Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Leeuwarden

Verordening hondenbelasting Leeuwarden 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Leeuwarden
Officiële naam regelingVerordening hondenbelasting Leeuwarden 2012
CiteertitelVerordening hondenbelasting Leeuwarden 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

-

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

08-12-201106-12-2012nieuwe regeling

28-11-2011

Huis aan Huis; 7 december 2011

-
23-12-201008-12-2011nieuwe regeling

15-12-2010

Huis aan Huis; 22 december 2010

-
30-12-200923-12-2010nieuwe regeling

14-12-2009

Huis aan Huis; 29 december 2009

28642

Tekst van de regeling

Verordening hondenbelasting Leeuwarden 2012.

Artikel 1 Aard van de heffing en belastbaar feit

Onder de naam "hondenbelasting" wordt een directe belasting gehe­ven voor het houden van een hond binnen de ge­meente.

Artikel 2 Belastingplicht

    • 1.

      De hondenbelasting wordt geheven van de houder van een hond.

    2.   Als houder wordt aangemerkt degene die onder wel­ke ti­tel dan ook een hond onder zich heeft, ten­zij blijkt dat een ander de houder is.

    3.   Het houden van een hond door een lid van het huishou­den wordt aange­merkt als het houden van een hond door een door de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde ambtenaar aan te wijzen lid van dat huis­houden.

Artikel 3 Grondslag en maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar het aantal honden dat wordt gehou­den.

Artikel 4 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven voor honden:

a.   die uitsluitend dienen om blinde personen te leiden;

b.   die door de ‘Stichting Hulphond Nederland’ als gehandicaptenhond aan gehandicapten ter beschikking zijn gesteld;

c.   die verblijven in een hondenasiel als bedoeld in artikel 1, onderdeel c, van het Honden- en kattenbesluit 1999, welk asiel is opgenomen in het centraal register bedoeld in artikel 5, tweede lid, van genoemd besluit;

d.   boven het getal van twee, die uitsluitend ten verkoop of aflevering in voorraad worden gehouden in een bedrijfsinrichting als bedoeld in artikel 1, onderdeel b, van het Honden- en kattenbesluit 1999, welk inrichting is opgenomen in het centraal register bedoeld in artikel 5, tweede lid, van genoemd besluit;

e.   die jonger zijn dan drie maanden, voor zover zij tezamen met de moederhond worden gehou­den;

f.   waarvan de houder geen ingezetene van de gemeente is, en de hond niet langer dan drie maanden in het belastingjaar in de gemeente verblijft;

g.   waarvan de houder woonachtig is in het gebied buiten de bebouwde kom (bebouwde kom: zoals deze het laatst is vastgesteld door de gemeenteraad op grond van artikel 1, vijfde lid, van de Boswet).

 

Artikel 5 Belastingtarief

    • 1.

      De belasting bedraagt per belastingjaar:

      • a.

        voor een eerste hond                 €  68,55;

      • b.

        voor een tweede hond 

        • (1,5 keer tarief eerste hond)  € 102,83;

      • c.

        voor iedere hond boven

    • het aantal van twee (2 keer tarief eerste hond)     € 137,10.

    • 2.

      In afwijking in zoverre van de voorgaande leden bedraagt de belasting voor honden, gehouden in kennels die zijn geregistreerd bij de Raad van Beheer op Kynologisch gebied in Nederland,

    • per kennel                                      € 205,65.

    •  

Artikel 6 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

 

Artikel 7 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, als dit later is, bij het begin van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar toeneemt, is de belasting, respectievelijk de hogere belasting voor het toegenomen aantal honden, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, respectievelijk de toename van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar vermindert, bestaat aanspraak op ontheffing na schriftelijk verzoek voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als dat er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht respectievelijk de vermindering van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 4.

    Van degene die over het vorige belastingjaar een aanslag werd opgelegd, wordt de belasting geheven naar hetzelfde aantal honden als waarnaar hij voor het laatst aangifte heeft gedaan, tenzij blijkt dat het aantal honden waarvoor hij belastingplichtige is, wijziging heeft ondergaan of zijn belastingplicht is geëindigd.

Artikel 9 Tijdstip van betalen en betalen in termijnen

    • 1.

      In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald binnen dertig dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet.

    • 2.

      In afwijking van het eerste lid geldt dat zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, de aanslagen moeten worden betaald in acht gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

    • 3.

      De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van de hondenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de hondenbelasting.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als de "Verordening hondenbelasting Leeuwarden 2012".

 

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1.

    De "Verordening hondenbelasting Leeuwarden 2011, vastgesteld bij raadsbesluit 15 december 2010, wordt ingetrokken met in­gang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voordien hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

  •  

     

     

    Aldus vastgesteld in de openbare vergadering

    van 28 november 2011.

     

     

     

     

    De voorzitter,

     

     

     

     

    De griffier,