Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Leeuwarden

Beleidsregels ambtshalve vermindering Wet WOZ Leeuwarden 2014

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLeeuwarden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels ambtshalve vermindering Wet WOZ Leeuwarden 2014
CiteertitelBeleidsregels ambtshalve vermindering Wet WOZ Leeuwarden 2014
Vastgesteld doorgedelegeerde functionaris
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

-

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-01-2014wijziging

06-01-2014

Huis aan Huis; 15 januari 2014

-
21-11-201316-01-2014wijziging

01-11-2013

Huis aan Huis; 20 november 2013

-
30-06-200523-06-200521-11-2013nieuwe regeling

23-06-2005

Huis aan Huis; 29-06-2005

-

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel ambtshalve vermindering Wet WOZ Leeuwarden 2014

Het sectorhoofd Financiële Dienstverlening van de dienst Algemene Zaken van de gemeente Leeuwarden;

 

gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 1, tweede lid, en 29a, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken en het Uitvoeringsbesluit Wet waardering onroerende zaken;

 

gezien het advies van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten;

 

besluit vast te stellen de volgende beleidsregels:

Beleidsregel voor het toekennen van ambtshalve vermindering van de vastgestelde WOZ-waarde

Artikel 1 Reikwijdte en definities

  • 1.

    Deze beleidsregels gelden in aanvulling op artikel 29a, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken en het Uitvoeringsbesluit Wet waardering onroerende zaken.

  • 2.

    Voor de toepassing van deze beleidsregels wordt verstaan onder:

    • a.

      Wet WOZ: Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      college: het college van burgemeester en wethouders;

    • c.

      heffingsambtenaar: de gemeenteambtenaar bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de Wet WOZ;

    • d.

      beschikking: de voor bezwaar vatbare beschikking bedoeld in artikel 22, eerste lid, 25, eerste lid, 26, eerste lid, 27, eerste lid, 28, eerste lid, en 29a, eerste lid, van de Wet WOZ, tenzij in deze beleidsregels anders wordt aangegeven;

    • e.

      belanghebbende: degene op wiens naam een beschikking is gesteld;

    • f.

      vermindering: verlaging van de eerder bij beschikking vastgestelde waarde.

Artikel 2 Gevallen waarin ambtshalve vermindering wordt verleend

  • 1.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 1, eerste lid, verleent de heffingsambtenaar uitsluitend ambtshalve vermindering in de in dit artikel bedoelde gevallen en als de in artikel 3, eerste lid, bedoelde afwijkende regeling daartoe aanleiding geeft.

  • 2.

    Als de waarde van een onroerende zaak had behoren te zijn vastgesteld op een bedrag dat tenminste 20% met een minimum van € 5.000,- lager is dan de te hoog vastgestelde waarde van die onroerende zaak, verleent de heffingsambtenaar ambtshalve vermindering voor het verschil tussen beide waarden, als:

  • a. een bezwaarschrift niet-ontvankelijk wordt verklaard wegens het te laat indienen van het bezwaarschrift dan wel om andere redenen van formele aard, of

  • b. hem dat ambtshalve uit enig feit blijkt.

  • 3.

    Als de waarde van de onroerende zaak had behoren te zijn vastgesteld op een bedrag dat tenminste de voor die onroerende zaak in artikel 26a van de Wet WOZ van toepassing zijnde marge, maar niet de in artikel 29a, tweede lid, van de Wet WOZ genoemde drempel overschrijdt, verleent de heffingsambtenaar slechts ambtshalve vermindering voor die onroerende zaak bij beschikking vast te stellen waarde voorzover artikel 29a, eerste lid, van de Wet WOZ toepassing vindt. De ambtshalve vermindering vindt plaats door vaststelling van een nieuwe waarde voor de onroerende zaak bij beschikking bedoeld in artikel 29a, eerste lid, van de Wet WOZ.

  • 4.

    Als de heffingsambtenaar toepassing heeft gegeven aan het bepaalde in het derde lid, verleent de heffingsambtenaar, naast de gevallen bedoeld in het tweede lid, ook ambtshalve vermindering van de bij de in het derde lid bedoelde beschikking vastgestelde waarde en van de bij de oorspronkelijke, bij beschikking vastgestelde waarde als hem blijkt dat de waarde van de onroerende zaak bij de in het derde lid bedoelde beschikking had behoren te zijn vastgesteld op een bedrag dat tenminste 20% met een minimum van € 5.000,-, lager is dan de oorspronkelijke, bij beschikking vastgestelde waarde van die onroerende zaak. Het bedrag van de vermindering is voor de onderscheiden beschikkingen het verschil tussen de ambtshalve opnieuw vast te stellen waarde en de eerder bij deze beschikkingen vastgestelde waarde.

Artikel 3 Jurisprudentie

  • 1.

    Een uitspraak van de Hoge Raad, van een gerechtshof of van een rechtbank, waarin een toepassing van de Wet WOZ besloten ligt die voor de belanghebbende gunstiger is dan de bij de vaststelling van de beschikking gevolgde toepassing, leidt niet tot het ambtshalve verlenen van vermindering van de waarde indien de beschikking onherroepelijk is komen vast te staan voor de dag, waarop de uitspraak door de Hoge Raad of het hof is gewezen, tenzij het college op dit punt een afwijkende regeling heeft getroffen.

  • 2.

    Hetgeen in het eerste lid is bepaald over een uitspraak van de Hoge Raad, van een gerechtshof of van een rechtbank, is in daartoe leidende gevallen van overeenkomstige toepassing op prejudiciële beslissingen van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen en op rechterlijke uitspraken van het Hof en andere supranationale colleges.

Artikel 4 Mededeling van afwijzing

Indien geen termen aanwezig zijn om ambtshalve een vermindering te verlenen, wordt daarvan gemotiveerd mededeling gedaan in de uitspraak waarin de niet-ontvankelijkheid wordt uitgesproken van een bezwaarschrift, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onder a.

Artikel 5 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als ‘Beleidsregels ambtshalve vermindering Wet WOZ Leeuwarden 2014’.

Artikel 6 Inwerkingtreding

  • 1.

    De op 1 november 2013 vastgestelde beleidsregel over dit onderwerp worden met ingang van de inwerkingtreding van deze beleidsregel ingetrokken.

  • 2.

    Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

Leeuwarden, 6 Januari 2014

drs. R.W.J. Westerveld,

sectormanager Financiële Dienstverlening