Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Grootegast

Verordening burgerinitiatief gemeente Grootegast

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGrootegast
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening burgerinitiatief gemeente Grootegast
CiteertitelVerordening burgerinitiatief gemeente Grootegast
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp
Externe bijlagePublicatie van de verordening in Het Westerkwartier, 18-05-2005

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Moment van inwerkingtreding van de verordening is niet bekend. Bij de aangegeven datum van inwerkingtreding is uitgegaan van directe inwerkingtreding van de verordening na bekendmaking.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art 150

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

18-05-200501-01-2019nieuwe regeling

10-05-2005

Het Westerkwartier, 18-05-2005

Onbekend.

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening burgerinitiatief gemeente Grootegast

De raad van de gemeente Grootegast besluit tot het vaststellen van de volgende verordening:

 

VERORDENING BURGERINITIATIEF

Artikel 1  

In deze verordening wordt onder een burgerinitiatief verstaan: een voorstel van een initiatiefgerechtigde ter plaatsing op de agenda van de vergadering van de raad.

 

Artikel 2  

  • 1.

    De raad plaatst een burgerinitiatief op de agenda van zijn vergadering, indien daartoe door een initiatiefgerechtigde een geldig verzoek is ingediend.

  • 2.

    Ongeldig is het verzoek dat:

    • a.

      een onderwerp als bedoeld in artikel 4 van deze verordening bevat;

    • b.

      Niet voldoet aan de voorwaarden, gesteld in artikel 5 van deze verordening.

       

Artikel 3  

  • 1.

    Initiatiefgerechtigd zijn alle ingezetenen en belanghebbenden die op de dag van indiening de leeftijd van 14 jaar hebben bereikt.

  • 2.

    Voor de beoordeling of iemand belanghebbende is, is de situatie op de dag van indiening van het verzoek bepalend.

     

Artikel 4  

  • 1.

    Een burgerinitiatief kan geen betrekking hebben op:

    • a.

      een onderwerp dat niet behoort tot de bevoegdheid van het gemeentebestuur;

    • b.

      een vraag over het gemeentelijk beleid;

    • c.

      een klacht in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • d.

      een bezwaar in de zin van hoofdstuk 7 van de Algemene wet bestuursrecht tegen een besluit van het gemeentebestuur;

    • e.

      een onderwerp waarover gedurende de lopende zittingsperiode van de raad door de raad een besluit is genomen, tenzij naar het oordeel van de raad nieuwe argumenten tot een nieuwe afweging zouden kunnen leiden.

  • 2.

    Een burgerinitiatief over een onderwerp of voorstel dat niet behoort tot de bevoegdheid van de raad, maar wel valt onder de bevoegdheid van het gemeentebestuur, zal door de raad, eventueel vergezeld van zijn advies, worden doorgezonden naar het college of naar de burgemeester in de hoedanigheid van portefeuillehouder.

  • 3.

    Het college of de burgemeester zal een onderwerp of voorstel als bedoeld in lid 2 behandelen als ware het een burgerinitiatief.

     

Artikel 5  

  • 1.

    Het verzoek tot plaatsing van een burgerinitiatief op de agenda van de vergadering van de raad wordt schriftelijk ingediend bij de voorzitter van de raad. Formulieren voor indiening van een burgerinitiatief zijn bij de griffie verkrijgbaar en kunnen – na invulling – weer bij diezelfde griffie worden ingediend. De griffie zal de initiatiefnemer gedurende de verdere procedure adviseren en begeleiden.

  • 2.

    Het verzoek bevat tenminste:

    • a.

      een nauwkeurige omschrijving van het burgerinitiatief;

    • b.

      een toelichting op het burgerinitiatief, en

    • c.

      de achternaam, de voornaam, het adres, de geboortedatum en handtekening(en) van de initiatiefnemer(s);

    • d.

      een steunbetuiging, met vermelding van de achternaam, de voornamen, het adres, de geboortedatum en handtekening(en), van minimaal 50 ingezetenen die op de dag van indiening minimaal de leeftijd van 14 jaar hebben bereikt.

       

Artikel 6  

  • 1.

    De raad agendeert het burgerinitiatief voor zijn eerstvolgende vergadering na de datum van indiening van het initiatief, indien het voldoet aan de vereisten zoals gesteld in artikel 5 van deze verordening. Er dient ten minste twee weken te liggen tussen de dag van indiening van het burgerinitiatief en de dag van de vergadering waarin over het burgerinitiatief wordt beslist.

  • 2.

    De voorzitter van de raad nodigt de initiatiefnemer schriftelijk uit voor de vergadering waarvoor het burgerinitiatief is geagendeerd. De initiatiefnemer of zijn plaatsvervanger heeft tijdens deze vergadering de gelegenheid om zijn burgerinitiatief mondeling nader toe te lichten. Zo spoedig mogelijk nadat de raad over het burgerinitiatief een besluit heeft genomen, wordt dit besluit bekendgemaakt door kennisgeving van het besluit of van de zakelijke inhoud ervan in een van overheidswege uitgegeven blad of een dag-, nieuws-, of huis-aan-huisblad, dan wel op andere geschikte wijze.

  • 3.

    Tegelijkertijd met de bekendmaking wordt van het besluit mededeling gedaan aan de initiatiefnemer.

  • 4.

    De initiatiefnemer wordt daarna ingelicht over de vervolgstappen inzake de uitwerking van het burgerinitiatief.

  • 5.

    Indien een burgerinitiatief is afgewezen, is sprake van een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht waartegen bezwaar en beroep open staat.

     

Artikel 7  

De burgemeester brengt in het burgerjaarverslag verslag uit over de werking van het recht van burgerinitiatief in de praktijk.

Vastgesteld door de raad op 10 mei 2005

K.B. Dijkstra, raadsvoorzitter

H.R. Kastermans, raadsgriffier