Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Barneveld

Notitie reclamebeleid gemeente Barneveld 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBarneveld
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNotitie reclamebeleid gemeente Barneveld 2012
CiteertitelNotitie reclamebeleid gemeente Barneveld 2012
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp
Externe bijlagenHarselaar Harselaar oost

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Geen

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

06-07-2012nieuwe regeling

04-06-2012

Barneveld Vandaag 5 juli 2012

Onbekend.

Tekst van de regeling

Intitulé

Notitie reclamebeleid gemeente Barneveld 2012

 

 

Notitie reclamebeleid gemeente Barneveld 2012

1. Inleiding

In de gemeente Barneveld komen net als in alle andere gemeenten in Nederland verschillende vormen van reclame-uitingen voor. Het gaat dan onder meer om borden op of bij bedrijfspanden en winkels, borden langs doorgaande wegen, reclamekarren, billboards, grote reclamezuilen, abri-reclame en reclamelichtbakken aan lichtmasten. Hoewel dit niet altijd "echte" reclameborden zijn, komen er in de gemeente ook allerlei vormen van (kleinere) verwijsbordjes voor. Verder worden er in de gemeente ook regelmatig aankondigingsborden voor evenementen geplaatst.

Met deze notitie is het reclamebeleid van 2007 geactualiseerd en aangepast aan nieuwe wet- en regelgeving. Er wordt ingegaan op de regels voor plaatsing van de verschillende soorten reclame-uitingen en er worden enkele (beleidsmatige) keuzes gemaakt. Deze notitie heeft de status van beleidsregel als bedoeld in artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, en zal ook als zodanig worden gepubliceerd.

2. Regelgeving

Voor allerlei reclame-uitingen – zoals uithangborden of spandoeken – gelden regels. Er zijn twee regelingen van toepassing op reclame-uitingen; namelijk de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en de Algemene Plaatselijke Verordening (APV).

Voor een reclame-uiting kan er:

a. geen omgevingsvergunning nodig zijn (geen verlichte reclame, geen bouwwerk)

b. een omgevingsvergunning nodig zijn voor de activiteit handelsreclame (verlichte reclame)

c. een omgevingsvergunning nodig zijn voor de activiteit bouwen (bouwwerk)

d. een omgevingsvergunning nodig zijn voor verstoren of in enig opzicht wijzigen van een monument.

2.1 Omgevingsvergunning activiteit handelsreclame

Artikel 2.2. lid 1 onder h van de Wabo bepaalt dat er een omgevingsvergunning nodig is “voor zover ingevolge een bepaling in een provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist om op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats (…)”.

De APV omschrijft in artikel 117 en 118 voor reclame dat:

- het verboden is om op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren door middel van een opschrift , aankondiging of afbeelding waardoor het verkeer in gevaar wordt gebracht of ernstige hinder ontstaat voor de omgeving (artikel 117, verbod hinderlijke of gevaarlijke reclame).

- het is verboden om zonder vergunning van het college op of aan een onroerende zaak verlichte handelsreclame te maken of te voeren die vanaf de weg zichtbaar is (artikel 118, vergunningsplicht lichtreclame).

De vergunning voor verlichte reclame kan worden geweigerd indien de reclamevoering op zichzelf of in verband met de omgeving niet voldoet aan het welstandsbeleid of kan geweigerd worden in het belang van het voorkomen van overlast voor de omgeving (bijvoorbeeld lichthinder).

Op grond van artikel 126 van de APV is het verder verboden om een voertuig dat is voorzien van een aanduiding van handelsreclame, op de weg te parkeren met het kennelijke doel om daarmee handelsreclame te maken. Van dit verbod kunnen burgemeester en wethouders ontheffing verlenen.

2.2 Omgevingsvergunning activiteit bouwen

Een reclameobject kan door zijn omvang en constructie volgens de Wabo vergunningsplichtig (bouwen) zijn. De belangrijkste toetsingskaders voor het wel/niet afgeven van de omgevingsvergunning zijn onder andere het bestemmingsplan en het welstandsbeleid.

3. Billboards

Uit onderzoek in 2011 door stedenbouwkundigen, ontwerpers, verkeerskundigen, het ontwikkelingsbedrijf en de afdeling BOR, blijkt dat er vooral kansen liggen nabij het bedrijventerrein De Harselaar voor plaatsing van billboards. De Harselaar kan met zijn bedrijvigheid, het transferium en de stadse sfeer de uitstraling van een billboard makkelijk opnemen. Daarnaast hebben billboards geen negatieve impact op de beeldkwaliteit. Vanuit financieel perspectief is De Harselaar ook een aantrekkelijke locatie gezien de dagelijkse verkeerbewegingen welke een positief effect op de afdracht van de exploitant hebben. Voor het plaatsen van billboards is een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen noodzakelijk.

Afhankelijk van de ontwikkelingen op de Harselaar wordt gekeken waar, wanneer en in welke mate billboards op De Harselaar toegepast kunnen worden. Bij deze ontwikkelingen valt te denken aan het aanleggen van een tunnel ter hoogte van de Baron van Nagellstraat, de aanleg van nieuwe wegen ten behoeve van de ontsluiting van bijvoorbeeld Harselaar West West en Harselaar Driehoek. Op dit moment loopt een traject om een aantal billboards op De Harselaar te realiseren. Op basis van de ervaringen die hierbij opgedaan worden, wordt gekeken of billboards in de toekomst al dan niet op meerdere locaties kunnen worden geplaatst.

4. Grote reclamemasten

Grote reclamemasten zijn voornamelijk bedoeld voor reclame-uitingen van bedrijven op locaties met veel publiek. Realisatie van dergelijke masten kent zowel positieve als negatieve aspecten die van belang zijn in de afweging om aan dergelijke verzoeken medewerking te verlenen.

Positieve aspecten zijn in de eerste plaats gelegen in de mogelijkheden voor (lokale) bedrijven om zich op beeldbepalende locaties met veel publiek te profileren. Bovendien bieden deze voorzieningen de mogelijkheid om bepaalde locaties nader te accentueren, dan wel een mogelijkheid om bijvoorbeeld de gemeentelijke economische positie te accentueren. Tot slot kan plaatsing van dergelijke masten (afhankelijk van de locatie en de grondposities) voor de gemeente eventueel inkomsten genereren.

Het plaatsen van grote reclamemasten kan echter ook negatieve effecten hebben. Zo kan plaatsing leiden tot een aantasting van de landschappelijke waarden of verstoring van de directe leefomgeving. Daarnaast kan verkeerde plaatsing leiden tot verkeersonveilige situaties op nabij gelegen wegen. Niet onbelangrijk is ook dat een groot aantal reclamemasten zou kunnen leiden tot een negatieve uitstraling op de omgeving, en tot "leegstand" als gevolg van een overaanbod van mogelijkheden voor reclame-uitingen.

Bovenstaande spanningsboog maakt het wenselijk om in deze beleidsnotitie richtlijnen op te stellen voor het plaatsen van grote reclamemasten in de gemeente Barneveld. Deze richtlijnen richten zich primair op de situering van deze grote reclamemasten. Daarnaast zijn de richtlijnen bedoeld om het aantal reclamemasten te reguleren. De richtlijnen gaan in op de vormgeving en inpassing in de ruimtelijke omgeving, met aandacht voor de wijze van verlichting van deze masten. De in deze notitie vervatte uitgangspunten en toetsingscriteria vormen het toetsingskader voor bouwinitiatieven voor grote reclamemasten.

4.1 Begripsbepaling

Ter verduidelijking van dit onderdeel van de notitie is het van belang het begrip "grote reclamemast" nader te omschrijven. Grote reclamemasten zijn dragers voor het maken van reclame, met als doel het bereiken van groot publiek en derhalve (vaak) gericht op wegen met een groot aantal weggebruikers. Grote reclamemasten kenmerken zich door een aanzienlijke hoogte en omvangrijke reclameborden/platen. Het gaat om constructies die vanaf de voet tot het bovenste punt hoger zijn dan 15 meter. Zij hebben een zodanige maat en schaal dat ze een grote invloed uitoefenen op de directe omgeving. Terughoudend beleid is daarom wenselijk. Voor de grote reclamemasten is een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen en handelsreclame noodzakelijk.

4.2 Reikwijdte en status

Dit onderdeel van de notitie heeft uitsluitend betrekking op nieuwe reclamemasten, die gemeten vanaf de voet tot het bovenste punt van de constructie hoger zijn dan 15 meter. Met nieuwe reclamemasten worden hier bedoeld reclamemasten waarvoor nog geen omgevingsvergunning is verleend én die niet reeds volgens een geldend bestemmingsplan zijn toegestaan.

4.3 Bestaande situaties

Op dit moment is een reclamemast van 20 meter aanwezig op het terrein van Itolang op Harselaar-West (Ambachtsweg) langs de A1, een mast van 17 meter op het perceel Hanzeweg 12 op Harselaar-Oost, een reclamemast van 32 meter langs de A30 op de Briellaard en een reclamemast van 30 meter aan de Nijkerkerweg 153 in Harselaar West-West (in aanbouw). Op Harselaar-West (Veemweg) staat het geldende bestemmingsplan nog een reclamemast van 20 meter toe.

4.4 Plaatsingsmogelijkheden

Met het oog op de functionaliteit (veel publiek) van grote reclamemasten zijn uitsluitend locaties (zones) langs de rijkswegen A1 en A30 geschikt voor plaatsing. Het merendeel van de tracés van deze rijkswegen lopen door landelijk gebied, waar omwille van landschapsaantasting, mogelijke horizonvervuiling en het ontbreken van een functionele relatie tussen mast en de overwegende gebiedsfuncties plaatsing niet wenselijk is.

De algemene richtlijnen voor plaatsingsmogelijkheden van grote reclamemasten zijn:

geen plaatsing in het buitengebied van de gemeente Barneveld.

alleen toegestaan in zones direct langs rijkswegen voor zover deze zones zijn gelegen tussen de rijkswegen en de bestaande industrieterreinen De Harselaar en De Briellaerd.

een zo beperkt mogelijke afstand tot de rijksweg in overleg met Rijkswaterstaat in verband hun rooilijnenbeleid (voor A1 een minimumafstand van 50 meter uit de as van de dichtstbijgelegen rijbaan en voor de rijksweg A30 een minimumafstand van 25 meter).

een zodanige situering dat er vrij zicht is op de masten vanaf de rijksweg (over een voldoende lengte) .

een onderlinge afstand tussen masten van tenminste 1000 meter (afwijkingsmogelijkheid van 10% als een goede situering dit noodzakelijk maakt).

niet afleidend en zichtbeperkend opgesteld in verband met de verkeersveiligheid.

geen plaatsing op locaties met hoge bomenschermen direct langs de snelweg en geen plaatsing op locaties waar slechts masten met een hoogte van meer dan de in deze notitie genoemde maximale hoogte nodig is om zichtbaar te blijven.

4.5 Gebieden

Harselaar (Baron van Nagellstraat)

Het gebied direct ten westen en ten oosten van de Baron van Nagellstraat wordt gekenmerkt door hoogopgaande bebouwing. Een verdere accentuering met reclamemasten is hier ruimtelijk niet wenselijk.

Harselaar West-West

Industrieterrein Harselaar West-West ligt langs de rijkswegen A1 en/of A30. In de planvorming is rekening gehouden met een grote reclamemast. Deze mast wordt opgericht. Er is géén ruimte voor nog een mast.

De Briellaerd

Het bedrijventerrein De Briellaerd aan de zuidwestzijde van de kern Barneveld is gelet op de uitgangspunten één mast mogelijk. Deze mast is inmiddels gerealiseerd. Er is géén ruimte voor nog een mast.

Harselaar-West

Het bedrijvengebied tussen de Baron van Nagellstraat en de Nijkerkerweg wordt aangeduid als Harselaar-West. In de zone is nog ruimte voor een mast.

Harselaar-Oost

Het bedrijvengebied ten oosten van de Baron van Nagellstraat wordt aangeduid als Harselaar-Oost. Op Harselaar-Oost is een zone aangegeven waarbinnen één reclamemast kan worden gerealiseerd.

4.6 Vormgeving en verlichting

Binnen de zones en specifiek aangewezen locaties worden onder andere eisen gesteld aan de vormgeving van de op te richten masten.

• Vanuit oogpunt van de landschappelijke waarde van het omliggende gebied wordt de maximale hoogte gesteld op 30 meter (mast + reclameplaat), met een beperkte mogelijkheid tot overschrijding (10%) indien de zichtbaarheid op de specifieke locatie dit vereist. De situering en omvang is zodanig dat woongebieden geen directe visuele overlast ervaren

• Per locatie moet ad hoc gekeken worden naar de dimensionering en vormgeving van de reclamemast, afhankelijk van de specifieke ruimtelijke situatie. Ook afhankelijk van de locatie en de zichtbaarheid vanaf de omgeving kunnen per mast een, twee of drie reclameplaten worden aangebracht; respectievelijk aan één zijde, twee zijden, of in een driehoeksvorm aan drie zijden;

• De reclame-uiting op de reclamemast dient statisch van aard te zijn. Wisselende of rollende reclame (lichtkrant) is niet toegestaan. Verlichting in de avond en nacht is toegestaan met uitzondering van de (achter)zijden die richting geconcentreerde woonbebouwing zijn gericht;

• Bij de aanvraag voor een omgevingsvergunning zal een verlichtingsplan overlegd moeten worden. In dit plan moet worden aangetoond dat de reclame geen hinder oplevert voor omwonenden door directe instraling in de woningen. Het lichtniveau van de reclame mag het heersende lichtniveau in de omgeving niet overschrijden. Daarnaast moet uit het plan blijken, dat het energiegebruik zoveel mogelijk wordt beperkt door de toepassing van energiezuinige, duurzame verlichting en indien mogelijk het uitschakelen van de verlichting op minder rendabele tijden;

• Met een zichtlijnenstudie moet worden aangetoond wat de effecten op de omgeving zijn. Aanvullend zijn eventueel maatregelen voor een goede landschappelijke inpassing gewenst, zoals het aanbrengen van afschermend groen voor de afscherming op grotere afstand;

• De gemeente kan eisen stellen aan het soort reclame-uitingen, opdat ongewenste (aanstootgevende) reclame-uitingen geweerd kunnen worden (reclame voor alcoholische dranken en tabaksproducten zijn niet toegestaan en de uiting mag geen onwelvoeglijke of onzedelijke taal of afbeeldingen bevatten).

5. Abri-reclame

Reclame-uitingen op abri's (bushokjes) komen veelvuldig voor in ons land. In de gemeente Barneveld zijn er voor zover bekend 30 abri's welke langs gemeentelijke wegen (op gemeentegrond) staan. De overige abri's staan langs provinciale wegen. De gemeente staat niet afwijzend tegenover plannen en/of voorstellen van marktpartijen. Voorstellen zullen op inhoud en condities worden beoordeeld.

6. Uitstallingenbeleid

Voor bepaalde delen van het centrumgebied van Barneveld geldt dat binnen een afstand van 1,25 meter van de voorgevel (onder voorwaarden) losse borden en andere uitstallingen worden toegestaan. Deze afstand wordt aangegeven met zogenaamde metalen "punaises", welke in het straatwerk zijn aangebracht. Dit beleid is gebaseerd op artikel 16 van de APV en in de ‘Nadere regels plaatsen van uitstallingen en reclameborden in Barneveld op grond van artikel 16 APV’ zijn de overige voorwaarden weergegeven.

7. Lichtbakreclame aan lichtmasten

Lichtbakreclame aan lichtmasten wordt onder voorwaarden toegestaan. Het gaat om lichtbakreclames aan lichtmasten langs de doorgaande wegen in de kernen Barneveld, Voorthuizen, Terschuur, Zwartebroek en Kootwijkerbroek, en de wegen op Harselaar.

Er wordt een uniform model bord gebruikt (0,9 m²), waarvan alleen de reclame-uiting zelf wisselt. Hierdoor ontstaat uniformiteit en eenheid in het straatbeeld. De gemeente verleent in dit kader een algemene omgevingsvergunning voor de activiteit handelsreclame aan een externe (private) exploitant. Deze exploitant neemt de plaatsing en het onderhoud voor haar rekening, en de gemeente ontvangt per geplaatst bord een vergoeding. Het aantal te plaatsen borden is tot een maximum beperkt (exclusief de bedrijventerreinen 420). De bakken zijn voorzien van een schakelklok, waardoor is geregeld dat de verlichting in de bak tijdens de nachtelijke uren en op zondagen uitgeschakeld is.

Aan de plaatsing van de lichtbakreclame worden enkele voorwaarden c.q. beperkingen gesteld:

• alleen lichtbakreclame aan lichtmasten langs daartoe aangewezen gemeentelijke wegen;

• reclame voor alcoholische dranken en tabaksproducten is niet toegestaan;

• de reclame-uiting mag geen onwelvoeglijke of onzedelijke taal of afbeeldingen bevatten;

• het aanbrengen en het onderhouden en vervangen van de lichtbakken wordt door de reclame-exploitant verzorgd;

• de borden hebben een maximale oppervlakte van 0,9 m²;

• de overeenkomst met de exploitant wordt gesloten voor periodes van vijf jaar.

8. Kleine verwijsbordjes

Voorzieningen in de vorm van een paal met daaraan een aantal kleine verwijsbordjes (metalen stroken) in de richting van de vestiging van een bedrijf (op een bedrijventerrein of bij een cluster van recreatiebedrijven) is onder voorwaarden mogelijk. Hiermee wordt wildgroei van verwijsbordjes voorkomen en wordt de vindbaarheid van bedrijven vergroot.

Voorwaarden:

• bordjes kleiner dan 0,5 m² en minder dan 1 meter lang.

• plaatsing alleen op een bedrijventerrein of bij een cluster van recreatiebedrijven

• onder nader te stellen voorwaarden (eigen rekening) plaatsing op gemeentegrond

• geen plaatsing in de centrumgebieden (daar wordt gebruik gemaakt van de ANWB-verwijsborden/palen).

9. Aankondigingsborden voor evenementen

Wanneer een evenement in de gemeente Barneveld wordt georganiseerd is het ook mogelijk hiervoor aankondigingsborden te plaatsen bij de ingangswegen van alle kernen in de gemeente Barneveld. In artikel 16 APV en in de ‘Nadere regels met betrekking tot aankondigingsborden op grond van artikel 16 van de APV’ zijn de voorwaarden weergegeven.

10. Organisatie handhaving

Deze notitie gaat met name in op het plaatsen van reclame-uitingen op particuliere gronden. Als hoofdregel wordt aangehouden dat de gemeente geen toestemming geeft aan derden voor het plaatsen van reclame-uitingen op openbare gronden of andere gronden die in eigendom zijn van de gemeente, tenzij het gevallen betreft die in deze notitie genoemd worden en wanneer aan de daaraan verbonden voorwaarden wordt voldaan. Is dit niet het geval, dan zal de gemeente als eigenaar van de gronden de zonder toestemming geplaatste reclame-uitingen verwijderen (afdeling BOR).

Op grond van de Wabo is voorgeschreven om ten aanzien van de handhaving van het omgevingsrecht een risicoanalyse uit te voeren, op basis waarvan prioriteiten dienen te worden gesteld. De voor toezicht en handhaving beschikbare formatie speelt hierbij vanzelfsprekend een belangrijke rol. Aan de hand van de zogenaamde Risicomodule van Oranjewoud is deze risicoanalyse onlangs uitgevoerd. Naar aanleiding van de uitkomsten van een workshop welke in 2011 is georganiseerd voor de gemeenteraad, is gebleken dat aspecten als veiligheid en gezondheid bij deze analyse zwaar dienen te wegen. Dit uitgangspunt is dan ook betrokken bij de uitgevoerde risicoanalyse. Aan de hand van de uitkomsten van de analyse en de voor de uitvoering beschikbare formatie zijn er eind 2011 een aantal prioriteitskeuzes gemaakt, welke ook aan de gemeenteraad zijn voorgelegd.

Uit de voornoemde risicoanalyse is gebleken dat de (illegale) reclame-uitingen vallen binnen de categorie “zeer klein risico”. Aan de handhaving van dergelijke overtredingen wordt dan ook minder prioriteit toegekend. Dit betekent echter niet dat er niet opgetreden kan worden in bepaalde gevallen. In dit kader kan worden gedacht aan plaatsing van borden welke leiden tot een (verkeers)onveilige situatie of aan situaties waarin sprake is van een ernstige ontsiering van de openbare ruimte. Tenslotte zal er in voorkomende gevallen ook handhavend opgetreden dienen te worden naar aanleiding van handhavingsverzoeken van derde-belanghebbenden.

Afdeling Leefomgeving

Gemeente Barneveld

Juni 2012

Bijlagen