Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Sint Maarten

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, ter uitvoering van de artikelen 3bis, derde en vijfde lid en 4, tweede lid, van de Loterijverordening

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSint Maarten
OrganisatietypeKoninkrijksdeel
Officiële naam regelingLANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, ter uitvoering van de artikelen 3bis, derde en vijfde lid en 4, tweede lid, van de Loterijverordening
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorregering
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Loterijverordening, artikel 3bis, 4

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010geconsolideerde teskt (GT)

21-02-2013

AB 2013, GT no. 97

n.v.t.
15-12-199801-01-1998art. 14

05-11-1998

AB 1998, no. 33

n.v.t.
01-12-1988art. 14, 15, 16

03-11-1988

AB 1988, no. 3

n.v.t.
27-09-1988art. 2, 11

13-09-1998

AB 1988, no. 1

n.v.t.
27-02-1986nieuwe regeling

20-02-1986

AB 1986, no. 10

n.v.t.

Tekst van de regeling

Intitulé

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, ter uitvoering van de artikelen 3bis, derde en vijfde lid en 4, tweede lid, van de Loterijverordening

 

 

Artikel 1

Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder

  • a.

    de verordening: de Loterijverordening;

  • b.

    de vergunninghouder: degene aan wie vergunning is verleend om de trekking, bedoeld in artikel 3bis, vierde lid, sub e, van de verordening, uit te voeren;

  • c.

    het bevoegd gezag: de Minister van Toerisme, Economische Zaken, Verkeer en Telecommunicatie, hierna te noemen: de minister;

  • d.

    het vergunningsrecht: het bedrag dat maandelijks is verschuldigd aan de Landskas voor het hebben van een vergunning als bedoeld in artikel 3bis, eerste lid, van de verordening.

Artikel 2
  • 1.

    Aan een vergunning, krachtens artikel 3bis, eerste lid, van de verordening verleend, worden behalve de voorwaarden, bedoeld in artikel 5, tweede lid, en in artikel 6bis van de verordening, de navolgende voorwaarden verbonden:

    • a.

      de vergunning kan noch overgedragen noch verhuurd worden;

    • b.

      de periode waarvoor de vergunning wordt verleend;

    • c.

      zo nodig wordt de vergunning verleend voor (een) bepaalde lokaliteit(en);

    • d.

      zo nodig de bij landsbesluit te bepalen eisen ten aanzien van ruimte, licht, inrichting, ramen, luchtverversing en hygiëne, waaraan een lokaliteit waarvoor vergunning is verleend, moet voldoen;

    • e.

      de vergunning vervalt van rechtswege bij surseance van betaling, faillissement, wanneer het waarborgfonds door toedoen of nalaten van de vergunninghouder wordt aangesproken, bij onder curatelestelling of overlijden van de vergunninghouder;

    • f.

      aan personen beneden de leeftijd van 18 jaren mogen geen loten worden verkocht;

    • g.

      het aantal loterijen dat eventueel per week of maand mogen worden gehouden;

    • h.

      de trekking van de loterij geschiedt door de overheid of volgens een wijze vermeld in de vergunning;

    • i.

      de aan de deelnemers in het uitzicht gestelde prijs;

    • j.

      de vergunninghouder dient in het bezit te zijn van een bankgarantie, welke ten minste NAf 50.000,- garandeert;

    • k.

      naast het bepaalde in artikel 5, tweede volzin, van de verordening vermeldt elk verkocht lot de nominale waarde van het lot, de prijs waarop het recht geeft, de datum van de trekking en het nummer van de vergunning van de vergunninghouder ;

    • l.

      de vergunninghouder zal zorg dragen voor een doelmatige administratie die voldoende inzicht geeft op gehouden loterijen, de gelote bedragen en de uitbetaalde prijzen;

    • m.

      de vergunninghouder verschaft op eerste aanmaning van de ministerof op de eerste aanmaning van de ambtenaren aangewezen door de minister inzage in de administratie van de vergunninghouder met alle daartoe behorende boeken en bescheiden.

    Deze voorwaarden kunnen worden aangevuld of gewijzigd.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid , sub a, kan de langstlevende echtgenoot in geval van overlijden van de vergunninghouder voor ten hoogste drie maanden de aan de vergunning verbonden bevoegdheden uitoefenen. Indien er geen langstlevende echtgenoot is, kan een of meer van zijn wettige kinderen de aan de vergunning verbonden bevoegdheden uitoefenen voor ten hoogste drie maanden.

  • 3.

    De vergunning wordt ingetrokken indien blijkt dat zij verleend op grond van opzettelijk onjuist of onvolledig verstrekte gegevens.

Artikel 3

Geen trekking wordt gehouden op:

  • a.

    de Goede Vrijdag;

  • b.

    de dag waarop de dag van de arbeid officieel wordt gevierd;

  • c.

    de beide kerstdagen;

  • d.

    iedere dag, die daarenboven bij landsbesluit wordt aangewezen.

Artikel 4
  • 1.

    De trekkingen geschieden in het openbaar volgens een vast te stellen plan in overleg met het bevoegd gezag.

  • 2.

    De trekkingen vinden plaats ten overstaan van een commissie bestaande uit een door de vergunninghouder aangewezen lid en twee door het bevoegd gezag aangewezen leden.

  • 3.

    De in het tweede lid van dit artikel bedoelde leden mogen op geen enkele wijze bij de administratie, organisatie en uitvoering van de loterij betrokken zijn.

Artikel 5
  • 1.

    Van elke trekking wordt door de commissie een proces-verbaal opgemaakt, dat wordt overgelegd aan het bevoegd gezag.

  • 2.

    Binnen 24 uren wordt een trekkingslijst gesteld, die ter inzage van het publiek wordt gelegd.

  • 3.

    De nummers van de loten waarop de prijzen zijn gevallen worden zo spoedig mogelijk bekend gemaakt.

Artikel 6
  • 1.

    Eerst wordt de hoogste prijs getrokken en daarna de tweede prijs, zodat de laagste prijs als laatste wordt getrokken.

  • 2.

    Op eenzelfde lot kan meer dan één prijs vallen.

Artikel 7

Indien bij de trekking van enige prijs een onregelmatigheid wordt geconstateerd, is het resultaat ongeldig en wordt voor deze prijs opnieuw getrokken.

Artikel 8
  • 1.

    Het bevoegd gezag wijst aan een trekkingsapparaat na overleg met de vergunninghouder.

  • 2.

    Slechts met voorafgaande schriftelijke goedkeuring van het bevoegd gezag kan de vergunninghouder het trekkingsapparaat vervangen door een ander trekkingsapparaat of de mechanische werking ervan wijzigen.

Artikel 9

Het trekkingsapparaat en de daarbij behorende hulpmiddelen worden bewaard in een ruimte die zodanig afgesloten is dat onbevoegden daartoe geen toegang hebben.

Artikel 10

Het bevoegd gezag is bevoegd om na te gaan of de trekkingen conform het plan, bedoeld in artikel 4, plaatsvinden.

Artikel 11
  • 1.

    Het bevoegd gezag is te allen tijde bevoegd om de vergunning, verleend aan de vergunninghouder in te trekken indien de openbare orde, rust en veiligheid zulks vorderen of de vergunninghouder een voorwaarde, verbonden aan zijn vergunning overtreedt.

  • 2.

    Het bevoegd gezag is tevens bevoegd de vergunning, bedoeld in het eerste lid, in te trekken indien de vergunninghouder bij rechterlijke uitspraak is veroordeeld wegens afpersing, bedreiging, verduistering of bedrog dan wel zich schuldig maakt aan overtreding van de Landsverordening toelating en uitzetting of de Arbeidsregeling.

Artikel 12

De aanvrager van een vergunning krachtens artikel 3bis, eerste lid, van de verordening moet ten minste voldoen aan de navolgende vereisten om in aanmerking te kunnen komen voor een vergunning:

  • a.

    meerderjarig zijn of door de rechter handlichting zijn verleend;

  • b.

    in het bezit zijn van een bankgarantie, welke ten minste NAf 50.000,- garandeert voor de prijzen;

  • c.

    het in aanmerking kunnen komen voor de hem nog op grond van enige andere wettelijke bepaling vereiste vergunning of toestemming, nodig om een vergunning zoals bedoeld in artikel 3bis, eerste lid, van de verordening te verkrijgen;

  • d.

    geen gevaar opleveren voor de openbare orde, de goede zeden of de publieke rust;

  • e.

    het niet verliezen van een vergunning binnen de laatste vijf jaar en krachtens het bepaalde in artikel 6bis van de verordening of onherroepelijk zijn veroordeeld wegens overtreding van de artikelen 2, 6 en 8 van de verordening;

  • f.

    binnen de laatste vijf jaren niet onherroepelijk zijn veroordeeld wegens een van de feiten bedoeld in de artikelen 339 en 451 van het Wetboek van Strafrecht.

Artikel 13
  • 1.

    De aanvraag moet vermelden naam, voornamen, geboortedatum, woonplaats en beroep van de aanvrager en zo het een rechtspersoon betreft moet de aanvraag vermelden de naam, eventuele datum en nummer goedkeuring van haar statuten, alsmede plaats van domicilie.

  • 2.

    De voorwaarden, genoemd in artikel 12, zijn van overeenkomstige toepassing op de bestuursleden van de rechtspersoon.

Artikel 14

Het vergunningsrecht bedraagt voor een vergunning tot het aanleggen en houden van:

  • a.

    een loterij, waarvan de prijzen of premies uit geld of geldswaardig papierbestaan, voor zover deze loterij uit sportprijsvragen of lotto bestaat: NAf 30. 000,- per maand;

  • b.

    een sweepstake of een daarmee vergelijkbaar spel: NAf 20.000,- per maand;

  • c.

    een nummerloterij: NAf 12.500,- per maand;

  • d.

    een krasloterij: NAf 12.500,-  per maand.

Artikel 15
  • 1.

    Het vergunningsrecht, bedoeld in artikel 14, dient voor de aanvang van de termijn, waarvoor het verschuldigd is, te zijn voldaan op het kantoor van de Ontvanger .

  • 2.

    Indien niet is voldaan aan het bepaalde in het eerste lid, dient het vergunningsrecht, verhoogd met 50%, te zijn voldaan op het kantoor van de Ontvanger, uiterlijk op de laatste dag van de termijn waarvoor het verschuldigd is.

Artikel 16

Het vergunningsrecht is voor de eerste maal verschuldigd op de dag van afgifte van de vergunning.

Artikel 17

[regelt de inwerkingtreding]