Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Velsen

Mandaat directeur Centraal Nautisch Beheer Regionale Havenverordening Noordzeekanaal-gebied 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVelsen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingMandaat directeur Centraal Nautisch Beheer Regionale Havenverordening Noordzeekanaal-gebied 2012
CiteertitelMandaat directeur Centraal Nautisch Beheer Regionale Havenverordening Noordzeekanaal-gebied 2012
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Besluit college van 6 juli 2010, B10.0372 tot mandatering secretaris-directeur M.IJ. is per 1 juli 2012 vervallen.

Het volgende heeft meegespeeld in het vaststellen van dit besluit:

1. bij besluit van 6 juli 2010, registratienummer B10.0372 bevoegdheden op grond van de Regionale Havenverordening Noordzeekanaalgebied 2010 (RHV) door het college van burgemeester en wethouders van Velsen aan de secretaris-directeur van de Milieudienst IJmond (havenmeester) zijn gemandateerd met de mogelijkheid van ondermandaat aan de directeur Centraal Nautisch Beheer Noordzeekanaalgebied;

2. de vaststelling door de raad van de Regionale Havenverordening Noordzeekanaalgebied 2012 in zijn vergadering van 26 april 2012, nummer R12.034 en het daaruit voortvloeiende Havenreglement Noordzeekanaalgebied 2012, vastgesteld door het college in zijn vergadering van 20 maart 2012, nummer B12.0127, onder voorbehoud van vaststelling van de Regionale Havenverordening Noordzeekanaalgebied 2012 door de raad, aanleiding zijn om voormeld mandaat te wijzigen;

3. de nieuwe opzet van een “meldingstelsel” van de havenverordening en de verdere ontwikkeling van de 1-loket gedachte een andere verdeling van te mandateren bevoegdheden aan de directeur Centraal Nautisch Beheer Noordzeekanaalgebied en de secretaris-directeur Milieudienst IJmond rechtvaardigen;

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-2012nieuwe regeling

04-06-2012

De Jutter / De Hofgeest, 28 juni 2012

B12.0283

Tekst van de regeling

Intitulé

Mandaat directeur Centraal Nautisch Beheer Regionale Havenverordening Noordzeekanaal-gebied 2012

 

 

I.

1. Het college mandateert en draagt op aan de directeur van de gemeenschappelijke

regeling Centraal Nautisch Beheer Noordzeekanaalgebied de taken en

bevoegdheden als genoemd onder II van dit besluit;

2. Het mandaat heeft mede betrekking op alle feitelijke handelingen die binnen het kader van de uitoefening van de genoemde taken en bevoegdheden moeten worden verricht.

II. Overgedragen bevoegdheden/ opgedragen taken

Regionale havenverordening (artikelen)

Het verlenen van ontheffingen, erkenningen en vergunningen, niet zijnde het vaststellen van nadere regels, op grond van de Regionale Havenverordening Noordzeekanaalgebied 2012, te weten:

  • * artikel 3.1, lid 3: Ontheffing om te handelen in strijd met verkeerstekens of de daarbij behorende nadere aanduiding;

  • * artikel 3.2, lid 2: Ontheffing om ligplaats in te nemen;

  • * artikel 3.3, lid 4: Toestemming/ ontheffing verbod buiten de operationele ruimte te /lid 5 treden;

  • * artikel 3.5, lid 2: Ontheffing om boorinstallatie, werkeiland of soortgelijk object op te vijzelen;

  • * artikel 3.6: Ontheffing gebruik voortstuwers, boegschroeven of hekschroeven;

  • * artikel 3.8, lid 4: Ontheffing van het in het tweede/derde lid bepaalde invaarverbod;

  • * artikel 3:12: Erkenning bootliedenorganisaties;

  • * artikel 4.1: Ontheffing om door te blazen, waardoor roet uit het schip ontsnapt.

  • * artikel 4.3, lid 3: Ontheffing om generator te gebruiken in een gebied dat is aangewezen op grond van het eerste lid;

  • * artikel 4.4, lid 3: Ontheffing gebruik hoofd- en hulpmotor in aangewezen gebieden;

  • * artikel 4.5: Ontheffing om gevaarlijke of schadelijke vloeistoffen over te slaan tussen een schip en een tank op de wal;

  • * artikel 4.6 Vergunning ontvangstvoorzieningen;

  • * artikel 4.7: Opleggen verbod met schip een haven binnen te komen, daar te verblijven of zich met het schip op een ligplaats te bevinden;

  • * artikel 4.7: Opleggen maatregelen aan kapitein, schipper of exploitant van schip in een haven of op een ligplaats;

  • * artikel 4.8: Bunkercontrolijst/ bunkeren;

  • * artikel 4.9: Ontheffing terugpompen brandstofolie of smeerolie van een zeeschip in een bunkerschip;

  • * artikel 4.11: Gebruik van ankers;

  • * artikel 4.12: Gebruik van spudpalen;

  • * artikel 4.13: Verbod vast- en losmaken schepen;

  • * artikel 4.14: Ontheffing verrichten (sloop)werkzaamheden;

  • * artikel 4.15:ontheffing om met een schip ligplaats te nemen om schip of lading te ontsmetten;

  • * artikel 6.1 Aanwijzingen.

Havenreglement Noordzeekanaalgebied 2012

Het geven van ontheffingen op grond van het Havenreglement Noordzeekanaalgebied 2012, te weten:

  • * artikel 3.1: Tankschepen met gevaarlijke stoffen buiten het oliehavengebied;

  • * artikel 4.1: Behandeling van vloeibare of schadelijke stoffen in bulk en gas;

  • * artikel 5.1: Wassen en schoonmaken van ladingtanks;

  • * artikel 6.1: Verbod langszij meren bij tankschepen met gevaarlijke stoffen;

  • * artikel 6.2: Bouw- en uitrustingsvoorschriften langszij meren bij tankschepen;

  • * artikel 8.1: Erkenning bootliedenorganisatie;

  • * artikel 10.1: Met ontsmettingsmiddelen behandelde lading;

  • * artikel 12.1: Verbod ligplaats inname schip met gevaarlijke stoffen in verpakking.

III Het college verbindt aan het mandaat/ de opdracht de volgende voorschriften

  • 1.

    De mandataris neemt de aanwijzingen, richtlijnen, instructies en het vastgestelde beleid van het college in acht alsmede van de secretaris-directeur van de Milieudienst IJmond;

  • 2.

    In de ondertekening van besluiten die onder dit mandaat vallen, wordt tot uitdrukking gebracht dat het besluit wordt genomen namens het college;

  • 3.

    Het mandaat laat onverlet dat het college bevoegd blijft zelf te beslissen;

  • 4.

    Indien het uitoefenen van het mandaat dan wel het uitvoeren van de taak concrete aangelegenheden of besluiten betreft die van bijzonder politiek-bestuurlijke betekenis zijn, of anderszins van bijzonder belang zijn, voert de mandataris vooraf overleg met het college;

  • 5.

    Het verlenen van ondermandaat door mandataris aan onder zijn verantwoordelijkheid werkzame personen is toegestaan; dit ondermandaat wordt aan het college bekendgemaakt.

  • 6.

    Het verlenen van ondermandaat door mandataris aan het hoofd van de nautische sector Haven Amsterdam is toegestaan. Dit ondermandaat behoeft de instemming van de directeur Haven Amsterdam als bedoeld in artikel 10:4 Awb. Dit ondermandaat wordt aan het college bekendgemaakt.

  • 7.

    De mandataris legt jaarlijks verantwoording af over de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden;

  • 8.

    Het nemen van besluiten op bezwaar valt niet onder het mandaat. Het college oefent die bevoegdheid zelf uit. Het college behandelt eveneens (hoger) beroepszaken.

  • 9.

    Het nemen van besluiten omtrent het toekennen van schadevergoeding als gevolg van (on)rechtmatige besluiten of financiële compensatie anderszins valt niet onder het mandaat

  • 10.

    De mandataris accepteert het mandaat door medeondertekening van dit besluit.

  • 11.

    Elke 2 jaar, voor het eerst na twee jaar na vaststelling van dit besluit, vindt een evaluatie van het besluit plaats.

IV Aanwijzing toezichthouder

Aan te wijzen als toezichthouder in het kader van de uitoefening van de bevoegdheden zoals vermeld onder II, de medewerkers van de Milieudienst IJmond en van de nautische sector van Haven Amsterdam, met uitzondering van hen die meer in het bijzonder administratieve werkzaamheden uitoefenen.

De regie op toezicht en handhaving van de Regionale Havenverordening Noordzeekanaal-gebied 2012 wordt opgedragen aan de secretaris-directeur van de Milieudienst IJmond.

Deze kan bindende aanwijzingen geven over vorm en mate van toezicht respectievelijk handhaving aan het 1-loket. Dit principe dient te worden opgenomen in de nadere werkafspraken tussen gemeenten en directeur CNB/ Haven Amsterdam.

V. Inwerkingtreding

Het besluit wordt gepubliceerd in het weekblad De Jutter/ de Hofgeest en treedt in werking op 1 juli 2012.

Velsen, 4 juni 2012