Beleidsregels ontheffing sluitingsuur horecabedrijven

• 1.

  In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    APV : de Algemene plaatselijke verordening gemeente Uden;

  • b.

    horecabedrijven : horecabedrijven zoals bedoeld in artikel 2.3.1.1, eerste lid, APV;

  • c.

    alcoholverstrekkend horecabedrijf : een horecabedrijf waar rechtmatig bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank wordt verstrekt;

  • d.

    alcoholvrij horecabedrijf : een horecabedrijf waar niet bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank wordt verstrekt of deze verstrekking onrechtmatig geschiedt;

  • e.

    nachtinrichting : een op grond van artikel 2.3.1.1a APV als nachtinrichting aangewezen horecabedrijf.

• 2.

  Als bijzondere gevallen zoals bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, APV worden de volgende activiteiten of gebeurtenissen aangemerkt:

  • a.

    een door een in de gemeente Uden zetelende carnavalsvereniging georganiseerde pronkzitting, tot een maximum van vier pronkzittingen per kalenderjaar per carnavalsvereniging;

  • b.

    het door carnavalsvereniging De Knoerissen georganiseerd Grand Gala tot een maximum van één Grand Gala per kalenderjaar;

  • c.

    het door de horecavereniging @O georganiseerde kasteleinsbal tot een maximum van één kasteleinsbal per kalenderjaar;

  • d.

    de door de horecavereniging @O georganiseerde biertapwedstrijd tot een maximum van één biertapwedstrijd per kalenderjaar.

• 3.

  Voor bijzondere gevallen als bedoeld in artikel 2 kan de burgemeester een ontheffing zoals bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, APV verlenen op grond waarvan het horecabedrijf tot 03.00 uur geopend mag zijn.

• 4.

  Als bijzondere omstandigheden zoals bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, van de APV wordt aangemerkt:

  • a.

    Carnavalszondag;

  • b.

    Carnavalsmaandag;

  • c.

    30 april;

  • d.

    31 december.

5. In geval van de in artikel 4 genoemde bijzondere omstandigheden kan de burgemeester op grond van artikel 2.3.1.4, eerste lid, van de APV tijdelijk van de krachtens artikel 2.3.1.4 van de APV geldende sluitingstijden afwijkende sluitingstijden vaststellen voor alcoholvrije horecabedrijven, op:

• a.

  carnavalszondag tot de volgende dag tot 03.00 uur;

• b.

  carnavalsmaandag tot de volgende dag tot 03.00 uur;

• c.

  29 april tot de volgende dag tot 03.00 uur;

• d.

  31 december tot de volgende dag tot 06.00 uur.

  • 6.

    In geval van de in artikel 4 genoemde bijzondere omstandigheden kan de burgemeester op grond van artikel 2.3.1.4, eerste lid, van de APV tijdelijk van de krachtens artikel 2.3.1.4 van de APV geldende sluitingstijden afwijkende sluitingstijden vaststellen voor alcoholverstrekkende horecabedrijven, op:

• a.

  carnavalszondag tot de volgende dag tot 02.00 uur;

• b.

  carnavalsmaandag tot de volgende dag tot 02.00 uur;

• c.

  29 april tot de volgende dag tot 02.00 uur;

• d.

  31 december tot de volgende dag tot 06.00 uur.

  • 7.

    In geval van de in artikel 4 genoemde bijzondere omstandigheden kan de burgemeester op grond van artikel 2.3.1.4, eerste lid, van de APV tijdelijk van de krachtens artikel 2.3.1.4 van de APV geldende sluitingstijden afwijkende sluitingstijden vaststellen nachtinrichtingen, op:

• a.

  carnavalsmaandag tot de volgende dag tot 04.00 uur;

• b.

  29 april tot de volgende dag tot 04.00 uur;

• c.

  31 december tot de volgende dag tot 06.00 uur.

• 8.

  Als bijzondere gevallen zoals bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, APV wordt aangemerkt de eerste openstelling voor het publiek van een nieuw of vernieuwd horecabedrijf, tot een maximum van een eerste openstelling per jaar per horecabedrijf.

• 9.

  Als bijzondere gevallen zoals bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, APV worden aangemerkt activiteiten die plaatsvinden in de horecabedrijven die worden geëxploiteerd door Stichting Jeugd en Jongerencentrum "De nieuwe Pul" en door Stichting Soos Plock, wanneer deze activiteiten plaatsvinden ter uitvoering van de statutaire doelstellingen van de desbetreffende rechtspersoon.

• 10.

  Als bijzonder gevallen zoals bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, APV worden aangemerkt activiteiten die bestaan uit sport- of andere wedstrijden met een aaneengesloten duur van tenminste 12 uur en maximaal 24 uur wanneer deze gehouden worden in of in de directe nabijheid van een horecabedrijf.

• 11.

  1. Voor bijzondere gevallen als bedoeld in artikel 8 kan de burgemeester een ontheffing zoals bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, APV verlenen op grond waarvan het horecabedrijf tot 04.00 uur geopend mag zijn.

• 2.

  Voor bijzondere gevallen als bedoeld in artikel 9 kan de burgemeester per horecabedrijf maximaal 2 keer per jaar burgemeester een ontheffing zoals bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, APV verlenen op grond waarvan het horecabedrijf tot 04.00 uur geopend mag zijn.

• 3.

  Voor bijzondere gevallen als bedoeld in artikel 9 kan de burgemeester per horecabedrijf maximaal 3 keer per jaar burgemeester een ontheffing zoals bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, APV verlenen op grond waarvan het horecabedrijf tot 03.00 uur geopend mag zijn.

• 4.

  Voor bijzondere gevallen als bedoeld in artikel 10 kan de burgemeester per horecabedrijf maximaal één keer per Jaar burgemeester een ontheffing zoals bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, APV verlenen. Aan deze vergunning wordt het voorschrift verbonden dat tussen 02.00 uur en 08.00 uur geen alcoholhoudende drank wordt verstrekt.

• 12.

  Naast de in de artikelen 2, 4 en 8 tot en met 10 aangemerkte bijzondere gevallen wordt ook als bijzonder geval zoals bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, APV aangemerkt:

  • a.

    een proef met een maximale duur van één jaar teneinde na te gaan of het in artikel 2.3.1.4 van de APV met betrekking tot de openingstijden bepaalde gewijzigd kan te worden;

  • b.

    de periode gelegen tussen het moment van waarop de proef zoals bedoeld onder a. eindigt tot aan het moment waarop de gewijzigde APV in werking treedt, indien in de gewijzigde APV de in artikel 2.3.1.4 van de APV genoemde openingstijden van horecabedrijven gewijzigd worden, zolang die periode niet langer duurt dan 9 maanden.

• 13.

  1. Voor bijzondere gevallen als bedoeld in artikel 12 kan de burgemeester een ontheffing zoals bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, APV verlenen op grond waarvan het horecabedrijf tot uiterlijk tot één uur na het ingevolge de APV voor dat horecabedrijf geldende sluitingsuur geopend mag zijn.

• 2.

  Aan een ontheffing als bedoeld in het eerste lid worden in ieder geval de volgende voorschriften en beperkingen verbonden:

  • a.

    vanaf één uur voor het bij ontheffing vastgestelde sluitingstijdstip mogen geen bezoekers meer tot het horecabedrijf worden toegelaten;

  • b.

    het is verboden bezoekers te laten verblijven op een bij het horecabedrijf behorend terras:

    • -

      op maandag tot en met donderdag tussen 0 1.00 uur en 08.00 uur;

    • -

      op vrijdag, zaterdag en zondag tussen 02.00 uur en 08.00 uur.

  • c.

    vanaf een kwartier voor het onder b. genoemde sluitingstijdstip van het terras worden aan bezoekers geen dranken, rookwaren of spijzen meer verstrekt;

  • d.

    de houder van het horecabedrijf dient zorg te dragen voor de aanwezigheid van een toezichthouder aan de in- en uitgang, vanaf 00.00 uur tot tenminste een half uur na het sluitingsuur. Deze toezichthouder is een natuurlijke persoon die in overeenstemming met het bepaalde bij of krachtens de Wet op de particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus met betrekking tot het horecabedrijf belast is met het uitoefenen van beveiligingswerkzaamheden zoals bedoeld in artikel 1, eerste lid onder c van de Wet op de particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus;

  • e.

    de toezichthouder voorkomt overlast voor de directe omgeving door inkomende en uitgaande bezoekers van het horecabedrijf en treedt zonodig, binnen het raam van de door het recht geboden mogelijkheden, ter zake regulerend op;

  • f.

    de toezichthouder is door middel van kleding duidelijk als zodanig herkenbaar zijn;

  • g.

    de toezichthouder ziet erop toe dat bezoekers van het horecabedrijf zich rond de inrichting niet langer ophouden dan voor het onmiddellijk binnentreden en verlaten van het horecabedrijf noodzakelijk is;

  • h.

    de toezichthouder ziet erop toe dat bezoekers die het horecabedrijf verlaten geen glazen of flessen buiten het horecabedrijf brengen;

  • i.

    van de ontheffing dient gedurende de duur van de ontheffing gebruik te worden gemaakt;

  • j.

    een kwartier voor het bij ontheffing vastgestelde sluitingstijdstip moet in het horecabedrijf de lichten op volle sterkte worden aangedaan en de muziek uit worden gezet en worden aan bezoekers geen dranken, rookwaren of spijzen meer verstrekt;

  • k.

    de burgemeester kan ter bescherming van de woon- en leefsituatie in de omgeving van het horecabedrijf dan wel indien de openbare orde dit vordert, nadere voorschriften en beperkingen aan de ontheffing verbinden.

• 14.

  1. De burgemeester stelt bij besluit een ingangsdatum en een einddatum van de proef als bedoeld in artikel 12 vast, alsmede het aantal horecabedrijven dat maximaal aan de proef kan deelnemen. Dit aantal overschrijdt het aantal van 9 niet. Dit besluit wordt bekendgemaakt door publicatie ineen huis-aan-huisblad.

• 2.

  Een aanvraag ter verkrijging van een beschikking zoals bedoeld in artikel2.3.1.1a, eerste lid, APV, ingediend voor de datum waarop de in het eerste lid bedoelde publicatie plaatsvindt, wordt buiten behandeling gelaten.

• 3.

  Aanvragen beschikking zoals bedoeld in artikel 2.3.1.1 a, eerste lid, APV, worden inbehandeling genomen in volgorde van ontvangst. Bij de bepaling van de volgorde van ontvangst is hetgeen daaromtrent van het op het inboekingsstempel vermelde valt af te leiden bepalend.

• 4.

  Een aanvraag ter verkrijging van een:

  • a.

    beschikking zoals bedoeld in artikel 2.3.1.1a, eerste lid, APV, ingediend minder dan acht weken voor het tijdstip waarop de aanvrager de vergunning nodig heeft, wordt buiten behandeling gelaten;

  • b.

    ontheffing voor bijzondere gevallen als bedoeld in artikel 2.3.1.4, eerste lid, van de APV, ingediend minder dan acht weken voor het tijdstip waarop de aanvrager de vergunning nodig heeft, wordt buiten behandeling gelaten, met uitzondering van de aanvragen voor ontheffing voor bijzondere gevallen als bedoeld in artikel 12.

15.Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald onder de titel 'Beleidsregels ontheffing sluitingsuur horecabedrijven'.

6 augustus 2004