Organisatie | Vught |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Schuldhulpverlening Vught |
Citeertitel | Beleidsregels Schuldhulpverlening Vught |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | beleidsregel |
Geen
Wet gemeentelijke schuldhulpverlening, artt. 2 en 3
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-08-2012 | 01-07-2012 | 11-02-2021 | Nieuwe regeling | 14-08-2012 Het Klaverblad, 22-08-2012 | Onbekend |
In deze regeling wordt verstaan onder:
schuldhulpverlening: het ondersteunen bij het vinden van een adequate oplossing gericht op de aflossing van schulden als redelijkerwijs is te voorzien dat een natuurlijke persoon niet kan voortgaan met het betalen van zijn schulden of als hij in de toestand verkeert dat hij heeft opgehouden te betalen;
Artikel 2. Doelgroep gemeentelijke schuldhulpverlening
Alle inwoners van de gemeente Vught van 18 jaar en ouder kunnen zich tot het college wenden voor schuldhulpverlening.
De aanvrager doet aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op schuldhulpverlening, zowel bij de aanvraag als gedurende de looptijd van het schuldhulpverleningstraject.
Artikel 5. Beëindigingsgronden
Onverminderd de overige bepalingen in deze beleidsregels, besluit het college tot beëindiging van de schuldhulpverlening als:
Op 26 juni 2012 heeft het college van B & W van de Gemeente Vught het concept beleidsplan schuldhulpverlening voor Vught vastgesteld. In het beleidsplan is de visie van de gemeente neergelegd op het terrein van schuldhulpverlening. Onderhavige regeling is gebaseerd op het beleidsplan te weten: het opstellen van regels met betrekking tot toelating en recidive en het stellen van voorwaarden. Achterliggende gedachte is dat Vught behoefte heeft aan heldere spelregels: de burger weet wat de voorwaarden zijn voor toelating tot de schuldhulpverlening en waar hij zich aan dient te houden en de gemeente op haar beurt weet welke verplichtingen zij aan de burger mag opleggen en wanneer zij de toegang tot de schuldhulpverlening kan weigeren of beëindigen.
Hierbij speelt mee dat de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening, die vanaf 1 juli 2012 van toepassing is, onder het regime van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) valt. Het is daarom van belang dat de regels met betrekking tot de toelating tot de schuldhulpverlening, het opleggen van verplichtingen en het weigeren van hulp, juridisch zijn omschreven.
Dit artikel is gebaseerd op artikel 1 van het wetsvoorstel Wet gemeentelijke schuldhulpverlening.
Artikel 2. Doelgroep gemeentelijke schuldhulpverlening
Schuldhulpverlening staat in beginsel open voor alle inwoners van Vught van 18 jaar en ouder.
Een specifiek doelgroepenbeleid wordt niet gevoerd door de gemeente.
Artikel 3. Aanbod schuldhulpverlening
In lid 1 is aangegeven dat schuldhulpverlening wordt verleend als het college schuldhulpverlening noodzakelijk acht. Op deze manier wordt enerzijds recht gedaan aan het beleidsmatige uitgangspunt van de eigen verantwoordelijkheid. Daar waar de burger in staat moet worden geacht om de (dreigende) schuldenproblematiek zelf aan te pakken en te regelen, kan schuldhulpverlening achterwege blijven. Anderzijds wordt door middel van dit lid, evenals lid 2, recht gedaan aan het beleidsmatige uitgangspunt dat schuldhulpverlening selectief en gericht ingezet dient te worden. Daar waar sprake is van een schuldenpakket dat zich niet laat regelen in combinatie met een onregelbare aanvrager, zal een aanvraag worden geweigerd.
Aan een gemotiveerde klant met een niet regelbaar schuldenpakket kan wel informatie, advies en flankerende hulp worden geboden, deze hulp hoort nadrukkelijk niet tot de schuldhulpverlening.
Voor zelfstandig ondernemers met schulden en een levensvatbaar bedrijf kijken we of de problemen via het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 kunnen worden opgelost.
Lid 2 toont de kern van schuldhulpverlening nieuwe stijl: een gerichte en selectieve toepassing van schuldhulpverlening. Het gaat om maatwerk. De inzet van producten kan per situatie verschillen, we kijken hiervoor naar de factoren zoals genoemd in dit artikel. Als tijdens het voortraject blijkt dat er in het schuldenpakket van de aanvrager schulden zitten die niet zijn op te lossen door schuldregeling, zetten we informatie, advies, budgetbegeleiding en of flankerende hulp in.
De basis is de eigen verantwoordelijkheid van de aanvrager. De aanvrager is zelf verantwoordelijk voor het op tijd aanleveren van de benodigde informatie (lid 1) en het verlenen van medewerking bij de aanvraag en tijdens het schuldhulpverleningstraject (lid 2).
Wat betreft de verplichting tot medewerking is in lid 2 een aantal verplichtingen benoemd. Dit is geen limitatieve opsomming.
Artikel 5. Beëindigingsgronden
In dit artikel wordt beschreven wanneer schuldhulpverlening kan worden beëindigd. Het artikel laat in ieder geval de werking van artikel 6 onaangetast.
Van de acht gronden zoals benoemd, verdienen de gronden onder g. en h. bijzondere aandacht gelet op de visie zoals neergelegd in het beleidsplan Schuldhulpverlening Vught. Daar waar Vught staat voor een selectieve en gerichte toepassing van schuldhulpverlening, kan dat betekenen dat de schuldhulpverlening stopt als de vorm van hulpverlening niet langer aansluit bij de persoonlijke omstandigheden van de persoon. Hier is een duidelijke link met artikel 3 lid 2 van deze beleidsregels.
Omdat hierbij altijd sprake moet zijn van maatwerk, dient voortijdige beëindiging altijd helder te worden gemotiveerd in de beschikking.
In dit artikel geven we weer in welke situaties we onze bevoegdheid gebruiken om de toegang tot schuldhulpverlening te weigeren. Omdat we de eigen verantwoordelijkheid van de persoon belangrijk vinden, stellen we nadrukkelijk een grens aan het kunnen doen van hernieuwde aanvragen. Daarnaast achten we het van belang dat personen met een fraudeschuld het gehele bedrag terugbetalen zoals we dat ook voorstaan in het beleid rond terugvordering- en verhaal.
Maar dit artikel gaat niet alleen over eigen verantwoordelijkheid. We sturen met de toepassing van dit artikel ook op prioriteit, waarbij we de prioriteit leggen bij mensen die meewerken, mede gezien de tijd en de kosten die de inzet van schuldhulpverlening met zich meebrengt.
Ook vinden we het van belang dat belanghebbende tijdig de gevraagde informatie verstrekt en dat men zich houdt aan de gemaakte afspraken. Als de aanvrager zijn verplichtingen niet nakomt kan de schuldhulpverlening worden geweigerd. Alvorens dat te doen wordt, conform lid 2, de aanvrager een termijn geboden om alsnog, de gevraagde medewerking te verlenen of informatie te verstrekken. De termijn die aan de aanvrager wordt gesteld wordt bewust niet genoemd. De termijn moet redelijk zijn en wordt op maat vastgesteld.
Bij het gebruik van artikel 6 en dus de vraag wanneer welk type hulpverlening wordt geweigerd, is het van belang om de in artikel 6 genoemde begrippen / producten goed te onderscheiden.
Het regelen van schulden is een breed begrip, dit kan ook betrekking hebben op een schuldregeling ingevolge de Wsnp. Bij het bepalen of een persoon al eerder gebruik heeft gemaakt van schuldhulpverlening telt de verleende schuldhulpverlening en/of de contacten daaromtrent vóór de inwerkingtreding van deze beleidsregels ook mee. Informatie, advies en financiële begeleiding van het maatschappelijk werk staat in principe altijd open, bij herhaald gebruik is er geen sprake van een wachttijd.
De beleidsvrijheid die de gemeente met de Wgs heeft gekregen om een recidivebepaling op te nemen, ontslaat de gemeente niet om iedere situatie op maat te beoordelen. Daar waar een onevenredige situatie ontstaat voor de burger, kan het college afwijken op grond van artikel 4.84 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) "Het bestuursorgaan handelt overeenkomstig de beleidsregel, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen".