Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Medemblik

Bezoldigingsregeling

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Medemblik
Officiële naam regelingBezoldigingsregeling
CiteertitelBezoldigingsregeling gemeente Medemblik
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201101-01-2015N.v.t.

01-01-2011

Onbekend

Tekst van de regeling

Bezoldigingsregeling

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a

    ambtenaar:

    • 1

      de ambtenaar in de zin van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst;

    • 2

      de werknemer als bedoeld in artikel 2:5:1 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst;

  • b

    salaris: het salaris, als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder b, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst;

  • c

    uurloon: het uurloon als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder o van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst;

  • d

    schaal: de schaal als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder a, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst, opgenomen in bijlage IIa van die regeling;

  • e

    maximumsalaris: het hoogste bedrag van een salarisschaal;

  • f

    bezoldiging: de bezoldiging als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder c, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst;

  • g

    betrekking: de betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder b, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst;

  • h

    conversie:de vertaling van de gevonden rangorde naar salarisschalen;

  • i

    volledige betrekking: de volledige betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder k, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst;

  • j

    overwerk: het overwerk als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder l, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst.

  • k

    aanloopschaal: één schaal lager dan de functieschaal

  • l

    uitloopschaal: één schaal boven de functieschaal

Artikel 2 Recht op salaris

Het recht op salaris vangt aan met de dag waarop de aanstelling van de ambtenaar ingaat. Indien in het aanstellingsbesluit geen datum van ingang is vermeld, vangt het recht op salaris aan met de dag waarop de ambtenaar feitelijk in dienst is getreden.

Het recht op salaris eindigt, in geval van ontslag, met ingang van de dag waarop het ontslag ingaat.

Artikel 3 Gebroken tijdvakken

Wanneer het salaris of een toelage moet worden berekend over een gedeelte van een maand, wordt het bedrag per dag vastgesteld door het maandbedrag te delen door het aantal kalenderdagen van die maand.

Artikel 4 Onvolledige betrekking

Het salaris van de ambtenaar met een onvolledige betrekking wordt vastgesteld op een evenredig deel van het salaris dat voor hem zou gelden bij een volledige betrekking.

Artikel 5 Salarisbedragen

De salarissen van de ambtenaren van wie het salaris niet bij of krachtens de wet is geregeld, worden vastgesteld op de bedragen volgens de salarisschalen zoals opgenomen in bijlage IIa van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst.

Artikel 6

De toepassing van bijlage IIa van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst vindt plaats conform hetgeen is bepaald in artikel 3:1, derde tot en met vijfde lid, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst.

Burgemeester en wethouders bepalen met inachtneming van de resultaten van een functiewaarderingsonderzoek en aan de hand van de vastgestelde conversie de voor de ambtenaar geldende salarisschaal.

De ambtenaar wordt ingeschaald in de functieschaal tenzij de ambtenaar de functie nog niet volledig uitoefent en/of tenzij zijn wijze van functioneren zich nog daartegen verzet.

Indien de ambtenaar zijn functie nog niet volledig uitoefent wordt hij ingeschaald in de aanloopschaal. Binnen 1 jaar wordt de ambtenaar beoordeeld. Na een goede beoordeling wordt hij ingeschaald in de functieschaal en bij een negatieve beoordeling wordt de aanstelling niet verlengd.

De ambtenaar die blijkens een personeelsbeoordeling bovenmatig/uitmuntend presteert kan worden ingeschaald in de uitloopschaal. Het is uitdrukkelijk geen automatisme dat de ambtenaar na een lang dienstverband in de uitloopschaal terecht komt.

Een ambtenaar kan zonder voorafgaand ontslag niet worden ingeschaald in een salarisschaal met een lager maximum salaris dan de voor hem geldende salarisschaal. Uitgezonderd is de ambtenaar die een passende of gangbare functie aanvaardt of disciplinair wordt gestraft volgens hoofdstuk 8 en 16 van de CAR/UWO.

Artikel 7 Periodieke verhoging van het salaris

Het salaris van de ambtenaar die voldoende functioneert en waarin dit tot uitdrukking komt in een personeelsbeoordeling, wordt binnen de voor hem geldende salarisschaal periodiek verhoogd tot het naast hogere bedrag.

De periodieke verhogingen worden toegekend aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt. De periodieke verhogingen na een personeelsbeoordeling worden jaarlijks per 1 januari geëffectueerd.

Het tijdstip waarop ingevolge het vorige lid voor de eerste maal een periodieke verhoging wordt toegekend, kan worden vervroegd of worden gewijzigd indien daartoe naar het oordeel van de algemeen directeur/secretaris aanleiding bestaat.

Artikel 8 Extra periodieke verhoging van het salaris

Aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, kan een extra periodieke salarisverhoging tot een in de salarisschaal genoemd bedrag, niet uitgaande boven het maximumsalaris, worden toegekend op grond van een personeelsbeoordeling waarin een zeer goede of uitstekende vervulling van de betrekking tot uitdrukking komt.

Artikel 9 Geen periodieke verhoging

Indien een ambtenaar onvoldoende functioneert en dit tot uitdrukking komt in een beoordeling van de leidinggevende, kan worden bepaald dat voor hem de in artikel 7 bedoelde salarisverhoging achterwege wordt gelaten.

Nadien kan worden bepaald dat de salarisverhoging, welke met toepassing van het eerste lid achterwege is gelaten, al dan niet met terugwerkende kracht alsnog wordt toegekend indien een nieuwe personeelsbeoordeling hiertoe aanleiding geeft.

Van de beslissing tot toepassing van het eerste lid wordt de ambtenaar zo spoedig mogelijk, doch in elk geval voor de datum genoemd in artikel 7 lid 2 waarop anders de salarisverhoging zou ingaan, schriftelijk mededeling gedaan, onder vermelding van de redenen welke tot de beslissing hebben geleid.

Artikel 10 Salaris bij bevordering naar hogere schaal

Wanneer de ambtenaar wordt bevorderd naar een salarisschaal met een hoger maximumsalaris, wordt: voor de ambtenaar het salaris in de nieuwe schaal vastgesteld op het eersthogere bedrag in die schaal, waarmee gerealiseerd wordt dat het verschil tussen het nieuwe salaris en het oude salaris van de ambtenaar tenminste 75% bedraagt van het verschil tussen het bedrag dat de ambtenaar laatstelijk genoot en het naasthogere bedrag in die oude schaal, dan wel het naastlagere bedrag in die oude schaal, indien het salaris in de oude schaal reeds overeenkwam met het hoogste bedrag uit die schaal.

Voorzover nodig zal de vooruitgang in salaris tengevolge van de indeling in de schaal met een hoger maximumsalaris nimmer minder bedragen dan het geval zou zijn bij verhoging ingevolge artikel 7 in de schaal waarin de ambtenaar wordt ingeschaald.

Artikel 11 Cafetariamodel

Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen omtrent de mogelijkheden tot uitruil van geld en verlof of andere voorzieningen, als opgenomen in de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst.

Artikel 12 Gratificatie

Indien een ambtenaar een uitstekende individuele prestatie heeft geleverd, blijkens een personeelsbeoordeling, kan aan hem een gratificatie als bedoeld in artikel 15:1:28 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst worden toegekend.

Artikel 13 Groepsgratificatie

Aan een groep ambtenaren die een uitstekende collectieve prestatie hebben geleverd, kan een groepsgratificatie worden toegekend.

Artikel 14 Tijdelijke persoonlijke toelage

Aan een ambtenaar die gedurende een tijdvak van een jaar een uitstekende individuele prestatie heeft geleverd, blijkens een personeelsbeoordeling, kan een tijdelijke persoonlijke toelage worden toegekend.

Aan een ambtenaar die wordt belast met een project, wat een meer dan normale inspanning vraagt, kan een persoonlijke toelage worden toegekend.

De in het eerste en tweede lid bedoelde toelage bedraagt per jaar maximaal het voor de ambtenaar geldende salarisbedrag per maand.

Een ambtenaar kan ten hoogste twee achtereenvolgende jaren voor een tijdelijke persoonlijke toelage in aanmerking komen.

Artikel 15 Persoonlijke toelage na bereiken maximum functionele schaal

Aan een ambtenaar die het maximum van de voor hem geldende schaal heeft bereikt, kan een persoonlijke toelage als bedoeld in artikel 3:7:8 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst worden toegekend, indien betrokkene gedurende meerdere jaren uitstekend (buitengewoon bekwaam, geschikt en ijverig) heeft gefunctioneerd, blijkens de personeelsbeoordelingen.

De in het eerste lid bedoelde toelage bedraagt maximaal 10% van het salaris van de betrokken ambtenaar.

De in het eerste lid bedoelde toelage wordt ingetrokken, indien de gronden waarop de toelage werd toegekend niet meer aanwezig zijn, tenzij burgemeester en wethouders van oordeel zijn dat er omstandigheden zijn om de toelage geheel of gedeeltelijk te handhaven.

Artikel 16 Persoonlijke toelage voor buitendienstmedewerkers

Aan de ambtenaar die op 31 december 2010 in dienst is bij de buitendienst m.u.v. de havendienst wordt een persoonlijke toelage van 3% toegekend. Eventuele restderving van inkomsten die ontstaat door het laten vervallen van de vuilwerktoelage wordt conform het sociaal statuut afgebouwd.

Artikel 17 Arbeidsmarkttoelage

Aan de ambtenaar kan om redenen van werving of behoud een toelage worden toegekend.

De in het eerste lid bedoelde toelage wordt toegekend voor een tijdvak dat tevoren is vastgesteld, met inachtneming van een maximum van drie jaar.

De hoogte van de toelage als bedoeld in het eerste lid bedraagt maximaal het verschil van de functieschaal en het maximum van de eerst hogere schaal van het salaris van de betrokken ambtenaar.

De toelage als bedoeld in het eerste lid eindigt op de ingevolge het tweede lid vastgestelde vervaldatum. Wanneer de arbeidsmarktsituatie waarop de toelage is gebaseerd nog steeds bestaat, kan opnieuw een toelage als bedoeld in het eerste lid aan de ambtenaar worden toegekend.

Artikel 18 Nadere regels instrumenten flexibele beloning

Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen omtrent de toepassing en de hoogte van de instrumenten van flexibele beloning als bedoeld in de artikelen 12 tot en met 17.

Artikel 19 Geen afbouwregeling

Bij het beëindigen van instrumenten van flexibele beloning als bedoeld in de artikelen 12 tot en met 17 wordt geen afbouwregeling toegepast.

Artikel 20 Waarnemingstoelage

Een waarnemingstoelage wordt toegekend conform hetgeen is geregeld in artikel 3:1:2 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst.

Artikel 21 Overwerkvergoeding

Aan de ambtenaar wordt ingeval van overwerk een overwerkvergoeding toegekend conform hetgeen is geregeld in artikel 3:2 en artikel 3:2:1 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst.

Ambtenaren met een leidinggevende functie in het eerste echelon komen niet in aanmerking voor een vergoeding voor overwerk als bedoeld in artikel 3:2 en artikel 3:2:1 in de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst.

Voor overwerkvergoeding worden alleen die uren aangemerkt, die de ambtenaar op aanwijzing of na uitdrukkelijke toestemming van de leidinggevende maakt buiten de voor de ambtenaar vastgestelde werktijd.

Artikel 22 Toelage onregelmatige dienst

Aan de ambtenaar die geen leidinggevende functie in het eerste of tweede echelon heeft en voor wie de werktijden zijn vastgesteld conform artikel 3:3 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst, wordt een toelage toegekend op grond van artikel 3:3 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst.

De toelage als bedoeld in het eerste lid bedraagt per gewerkt uur een percentage van het voor de ambtenaar geldende salaris per uur en wel:

  • a

    20% voor de uren op maandag tot en met vrijdag tussen 6.00 en 8.00 uur en tussen 18.00 en 22.00 uur;

  • b

    20% voor de uren op maandag tot en met vrijdag tussen 22.00 en 24.00 uur;

  • c

    40% voor de uren op maandag tot en met vrijdag tussen 0.00 en 6.00 uur;

  • d

    45% voor de uren op zaterdag;

  • e

    70% voor de uren op zondag;

  • f

    70% voor de uren op de feestdagen genoemd in artikel 4:2:1, derde lid, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst, met dien verstande dat genoemde percentages worden berekend over ten hoogste het salaris per uur, dat is afgeleid van het salaris behorende bij maximum schaal 7.

Voor de in het vorige lid onder a genoemde morgen en avonduren wordt de toelage slechts toegekend, indien de arbeid is aangevangen vóór 7.00 uur, respectievelijk is beëindigd na 20.00 uur.

In bijzondere gevallen kan een regeling worden getroffen die het bepaalde in de vorige leden aanvult of daarvan afwijkt.

Het college van burgemeester en wethouders kan één avond (maximaal 3 uur aansluitend na 18.00 uur) in de week aanwijzen als vastgestelde werktijd binnen de arbeidsduur van een ambtenaar. Voor deze vastgestelde werktijd bestaat geen recht op een toelage onregelmatige dienst.

Artikel 23 Consignatievergoeding

Aan de ambtenaar die buiten de werktijdenregeling als bedoeld in artikel 4:1 en 4:2 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst ingevolge een schriftelijke aanwijzing van burgemeester en wethouders zich regelmatig of vrij regelmatig bereikbaar en beschikbaar moet houden teneinde bij oproep arbeid te gaan verrichten, wordt een toelage toegekend. Dit geldt ook voor bereikbaar- en beschikbaarheid op zon- en feestdagen.

De toelage als bedoeld in het eerste lid wordt in ieder geval toegekend aan iedere ambtenaar die bereikbaar en beschikbaar moet zijn voor bijvoorbeeld gladheid, rampen, storingen, automatisering, openbare orde en veiligheid.

De toelage als bedoeld in het eerste lid bedraagt 6% van het maximum van schaal 7 per week van bereikbaarheid en beschikbaarheid.

Artikel 24 Afbouwtoelage

Aan de ambtenaar wiens bezoldiging als gevolg van het buiten zijn toedoen beëindigen of verminderen van een toelage, bedoeld in artikel 16 en artikel 20, 22 en 23 een blijvende verlaging ondergaat, wordt door burgemeester en wethouders een aflopende toelage toegekend, indien:

  • a

    die blijvende verlaging ten minste 3% bedraagt van de som van het salaris en de toelage, en

  • b

    de ambtenaar de toelage - als bedoeld in artikel 16 en 20, 22 en 23 - direct voorafgaande aan het tijdstip van vorenbedoelde beëindiging of vermindering ervan, gedurende ten minste twee jaren zonder wezenlijke onderbreking heeft genoten.

In afwijking van het bepaalde in het eerste lid wordt aan de ambtenaar van 60 jaar of ouder wiens bezoldiging als gevolg van het buiten zijn toedoen beëindigen of verminderen van een toelage - als bedoeld in artikel 16 en artikel 20, 22 en 23 - een blijvende verlaging ondergaat, een blijvende toelage toegekend, indien de ambtenaar de toelage - als bedoeld in artikel 16 en artikel 20, 22 en 23 - direct voorafgaande aan het tijdstip van vorenbedoelde beëindiging of vermindering ervan gedurende ten minste 10 jaren zonder wezenlijke onderbreking heeft genoten.

De in het eerste lid bedoelde aflopende toelage gaat, wanneer de ambtenaar de leeftijd van 60 jaar bereikt en hij onmiddellijk voor de aanvang van die toelage gedurende tenminste 10 jaren zonder wezenlijke onderbreking een toelage - als bedoeld in artikel 16 en artikel 20, 22 en 23 - heeft genoten, over in een blijvende toelage als bedoeld in het vorige lid.

Voor de toepassing van de voorgaande leden wordt onder wezenlijke onderbreking verstaan een onderbreking van langer dan twee maanden.

Burgemeester en wethouders kunnen voor de uitvoering van dit artikel nadere regels vaststellen.

Artikel 25 Overige vergoedingen

Aan de ambtenaren die zijn benoemd in het kader van de bedrijfshulpverlening wordt een bruto vergoeding verstrekt per maand van € 20,-. Voor de oefenuren geldt een tijd voor tijd vergoeding.

Artikel 26

Voor de ambtenaren die in dienst zijn bij de gemeente Medemblik wordt een persoonlijk budget beschikbaar gesteld van bruto € 400,- per jaar. Met dit budget kan de ambtenaar zelf de keuze maken waar hij dit bedrag aan gaat besteden. De bruto bestanddelen kunnen via het cafetariamodel uitgeruild worden voor diverse bestedingsmiddelen, zoals het kopen van dagen het aanschaffen van een fiets e.d. Deze persoonlijke toelage wordt jaarlijks in november uitbetaald onder inhouding van loonbelasting en de wettelijke premies, indien deze niet eerder via het cafetariamodel is aangewend.

Artikel 27

Structurele onkostenvergoedingen worden na 1 maand ziekte of afwezigheid stop gezet.

Artikel 28 Vervallen vergoedingen
  • 1

    Kledingvergoeding vervalt

  • 2

    Vuilwerktoelage vervalt hiervoor in de plaats komt een persoonlijke toelage zie artikel 16

  • 3

    Rijwielvergoeding vervalt

Artikel 29 Onvoorziene gevallen

Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, treffen burgemeester en wethouders een bijzondere regeling.

Artikel 30 Slotbepalingen

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2011 en kan worden aangehaald als de 'Bezoldigingregeling gemeente Medemblik’

Ondertekening