Overheidsorganisatie | Gemeente Schiedam |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening rechtspositie wethouders gemeente Schiedam |
Citeertitel | Verordening rechtspositie wethouders gemeente Schiedam |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Rechtspositie lokale bestuurders |
Geen.
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-07-2012 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling | 31-05-2012 Het Nieuwe Stadsblad, gemeenteberichten d.d. 11 juli 2012 | VR 44/2012 |
De raad van de gemeente Schiedam;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 1 mei 2012,
betreffende het vaststellen van de
Verordening rechtspositie wethouders gemeente Schiedam
gelet op de Gemeentewet artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147;
gelet op het Rechtspositiebesluit wethouders
gelezen het advies van de raadscommissie Samenleving en Bestuur d.d. 21 mei 2012
besluit de:
Verordening rechtspositie wethouders gemeente Schiedam
vast te stellen:
In deze verordening wordt verstaan onder:
Rechtspositiebesluit wethouders: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 243;
Regeling rechtspositie wethouders: de ministeriële regeling van 20 februari 2001, Stcrt. 41 als bedoeld in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders;
Reisbesluit binnenland: het Koninklijk Besluit van 1 maart 1993, Stb. 144;
Reisregeling binnenland: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 16 maart 1993, nr. AB93/U280, Stcrt. 56;
wethouder: lid van het college van burgemeester en wethouders, zoals bedoeld in artikel 34 van de Gemeentewet;
Verplaatsingskostenbesluit 1989: het Koninklijk Besluit van 6 oktober 1989, Stb. 424;
gemeentesecretaris: de secretaris, bedoeld in artikel 102 van de Gemeentewet.
Aan de wethouder wordt een onkostenvergoeding toegekend voor overige aan de uitoefening van het ambt verbonden kosten die gelijk is aan het bedrag, vermeld in artikel 25, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders, zoals dit bedrag jaarlijks door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt herzien. Op het moment dat de werkkostenregeling (2014) wordt ingevoerd, zal dit artikel worden herzien.
De wethouder wordt voor het reizen tussen zijn woning en zijn plaats van tewerkstelling een tegemoetkoming in de kosten van het reizen verleend overeenkomstig het bepaalde in artikel 3 van de Regeling rechtspositiebesluit wethouders.
Aan de wethouder wordt naast de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 15 vergoeding verleend voor reiskosten ter zake van andere dan de in artikel 15 bedoelde reizen ten behoeve van de gemeente gemaakt.
De vergoeding betreft:
bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de reiskosten;
bij gebruik van een eigen personenauto: de vergoeding als bedoeld in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders;
een vergoeding van de noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte kosten;
De wethouder worden de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke verblijfkosten ter zake van reizen, bedoeld in artikel 4 volledig vergoed.
Indien de wethouder in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maakt worden de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reis- en verblijfkosten vergoed.
Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland, niet zijnde een reis naar een Europese instelling, is vooraf toestemming van het college vereist. De gemeenteraad kan aan deze toestemming voorwaarden verbinden.
De kosten van deelname van een wethouder aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.
De wethouder die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van belang is in verband met de uitoefening van het ambt van wethouder.
De wethouder wordt ten laste van de gemeente voor de uitoefening van het ambt een computer, bijbehorende apparatuur en software ter beschikking gesteld.
De wethouder wordt voor de uitoefening van zijn ambt communicatiemiddelen (Smartphone en I-PAD) in bruikleen ter beschikking gesteld die mede gebruikt mag worden voor privé doeleinden.
De wethouder ondertekent daartoe een bruikleenovereenkomst met de gemeente.
Op de netto bezoldiging dan wel de netto onkostenvergoeding van de wethouder die de mobiele telefoon voor meer dan 10% mede gebruikt voor privé doeleinden, wordt een bedrag ingehouden dat gelijk is aan het bedrag dat op grond van de artikelen 38 respectievelijk 39 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001 tot het loon wordt gerekend.
De wethouder die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikt heeft ten laste van de gemeente aanspraak op vergoeding van:
reis- en pensionkosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van de ministeriële regeling als bedoeld in artikel 22, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders;
verhuiskosten in verband met de benoeming als wethouder overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 van de ministeriële regeling als bedoeld in artikel 22, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders
Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats door
betaling uit eigen middelen; of
een gemeentelijke creditcard.
Voor de vergoeding van kosten in deze verordening wordt gebruik gemaakt van een declaratieformulier, indien deze kosten uit eigen middelen vooruit zijn betaald.
Het declaratieformulier wordt volledig ingevuld en ondertekend, onder toevoeging van de originele bewijsstukken. De wethouder dient het declaratieformulier voor de laatste dag van de eerstvolgende kalendermaand bij de burgemeester in.
De gemeentesecretaris parafeert de declaratie voor akkoord en handelt de declaratie administratief af.
Een gemeentelijke creditcard wordt de wethouder op aanvraag in bruikleen ter beschikking gesteld voor het doen van uitgaven die voor vergoeding of tegemoetkoming ten laste van de gemeente in aanmerking komen. Aan de verstrekking van de creditcard kunnen voorwaarden worden verbonden.
De gemeentesecretaris draagt zorg voor de aanvraag, verstrekking en intrekking van gemeentelijke creditcards.
Verantwoording van deze wijze van vergoeding vindt plaats door het declaratieformulier volledig in te vullen en te ondertekenen.
Het declaratieformulier en originele bewijsstukken worden ingediend voor de laatste dag van de eerstvolgende kalendermaand bij de burgemeester.
De gemeentesecretaris parafeert de declaratie voor akkoord en handelt de declaratie administratief af.
Bij beëindiging van het ambt van wethouder wordt de creditcard onverwijld ingeleverd.
Verlies of diefstal van de creditcard wordt direct gemeld bij de betreffende creditcardmaatschappij en zo spoedig mogelijk ook bij de gemeente. Het eigen risico bij verlies en diefstal komt mits is voldaan aan de daarvoor geldende regels, voor rekening van de gemeente.
De Verordening Voorzieningen wethouders (1995) wordt ingetrokken.
Deze regeling treedt in werking op de achtste dag na de dag van de bekendmaking.
Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening rechtspositie wethouders Gemeente Schiedam”.
In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist de voorzitter van het college.
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Schiedam in zijn openbare vergadering van 31 mei 2012.
de griffier, J. Pegtel
de voorzitter, J.M. Leemhuis-Stout