Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bloemendaal

Verordening Commissie bezwaarschriften Bloemendaal 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBloemendaal
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Commissie bezwaarschriften Bloemendaal 2012
CiteertitelVerordening Commissie bezwaarschriften Bloemendaal 2012
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene wet bestuursrecht, Hfdst 6 en 7

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

19-10-201222-03-2017Onbekend

27-09-2012

Weekblad Kennemerland Zuid d.d. 18 oktober 2012

2012075665

Tekst van de regeling

Intitulé

De raad der gemeente Bloemendaal; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 juli 2012; gelet op de hoofdstukken 6 en 7 van de Algemene wet bestuursrecht - artikel 7: 13 in het bijzonder - en het bepaalde in de artikelen 84 en 149 van de Gemeentewet b e s l u i t: vast te stellen de volgende Verordening Commissie bezwaarschriften 2012;

Verordening Commissie bezwaarschriften Bloemendaal 2012

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. verwerend orgaan : bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

b. commissie : de adviescommissie zoals bedoeld in artikel 7: 13 van de wet;

c. de wet : de Algemene wet bestuursrecht;

d. bezwaar(schrift) : het in de zin van artikel 1: 5 van de wet maken van bezwaar.

Artikel 2 Inleidende bepaling commissie

1. Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

2. De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend:

a. tegen besluiten betreffende gemeentelijke belastingen en rechten;

b. tegen besluiten betreffende de Wet waardering onroerende zaken;

c. tegen besluiten betreffende personele aangelegenheden.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

1. De commissie bestaat, inclusief de voorzitter en plaatsvervangend voorzitter, uit tenminste zes leden;

2. De leden van de commissie kiezen uit hun midden een vaste voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter. Zij fungeren als vast aanspreekpunt voor de secretaris over algemene zaken en bezwaarzaken die nog niet zijn ingepland voor een hoorzitting met een dagvoorzitter.

3. Alle leden kunnen optreden als dagvoorzitter.

4. Zodra een zaak is geagendeerd voor een hoorzitting met een dagvoorzitter zoals bedoeld in het derde lid, neemt de dagvoorzitter alle taken als voorzitter op zich met betrekking tot de geagendeerde zaken.

Artikel 4 Secretaris

1. De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen ambtenaar. Er kunnen ook twee secretarissen worden aangewezen.

2. Het college wijst, indien er één secretaris is aangewezen, tevens één of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

3. De secretaris kan een externe secretaris inschakelen voor de uitvoering van zijn taken.

Artikel 5 Benoeming, schorsing en ontslag

1. De leden van de commissie worden door de gemeenteraad benoemd, geschorst en ontslagen.

2. De leden van de commissie kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn onder

verantwoordelijkheid van een gemeentelijk bestuursorgaan, dan wel lid zijn van een commissie, als bedoeld in titel II, hoofdstuk V, paragraaf 1 van de Gemeentewet.

Artikel 6 Zittingsduur

1. De voorzitter en de leden van de commissie worden benoemd voor een termijn van vier jaar.

2. Herbenoeming kan maximaal twee maal geschieden en vindt eveneens plaats voor een termijn van vier jaar.

3. Indien het college daartoe aanleiding ziet, kan er voor een kortere termijn dan vier jaar worden (her)benoemd.

4. De leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan het college.

5. De aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Artikel 7 Ontvangst bezwaarschrift en herstel van verzuim

1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

2. Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt door het verwerend orgaan in handen van de commissie gesteld.

3. Bij het bericht van ontvangst als bedoeld in artikel 6:14 van de wet wordt vermeld dat een commissie over het bezwaar zal adviseren.

4. Indien het bezwaarschrift niet voldoet aan de eisen die artikel 6: 5 van de wet daaraan stelt wijst de secretaris, namens de voorzitter, bezwaarde op dit verzuim en stelt hij hem in de gelegenheid het gebrek binnen een termijn van twee weken te herstellen. De voorzitter kan in bijzondere gevallen besluiten om een kortere of langere termijn te stellen.

5. Indien in het bezwaarschrift gesteld wordt dat het is ingediend namens of

mede namens een andere natuurlijke persoon of rechtspersoon en daarbij

geen schriftelijke machtiging is overgelegd, wijst de secretaris, namens de voorzitter, bezwaarde op dit verzuim en stelt hij hem in de gelegenheid dit uiterlijk tijdens de hoorzitting te herstellen, tenzij de indiener van het bezwaarschrift als advocaat of procureur is ingeschreven.

Artikel 8 Premediation

1. Voordat de commissie de zaak in behandeling zal nemen onderzoekt de ambtenaar van de vakafdeling die belast is met de behandeling van het bezwaarschrift of middels premediation tot een gezamenlijke oplossing kan worden gekomen.

2. De in lid 1 bedoelde ambtenaar stelt de secretaris op de hoogte van de resultaten van de premediation.

Artikel 9 Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de wet worden, naast de in artikel 7: 13 lid 4 van de wet genoemde bevoegdheden, voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de commissie:

a. artikel 2:1 lid 2: het al dan niet verlangen van een schriftelijke machtiging;

b. artikel 6:6: het aan de indiener stellen van een termijn voor het herstellen van

een verzuim;

c. artikel 7:4 lid 2 en lid 5: het ter inzage leggen van de stukken;

d. artikel 7:6 lid 2 en lid 4: het al dan niet horen in elkaars aanwezigheid en het al dan niet op de hoogte stellen van het verhandelde ter zitting;

e. artikel 7: 3: het afzien van de hoorplicht.

Artikel 10 Vooronderzoek

1. De voorzitter of de dagvoorzitter van de commissie is in verband met de voorbereiding van de behandeling van het bezwaarschrift bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

2. De voorzitter of de dagvoorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 11 Hoorzitting

1. De secretaris bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

2. Indien de voorzitter op grond van artikel 7: 3 van de wet en artikel 10 sub f van deze verordening besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan. De mededeling kan ook opgenomen worden in het uit te brengen advies.

Artikel 12 Uitnodiging hoorzitting

1. De secretaris nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

2. Binnen drie dagen na de verzenddatum van de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan schriftelijk of in overleg met de secretaris per mail, onder opgaaf van redenen, de dagvoorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

3. De dagvoorzitter is terughoudend met het toewijzen van een verzoek om uitstel zoals bedoeld in het tweede lid. Dit geldt temeer als de beslistermijn daarmee onder druk komt te staan of als uitstel nadelig is voor andere belanghebbenden of het verwerend bestuursorgaan.

4. De gemotiveerde beslissing van de dagvoorzitter op dit verzoek wordt zo spoedig mogelijk aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

5. Als het verzoek om uitstel zoals bedoeld in het tweede lid wordt gedaan door bezwaarde, wordt bezwaarde geacht in te stemmen met de opschorting van de beslistermijn zoals bedoeld in artikel 7: 10 lid 4 van de wet.

6. De dagvoorzitter is bevoegd onder bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 13 Behandeling bezwaarschrift en quorum voor de hoorzitting

1. De behandeling van een bezwaarschrift geschiedt door de dagvoorzitter en twee leden.

2. Voor het houden van een hoorzitting is vereist dat tenminste de dagvoorzitter en één lid aanwezig zijn.

Artikel 14 Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitter, dagvoorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 15 Openbaarheid hoorzitting

1. De zitting van de commissie is openbaar.

2. De deuren kunnen worden gesloten indien de dagvoorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

3. Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats achter gesloten deuren.

4. De zitting van de commissie vindt in ieder geval achter gesloten deuren plaats als het een bezwaarschrift betreft tegen een besluit dat betrekking heeft op een sociale zaak waarbij zeer persoonlijke gegevens zoals strafrechtelijke-, familiaire-, financiële- of medische gegevens betrokken zijn, zoals de Wet werk en bijstand, de Wet maatschappelijke ondersteuning en woonurgenties.

Artikel 16 Schriftelijke verslaglegging

1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

2. Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

3. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk achter gesloten deuren plaatsvond, of indien

belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars aanwezigheid zijn gehoord, maakt het verslag hier melding van.

4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

5. Het verslag wordt ondertekend door de dagvoorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 17 Nader onderzoek

1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de dagvoorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek houden.

2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt door de secretaris in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

3. De secretaris stelt bij de toezending aan het verwerend bestuursorgaan en de belanghebbenden een termijn waarbinnen zij hun schriftelijke reactie op de informatie kunnen indienen. Daarbij verwijst de secretaris naar de mogelijkheid van een nieuwe hoorzitting zoals bedoeld in het vierde lid.

4. De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de dagvoorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De dagvoorzitter beslist omtrent een dergelijk verzoek.

5. Op een nieuwe hoorzitting, als bedoeld in het derde lid, zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 18 Raadkamer en advies

1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het uit te brengen advies.

2. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

3. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien die minderheid dat verlangt.

4. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het

bezwaarschrift.

5. Het advies wordt door de dagvoorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

6. De voorzitter of dagvoorzitter kan in ieder stadium van de behandeling van het bezwaarschrift besluiten om af te zien van het geven van advies indien aan het bezwaar volledig tegemoet is gekomen en andere belanghebbenden daardoor niet in hun belangen worden geschaad. Indien de dagvoorzitter hiertoe besluit doet hij daarvan mededeling aan het verwerend orgaan en aan belanghebbenden.

Artikel 19 Uitbrengen advies en beslissing op bezwaar

1. Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 15 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

2. Het advies en het verslag worden aan bezwaarde en belanghebbenden toegestuurd gelijktijdig met de door het bestuursorgaan genomen beslissing op het bezwaarschrift.

3. Het verwerend orgaan zendt de commissie een afschrift van zijn beslissing op het

bezwaarschrift.

Artikel 20 Jaarverslag

De commissie brengt jaarlijks vóór 1 juli aan de bestuursorganen van de gemeente verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar.

Artikel 21 Onvoorziene omstandigheden

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college. Voor aangelegenheden waarin de verordening niet voorziet en die zich voordoen tijdens de hoorzitting, beslist de dagvoorzitter indien vanwege de dringendheid van de aangelegenheid de beslissing niet aan het college kan worden overgelaten.

Artikel 22 Inwerkingtreding nieuwe en intrekking oude verordening

1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van

bekendmaking.

2. Per die datum wordt de Verordening op de behandeling van bezwaar- en beroepschriften Bloemendaal 2003 ingetrokken.

Artikel 23 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Commissie bezwaarschriften Bloemendaal 2012.

Aldus besloten in de openbare vergadering

van de raad der gemeente Bloemendaal,

gehouden op 27 september 2012.

R. Th. M. Nederveen, voorzitter

K.A. van der Pas, griffier

Gepubliceerd in het Weekblad Kennemerland Zuid d.d. 4 oktober 2012 In werking vanaf 5 oktober 2012.