De Raad van de gemeente Uden;
gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 21
januari 1997;
gelet op de Winkeltijdenwet en artikel 149 van de Gemeentewet;
b e s 1 u i t
vast te stellen de
Verordening inzake de winkeltijden
Artikel 1. Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
de wet : de Winkeltijdenwet;
- b.
feestdagen : nieuwjaarsdag, Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, Tweede
Pinksterdag, Eerste Kerstdag en Tweede Kerstdag.
Artikel 2. Beslistermijn
- 1.
Het College van burgemeester en wethouders beslist op een aanvraag van
een ontheffing binnen acht weken.
- 2.
De beslissing kan door het College van burgemeester en wethouders worden
verdaagd met een redelijke termijn.
Artikel 3. Overdracht van de ontheffing
- 1.
Ontheffingen op grond van deze verordening zijn overdraagbaar na
verkregen toestemming van het College van burgemeester en
wethouders.
- 2.
In geval van een voorgenomen overdracht van de in het eerste lid
bedoelde ontheffingen doet de houder van de ontheffing hiervan
onmiddellijk schriftelijk mededeling aan het College van burgemeester en
wethouders onder vermelding van de naam en het adres van de voorgestelde
rechtverkrijgende.
Artikel 4. Intrekken of wijzigen van de ontheffing
Het College van burgemeester en wethouders kan een ontheffing intrekken of
wijzigen indien:
- a.
ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn
verstrekt;
- b.
op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten
opgetreden na het verlenen van de ontheffing, moet worden aangenomen
dat intrekking of wijziging wordt gevorderd door het belang of de
belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;
- c.
het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders
dan in een winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de
openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter
plaatse;
- d.
de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet
zijn of worden nagekomen;
- e.
van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen eert daarin
gestelde termijn of, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen
een redelijke termijn;
- f.
de houder of zijn rechtverkrijgende dit verzoekt.
Artikel 5. Zon- en feestdagenregeling
- 1.
De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet,
gelden niet op ten hoogste twaalf, door het College van burgemeester en
wethouders aan te wijzen, zon- en feestdagen per kalenderjaar.
- 2.
De in het eerste lid bedoelde bevoegdheid geldt voor elk deel van de
gemeente afzonderlijk.
- a.
De te onderscheiden delen van de gemeente zijn de volgende: de
kern Uden, de kern Volkel, de kern Odiliapeel. Voor detailhandel
in het buitengebied geldt dat deze in het kader van deze
verordening worden gerekend tot de dichtstbijzijnde kern.
- b.
Per kern worden voorts als deel van de gemeente onderscheiden de
branches woninginrichting, tuincentra en automobielverkoop. Per
branche kunnen twaalf open zon- en feestdagen worden toegewezen.
Ondernemers die hiervan gebruik maken, hebben geen recht op de
ontheffing die voor de betreffende kern als geheel wordt
verleend. Ondernemers in de genoemde branches kunnen tevoren
aangeven of zij deel willen nemen aan de open zon- en feestdagen
van de eigen branche of dat zij kiezen voor de geografische
indeling per kern.
Artikel 6. Openstelling van avondwinkels op zon- en feestdagen
- 1.
Het College van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing
verlenen van de in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet
vervatte verboden ten behoeve van winkels, die gesloten zijn op de in
die verboden bedoelde zon- en feestdagen tussen 0.00 en 16.00 uur.
- 2.
Het College van burgemeester en wethouders kan voor ten hoogste twee
winkels ontheffing verlenen.
- 3.
Aan de ontheffing worden de volgende voorschriften verbonden:
- a.
hetCollege van burgemeester en wethouders kan nadere
beperkingen aan de openingstijden van de winkel verbinden;
- b.
er dienen uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren te
worden verkocht, met uitzondering van sterke drank als bedoeld
in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet.
- 4.
De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon- en leefsituatie of de
openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze
nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.
Artikel 7. Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor afzonderlijke
situaties
- 1.
Het College van burgemeester en wethouders kan ontheffing verlenen van
de in artikel 2 van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking
hebben op de zondag, nieuwjaarsdag, Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag,
Tweede Pinksterdag en Eerste of Tweede Kerstdag, ten behoeve van:
- a.
bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;
- b.
het uitstallen van goederen.
- 2.
De in het eerste lid genoemde ontheffing kan worden verleend in geval
van: feestelijkheden. bijeenkomsten, veilingen en beurzen.
Artikel 8. Verbod straatverkoop bepaalde goederen op zon~ en feestdagen
Het College van burgemeester en wethouders kan bepalen dat de vrijstelling
genoemd in artikel 12 van het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet niet
geldt voor de gehele gemeente of voor één of meer delen van de
gemeente.
Artikel 9. Openstelling., op werkdagen tussen 22.00 en 6.00 uur
- 1.
Het College van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing
verlenen van de verboden van artikel 2 van de wet, voor zover deze
betrekking hebben op werkdagen.
- 2.
De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon- en leefsituatie of de
openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze
nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.
Artikel 10. Toerisme
- 1.
Het College van burgemeester en wethouders kan op aanvraag een
ontheffing verlenen van de verboden, vervat in artikel 2, eerste lid van
de wet, in verband met de toeristische aantrekkingskracht van het
Recreatiebedrijf Hemelrijk.
- 2.
Het College van burgemeester en wethouders kan voorschriften verbinden
aan de ontheffing.
- 3.
De ontheffing wordt Geweigerd indien er geen sprake is van toeristische
doeleinden als bedoeld in artikel 3, derde lid, onder a van de wet.
Artikel 11. In werking treden
- 1.
Deze verordening treedt per 1 januari 1997 in werking.
- 2.
Op het tijdstip, dat deze verordening in werking treedt, worden de
volgende verordeningen ingetrokken.
De verordeningen ex artikel 3, derde lid van de Winkelsluitingswet 1976 van
29 maart 1984 (de zogenaamde Regeling voor de koopavond); ex artikel 9,
eerste lid van de Winkelsluitings-wet 1976 van 27 september 1984 (de
zogenaamde Veertiendagen-regeling); ex artikel 9, tweede lid van de
Winkelsluitingswet 1976 van 29 maart 1984 (de zogenaamde
Vrijstellingsverordening Winkelsluitingswet).
Artikel 12. Overgangsregeling
De op grond van de Verordening winkelsluiting gemeente Uden voor de periode
juni-december 1996 aangewezen zon- en feestdagen waarop kan worden afgeweken
van het sluitingsverbod blijven van kracht. Per deel van de gemeente kan
daarnaast nog een aantal van dergelijke zon- en feestdagen door het College
van burgemeester en wethouders worden vastgesteld, tot een maximum zoals in
artikel 5 van deze verordening genoemd.
Artikel 13. Citeertitel
Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening winkeltijden
gemeente Uden'.