Organisatie | Winsum |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2013 |
Citeertitel | Verordening lijkbezorgingsrechten 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2012.
Gemeentewet, art. 229, lid 1 aanhef en onderdelen a en b
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2013 | 01-01-2014 | Nieuwe regeling | 08-11-2012 De Wiekslag, 20-11-2011 | Onbekend | |
01-01-2014 |
|
Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2013 (verordening lijkbezorgingsrechten 2013)
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaatsen en het onderhoud daarvan.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld, waaronder mede wordt begrepen een nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
De rechtenals bedoeld in de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
In afwkijking van het eerste lid kan het recht bedoeld in de onderdelen 1.1, 1.2, 1.3, 1.4, 1.5, 1.6, 1.7, 1.8, hoofdstuk 2 en hoofdstuk 3 van de tarieventabel worden betaald in drie gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
In afwijking van het eerste lid kanhet recht bedoeld in de onderdelen 1.1, 1.2, 1.3, 1.4, 1.5, 1.6, 1.7, 1.8, hoofdstuk 2 en hoofdstuk 3 van de tarieventabel in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 1.500,00 doch minder is dan € 6.500,00, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in negen nagenoeg gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
In afwkijking van het bepaalde in het eerste lid kan het recht bedoeld in de onderdelen 1.1, 1.2, 1.3, 1.4, 1.5, 1.6, 1.7, 1.8 en hoofdstuk 2 en 3 van de tarieventabel via een betalingsregeling worden betaald, waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.
Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.
De rechthebbende welke schriftelijk afstand doet ten behoeve van de gemeente van het recht op het particuliere graf ontvangt daartoe restitutie. De grondslag van de vergoeding is de som van het oorspronkelijk betaalde recht. Er vindt alleen restitutie plaats over de nog resterende gehele jaren. Dit is alleen mogelijk wanneer er nog geen bijzetting heeft plaats gevonden.
Wanneer er op grond van artikel 8, lid 3, of artikel 14, lid 3, van de Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Winsum 2011, voor het eindigen van het recht op een particulier graf een verlenging van het recht plaats vindt, ontvangt de rechthebbende over de resterende gehele jaren van de oorspronkelijke termijn restitutie. De grondslag van de vergoeding is de som van het oorspronkelijk betaalde recht.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de lijkbezorgingsrechten.
De "Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2012" van 21 juni 2011 wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de rechten in die periode plaatsvindt.
Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten