulst 2003 |
Citeertitel | Exploitatieverordening gemeente Hulst 2003 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | Ruimtelijke Ordening / Openbare Werken / Openbare Ruimte |
Deze regeling vervangt de Exploitatieverordening gemeente Hulst 2001 en exploitatieverordening gemeente Hontenisse 2002; Deze regeling is vervallen: art. 42 Wet op de Ruimtelijke Ordening is ingetrokken: zie overgangsrecht genoemd in art. 9.1.17 Invoeringswet Wet ruimtelijke ordening
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
11-04-2003 | 01-07-2008 | Nieuwe regeling | 27-03-2003 Zeeuwsch Vlaams Advertentieblad, 10-04-2003 | Rb2003/48 |
De raad van de gemeente Hulst;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 februari 2003 (rv2003/62)
gelet op artikel 42 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, artikel 222 Gemeentewet en deAlgemene wet bestuursrecht,
onder intrekking van het besluit d.d. 27 september 2001 tot vaststelling Exploitatieverordeninggemeente Hulst 2001 van de gemeenteraad van Hulst;
onder intrekking van het besluit d.d. 4 september 2002 tot vaststelling van deexploitatieverordening gemeente Hontenisse 2002 van de gemeenteraad van Hontenisse;
vast te stellen de volgende verordening houdende de voorwaarden waaronder de gemeentemedewerking zal verlenen aan het in exploitatie brengen van gronden:
Artikel 1 Algemene begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
(het treffen van) voorzieningen van openbaar nut: (het verrichten van) onder andere de in lid 2 vermelde werken en werkzaamheden binnen een exploitatiegebied, alsmede buiten het exploitatiegebied voor zover de binnen het exploitatiegebied liggende onroerende zaken door deze voorzieningen direct dan wel indirect worden gebaat.
Voorzieningen van openbaar nut worden door de gemeente aangelegd, tenzij de aanleg behoort totde taken van een andere instantie, of de gemeenteraad uitdrukkelijk heeft ingestemd met gehele ofgedeeltelijke aanleg door de exploitant. De gemeenteraad neemt geen besluit om aanleg door deexploitant toe te staan dan nadat gebleken is, dat een kwalitatief goede uitvoering zowel feitelijkals financieel is gewaarborgd, daartoe voldoende garantie is gesteld en geen zwaarwegende ofbeleidsmatige belemmeringen voor een zodanige werkwijze bestaan.
Artikel 3 Kosten van exploitatie
Voor de berekening van kosten en de vaststelling van exploitatiebijdragen, wordt onder de kostenvan (het verlenen van medewerking aan) het in exploitatie brengen begrepen:
De waarden bedoeld in sub a en b worden vastgesteld op basis van een marktwaardeberekening, doch niet lager dan het totaal van de gemeentelijke verwerving, beheer inclusief renteverliezen terzake van die gronden en opstallen;
de kosten van het treffen van voorzieningen van openbaar nut buiten het exploitatiegebied voorzover de binnen het exploitatiegebied liggende onroerende zaken door deze voorzieningen directdan wel indirect worden gebaat, waaronder voorzieningen zoals bedoeld in artikel 1, lid 2 en artikel3 sub 1 en 5;
de kosten van planontwikkeling, planvoorbereiding en planbeheer en plantoezicht. Onder deze kosten wordt ten minste verstaan: de kosten verband houdende met het opstellen of vervaardigen van structuurplannen en bestemmingsplannen, het opstellen van planmatige uitwerkingen of wijzigingen, het vervaardigen van besluiten tot het verlenen van vrijstelling van een bestemmingsplan alsmede van overige planologische maatregelen voor zover deze nodig zijn voor het in exploitatie brengen van gronden,
Artikel 4 Wijze van toerekening
Ingeval er sprake is van een enkele exploitant in het exploitatiegebied wordt de bijdrage van de exploitant vastgesteld op het totaal van de op grond van de bepalingen van deze verordening doorde gemeente in rekening te brengen kosten, vergoedingen en bijdragen. Ingeval er sprake is vanmeer exploitanten in hetzelfde exploitatiegebied wordt voor de berekening van ieders bijdrage eenverdeelsleutel vastgesteld rekeninghoudende met de veronderstelde opbrengstcapaciteit (marktwaarde) van de gronden van de respectievelijke exploitanten na realisering, zoals geraamd ineen vanwege de gemeente op te stellen exploitatieopzet. De exploitanten dragen bij in de totalekosten van het exploitatiegebied naar rato van de opbrengstcapaciteit van hun gronden
Indien op de in dit artikel onder 1 beschreven wijze de verschillen in profijt van de vangemeentewege getroffen voorzieningen van openbaar nut niet voldoende tot uitdrukking komen inde wijze van toerekening, geschiedt de toerekening op basis van een nader door de gemeenteraadte bepalen grondslag die beter uitdrukking geeft aan de aanwezige verschillen in profijt.
Artikel 5 Vaststelling exploitatiebijdrage
De exploitant betaalt als bijdrage in de kosten verband houdende met het verlenen vanmedewerking aan het in exploitatie brengen van gronden het bedrag dat volgens de voorgaandebepalingen aan zijn onroerende zaak wordt toegerekend, vermeerderd met de kosten op de afstandvan de gronden bestemd voor de aanleg en/of aanpassing van voorzieningen van openbaar nutvallende en de kosten van kadastrale uitmeting.
Indien en voor zover artikel 3, lid 3 c.q. artikel 4, lid 2 onder b van toepassing is, wordt deexploitatiebijdrage verminderd met de inbrengwaarde van de bij de exploitant in eigendom zijnde en voor exploitatie bedoelde gronden en van de gronden welke zijn bestemd voor het treffen van voorzieningen van openbaar nut en door exploitant aan de gemeente worden afgestaan.
De waarde van de in lid 1, tweede volzin bedoelde grond die door de exploitant is ingebrachtwordt door de gemeente en de exploitant gezamenlijk door middel van taxatie vastgesteld. Indienhierover geen overeenstemming kan worden bereikt, wordt deze waarde vastgesteld door eencommissie van drie deskundigen, van wie één aan te wijzen door de gemeente, één door deexploitant en een derde door de beide reeds aangewezen deskundigen of, indien zij het daaroverniet eens kunnen worden, door de terzake bevoegde kantonrechter.
Van de exploitant kan een bijdrage worden verlangd in door de gemeenteraad ingestelde fondsen ten behoeve van buiten het exploitatiegebied aanwezige en/of te realiseren voorzieningen van openbaar nut dan wel ten behoeve van verrekening met exploitatiegebieden met eventuele tekorten in de exploitatie. De gemeenteraad stelt de hoogte van de bijdragen aan dergelijke fondsen periodiek vast.
Artikel 6 Inhoud exploitatieovereenkomst
in gevallen waarbij de gemeenteraad besluit de gehele of gedeeltelijke uitvoering van de doorde gemeente aan te leggen voorzieningen van openbaar nut aan de exploitant op te dragen:
deze opdracht of aanlegverplichting en sluitende waarborging voor een tijdige en kwalitatiefgoede uitvoering en voor de nakoming van financiële verplichtingen van de exploitant;
Artikel 7 Aanvraag voor medewerking
Ingeval door burgemeester en wethouders een aanvraag voor een bouwvergunning, eventueel incombinatie met een aanvraag voor vrijstelling, wordt ontvangen, waarbij in geval van verlening vande vrijstelling en/of bouwvergunning van gemeentewege voorzieningen van openbaar nut moetenworden getroffen, wordt hiervan zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval voor de beslissing op deaanvraag mededeling gedaan aan de aanvrager. Daarbij zal een zo nauwkeurig mogelijke raming vande voor rekening van de exploitant komende kosten, verband houdende met het in exploitatiebrengen van gronden, worden verstrekt. Tevens zal daarbij aan de aanvrager de gelegenheidworden gegeven tot het indienen van een aanvraag voor medewerking.
Burgemeester en wethouders reageren op een schriftelijke aanvraag voor medewerking alsbedoeld in lid 1 van dit artikel, hetzij met een weigering hetzij met de aanbieding van een conceptovereenkomst, binnen zes maanden na de dag waarop de aanvraag is ontvangen. Deze termijn kan onder vermelding van de redenen daarvoor door burgemeester en wethouders worden verlengd met een maximum van zes maanden.
Artikel 8 Weigeringsgronden voor een exploitatieovereenkomst
De medewerking aan het in exploitatie brengen van gronden behoeft in ieder geval niet te wordenverleend, indien:
Artikel 9 Relatie baatbelasting
In een gebied waarvoor een bekostigingsbesluit is genomen, zal, indien de exploitant eenexploitatieovereenkomst aangaat, in de overeenkomst worden bepaald dat, met betrekking tot deuitvoering van de in deze overeenkomst genoemde voorzieningen van openbaar nut, geenaanvullend kostenverhaal op basis van baatbelasting ten laste van de betreffende onroerende zaakzal plaatsvinden.
Artikel 10 Uitzonderingsbepalingen
De artikelen 3 lid 1, 5, en 6 van deze verordening zijn niet van toepassing op voorzieningen vanopenbaar nut van ondergeschikt belang, zoals een uitweg op de openbare weg of een aansluiting ophet openbare riool. In dergelijke gevallen besluiten burgemeester en wethouders onder welkevoorwaarden deze voorzieningen van openbaar nut door of met medewerking van de gemeentezullen worden aangelegd.
Artikel 11 Specifieke overeenkomsten
In de gevallen, waarin de gemeentelijke betrokkenheid bij de (her)ontwikkeling van gebiedenzodanig groot is dat daarvoor specifieke projectontwikkelingsovereenkomsten met grondeigenarendienen te worden aangegaan en de letterlijke toepassing van deze verordening daarvoorbelemmeringen opwerpt, kan de gemeenteraad besluiten in de met deze partijen te sluitenovereenkomsten af te wijken van bepalingen in deze verordening. De gemeenteraad geeft alsdan deredenen aan welke tot toepassing van dit artikel leiden en stelt de specifieke voorwaarden vast voorde te sluiten projectontwikkelingsovereenkomsten, zoals deze voortvloeien uit de door degemeenteraad geformuleerde beleidsdoelstellingen voor de ontwikkeling van het exploitatiegebied.
Artikel 12 Overgangsbepalingen
Ingeval vóór het moment van inwerkingtreding van deze verordening een bekostigingsbesluit isgenomen dan wel een aanvraag als bedoeld in artikel 7 is ingediend, kan deexploitatieovereenkomst worden gebaseerd op de ‘Exploitatieverordening gemeente Hulst 2001’,zoals vastgesteld op 27 september 2001 dan wel de ‘Exploitatieverordening gemeente Hontenisse
2002’, zoals vastgesteld bij raadsbesluit van 4 september 2002.
Deze verordening treedt na publicatie en met inachtneming van de tijdelijke referendumwet inwerking.
Op hetzelfde tijdstip vervallen de ‘Exploitatieverordening gemeente Hulst 2001’ zoals vastgesteldbij raadsbesluit van 27 september 2001 en de ‘Exploitatieverordening gemeente Hontenisse 2002’,zoals vastgesteld bij raadsbesluit van 4 september 2002.