Nr. 11
De raad van de gemeente Marum;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 april 2011, nr.
11.04.11.;
gelet op artikel 5.4, vierde lid van de Telecommunicatiewet en artikel 149
van de Gemeentewet;
besluit vast te stellen de volgende:
TELECOMMUNICATIEVERORDENING GEMEENTE MARUM 2011
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
wet: Telecommunicatiewet;
- b.
openbaar elektronisch communicatienetwerk
telecommunicatienetwerk als bedoeld in artikel 1.1., onder h,
van de wet;
- c.
kabels: kabels als bedoeld in artikel 1.1, onder z,
van de wet;
- d.
voorzieningen: ondergrondse ondersteuningswerken en
beschermingswerken als bedoeld in artikel 5.15, van de wet, en
kabels;
- e.
openbare gronden: openbare wegen en wateren als
bedoeld in artikel 1.1, onder aa, van de wet;
- f.
aanbieder: degene die een openbaar elektronisch
communicatienetwerk aanbiedt als bedoeld in artikel 1.1, onder i
van de wet en degene bedoeld in artikel 5.1 van de wet;
- g.
werkzaamheden:werkzaamheden in verband met de aanleg,
instandhouding en opruiming van kabels ten dienste van een
openbaar elektronisch communicatienetwerk in of op openbare
gronden;
- h.
gedoogplichtige: degene op wie een gedoogplicht rust
als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, van de wet;
- i.
college: college van burgemeester en wethouders;
- j.
melding: melding als bedoeld in artikel 5.4, eerste
lid, onder a, van de wet;
- k.
instemmingsbesluit: besluit van het college als
bedoeld in artikel 5.4 eerste lid, onder b, van de wet;
- l.
huisaansluiting: het gedeelte van een kabel van
minder dan vijf meter in openbare gronden dat een openbaar
elektronisch communicatienetwerk verbindt met een
netwerkaansluitpunt als bedoeld onder artikel 1.1, onder k, van
de wet;
- m.
werkzaamheden van niet ingrijpende aard:
- 1
het aanbrengen of verwijderen van kabels in reeds
aangebrachte voorzieningen;
- 2
reparaties aan het openbare elektronische
communicatie-netwerk met een lengte van minder dan vijf
meter en niet vallend onder artikel 3 eerste lid;
- 3
het maken van huisaansluitingen;
Artikel 2 Wijze van melding van voorgenomen werkzaamheden
- 1.
Een aanbieder die werkzaamheden wil verrichten, meldt dit
voornemen ten minste acht weken voor de aanvang aan het college
met een door het college vastgesteld formulier.
- 2.
Een aanbieder die werkzaamheden wil verrichten, kan hierover
vooroverleg voeren met het college teneinde de melding, bedoeld
in het eerste lid van dit artikel voor te bereiden.
- 3.
Indien de werkzaamheden mede betrekking hebben op gronden van
een andere gedoogplichtige dan de gemeente, wordt het college
uiterlijk vier weken na ontvangst van de melding in het eerste
lid schriftelijk in kennis gesteld van de resultaten van het
overleg tussen de aanbieder en de andere gedoogplichtige.
- 4.
Voor het verrichten van werkzaamheden van niet ingrijpende aard
kan de aanbieder volstaan met een melding aan het college
minimaal twee dagen voorafgaande aan de werkzaamheden met een
daarvoor door het college vastgesteld formulier.
Artikel 3 Ernstige belemmeringen en storingen
Ingeval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van ernstige
belemmering of storing van de communicatie in de zin van artikel 5.6,
tweede lid, van de wet volstaat de aanbieder met een melding voorafgaand
aan de start van de werkzaamheden. De aanbieder maakt achteraf zo
spoedig mogelijk melding van de werkzaamheden via een door de
burgemeester vast te stellen formulier aan de burgemeester of een
daartoe gemachtigde ambtenaar.
Artikel 4 Gegevensverstrekking
- 1.
Bij de melding als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van deze
verordening verstrekt de aanbieder in ieder geval de volgende
gegevens:
- a
naam, (e-mail)adres en telefoon- en faxnummer van degene
die de kabel of het netwerk in eigendom heeft, beheert
of exploiteert.
- b
een opgave van het aantal kabels en/of buizen dat direct
met kabels wordt gevuld of ingeblazen en een opgave van
het aantal buizen dat leeg wordt aangebracht;
- c
een opgave van belanghebbenden en instanties die vooraf
in kennis worden gesteld van de voorgenomen datum van
aanvang, beëindiging en de aard van de
werkzaamheden;
- d
een uitvoeringsplan met daarin opgenomen:
- 1
een opgave van het gewenste tracé met daarbij
duidelijke (digitale) tekeningen en daarop
aangegeven wat de te verbinden locaties zijn;
- 2
een opgave van de objecten die ten tijde van de
werkzaamheden worden geplaatst, alsmede van de
gewenste situering daarvan;
- 3
een omschrijving van de opbrekingen van de
verharding;
- 4
de doorsnede van de kabel en indien van
toepassing de kabelgoot;
- 5
de opgave van ondergrondse (handholes en
dergelijke) of bovengrondse kasten waarvoor geen
bouwvergunning noodzakelijk is, alsmede de
situering en afmetingen daarvan;
- 6
naam, (e-mail)adres, telefoon- en faxnummer van
de contactpersoon, aannemers of onderaannemers die
belast zijn met de werkzaamheden en van een door
hen aangewezen contactpersoon die ten tijde van de
uitvoering van de werkzaamheden vierentwintig uur
per dag bereikbaar is in verband met mogelijke
calamiteiten;
- 7
de maatregelen die de bereikbaarheid van de in
de openbare grond aanwezige kabels en leidingen
waarborgen;
- 8
de bereikbaarheid van percelen en opstallen in
de nabijheid van de uit te voeren
werkzaamheden;
- 9
alle overige van belang zijnde feiten en
omstandigheden gelet op de in artikel 5.4, leden 2
en 3 van de wet genoemde belangen;
- 2.
Het college kan nadere regels stellen aan de gegevens die bij de
melding worden verstrekt alsook over de wijze waarop deze
gegevens worden verstrekt.
Artikel 5 Aanvullende verplichtingen
Aanbieder is verplicht omwonenden en bedrijven ter plaatse minimaal drie
dagen voor de aanvang van de uit te voeren werkzaamheden op de hoogte te
stellen.
Artikel 6 Beslistermijn en aanhouding
Een beslissing op een melding als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van
deze verordening wordt genomen uiterlijk acht weken na ontvangst van de
melding. Indien een beschikking niet binnen acht weken kan worden
gegeven, deelt het college dit aan de aanvrager mede en noemt het
daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking wel tegemoet kan
worden gezien.
Artikel 7 Voorschriften en beperkingen bij instemming
- 1.
Het college kan nadere regels stellen omtrent het tijdstip, de
plaats en de wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud,
verplaatsing en opruiming van kabels, het bevorderen van
medegebruik van voorzieningen en het afstemmen van de
voorgenomen werkzaamheden met beheerders van overige in de grond
aanwezige werken, alsook over de afmetingen van kasten,
handholes en andere toebehoren, behorende bij een openbaar
elektronisch communicatienetwerk.
- 2.
Indien binnen één jaar na groot onderhoud of herinrichting van
de openbare gronden de aanbieder werkzaamheden moet uitvoeren,
verlangt het college specifiek schadeherstel.
- 3.
Indien de aanbieder werkzaamheden moet uitvoeren in bijzondere
bestrating, verlangt het college specifiek schadeherstel.
Artikel 8 (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg
- 1.
Een aanbieder is verplicht om bij de aanleg van kabels in
openbare gronden zoveel mogelijk (mede)gebruik te maken van
bestaande, hetzij door andere aanbieders dan wel door of in
opdracht van het college aangelegde voorzieningen.
- 2.
Het vooroverleg als bedoeld in artikel 2, tweede lid, dan wel
een door het college geëntameerd overleg naar aanleiding van een
melding als bedoeld in artikel 2, eerste lid, is er mede op
gericht te bepalen of en zo ja langs welke delen van het tracé
gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als
bedoeld in het eerste lid.
- 3.
Indien de aanbieder een redelijk aanbod wordt gedaan om gebruik
te maken van de vooraangelegde voorzieningen, zoals
mantelbuizen, kabelgoten, of kabel- en leidingentunnels, is de
aanbieder verplicht om voor de aanleg of uitbreiding van zijn
netwerk van deze voorzieningen gebruik te maken.
- 4.
Indien de openbare gronden geen ruimte bieden voor de aanleg van
nieuwe kabels, dient de aanbieder een alternatief tracé te
kiezen, of aan andere aanbieders een billijk verzoek tot
medegebruik van kabels te doen, op grond van artikel 5.12, van
de wet.
Artikel 9 Melding wijziging voorzieningen
De aanbieder stelt het college onverwijld schriftelijk in kennis van het
feit dat de eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel
verandert of dat de kabel niet langer ten dienste staat van een openbaar
elektronisch telecommunicatienetwerk in of op openbare gronden.
Artikel 10 Intrekking oude verordening
De Telecommunicatieverordening gemeente Marum, vastgesteld bij
raadsbesluit van 23 september 1999 wordt ingetrokken.
Artikel 11 Overgangsrecht
- 1.
De Telecommunicatieverordening gemeente Marum (1999) blijft van
kracht op meldingen waarop reeds krachtens diezelfde Verordening
is beslist, maar waarvan de uitvoering op het moment van
inwerkingtreding van deze verordening nog niet is gerealiseerd.
- 2.
Indien vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze
verordening een melding is gedaan op grond van de
Telecommunicatieverordening gemeente Marum (1999) maar waarop
nog niet is beslist, wordt daarop deze verordening
toegepast.
Artikel 12 Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de achtste dag na bekendmaking in
het Achtdorpennieuws.
Artikel 13 Citeerartikel
Deze verordening wordt aangehaald als: Telecommunicatieverordening
gemeente Marum 2011.