Organisatie | Terneuzen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Commissie bezwaarschriften Terneuzen 2012 |
Citeertitel | Verordening Commissie bezwaarschriften Terneuzen 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Algemene wet bestuursrecht (Awb), art. 7:13
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
22-10-2012 | 18-11-2019 | Nieuwe regeling | 20-09-2012 Zeeuws Vlaams Advertentieblad, 17 oktober 2012 | 19735 |
De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Terneuzen;
ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders;
overwegende dat het noodzakelijk is de bestaande verordening, vastgesteld op 16 december 2004, aan te passen aan veranderde regelgeving en de praktijk;
gelet op artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb);
Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden
De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden, voor zover noodzakelijk voor de toepassing van deze verordening, uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:
Voor het houden van een zitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden, onder wie in elk geval de voorzitter of diens plaatsvervanger, aanwezig is.
Artikel 12 Niet-deelneming aan de behandeling
De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.
Artikel 17 Uitbrengen advies en verdaging
Indien naar het oordeel van de secretaris van de commissie de termijn van 12 weken, genoemd in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het verwerend orgaan tijdig de beslissing te verdagen.
Besloten in de openbare vergadering van de raad van gemeente Terneuzen op
20 september 2012.
griffier, voorzitter,
drs. T.A.M. Leeraert, J.A.H. Lonink
Burgemeester en Wethouders van Terneuzen,
secretaris, burgemeester,
F.M.L. Lauret RA, J.A.H. Lonink
De burgemeester van Terneuzen,
J.A.H. Lonink
De raad, het college en de burgemeester, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft, besluiten tot vaststelling van de verordening. De raad heeft de verordenende bevoegdheid. Het college en de burgemeester hebben deze bevoegdheid niet, maar nemen hiermee het besluit tot het instellen van de commissie bezwaarschriften. Op deze manier is het mogelijk dat de bestuursorganen samen een en dezelfde commissie instellen om te adviseren op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester. De ondertekening gebeurt eveneens door de drie bestuursorganen.
Alleen de begripsbepalingen die niet in de Algemene wet bestuursrecht (Awb) voorkomen, zijn hier opgenomen.
Het bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen wordt in de verordening aangeduid als ‘verwerend orgaan’. Dit kan de raad, het college, de burgemeester of een commissie waaraan bepaalde bevoegdheden zijn gedelegeerd, betreffen.
Lid c is toegevoegd aan de begripsbepalingen.
Artikel 2 Inleidende bepaling commissie
In het tweede lid van dit artikel is opgenomen voor welke bezwaarschriften de commissie niet bevoegd is. Het gaat om bezwaarschriften die betrekking hebben op een specifieke materie en/of voor onderwerpen waarover zulke grote aantallen bezwaarschriften te verwachten zijn dat het gewenst is daarvoor een andere methodiek te hanteren. De bezwaarschriften op grond van de Wet Bibob zijn uitgezonderd omdat de commissie, gezien het bepaalde in de wet, geen kennis mag nemen van de stukken die ten grondslag liggen aan het advies.
De uitzondering met betrekking tot huishoudelijke hulp, die voorheen was opgenomen, is vervallen omdat dit soort zaken weer door de gemeente wordt geregeld.
Artikel 3 Samenstelling commissie
Het eerste lid verwijst naar de adviescommissie zoals bedoeld in artikel 7:13 Awb. Het artikel spreekt verder voor zich.
In de vorige verordening was dit artikel over het eventueel instellen van kamers door de commissie nog opgenomen. Deze bepaling is echter niet noodzakelijk. Het aantal leden dat de commissie telt maakt het daarnaast ook niet mogelijk aparte kamers in te stellen. Mocht er in de toekomst toch behoefte hieraan ontstaan dan kan beter overgegaan worden tot het instellen van een aparte commissie.
In de Awb wordt nergens over een secretaris gesproken, het is echter noodzakelijk dat een commissie beschikt over een secretaris ter ondersteuning van de werkzaamheden.
De zittingsduur is bepaald op 7 jaar.
Een lid kan bij zijn ontslag zelf het tijdstip van dat ontslag bepalen. De bepaling van het derde lid is een bepaling van orde. Een lid dat ontslag neemt, kan niet worden gedwongen ook feitelijk de functie te blijven vervullen.
Artikel 6 Ingediend bezwaarschrift
De datum van ontvangst is belangrijk voor de ontvankelijkheid van een bezwaarschrift. Tevens is het noodzakelijk dat de commissie zo spoedig mogelijk beschikt over de stukken, zodat tijdig beslist kan worden op het bezwaarschrift. Hoofdstuk 6 van de Awb geeft regels over het indienen en behandelen van bezwaarschriften.
Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden
De in dit artikel genoemde bevoegdheden liggen bij de voorzitter.
Sommige werkzaamheden worden door de vakafdeling verzorgd, zodat in de aanhef de woorden ‘voor zover noodzakelijk’ zijn toegevoegd.
Artikel 8 Vooronderzoek, bemiddeling
Voor een goede voorbereiding en behandeling van een bezwaarschrift kan het nodig zijn dat inlichtingen kunnen worden gevraagd, zowel intern als extern. Als er externe deskundigen ingeschakeld worden zal dit kosten met zich meebrengen. In dat geval is vooraf een machtiging van het college nodig.
In het derde lid is geregeld dat de secretaris kan onderzoeken of het bezwaar in der minne kan worden geschikt. Hiermee wordt voorkomen dat zaken die zeer duidelijk zijn in de commissie behandeld moeten worden. Bemiddeling is in dit soort zaken minder tijdrovend en klantvriendelijker.
Het tweede lid bepaalt dat de voorzitter beslist of artikel 7:3 van de Awb wordt toegepast. Dit artikel geeft aan in welke gevallen een hoorzitting achterwege kan blijven. Dit kan wanneer:
Artikel 10 Uitnodiging zitting
De bezwaarmaker en het bestuursorgaan krijgen een uitnodiging voor de hoorzitting. Het is van groot belang dat ook het bestuursorgaan aanwezig is. Daarmee kan worden voorkomen dat er een eenzijdig beeld ontstaat.
Er is een regeling opgenomen voor wijziging van het tijdstip van de zitting als daar goede redenen voor zijn. Uitstel wordt over het algemeen maar één maal verleend, omdat anders de afhandeling van een bezwaarschrift teveel vertraging oploopt. Alleen in bijzondere gevallen kan van deze regel worden afgeweken.
Dit artikel spreekt voor zich.
Artikel 12 Niet-deelneming aan de behandeling
Dit artikel hoeft geen nadere toelichting.
Artikel 13 Openbaarheid zitting
Een hoorzitting is openbaar, tenzij er redenen zijn om de zitting achter gesloten deuren te houden.
De zitting moet overigens wel onderscheiden worden van de beraadslaging van de commissie over het bezwaarschrift. De beraadslaging is niet openbaar.
Artikel 14 Schriftelijke verslaglegging
Artikel 7:7 Awb regelt dat van een zitting een verslag moet worden gemaakt. Hoe dit moet gebeuren is niet opgenomen. Daarom is in deze verordening aangegeven wat er in ieder geval in het verslag moet worden opgenomen.
Een nader onderzoek kan feiten of omstandigheden aan het licht brengen die op het moment van de zitting nog niet bekend waren. Dat kan aanleiding zijn de betrokken partijen opnieuw te horen. Dit artikel geeft hiervoor nadere regels.
Artikel 16 Raadkamer en advies
Uit dit artikel blijkt dat, in tegenstelling tot de hoorzitting, de beraadslaging van de commissie niet in het openbaar plaatsvindt.
Het tweede lid en derde lid zijn opgenomen voor die gevallen waarin het vergaderquorum wel aanwezig is, maar de commissie door afwezigheid van één van de leden tijdens de besluitvorming uit een even aantal personen bestaat.
Advisering door de voorzitter en één lid van de commissie is in strijd met artikel 7:13, eerste lid van de Awb (Raad van State, Afdeling bestuursrechtspraak 19-10-98, JB 1998/257). Het is wel mogelijk de hoorzitting te laten houden door één of meer leden.
Artikel 17 Uitbrengen advies en verdaging
In feite betreft dit artikel een afronding van de procedure. De behandeling van een bezwaarschrift door de commissie eindigt met het uitbrengen van een schriftelijk advies aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift moet beslissen.
Door wijziging van de termijn in de Awb is in lid 2 de termijn ook gewijzigd.
Artikel 18 Intrekking oude regeling