Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bergen (NH)

Regeling Adviescommissie Beeldende Kunsten Bergen 2006

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBergen (NH)
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegeling Adviescommissie Beeldende Kunsten Bergen 2006
CiteertitelRegeling Adviescommissie Beeldende Kunsten Bergen 2006
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Vanaf 28-09-2006 vervallen alle voorgaande regelingen op dit gebied

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet
  2. Algemene wet bestuursrecht
  3. Nota Kunst & Cultuur 2005-2008

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-09-200601-10-2012nieuwe regeling

26-09-2006

De Duinstreek, 27-09-2006

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling Adviescommissie Beeldende Kunsten Bergen 2006

 

Het college van de gemeente Bergen;

gelezen het voorstel van de sector Maatschappelijke Zaken, afdeling Welzijn d.d. 21 september 2006;

gelet op het bepaalde in de Gemeentewet; de Algemene Wet Bestuursrecht en de nota Kunst & Cultuur 2005-2008;

besluit:

vastte stellen de

Regeling Adviescommissie Beeldende Kunsten Bergen 2006

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze regeling wordt verstaan onder de commissie: de Adviescommissie Beeldende Kunsten Bergen, zijnde een vaste commissie van advies als genoemd in artikel 84 van de Gemeentewet.

Artikel 2 Samenstelling

  • 1.

    De commissie bestaat uit vijf leden, inclusief de voorzitter en exclusief de commissiegriffier.

  • 2.

    De commissieleden hebben een aantoonbare affiniteit met en een algemene kennis van de beeldende kunsten. De commissieleden hebben een onderbouwde visie op beeldende kunst in de openbare ruimte. Daarnaast moet in de commissie de volgende expertise zijn vertegenwoordigd:

    • a.

      beeldende kunsten;

    • b.

      vormgeving en ruimtelijk ontwerp;

    • c.

      architectuur en stedenbouw.

  • 3.

    De commissie wordt ondersteund door een commissiegriffier (de beleidsmedewerker Welzijn, Kunst & Cultuur).

  • 4.

    De commissieleden worden benoemd door het college.

  • 5.

    De zittingsduur van de commissieleden bedraagt vier jaar. Een afgetreden lid kan onmiddellijk worden benoemd voor een tweede en laatste termijn van vier jaar.

  • 6.

    Het college is bevoegd om per opdracht of aankoop tijdelijk commissieleden aan de commissie toe te voegen of deskundigheid in te huren. Deze tijdelijke commissieleden vertegenwoordigen dan de maatschappelijke omgeving (bewoners, gebruikers en eventuele andere belanghebbenden) of brengen een bepaalde gewenste expertise in.

  • 7.

    Het aantal tijdelijke commissieleden kan nooit meer bedragen dan vier.

  • 8.

    De zittingsduur van de tijdelijke commissieleden is niet langer dan de tijd die de realisatie van de opdracht of de aankoop, waarvoor zij zijn benoemd, in beslag neemt.

Artikel 3 Taakomschrijving

  • 1.

    De commissie heeft tot taak het college gevraagd en ongevraagd te adviseren over opdrachten voor een kunstwerk in of vormgeving van de openbare ruimte; voor de aankoop of schenkingen van kunstwerken bestemd voor de openbare ruimte en voor de aankoop of schenkingen van kunstwerken bestemd voor de Collectie Bergen.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde adviezen betreffen een oordeel over:

    • a.

      de artistiek-inhoudelijke kwaliteit van kunstwerk, vormgeving en kunstenaar;

    • b.

      de technische en financiële haalbaarheid van kunstwerk of vormgeving.

  • 3.

    De adviezen dienen schriftelijk te worden aangeboden.

  • 4.

    Wanneer over een bepaald onderwerp geen eenstemmig advies kan worden aangeboden, dan verwoordt het advies in ieder geval de verschillende visies van de commissieleden.

  • 5.

    De commissiegriffier draagt zorg voor het aanbieden van de adviezen aan het college.

  • 6.

    Het college behoud zich het recht voor om voor haar moverende redenen af te wijken van het advies van de commissie dan wel het advies van derde-deskundigen te vragen. In beide gevallen wordt de commissie schriftelijk hierover geïnformeerd en wordt de commissie ook de mogelijkheid geboden om hierover met het college (in casu de portefeuillehouder kunst en cultuur) te overleggen.

  • 7.

    De tijdelijke commissieleden vertegenwoordigen de maatschappelijke omgeving of een bepaalde expertise en hebben als voornaamste taak:

    • a.

      de visie van dat deel van de maatschappelijk omgeving dat zij vertegenwoordigen helder en objectief te verwoorden in de commissie;

    • b.

      de eigen achterban zo volledig en zo duidelijk mogelijk te informeren over dat wat in de adviescommissie wordt besproken;

    • c.

      de expertise waarom zij deel uitmaken van de commissie helder en objectief te verwoorden in de commissie en in de advisering.

Artikel 4 Vergaderingen

  • 1.

    De commissie komt bijeen:

    • a.

      na een schriftelijke uitnodiging van de voorzitter;

    • b.

      op verzoek van ten minste drie van de vijf vaste commissieleden;

    • c.

      op verzoek van het college.

       

      In de gevallen bedoeld onder b en c organiseert de voorzitter de vergadering binnen vier weken na ontvangst van het verzoek.

  • 2.

    De voorzitter bepaalt in overleg met de commissiegriffier datum, tijdstip en plaats van de vergadering en nodigt de leden schriftelijk uit.

  • 3.

    De in lid 2 bedoelde uitnodiging wordt uiterlijk twee weken voor de betreffende vergadering verzonden aan de commissieleden en vermeldt tevens de agenda inclusief de onderwerpen van de vergadering.

     

Artikel 5 Vergaderquorum

  • 1.

    De commissie kan niet beraadslagen of adviseren als niet tenminste de helft plus één van de vaste commissieleden aanwezig is.

  • 2.

    De commissie adviseert met meerderheid van stemmen; bij het staken der stemmen wordt geacht geen advies te zijn gegeven.

  • 3.

    Adviesrecht hebben alle leden van de commissie, zowel de vaste als de tijdelijke leden, met uitzondering van de commissiegriffier.

  • 4.

    De commissie mag vergaderen, maar niet adviseren over andere zaken dan die waarvoor volgens de agenda de vergadering is belegd.

Artikel 6 Secretariaat, verslaglegging, ondertekening

  • 1.

    De voorzitter brengt van de adviezen van de commissie ter kennisname aan het college, daartoe ondersteunt door de commissiegriffier.

  • 2.

    De commissiegriffier ondertekent met de voorzitter de uitgaande stukken.

  • 3.

    De commissiegriffier draagt zorg voor de verslaglegging van de vergaderingen

  • 4.

    Direct na opening van de vergadering onderwerpt de voorzitter het verslag van de vorige vergadering aan de goedkeuring van de commissie. Na behandeling wordt het verslag, al of niet met wijzigingen, door voorzitter en commissiegriffier ondertekend.

  • 5.

    De commissie brengt ten minste eenmaal per twee jaar aan het college schriftelijk verslag uit van haar werkzaamheden.

Artikel 7 Uitsluiting

De commissieleden komen gedurende hun zittingsperiode tot zes maanden na beëindiging daarvan, niet in aanmerking voor opdrachten of aankopen op het gebied van beeldende kunst en vormgeving die op advies van de commissie door het college worden gegund of gedaan.

Artikel 8 Vergoedingen, vergader- en archiefruimte

  • 1.

    De vaste leden van de commissie ontvangen een vergoeding voor deelname aan de vergaderingen. De grondslag hiervoor is de rijksregeling voor vergoedingen voor leden van adviescommissies. De vergoedingen worden jaarlijks bijgesteld.

  • 2.

    De tijdelijke leden van de commissie ontvangen geen vergoeding voor deelname aan de vergaderingen.

  • 3.

    Indien tijdelijke leden van de commissie omwille van hun expertise worden aangetrokken, ontvangen zij een vergoeding tot maximaal die van de vaste commissieleden (inhuren).

  • 4.

    Het college stelt vergader- en archiefruimte beschikbaar aan de commissie.

Artikel 9 Overgangsbepaling

  • 1.

    De leden van de Adviescommissie beeldende kunst oude stijl worden na inwerking treden van deze regeling opnieuw geïnstalleerd voor maximaal vier jaar.

  • 2.

    Vanaf 1 januari 2006 wordt ieder jaar een lid vervangen.

Artikel 10 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als: de Regeling Adviescommissie Beeldende Kunsten Bergen 2006.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking.

  • 2.

    Vanaf dat tijdstip vervallen alle voorgaande regelingen op dit gebied.

     

    Aldus vastgesteld in de vergadering van

    het college van Bergen op 26 september 2006

    de loco-secretaris, de loco-burgemeester,

     

Nota-toelichting  

Toelichting

Deze regeling bepaalt opdracht, bevoegdheden, samenstelling en werkwijze van de Adviescommissie Beeldende Kunsten Bergen.

De commissie heeft een adviserende functie gebaseerd op de professionele expertise van de leden van de commissie. Voornaamste taak van de commissie is het bewaken van de artistiek- inhoudelijke kwaliteit van opdrachten voor beeldende kunsten en vormgeving in de openbare ruimte van de gemeente Bergen; de artistieke kwaliteit van schenkingen voor de openbare ruimte van de gemeente Bergen en de artistiek-inhoudelijke kwaliteit van aankopen en schenkingen bestemd voor de Collectie Bergen.

De maatschappelijke omgeving van een locatie waar beeldende kunst is gedacht of waar vormgeving wordt gerealiseerd, krijgt een formele stem in zowel de omschrijving van de opdracht als de selectie van kunstenaar en kunstwerk door de mogelijkheid om tijdelijke leden aan de commissie toe te voegen.