Organisatie | Overijssel |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Gemeenschappelijke regeling Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o. |
Citeertitel | Gemeenschappelijke regeling Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o. |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Door een wijziging in de Wet Gemeenschappelijke Regelingen is het per 1 januari 2016 niet meer mogelijk dat Collegeleden zitting kunnen nemen in het bestuur van Area Development Twente (ADT) omdat het College geen deel uitmaakt van de gemeenschappelijke regeling.
Daarnaast is in de wijziging ook geregeld dat het aantal leden van het dagelijks bestuur niet groter mag zijn dan de helft van het algemeen bestuur. Dit is nu wel het geval.
Om de huidige situatie (leden GS kunnen bestuursfuncties vervullen) te kunnen bestendigen wordt aan Provinciale Staten een besluit voorgelegd voor een technische aanpassing van de gemeenschappelijke regeling. Daarnaast wordt aan Provinciale Staten voorgesteld om het
algemeen bestuur ADT uit te breiden met een extra lid en daartoe gedeputeerde Lievers te benoemen en gedeputeerde Maij als plaatsvervangend lid.
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 9-12-2015
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Staatscourant nr. 48637
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-12-2015 | 18-07-2020 | wijziging artikel(en) | 09-12-2015 Staatscourant nr. 48637 | 2015/0309401 | |
10-09-2015 | 29-12-2015 | artikel 22, 23 en 24 | 18-02-2015 Provinciaal blad nr. 29571 | 2014/0345432 | |
01-12-2010 | 10-09-2015 | nieuwe regeling | 03-11-2010 Provinciaal blad nr. PS/2010/864 | 2010/0199705 |
Als algemene toelichting op deze Gemeenschappelijke regeling worden aangemerkt het Statenvoorstel en Raadsvoorstel waarmee deze Gemeenschappelijke regeling ter besluitvorming aan de organen der deelnemers zijn voorgelegd.
Bij deze eerste vaststelling door de organenen der deelnemers zijn ook de voor de inwerkingtreding van deze regeling zo belangrijke financiële besluiten genomen en zijn meteen althans kort daarna tevens de bestuursleden en de plaatsvervangende bestuursleden van het Algemeen en het Dagelijks Bestuur benoemd en aangewezen.
Hoofdstuk I. Algemene bepalingen
Waar in deze regeling artikelen van de Provinciewet of van enige andere wet van overeenkomstige toepassing worden verklaard, komen in die artikelen in de plaats van respectievelijk provincie, Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en de Commissaris (van de Koning), respectievelijk het Algemeen Bestuur, het Dagelijks Bestuur en de voorzitter.
Waar in deze regeling artikelen van de Gemeentewet of enige andere wet van overeenkomstige toepassing worden verklaard, komen in die artikelen in de plaats van respectievelijk gemeente, de (Gemeente)raad, Burgemeester en Wethouders en de burgemeester, respectievelijk het Algemeen Bestuur, het Dagelijks Bestuur en de voorzitter.
ADT heeft, gelet op het bepaalde in art. 2.1. van de Bestuurovereenkomst tot doel de herontwikkeling van het Projectgebied - als gevolg van de sluiting van de luchtmachtbasis Twente waarmee het militair gebruik van het projectgebied is beëindigd - ten behoeve van toekomstbestendige bestemmingen die een belangrijke bijdrage zullen leveren aan de economie, ecologie en leefbaarheid van de regio.
ADT en de Deelnemers zullen zich inspannen het Projectgebied te bestemmen voor woningbouw, bedrijventerrein, luchthaven en natuur, met als uitgangspunt dat de gebiedsontwikkeling moet bijdragen aan een economisch sterker en duurzamer Twente.
Met betrekking tot de in artikel 4 genoemde taken behoren aan ADT ondermeer de volgende bevoegdheden:
het aangaan van organisatorische en/of facilitaire samenwerking met derden, waaronder andere overheidslichamen, maatschappelijke organisaties, onder meer op het gebied van natuur en milieu en andere belangenorganisaties, indien dat voor een effectieve behartiging van de belangen van ADT noodzakelijk is;
Artikel 6. Verplichtingen van de deelnemers
Teneinde de in artikel 3 omschreven doelstellingen te kunnen verwezenlijken, zullen de Deelnemers zich inspannen om maximaal medewerking te verlenen aan de te voeren procedures op het gebied van ondermeer de ruimtelijke ordening en het milieu die noodzakelijk zijn voor de realisatie van de beoogde gebiedsontwikkeling.
Artikel 7. Het Algemeen Bestuur
Het Algemeen Bestuur wijst uit zijn midden een voorzitter en plaatsvervangend voorzitter aan. In het kader van een roulerend voorzitterschap wordt als eerste voorzitter aangewezen een van de door de Gemeenteraad aangewezen bestuursleden. De zittingsperiode van de voorzitter wordt door het Algemeen Bestuur bepaald.
De benoeming geschiedt zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen dertien weken na installatie van Gedeputeerde Staten respectievelijk het College van Burgemeester en Wethouders.
Voor de eerste maal geschiedt de benoeming van de (plaatsvervangende) leden van het Algemeen Bestuur bij vaststelling van deze regeling, dan wel uiterlijk binnen acht weken daarna.
Aftredende leden en plaatsvervangende leden kunnen opnieuw worden benoemd. De leden en plaatsvervangende leden kunnen te allen tijde schriftelijk ontslag nemen. Beëindiging van het lidmaatschap van Gedeputeerde Staten, respectievelijk het College van Burgemeester en Wethouders leidt tot beëindiging van het lidmaatschap van het Algemeen Bestuur.
Artikel 9. Informatie- en verantwoordingsplicht Algemeen Bestuur
Onverminderd het bepaalde in artikel 16 van de Wet verschaft een lid van het Algemeen Bestuur aan Provinciale Staten respectievelijk de Gemeenteraad die hem heeft aangewezen binnen zes weken alle inlichtingen, die door Provinciale Staten respectievelijk de Gemeenteraad of één of meer leden daarvan worden gevraagd.
Artikel 10. Het Dagelijks Bestuur
Het Dagelijks Bestuur bestaat uit de voorzitter van het Algemeen Bestuur en drie leden van het Algemeen Bestuur. De deelnemers dienen in een evenredig aantal vertegenwoordigd te zijn in het dagelijks bestuur.9
In geval van ontstentenis van een lid van het Dagelijks Bestuur of van een naar het oordeel van de voorzitter te langdurige verhindering anderszins tot het vervullen van zijn taak als zodanig treedt het voor dit bestuurslid aangewezen plaatsvervangende lid van de Deelnemer op als lid van het Dagelijks Bestuur.
Artikel 11. Bevoegdheden Dagelijks Bestuur
Het Dagelijks Bestuur is belast met het besturen van ADT.
te besluiten namens het openbaar lichaam, het dagelijks bestuur of het algemeen bestuur tot het voeren van rechtsgedingen en tot het aangaan van minnelijke schikkingen ter voorkoming dan wel beëindiging daarvan, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures te voeren of handelingen ter voorbereiding daarop te verrichten, tenzij het algemeen bestuur, voor zover het het algemeen bestuur aangaat, in voorkomende gevallen anders beslist.
Ten behoeve van een slagvaardig bestuur en beheer kan het dagelijks bestuur de in dit artikel genoemde taken en bevoegdheden uitoefenen door middel van het nemen van besluiten die - mits passend binnen het totaal van de begroting - in financieel opzicht 10% mogen afwijken van hetgeen ingevolge het vigerende Grondverwervingsplan en de geldende grondaankoop- en gronduitgifteprijzen zou hebben te gelden.
Artikel 13. Vergaderingen van Algemeen Bestuur en Dagelijks Bestuur
In de vergadering van het Algemeen Bestuur en van het Dagelijks Bestuur worden geen besluiten genomen indien niet ten minste de meerderheid van de (plaatsvervangende) leden, waaronder in ieder geval de (plaatsvervangend) voorzitter, van het bestuur aanwezig is. 12
Op het houden en de orde van vergaderingen van het Algemeen Bestuur en op het opleggen van geheimhouding van het in besloten vergaderingen behandelde en omtrent de inhoud van aan het Algemeen Bestuur overgelegde stukken zijn ingevolge artikel 52, lid 1, sub f van de wet niet de artikelen 16, 17, 19, 20, 22, 26 en 28 tot en met 33 van de Gemeentewet, maar het bepaalde in artikelen 16, 17, 19, 20, 22, 26 en 28 tot en met 32 van de Provinciewet van toepassing. 13
Hij vertegenwoordigt ADT in en buiten rechte en kan die vertegenwoordiging opdragen aan een door hem aan te wijzen persoon. In het geval het orgaan, waar de voorzitter deel van uitmaakt, partij is in een geding waarin ADT is betrokken, wordt ADT zo nodig vertegenwoordigd door een ander door het Dagelijks Bestuur aan te wijzen lid. Dit geldt mutatis mutandis ook voor de plaatsvervangend voorzitter.
Indien het Algemeen Bestuur op de voet van het bepaalde in artikel 24 van de Wet adviescommissies instelt en de bevoegdheden en de samenstelling daarvan regelt, is het bepaalde in artikel 22 Provinciewet van overeenkomstige toepassing terwijl - als het gaat om commissieleden die geen orgaan zijn van een van de Deelnemers of daarvan geen deel uitmaken - op de ontvangst van vergoedingen voor het bijwonen van vergaderingen van deze commissies niet de artikelen 96 tot en met 99 Gemeentewet doch de artikelen 93 tot en met 96 Provinciewet van toepassing zijn.
Indien het Algemeen Bestuur met het oog op de behartiging van bepaalde in artikel 3 van deze regeling bedoelde belangen een commissie heeft ingesteld, de bevoegdheden en samenstelling daarvan heeft geregeld en voor de leden van die commissie tevens tegemoetkomingen in, of vergoedingen van de al dan niet bijzondere kosten en andere financiële voorzieningen heeft vastgesteld, zijn de artikelen 93 en 96 van de Provinciewet van toepassing.
Het Dagelijks bestuur benoemt een secretaris. De secretaris kan niet zijn een lid van het Algemeen of Dagelijks Bestuur of van de organen waaruit en waardoor die leden zijn benoemd of aangewezen en geen andere functie in dienst van de Deelnemers bekleden.
Het Dagelijks Bestuur kan de directeur aanwijzen als secretaris van het Algemeen Bestuur.
De taken, bevoegdheden en verplichtingen van de directeur worden geregeld in een directiestatuut dat door het Dagelijks Bestuur wordt vastgesteld.
Hierin zal onder meer worden bepaald op welke wijze de directeur is belast met de dagelijkse aansturing en leiding van alle operationele werkzaamheden en marktactiviteiten van ADT.
Door de directeur uit te oefenen andere bezoldigde betrekkingen, opdrachten of ambten mogen niet strijdig zijn met de uitoefening van taken van directeur van ADT. De Directeur mag daarom geen andere bezoldigde betrekkingen of opdrachten aannemen of ambten bekleden zonder hiervan voorafgaande schriftelijke mededeling te doen aan het Dagelijks Bestuur.
Artikel 21. Inrichting van het financieel beheer
De begroting, de begrotingswijzigingen, de meerjarenraming, de jaarrekening en het jaarverslag worden ingericht, overeenkomstig bij Algemene Maatregel van Bestuur gegeven regels. 17
Het Algemeen Bestuur stelt met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 212 en 213 Gemeentewet jo. 216 en 217 Provinciewet verordeningen vast waarin behalve regels met betrekking tot de inrichting van de financiële organisatie van ADT de uitgangspunten zijn vervat betreffende het financiële beleid en het financieel beheer van ADT en de exploitatie van het Projectgebied. In deze verordening staan tevens voorschriften opgenomen met betrekking tot de controle op het financiële beheer door en op de inrichting van de financiële organisatie van ADT.
Het Dagelijks Bestuur zendt de ontwerpbegroting acht weken voordat zij aan het Algemeen Bestuur wordt aangeboden, onder bijvoeging van de grondexploitatie en voorzien van een toelichting en een inzicht in de financiële toestand en meerjarenraming van de GR voor ten minste drie op het begrotingsjaar volgende jaren toe aan Provinciale Staten en aan de Gemeenteraad.
Het begrotingsjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
Voor de grondexploitatie geldt dat deze, in verband met het marktgevoelig karakter, onder geheimhouding ter inzage zal worden gelegd bij Provinciale Staten en de Gemeenteraad.
Op de ontwerpbegroting zijn de artikelen 193 t/m 196 van de Provinciewet van overeenkomstige toepassing.
Provinciale Staten en de Gemeenteraad kunnen binnen acht weken na ontvangst van de in het eerste lid bedoelde ontwerpbegroting bij het Dagelijks Bestuur schriftelijk zienswijzen indienen. Het Dagelijks Bestuur voegt deze schriftelijke zienswijzen, eventueel voorzien van een schriftelijke reactie daarop bij de ontwerpbegroting, zoals die aan het Algemeen Bestuur wordt aangeboden.
Twee weken nadat deze is vastgesteld, doch uiterlijk 1 augustus van het jaar voorafgaande aan het jaar waarvoor de begroting dient, zendt het Dagelijks Bestuur - zo nodig - de begroting aan Provinciale Staten en de Gemeenteraad, die bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bedenkingen kunnen indienen.
Het Dagelijks Bestuur legt jaarlijks voor 1 mei aan het Algemeen Bestuur verantwoording af over het afgelopen kalenderjaar, onder overlegging van de ontwerp-jaarrekening, het ingediende jaarverslag met de daarbij behorende bescheiden en indien noodzakelijk een berekening van de door de deelnemers te betalen bijdragen ten behoeve van de exploitatie van ADT alsmede het rapport van de met de controles belaste registeraccountant. Het boekjaar is gelijk aan het kalenderjaar, met uitzondering van het eerste boekjaar. Het eerste boekjaar kent, op basis van de in artikel 34 genoemde oprichtingsdatum, een verslagperiode van 13 maanden.
Artikel 24. Exploitatie, inbreng en risico
Bij het treffen van deze Regeling dragen de Deelnemers er zorg voor dat ADT over middelen kan beschikken om haar taken te kunnen (doen) uitvoeren. De Deelnemers stellen zich conform de hiervoor bedoelde verdeelsleutel borg voor het op 1 januari 2010 gecalculeerde resultaat (NCW) alsook voor de per die datum gecalculeerde risico's (NCW), zoals berekend in de Grondexploitatie.
Ingebracht worden voorts de aanspraken op zowel de door een of meer van de deelnemers ten behoeve van de gebiedsontwikkeling toegezegde bijdragen in de gebiedsontwikkeling.
Door de vaststelling van de in dit artikel bedoelde verdeelsleutel komen alle in de voorbereidingsfase afgesproken andere verdeelsleutels te vervallen.
Hoofdstuk V. Overige bepalingen
Artikel 25. Onroerende zaken en roerende zaken
Indien en voor zover de provincie Overijssel of de gemeente Enschede de eigendom heeft van onroerende zaken in het Projectgebied en waarover ADT in het kader van zijn doelstelling als eigenaar dient te beschikken, worden die zaken tegen vergoeding van de verwervingskosten en vermeerderd met de bijkomende kosten, aan ADT in eigendom overgedragen.
Indien en voor zover noch de provincie Overijssel noch de gemeente Enschede de eigendom van in het Projectgebied gelegen onroerende zaken heeft, worden op instigatie van ADT en op grond van het daaromtrent bepaalde in het Grondverwervingsplan pogingen ondernomen om die zaken minnelijk in eigendom te verwerven. Indien minnelijke verwerving niet mogelijk is, zal de gemeente Enschede zich ervoor inzetten dat aan de Kroon wordt verzocht tot onteigening te besluiten.
Het Dagelijks Bestuur zal ervoor zorg dragen dat bij uitingen in beeld en geschrift tot uitdrukking wordt gebracht dat ADT een samenwerkingsverband van de Provincie Overijssel en de Gemeente Enschede is.
Artikel 29. Toetreding en uittreding
Toetreding van andere gemeenten tot deze Regeling is mogelijk per 1 januari van enig jaar bij besluit van Provinciale Staten en de Gemeenteraad en behoeft een op unanimiteit berustende instemming van het Algemeen Bestuur, dat de voorwaarden van toetreding vaststelt. Die voorwaarden behelzen in ieder geval dat de toetredende deelnemer zich garant stelt voor een evenredig deel van het per moment van toetreding voorziene risico.
Van een door één der Deelnemers genomen besluit tot uittreding wordt tevoren schriftelijk kennisgegeven aan het Algemeen Bestuur en aan de overige Deelnemers.
Bij de kennisgeving wordt in verband met afwikkeling van de financiële gevolgen van de uittreding - behoudens het bepaalde in het volgende lid - een termijn van ten minste 2 jaren na verzending van de kennisgeving in acht genomen.
Het Algemeen Bestuur regelt, na overleg met de uittredende Deelnemer(s), de financiële consequenties alsmede de overige gevolgen van de uittreding met dien verstande dat aan een uittredende Deelnemer de overeenkomstig artikel 24, lid 5 van deze regeling ingebrachte middelen zullen worden gerestitueerd onder aftrek van het tekort op de exploitatieopzet, zulks in de verhouding als in artikel 24 van deze Regeling bepaalt en zoals te begroten naar de stand van, en per peildatum van het moment van uittreden, een en ander onder handhaving van diens borgstelling voor het in dat artikel bedoelde en per datum voormelde peildatum geldende risico. De consequenties betreffen in elk geval de rente en aflossing van de geldleningen; de overige gevolgen kunnen onder meer betrekking hebben op de financiële consequenties van personele en materiële verplichtingen van ADT.
Voorstellen tot wijziging op uitnodiging van één of meer Deelnemers worden door het Dagelijks Bestuur toegezonden aan het Algemeen Bestuur, dat dergelijke voorstellen na deze unaniem te hebben geaccordeerd tezamen met zijn beschouwingen ter zake en vergezeld van een toelichting binnen acht weken aan de Deelnemers doet toekomen met de uitnodiging om daartoe uitdrukkelijk te besluiten.
Indien nodig includeert een voorstel tot wijziging van de Regeling tevens een nadere regeling van de gevolgen daarvan zowel voor de zittende, voor de reeds toegetreden en/of de toetredende Deelnemers als voor de reeds uitgetreden en/of uittredende Deelnemers, waarbij zij aangetekend dat deze de twee laatstgenoemde groepen van Deelnemers nimmer tot groter nadeel kunnen strekken dan indien zij niet waren uitgetreden.
Artikel 31. Opheffing en liquidatie
De Regeling wordt opgeheven bij een unaniem besluit van het Algemeen Bestuur. Alvorens daartoe te besluiten zendt het Algemeen Bestuur een ontwerpbesluit met toelichting aan Provinciale Staten en de Gemeenteraad, die vervolgens gedurende 8 weken in de gelegenheid zijn om een zienswijze in te dienen.
Indien tot opheffing is besloten wordt door het Algemeen Bestuur, de Deelnemers gehoord, voorzien in een afwikkeling van de gevolgen van de opheffing alsmede een liquidatieplan opgesteld. De in dit lid bedoelde afwikkeling voorziet in de wijze waarop de exploitatie van de eigendommen, werken en inrichtingen van ADT worden beëindigd of overgedragen en geeft inzicht in zowel de financiële gevolgen van de opheffing voor personeel en materieel als in de wijze waarop de vereffening van het vermogen plaatsvindt in geval van de ontbinding van ADT.
Bij een dergelijke afwikkeling geldt als basisuitgangspunt dat activa en passiva na aftrek van alle met de opheffing en liquidatie samenhangende kosten worden verdeeld naar rato van de verhoudingen zoals die staan vermeld in art. 24 lid 4, tenzij bij de inbreng of het ontstaan van activa en passiva andere afspraken zijn gemaakt.
Artikel 32. Geschillenregeling
Alle geschillen, die tussen de Deelnemers bij de uitvoering van deze Regeling mochten ontstaan, worden zoveel mogelijk in goed onderling overleg opgelost. Er is sprake van een geschil als één van de Deelnemers daarvan aan de andere Deelnemers schriftelijk, bij aangetekende brief met ontvangstbevestiging, heeft kennis gegeven.
Geschillen, die tussen de Deelnemers ontstaan bij de uitvoering van deze Regeling, evenals geschillen, die ontstaan op basis van uit deze Regeling voortvloeiende besluiten en/of rechtshandelingen, zullen uitsluitend worden beslecht middels arbitrage overeenkomstig het reglement van het Nederland Arbitrage Instituut te Rotterdam.
Hoofdstuk VI. Overgangs- en slotbepalingen
Artikel 33. Werking(sduur), slot- en overgangsbepalingen
De bij deze Regeling behorende bijlagen zijn een geïntegreerd onderdeel van de Regeling. Wat - al dan niet voortbouwend op het in bijlage 1 bij deze Regeling bepaalde - in deze Regeling opnieuw is vastgelegd en omschreven heeft - tenzij uitdrukkelijk anders bepaald - gelding boven de wijze waarop het in die bijlage is vastgelegd en omschreven.
Voor zover in deze Regeling wordt verwezen naar het bepaalde in de Wet dan wel naar het bepaalde in andere wettelijke regelingen en deze Wet of die andere wettelijke regelingen na inwerkingtreding van deze regeling gewijzigd in werking treden, wordt het bepaalde in deze Regeling zoveel mogelijk geacht daarmee vanaf dat moment in overeenstemming te zijn en - indien nodig - zo spoedig mogelijk daarna daarmee expliciet in overeenstemming te worden gebracht.
[Toelichting: De artikelen 3 tot en met 5 van deze regeling bieden duidelijkheid over de doelstelling van de regeling, de taken die zij zal uitvoeren en de bevoegdheden die hiervoor door de daartoe bevoegde organen van zowel de provincie Overijssel als de gemeente Enschede aan de gemeenschappelijke regeling worden overgedragen.
In artikel 4 lid 1 is opgenomen dat de Gemeenschappelijke Regeling als taak heeft het houden van toezicht op de luchtvaartactiviteiten op de luchthaven.
De Luchthaven Twente heeft de status van een gesloten militaire luchthaven. Er kan alleen gevlogen worden indien een ontheffing wordt verkregen van de Militaire Luchtvaartautoriteit (MLA).
In de Gemeenschappelijke Regeling is opgenomen dat het Dagelijks Bestuur bevoegd is tot het aanvragen van (verlengingen van) ontheffingen bij de MLA.
In artikel 4 lid 2b wordt aangegeven dat de openbare ruimte in erfpacht kan worden uitgegeven. Hierbij wordt aangetekend dat dit met name voor de luchthaven en het bedrijventerrein een optie is.
In artikel 4 lid 2f is als taak opgenomen dat het Algemeen Bestuur een aanbestedingsbeleid vaststelt. Het Algemeen Bestuur dient het aanbestedingsbeleid af te stemmen met het op dit terrein vastgestelde provinciale en gemeentelijke beleid.]
[Toelichting: De artikelen 3 tot en met 5 van deze regeling bieden duidelijkheid over de doelstelling van de regeling, de taken die zij zal uitvoeren en de bevoegdheden die hiervoor door de daartoe bevoegde organen van zowel de provincie Overijssel als de gemeente Enschede aan de gemeenschappelijke regeling worden overgedragen.
In artikel 4 lid 1 is opgenomen dat de Gemeenschappelijke Regeling als taak heeft het houden van toezicht op de luchtvaartactiviteiten op de luchthaven.
De Luchthaven Twente heeft de status van een gesloten militaire luchthaven. Er kan alleen gevlogen worden indien een ontheffing wordt verkregen van de Militaire Luchtvaartautoriteit (MLA).
In de Gemeenschappelijke Regeling is opgenomen dat het Dagelijks Bestuur bevoegd is tot het aanvragen van (verlengingen van) ontheffingen bij de MLA.
In artikel 4 lid 2b wordt aangegeven dat de openbare ruimte in erfpacht kan worden uitgegeven. Hierbij wordt aangetekend dat dit met name voor de luchthaven en het bedrijventerrein een optie is.
In artikel 4 lid 2f is als taak opgenomen dat het Algemeen Bestuur een aanbestedingsbeleid vaststelt. Het Algemeen Bestuur dient het aanbestedingsbeleid af te stemmen met het op dit terrein vastgestelde provinciale en gemeentelijke beleid.]
[Toelichting: De artikelen 3 tot en met 5 van deze regeling bieden duidelijkheid over de doelstelling van de regeling, de taken die zij zal uitvoeren en de bevoegdheden die hiervoor door de daartoe bevoegde organen van zowel de provincie Overijssel als de gemeente Enschede aan de gemeenschappelijke regeling worden overgedragen.
In artikel 4 lid 1 is opgenomen dat de Gemeenschappelijke Regeling als taak heeft het houden van toezicht op de luchtvaartactiviteiten op de luchthaven.
De Luchthaven Twente heeft de status van een gesloten militaire luchthaven. Er kan alleen gevlogen worden indien een ontheffing wordt verkregen van de Militaire Luchtvaartautoriteit (MLA).
In de Gemeenschappelijke Regeling is opgenomen dat het Dagelijks Bestuur bevoegd is tot het aanvragen van (verlengingen van) ontheffingen bij de MLA.
In artikel 4 lid 2b wordt aangegeven dat de openbare ruimte in erfpacht kan worden uitgegeven. Hierbij wordt aangetekend dat dit met name voor de luchthaven en het bedrijventerrein een optie is.
In artikel 4 lid 2f is als taak opgenomen dat het Algemeen Bestuur een aanbestedingsbeleid vaststelt. Het Algemeen Bestuur dient het aanbestedingsbeleid af te stemmen met het op dit terrein vastgestelde provinciale en gemeentelijke beleid.]
[Toelichting: Op grond van artikel 13, lid 1 van de WGR (en, vanwege de deelname van de provincie aan deze regeling, artikel 52) worden de leden van het Algemeen Bestuur door de Raad uit zijn midden, de voorzitter daarbij inbegrepen en uit de wethouders (resp. door de Staten, de voorzitter daarbij inbegrepen en uit de gedeputeerden) aangewezen.
In deze regeling is aanvullend daarop vastgelegd dat de Gemeenteraad en Provinciale Staten er voorkeur aan geven alleen uit de Colleges van B&W en Gedeputeerde Staten leden aan te wijzen voor het Algemeen Bestuur.
De getalsverhouding 3-3 in het Algemeen Bestuur is gekozen in verband met de afgesproken verdeelsleutel voor exploitatie, inbreng en risico (50% en 50%, zie artikel 22).
In artikel 10, lid 1 is bepaald dat het Algemeen Bestuur uit zes leden bestaat en het Dagelijks Bestuur uit vier leden. Hier is voor gekozen opdat de controlerende verantwoordelijkheid van het Algemeen Bestuur ten opzichte van het Dagelijks Bestuur ook daadwerkelijk vorm krijgt. ]
[Toelichting: In artikel 7, lid 1 resp. artikel 10, lid 1 is bepaald dat het Algemeen Bestuur uit zes leden bestaat en het Dagelijks Bestuur uit vier leden. Hier is voor gekozen opdat de controlerende verantwoordelijkheid van het Algemeen Bestuur ten opzichte van het Dagelijks Bestuur ook daadwerkelijk vorm krijgt.]
[Toelichting: Een compleet overzicht van de bij het vergaderen en het stemmen over besluiten in acht te nemen regels zal op grond van het bepaalde in de in artikel 13 lid 2 van de Regeling , genoemde artikelen van de Provinciewet nog eens woordelijk worden opgenomen in (de toelichting bij) de reglementen van orde die op dienen te worden opgesteld.]
[Toelichting: Er is gekozen voor de mogelijkheid om de functie van secretaris en directeur te verenigen in één persoon.
Indien deze situatie zich voordoet zal bij het vaststellen van de rechtspositie of inleenvergoeding van de desbetreffende functionaris geen sprake mogen zijn van een cumulatie van vergoedingen.
De vergoeding van de secretaris en directeur wordt vastgesteld door het Algemeen Bestuur.]
[Toelichting: Er is gekozen voor de mogelijkheid om de functie van secretaris en directeur te verenigen in één persoon.
Indien deze situatie zich voordoet zal bij het vaststellen van de rechtspositie of inleenvergoeding van de desbetreffende functionaris geen sprake mogen zijn van een cumulatie van vergoedingen.
De vergoeding van de secretaris en directeur wordt vastgesteld door het Algemeen Bestuur.
Indien de directeur extern wordt ingehuurd, zal in de overeenkomst worden vastgelegd dat er geen sprake mag zijn van tegenstrijdige belangen tussen ADT en andere opdrachten die de directeur (of de organisatie waarvoor hij werkzaam is) vervuld.]
[Toelichting: ADT zal naar verwachting vooral gebruik maken van extern personeel. Het kan hierbij gaan om de inleen van ambtelijk personeel van de Deelnemers of de inleen van extern personeel via marktpartijen.
De directeur kan worden gemandateerd om personeel in te lenen, met uitzondering van de inleen voor de functies directeur en secretaris of de inleen van een private partij waarvoor de directeur werkzaam is of waarvan de directeur eigenaar is.
De directeur dient bij het inlenen van extern personeel een honorering toe te passen met inachtneming van de binnen de overheid geldende normen.
De bevoegdheid tot het aannemen van personeel in dienstbetrekking door ADT ligt bij het Dagelijks Bestuur. Het Dagelijks Bestuur zal hierbij de rechtspositieregeling van de gemeente Enschede toepassen.]
[Toelichting: De vaststellingsbesluiten inzake de Begroting en de Jaarrekening dienen door het Algemeen Bestuur te worden genomen. Bij de besluitvorming daaromtrent hebben de organen van deelnemers ook inspraak. Zij kunnen op grond van het bepaalde in artikel 59, lid 4 van de Wet zo nodig ook bij de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties hun zienswijze naar voren brengen.
De jaarrekening wordt door het Dagelijks Bestuur uiterlijk 15 juli van het jaar volgend op het verslagjaar of 2 weken nadat deze is vastgesteld naar de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties gezonden.]
[Toelichting: De vaststellingsbesluiten inzake de Begroting en de Jaarrekening dienen door het Algemeen Bestuur te worden genomen. Bij de besluitvorming daaromtrent hebben de organen van deelnemers ook inspraak. Zij kunnen op grond van het bepaalde in artikel 59, lid 4 van de Wet zo nodig ook bij de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties hun zienswijze naar voren brengen.
De jaarrekening wordt door het Dagelijks Bestuur uiterlijk 15 juli van het jaar volgend op het verslagjaar of 2 weken nadat deze is vastgesteld naar de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties gezonden.]
[Toelichting: Het Algemeen Bestuur kan besluiten tot het oprichten van een rechtspersoon indien dit nodig wordt geacht voor de uitvoering van de omschreven (deel)taken en realisatie van de met de gebiedsontwikkeling gemoeide belangen.
Voorafgaand aan de besluitvorming door het Algemeen Bestuur worden Deelnemers in de gelegenheid gesteld om hun reactie te geven op het voorgenomen besluit.]
[Toelichting: Het Algemeen Bestuur besluit tot toetreding en uittreding en de voorwaarden waaronder een en ander kan geschieden, ook al is daartoe eerder bevoegdelijk door de deelnemers besloten. De regeling behoeft daarvoor niet te worden gewijzigd, aangezien een toetredings- of uittredingsbesluit niet los gezien kan worden van de vigerende regeling.
De thans opgenomen bepalingen voorzien thans alleen in de mogelijkheid om de toetreding van andere gemeenten mogelijk te maken.
Toetreders en uittreders zijn niet aansprakelijk voor de (financiële) gevolgen van vóór hun toetreding respectievelijk ná hun uittreding door ADT genomen besluiten, indien deze na hun toetreding respectievelijk uittreding aan het licht komen en alsnog tot de verplichting tot schadevergoeding leiden.
Door de Gemeenteraad is een amendement aangenomen (behandeling raadsvoorstel 14202 gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente) waarmee is besloten een termijn van ca. 5 jaar aan te houden om te beoordelen of de ontwikkeling van de luchthaven leidt tot een daadwerkelijk uitvoerbare en exploitabele mogelijkheid voor het luchthavengebied.
Indien rekening wordt gehouden met een aanbestedingstermijn van ca. 2 jaar dan bedraagt de totale periode waarna een beoordeling kan plaatsvinden ca. 7 jaar. In artikel 29, lid 5 is de termijn van 7 jaar vastgelegd waarop (voor het eerst) uittreding mogelijk is.
De berekening van het in dit artikel bedoelde tekort op de exploitatieopzet is altijd een schatting, doch als de meerjarenraming jaarlijks nauwkeurig wordt bijgesteld, dan heeft men in het jaar voordat wordt uitgetreden een vrij juist beeld van dat tekort.
De berekening gaat uit van de premissen "geen tekort geen aftrek", en "bij een overschot, krijgt de uittreder niets, tenzij het per moment van uittreden geldende risico nihil is".]
[Toelichting: De beslissingsbevoegdheid ten aanzien van de in dit artikel staande onderwerpen over opheffing en liquidatie berust bij het Algemeen Bestuur, waarbij geldt dat Provinciale Staten en de Gemeenteraad vooraf in de gelegenheid worden gesteld hun zienswijze aan het Algemeen Bestuur kenbaar te maken. ]