Organisatie | Overbetuwe |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening cliëntenparticipatie WMO gemeente Overbetuwe 2010 |
Citeertitel | Verordening cliëntenparticipatie WMO gemeente Overbetuwe 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
De Verordening cliëntenparticipatie WMO gemeente Overbetuwe 2007, zoals vastgesteld bij besluit van 18 december 2007, wordt ingetrokken.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-10-2010 | 31-12-2012 | nieuwe regeling | 28-09-2010 Hét Gemeente Nieuws; 20-10-2010 | 10rb000079 | |
01-01-2008 | 01-01-2007 | 21-10-2010 | nieuwe regeling | 18-12-2007 Hét Gemeente Nieuws; 02-01-2008 | 07RB000214 |
De raad van de gemeente Overbetuwe;
gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders van 29 juni 2010;
gelezen het advies van de commissie Burger van 9 september 2010;
gelet op het advies van de Cliëntenraad WMO Overbetuwe van 4 juni 2010;
gelet op artikel(en) 11 van de Wet maatschappelijke ondersteuning, 150 van de Gemeentewet en 4, tweede lid van de Inspraakverordening gemeente Overbetuwe 2007;
Verordening cliëntenparticipatie WMOgemeente Overbetuwe 2010
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
Artikel 6 Middelen, vergoeding
Elk jaar stelt de cliëntenraad zijn begroting en jaarrekening vast, die voorafgaand aan de vaststelling ter goedkeuring aan het college worden voorgelegd. De begroting wordt uiterlijk in december voorafgaand aan het begrotingsjaar en de jaarrekening wordt uiterlijk binnen vier maanden na afloop van het boekjaar vastgesteld.
Artikel 11 Huishoudelijk reglement
De cliëntenraad stelt een huishoudelijk reglement vast, dat voorafgaand aan de vaststelling ter goedkeuring aan het college wordt voorgelegd.
De cliëntenraad en de werkgroep(en) nemen kennis van het bepaalde in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht en zorgt dat zijn leden worden geïnformeerd over de hiervoor bedoelde geheimhoudingsplicht.
De raad en het college kunnen één of meerdere artikelen van deze verordening buiten toepassing laten, voorzover toepassing, gelet op het belang van cliëntenparticipatie, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.
Artikel 15 Intrekking oude regeling
De Verordening cliëntenparticipatie WMO gemeente Overbetuwe 2007, zoals vastgesteld bij besluit van 18 december 2007, wordt ingetrokken.
Aldus besloten in zijn openbare vergadering
van 28 september 2010.
DE RAAD VOORNOEMD,
de griffier,
drs. A.J. van den Brink
de voorzitter,
E. Tuijnman
Verordening cliëntenparticipatie WMO gemeente Overbetuwe 2010
De Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) is een brede wet waarbij veel doelgroepen zijn betrokken: naast mensen met een beperking of chronische ziekte ook ouderen, mensen met psychische problematiek, mantelzorgers en vrijwilligers, verslaafden, dak- en thuislozen, jeugd en vrouwen. Voor ieder van de doelgroepen is er ruimte binnen de cliëntenraad.
De WMO stelt met betrekking tot de betrokkenheid van de burger bij de uitvoering van de WMO aan de gemeente twee eisen, namelijk participatie en verantwoording. Dit betekent dat de gemeente de inwoners en maatschappelijke organisaties/belangengroeperingen die betrokken zijn bij de maatschappelijke ondersteuning moet betrekken bij het opstellen van beleid en uitvoering. Voor de beleidsvorming en de planvorming door het college is dit zelfs bij wet verplicht.
Voor de vormgeving van de structurele participatie van inwoners, maatschappelijke organisaties/belangengroeperingen behorende bij de prestatievelden is deze verordening opgesteld.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Bij de begripsomschrijving onder b. cliëntenparticipatie wordt bewust gesproken over de volle breedte van het terrein waarop de cliëntenraad zich mag begeven. Het hele terrein van de WMO van regelgeving tot uitvoering, van voorbereiding tot evaluatie mag de cliëntenraad als het zijne rekenen.
De omschrijving van het begrip cliëntenparticipatie bevat tevens de vereisten die worden gesteld aan de leden van de cliëntenraad. Het moet namelijk gaan om:
Artikel 2 Cliëntenparticipatie, clëntenraad
Dit artikel regelt de legitimatie van de cliëntenraad.
Artikel 3 Samenstelling, leden
Het college streeft bij de benoeming van leden van de cliëntenraad naar een evenwichtige vertegenwoordiging van de cliënten. In principe is er voor alle doelgroepen plaats in de cliëntenraad. Dit wil niet zeggen dat ook alle doelgroepen feitelijk vertegenwoordigd zullen zijn in de raad. Zo wordt een aantal prestatievelden regionaal opgepakt (bijvoorbeeld verslaving en vrouwenhulpverlening).
Hoewel de cliëntenraad in principe zijn eigen leden werft, is het het college dat de leden benoemt en ontslaat. Verder verbindt de gemeente zich in dit artikel om de cliëntenraad te ondersteunen bij het werven van leden. Er kan in dit kader gedacht worden aan een brief aan de cliënten met een verzoek om zich aan te melden.
Artikel 4 Voorzitter, secretaris en penningmeester
In dit artikel is bepaald dat de voorzitter onafhankelijk en extern is en dat deze door het college, op voordracht van de cliëntenraad wordt benoemd. Het is ook het college dat de voorzitter kan ontslaan.
De cliëntenraad wijst de secretaris en penningmeester uit zijn midden aan. Het is mogelijk dat dit één en dezelfde persoon is.
Artikel 5 Ambtelijk secretaris
De gemeente levert de cliëntenraad ambtelijke secretariële ondersteuning. De inhoud van deze functie wordt nader uitgewerkt in het huishoudelijk reglement. De functie van secretaris vervult een lid van de cliëntenraad, zie artikel 4.
Artikel 6 Middelen, vergoeding
De begroting moet de middelen vermelden die aan de cliëntenraad ter beschikking worden gesteld, zodat zij hun werk kunnen verrichten. De cliëntenraad moet daartoe een begroting en jaarrekening vaststellen, die voorafgaand aan het college ter goedkeuring moet worden voorgelegd.
Op grond van het derde lid stelt het college de vergoeding voor de leden en de voorzitter vast.
Er wordt gekozen voor een organisatiestructuur waarbij de cliëntenraad werkgroepen kan instellen. Deze werkgroepen ondersteunen de cliëntenraad met hun inbreng. Zo kan de cliëntenraad op specialismen gevoed worden door een breder platform.
De werkgroepen ontvangen hun middelen van de cliëntenraad. Dit houdt dus ook in dat de middelen van de werkgroepen in de begroting van de cliëntenraad zijn geïntegreerd.
Artikelen 8 Recht van initiatief, 9 Recht op informatie en 10 Recht van advies
In deze artikelen zijn de rechten van de cliëntenraad omschreven. Bij dat recht past de aanwijzing voor het college (artikel 10, vierde lid) dat alleen gemotiveerd van een advies van de cliëntenraad kan worden afgeweken. Bij de bestuurlijke behandeling en bij betrokkenen (achterban, cliënten, patiënten, inwoners) moet zichtbaar zijn welk advies de cliëntenraad heeft gegeven over een collegevoorstel en waarom het college van dit advies is afgeweken.
Artikel 11 Huishoudelijk reglement
De cliëntenraad stelt zelf zijn huishoudelijk reglement op. Omdat dit reglement mede de manier van werken en de samenwerking met de gemeente behelst, moet het huishoudelijk reglement wel, voorafgaand aan de vaststelling door de cliëntenraad, ter goedkeuring aan het college worden voorgelegd.
De cliëntenraad heeft aangegeven zo vroeg mogelijk in het proces bij de beleidsvorming betrokken te willen worden. Dit betekent dat er al wordt overlegd voor het college een formeel standpunt heeft ingenomen. Voor stukken die nog niet door het college behandeld zijn geldt in alle gevallen de geheimhouding uit dit artikel. Dit geldt mutatis mutandis ook voor de werkgroep(en).
Op grond van dit artikel is het college bevoegd ter uitvoering van deze verordening nadere regels te stellen.
De raad en het college kunnen één of meerdere artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voorzover toepassing, gelet op het belang van cliëntenparticipatie, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.
Artikel 15 Intrekking oude regeling
Dit artikel behoeft geen toelichting.