Overheidsorganisatie | Gemeente Oldebroek |
---|---|
Officiële naam regeling | Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2016 |
Citeertitel | Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2016 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen.
Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2015
n.v.t.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-06-2016 | 01-05-2016 | 01-01-2017 | Wijziging | 05-01-2016 Gemeenteblad, 07-06-2016 | Geen. |
01-01-2015 | 15-06-2016 | Wijziging | 23-12-2014 Gemeenteblad, 27-03-2015 | Geen. | |
01-01-2014 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling ter vervanging van het Besluit maatschappelijk ondersteuning gemeente Oldebroek 2013. | 07-01-2013 GVOP, 28-02-2014 | Geen. | |
01-01-2013 | 01-01-2013 | 01-01-2014 | wijziging | 08-01-2013 Huis aan Huis, 05-02-2013 | Extern werkend+NK |
01-01-2012 | 01-01-2013 | wijziging | 20-12-2011 Huis aan Huis, 03-01-2012 | Extern werkend+NK | |
01-01-2011 | 01-01-2012 | wijziging | 21-12-2010 Huis aan Huis, 28-12-2010 | Extern werkend+NK | |
01-01-2010 | 01-01-2011 | wijziging | 22-12-2009 Huis aan Huis | Extern werkend+NK | |
04-08-2009 | 01-01-2009 | 01-01-2010 | nieuwe regeling | 04-08-2009 Huis aan Huis, 18-08-2009 | Extern werkend+NK |
Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2016
Kenmerk: 231554
Burgemeester en wethouders van de gemeente Oldebroek;
gelet op het bepaalde in de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, alsmede de
Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2015
besluit vast te stellen het volgende:
Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2016
In dit Besluit en de daarop gebaseerde nadere regelgeving wordt verstaan onder ‘verordening’: de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2015. Voor wat betreft de andere begrippen wordt verwezen naar artikel 1 van genoemde verordening.
De omvang van een persoonsgebonden budget wordt bepaald door het werkelijk aantal geïndiceerde uren respectievelijke dagen per week te vermenigvuldigen ten aanzien van:
begeleiding individueel Wmo basis met € 45,93 per uur
begeleiding individueel Wmo module gedrag met € 61,27 per uur
begeleiding individueel Wmo module ondersteuning bij ADL met € 39,83 per uur
begeleiding groep Wmo basis met € 10,95 per uur
begeleiding groep Wmo module gedrag met € 13,49 per uur
begeleiding groep Wmo module ondersteuning bij ADL met € 9,58 per uur
begeleiding tijdens onderwijs 18+ met € 11,74 per uur
Begeleiding tijdens werk met € 9,66 per uur
Kortdurend verblijf met € 52,54 per dag
Hulp bij het huishouden categorie 1 met € 15,74
Hulp bij het huishouden categorie 2 met € 18,81
Hulp bij het huishouden categorie 3 met € 21,71
Alle hier genoemde bedragen zijn maximum tarieven inclusief BTW.
De omvang van een persoonsgebonden budget wordt bepaald door het werkelijk aantal geïndiceerde uren per week te vermenigvuldigen ten aanzien van:
a. begeleiding individueel Wmo basis met € 34,45 per uur
b. begeleiding individueel Wmo module gedrag met € 45,95 per uur
c. begeleiding individueel Wmo module ondersteuning bij ADL met € 29,87 per uur.
d. Hulp bij het huishouden categorie 1 met € 15,74 per uur
e. Hulp bij het huishouden categorie 2 met € 18,81 per uur
f. Hulp bij het huishouden categorie 3 met € 21,71 per uur
Alle hier genoemde bedragen zijn maximum tarieven inclusief BTW.
De omvang van een persoonsgebonden budget wordt bepaald door het werkelijk aantal geïndiceerde uren per week te vermenigvuldigen ten aanzien van:
begeleiding individueel Wmo basis met € 20,00 per uur
begeleiding individueel Wmo module gedrag met € 20,00 per uur
begeleiding individueel Wmo module ondersteuning bij ADL met € 20,00 per uur
Hulp bij het huishouden categorie 1 met € 15,74
Hulp bij het huishouden categorie 2 met € 18,81
Hulp bij het huishouden categorie 3 met € 20,00
Alle hier genoemde bedragen zijn maximum tarieven inclusief BTW.
De omvang van het persoonsgebonden budget voor de maatwerkvoorziening beschermd wonen wordt vastgesteld conform de gehanteerde kostprijzen, zoals opgenomen in Bijlage 1 bij dit Besluit.
De hoogte van het persoonsgebonden budget als opslag voor vervoer bij begeleiding groep bedraagt;
bij regulier vervoer € 8,07
bij rolstoelgebruik € 19,29
De hier genoemde bedragen zijn maximum bedragen en gelden voor de heen- en terugreis.
Het bedrag voor een persoonsgebonden budget voor een woonvoorziening bedraagt 100 % van het bedrag, zoals vermeld in de door het college geaccepteerde offerte, indien nodig verhoogd met een bedrag voor onderhoud, reparatie en verzekering.
Het bedrag voor de verhuiskostenvergoeding bedraagt maximaal:
voor een alleenstaande € 3.200,00;
voor alleenstaande ouder € 4.800,00 en
een echtpaar met of zonder kinderen € 4.800,00
Het bedrag voor het bezoekbaar maken van een woning bedraagt maximaal € 5.330,00.
Artikel 18 lid 7 van de Verordening wordt toegepast in die situaties waarbij de aanpassingskosten meer dan € 15.000,00 zijn geweest.
Het in artikel 18 lid 7 van de Verordening genoemde afschrijvingsschema van 10 jaar luidt als volgt:
voor het eerste jaar : 100% van de meerwaarde;
voor het tweede jaar : 90% van de meerwaarde;
voor het derde jaar : 80% van de meerwaarde;
voor het vierde jaar : 70% van de meerwaarde;
voor het vijfde jaar : 60% van de meerwaarde;
voor het zesde jaar : 50% van de meerwaarde;
voor het zevende jaar : 40% van de meerwaarde;
voor het achtste jaar : 30% van de meerwaarde;
voor het negende jaar : 20% van de meerwaarde;
voor het tiende jaar : 10% van de meerwaarde.
Om de meerwaarde van de woning bij verkoop vast te stellen wordt bij verkoop van de woning de op dat moment toepasselijke WOZ waarde als basis genomen.
Van het primaat van de verhuizing wordt afgezien indien de noodzakelijke aanpassingskosten en verhuiskosten lager zijn dan € 7.500,00.
Als de kosten hoger zijn dan de primaatgrens van € 7.500,00, kan de aanvrager er voor kiezen niet te verhuizen, maar de woning met inzet van eigen middelen aan te passen. Hij ontvangt dan een financiële tegemoetkoming ter hoogte van de primaatgrens van € 7.500,00.
De bedragen voor een persoonsgebonden budget voor een individuele voorziening voor hulpmiddelen wordt bepaald op ten hoogste de kostprijs van het hulpmiddel die de aanvrager op dat moment zou hebben ontvangen als het hulpmiddel in natura zou zijn verstrekt, indien nodig verhoogd met een bedrag voor onderhoud, reparatie en verzekering. Het bedrag is bedoeld om te voorzien in aanschaf, onderhoud, reparatie en verzekering van een voorziening voor een periode van 5 jaar.
Het aantal zones collectief vervoer is gemaximeerd op 600 zones per persoon per kalenderjaar.
Het bedrag dat per jaar verstrekt wordt voor gebruik van een (eigen)auto bedraagt maximaal € 819,00;
Het bedrag dat per jaar verstrekt wordt voor gebruik van een taxi bedraagt maximaal € 819,00;
Het bedrag dat per jaar verstrekt wordt voor gebruik van een rolstoeltaxi bedraagt maximaal € 1.638,00.
Het persoonsgebonden budget voor een sportvoorziening bedraagt maximaal € 2.665,00 en is bedoeld voor aanschaf, onderhoud, reparatie en verzekering van een sportvoorziening voor een periode van 3 jaar.
De bedragen en de percentages die gelden voor de berekening van een eigen bijdrage voor een maatwerkvoorziening zijn gelijk aan de bedragen zoals opgenomen in hoofdstuk 3 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, zoals jaarlijks aangepast door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Voor de volgende algemene- en collectieve voorzieningen is de cliënt een bijdrage in de kosten verschuldigd:
Algemene voorziening schoon en leefbaar huis: € 5,00 per uur per huishouden.
Was- en strijkservice: alleenstaande € 2,50 per week, 2 personen in 1 huishouden € 5,50 per week.
Collectief vraagafhankelijk vervoer: € 0,60 per zone.
Indien de inwoner tot een of meer van de in het derde lid genoemde doelgroepen behoort, wordt een korting op de bijdrage als genoemd in het eerste lid onder a. verleend van 10 procent van de minimaal verschuldigde bijdrage, zoals opgenomen in het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015.
De het tweede lid bedoelde doelgroepen zijn inwoners die in aanmerking komen voor:
een bijdrage op grond van de beleidsregel activiteiten bijdrage 2015 gemeente Oldebroek;
compensatie op grond van de beleidsregel compensatie meerkosten chronisch zieken en gehandicapten 2015;
compensatie grond van de verordening individuele inkomenstoeslag 2015;
kwijtschelding gemeentelijke belastingen;
tegemoetkoming op grond van de beleidsregel bijzondere bijstand gemeente Oldebroek 2015.
Nadere bepalingen ten aanzien van dit besluit kunnen worden opgenomen in beleidsregels en in bijzondere gevallen kan het college ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen van dit besluit, indien toepassing van dit besluit tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
De bedragen genoemd in dit Besluit kunnen jaarlijks worden geïndexeerd.
Dit besluit kan worden aangehaald als ‘Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2016’ en treedt in werking met ingang van 1 mei 2016.
Het ‘Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2015 wordt ingetrokken met ingang van 1 mei 2016.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeesters en wethouders van Oldebroek van 5 januari 2016
de burgemeester, de secretaris,