Organisatie | Overbetuwe |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand Overbetuwe 2005 |
Citeertitel | Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand Overbetuwe 2005 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Wet werk en bijstand, art. 47
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2005 | 01-10-2009 | nieuwe regeling | 21-12-2004 Hét Gemeente Nieuws; 12-09-2007 | Geen. |
De raad van de gemeente Overbetuwe
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Overbetuwe d.d. 2 november 2004
gelezen het standpunt van het Cliëntenoverleg Overbetuwe
gelet op artikel 47 van de Wet werk en bijstand
overwegende dat het noodzakelijk is bij verordening regels te stellen aangaande de cliëntenparticipatie
besluit vast te stellen de volgende:
Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand Overbetuwe 2005
HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen
HOOFDSTUK 2. Cliëntenparticipatie
Het doel van cliëntenparticipatie is cliënten en/of vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties of belangenorganisaties te betrekken bij en invloed te laten uitoefenen op de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijk beleid ten aanzien van de WWB, IOAZ en IOAZ, alsmede het gemeentelijk minimabeleid.
HOOFDSTUK 3. Het Cliëntenoverleg Overbetuwe
Artikel 4 Cliëntenoverleg Overbetuwe
Het Cliëntenoverleg Overbetuwe bestaat uit maximaal zeven personen. Van deze zeven personen zijn er twee afgevaardigd door werknemersorganisaties, één afgevaardigde vanuit een ouderenorganisatie en vier hetzij cliënten, hetzij individuele personen met affiniteit met het beleidsterrein van Sociale Zaken;
Artikel 5 Bevoegdheden, grenzen van de bevoegdheden
Alle adviezen, informatieverzoeken en verbetervoorstellen die door het Cliëntenoverleg schriftelijk zijn verstrekt, worden door de afdeling beoordeeld. In geval het een advies betreft omtrent een voorstel voor het college of de gemeenteraad, zorgt de afdeling ervoor dat het schriftelijke advies ter kennis komt aan het college of de gemeenteraad.
Deze middelen dienen in ieder geval ter bestrijding van kosten voor deskundigheidsbevordering, aanschaf van documentatie, litereratuur en vaktijdschriften, kosten voor inschakeling van professionele ondersteuning door derden, kantoorkosten, waaronder porti, kopiëren, telefoon, computergebruik, internetaansluiting en voorlichting;
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 21 december 2004
De raad voornoemd,
De griffier,
drs. A.J. van den Brink
De voorzitter,
E. Tuijnman
Toelichting Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand Overbetuwe 2005
Per 1 januari 2004 is de nieuwe Wet werk en bijstand (WWB) ingevoerd als vervanging van de Algemene bijstandswet (Abw).
De nieuwe wet is aanleiding om ook de wijze waarop de gemeente Overbetuwe vorm geeft aan cliëntenparticipatie opnieuw onder de loep te nemen en te formaliseren. Onder de WWB is de gemeente verplicht om de cliëntenparticipatie te regelen in een verordening. Bij amendement van 27 augustus 2003 werd namelijk bepaald dat de wijze waarop de gemeente personen, bedoeld in artikel 7, eerste lid van de WWB of hun vertegenwoordigers betrekt bij de uitvoering van de Wet werk en bijstand in een verordening vastgelegd moet worden.
In de verordening moet tenminste geregeld worden de wijze waarop:
Hiermee wordt bewerkstelligd dat de cliëntenparticipatie in lijn wordt gebracht met de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (SUWI), waarin wordt gesteld dat cliëntenparticipatie onmisbaar is in een uitvoeringsstructuur waarin de cliënt centraal staat.
Sedert de herindeling van de voormalige gemeenten Elst, Heteren en Valburg en het opgaan van deze gemeenten in Overbetuwe, functioneert het Cliëntenoverleg Overbetuwe. In 2001 is een startnotitie vastgesteld om de vorm van overleg te bepalen. Cliëntenparticipatie kent vele vormen van een raad, panel, platform tot informeel overleg. Er is gekozen voor een informele overlegvorm zonder al te veel organisatorische en formele ballast. Tegelijkertijd is toentertijd besloten, dat in de loop van een aantal jaren zou worden bezien of de vorm gewijzigd zou moeten worden. Het jaar 2004 werd aangewezen om het één en ander te heroverwegen. Met het Cliëntenoverleg Overbetuwe is overleg gevoerd en men heeft te kennen gegeven graag door te gaan in de informele overlegstructuur. Hierbij willen wij streven naar een evenwichtige vertegenwoordiging van belangenorganisaties en cliënten danwel personen die als individu affiniteit hebben met het beleidsterrein van Sociale Zaken. Op dit moment is het nog zo dat eenieder op persoonlijke titel zitting heeft in het cliëntenoverleg. Met het vaststellen van deze verordening zal gevraagd worden om een verklaring van de instantie van waaruit zij zitting hebben, dat zij aangewezen om de desbetreffende organisatie te vertegenwoordigen. Daarna is het van belang om de leden van het Cliëntenoverleg Overbetuwe formeel aan te wijzen als gesprekspartner voor de afdeling. Dit zal plaatsvinden door middel van een collegebesluit.
Voorts heeft er sinds kort geen cliënt meer zitting in het cliëntenoverleg. Wij zullen het Cliëntenoverleg Overbetuwe ondersteunen bij het streven om meer cliënten zitting te laten nemen in het cliëntenoverleg. Overigens is dit van oudsher een moeilijke zaak, temeer daar gelukkig veel mensen tijdelijk cliënt zijn van Sociale Zaken.
Buiten de wettelijke verplichting is er voor gekozen om het terrein waarop met het Cliëntenoverleg Overbetuwe wordt beraadslaagd te verbreden naar de IOAW, IOAZ en ook het minimabeleid. Zo wordt het gehele beleidsterrein van Sociale Zaken betrokken bij cliëntenparticipatie. Voor het terrein van de Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg) wordt overleg gevoerd met het Gehandicaptenplatform Overbetuwe.
Artikel 1 bevat de begripsbepalingen van uiteenlopende begrippen.
Met dit artikel bepaalt de raad de doelstelling van cliëntenparticipatie. Tevens legt de raad het college een inspanningsverplichting op om een gemeentelijke overlegstructuur met cliënten of hun vertegenwoordigers in stand te houden.
In artikel 3 wijst de gemeente het Cliëntenoverleg Overbetuwe aan als gesprekspartner om het doel van cliëntenparticipatie te bereiken.
De samenstelling van het Cliëntenoverleg Overbetuwe wordt in dit artikel geregeld. Om de vertegenwoordigende waarde van het overleg te vergroten is er voor gekozen om 3 leden op te nemen die zijn afgevaardigd vanuit een belangenorganisatie. Voor het overige wordt gestreefd naar (maximaal) vier cliënten. Omdat het in de praktijk zeer moeilijk zal zijn om deze te vinden is het ook mogelijk om in plaats van cliënten personen zitting te laten nemen met een persoonlijke affiniteit met het beleidsterrein van Sociale Zaken. Dit kan zijn vanuit huidige of vroegere werkervaring, het kan gaan om voormalige cliënten of personen met een persoonlijke interesse.
Er is voor gekozen om de bevoegdheden ruim en zo concreet mogelijk te beschrijven. Hiermee wordt rechtgedaan aan de bedoelingen van de wetgever. Of het cliëntenoverleg direct gebruik zal maken van alle bevoegdheden is de vraag, we moeten dit toch zien als een groeimodel met als doel uiteindelijk te komen tot interactieve beleidsvorming.
De grens van de bevoegdheden is wel de individuele belangenbehartiging. Dergelijke zaken horen niet binnen een orgaan van cliëntenparticipatie plaats te vinden.
In dit artikel wordt de werkwijze vastgelegd, zoals dit al een aantal jaren naar volle tevredenheid plaatsvindt.
Faciliteiten zijn belangrijk voor een orgaan van cliëntenparticipatie. Naast de subsidie die wordt verstrekt overeenkomstig de bepalingen van de Subsidieverordening Maatschappelijke Ontwikkeling van de gemeente Overbetuwe 2002, is het van belang voor het cliëntenoverleg om gebruik te kunnen maken van vergaderruimten op het gemeentehuis.