De raad van de gemeente Ridderkerk;
gelezen het initiatiefvoorstel van de fractie D66/GroenLinks ;
gelet op de inwerkingtreding van de Wet dualisering gemeentebestuur op 7
maart 2002;
gelet op de artikelen 147, 149 en 170 van de Gemeentewet;
b e s l u i t :
vast te stellen de:
Verordening burgerinitiatief 2007
Artikel 1 Definitie
In deze verordening wordt verstaan onder:
- 1
een burgerinitiatief:
- a.
een uitgewerkt voorstel van een initiatiefgerechtigde ter
plaatsing op de agenda van de vergadering van de raad
of;
- b.
een verzoek van een initiatiefgerechtigde om een concreet
omschreven onderwerp te bespreken.
- 2
een initiatiefgerechtigde: initiatiefgerechtigd zijn alle in
Ridderkerk woonachtige natuurlijke personen van 12 jaar en ouder en
elke rechtspersonen gevestigd in Ridderkerk.
- 3
een ondersteuner: elke in Ridderkerk woonachtige natuurlijke persoon
van 12 jaar en ouder en elke rechtspersoon gevestigd in Ridderkerk,
die een burgerinitiatief als ondersteuner ondertekent.
Artikel 2 Voorwaarden burgerinitiatief
- 1.
Voor de indiening van een burgerinitiatief dient gebruik te worden
gemaakt van een door de raad voorgeschreven model.
- 2.
Het burgerinitiatief bevat ten minste:
- a.
een nauwkeurige uitwerking van het voorstel óf van het verzoek;
- b.
de voorletters, de achternaam, het adres en de handtekening van de
initiatiefgerechtigde die het burgerinitiatief indient en
- c.
een lijst met de voorletters, achternamen, adressen en handtekeningen
van de ondersteuners.
Artikel 3 In behandeling neming
- 1
Een burgerinitiatief wordt niet in behandeling genomen als:
- a
geen gebruik wordt gemaakt van de modellen als bedoeld in
artikel 2, eerste lid.
- b
het een burgerinitiatief betreft, dat betrekking heeft op de
gehele gemeente of een of meer wijken daarvan, dat niet door ten
minste 35 ondersteuners is ondertekend;
- c
het een onderwerp betreft dat niet behoort tot de bevoegdheid
van de raad;
- d
het onderwerp louter een privé-belang betreft;
- e
het een klacht betreft in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene
wet bestuursrecht over een gedraging van het gemeentebestuur of
een ambtenaar;
- f
het een onderwerp betreft dat onderdeel is van een lopend
traject van een inspraak- of bezwaar- en beroepsprocedure;
- g
het een onderwerp betreft waarover korter dan 2 jaar vóór
indiening van het burgerinitiatief door de raad een besluit is
genomen of een politiek debat is gevoerd;
- h
het onderwerp belastingen, heffingen of retributies
betreft.
- 2
Als aan alle vereisten in het eerste lid sub c t/ m h wordt voldaan maar
niet aan de vereisten in het eerste lid sub a t/ m b, dan stelt de
griffier de initiatiefnemer in de gelegenheid om dit binnen een
redelijke termijn te herstellen.
- 3
Als een burgerinitiatief een onderwerp betreft dat niet tot de
bevoegdheid behoort van de raad stuurt de griffier, namens de raad, het
verzoek, niet zijnde een burgerinitiatief, door naar het bevoegde
orgaan. De raad wordt hiervan op de hoogte gesteld.
- 4
Van het niet in behandeling nemen bericht de griffier, namens de raad,
de initiatiefnemer.
Artikel 4 Beslissing
- 1.
De raad neemt een beslissing omtrent de wijze van behandeling van het
burgerinitiatief bij de vaststelling van de Lijst van ingekomen stukken.
De initiatiefnemer wordt van de procedurebeslissing in kennis gesteld.
- 2.
De wijze van behandeling kan zijn:
- -
directe agendering voor een eerstvolgende raadsvergadering;
- -
agendering voor een eerstvolgende commissievergadering voordat het
geagendeerd wordt voor een raadsvergadering;
- -
het verzoeken van een advies van het college.
- 3.
De initiatiefnemer wordt uitgenodigd voor de commissievergadering waarin
zijn burgerinitiatief wordt behandeld. De initiatiefnemer krijgt tijdens
de commissievergadering de gelegenheid om het burgerinitiatief mondeling
nader toe te lichten.
- 4.
Nadat de raad over het burgerinitiatief een besluit heeft genomen, wordt
dit besluit bekendgemaakt op de door de gemeente gebruikelijke wijze en
wordt van het besluit mededeling gedaan aan de
initiatiefgerechtigde.
Artikel 5 Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking één dag na bekendmaking.
Artikel 1 Definitie
De indiening van een burgerinitiatief is op twee manieren mogelijk. Ten
eerste kan de burger een uitgewerkt voorstel voorleggen, waarbij
bijvoorbeeld gedacht wordt aan een feitelijke beschrijving, een planning,
een financiële dekking etc. Het indienen van een voorstel aan de raad zal in
principe leiden tot een beslissing van de raad. Ten tweede wordt de
mogelijkheid geopend dat een burger kan volstaan met een onderwerp, zonder
dat hieraan allerlei vereisten worden gekoppeld. Het is uiteraard wel de
bedoeling dat het onderwerp zo concreet mogelijk wordt omschreven, zodat
bijvoorbeeld niet het onderwerp “milieu” wordt aangedragen, maar als
onderwerp wordt aangegeven de milieuoverlast in een aangegeven gebied. Het
indienen van een onderwerp ter bespreking in de raad behoeft niet per
definitie te leiden tot een beslissing van de raad. Het staat de raad vrij
n.a.v. de discussie stappen te ondernemen (schriftelijke vragen, motie,
initiatiefvoorstel, e.d.).
Artikel 2 Voorwaarden burgerinitiatief
Aan het verzoek wordt een aantal minimumvereisten gesteld. Het is uit
praktische overwegingen, zoals uniformiteit, overzichtelijkheid en
duidelijkheid raadzaam indiening van een burgerinitiatief plaats te laten
vinden door middel van een standaardformulier voor burgerinitiatieven. Zo’n
formulier is als bijlage hierbij gevoegd. Op dit formulier zal de verzoeker
naast het voorstel plus toelichting, in ieder geval zijn personalia moeten
aangeven. Ook degenen die het verzoek ondersteunen, zullen uiteraard vermeld
moeten worden. Zie hiervoor bijlage 2.
Artikel 3 In behandeling neming
De beperkingen aan de inhoud van het burgerinitiatief vloeien grotendeels
voort uit doelmatigheids-overwegingen. Het is bijvoorbeeld weinig efficiënt
om de raad te belasten met de beraadslaging over een onderwerp waarover de
raad uiteindelijk geen beslissende bevoegdheid heeft. Een zaak van alleen
een privé-belang kan uiteraard ook geen onderwerp van een burgerinitiatief
zijn. Uiteraard is het wel mogelijk dat een privé-belang op de achtergrond
meespeelt. Ook moet voorkomen worden dat het burgerinitiatief andere
procedures zoals de bezwaar- of de klachtprocedure doorkruist. Met het oog
hierop kan worden bepaald dat het burgerinitiatief geen bezwaar tegen een
genomen besluit of een klacht over een gedraging van het gemeentebestuur of
een ambtenaar kan inhouden. Hiervoor heeft de burger andere wegen. Ten
slotte is het evenmin de bedoeling dat zaken die recent nog in de raad aan
de orde zijn geweest opnieuw onderwerp van bespreking worden als gevolg van
een burgerinitiatief. Dit zou de besluitvorming in de raad te zeer kunnen
frustreren. Daarbij is de termijn van 2 jaar opgenomen.
Vanuit het oogpunt van snelheid en redelijkheid is de griffier gemachtigd om
de initiatiefnemers in staat te stellen eventuele gebreken te herstellen.
Als een burgerinitiatief wordt doorgestuurd naar een ander bestuursorgaan
dan de raad, wordt er niet meer gesproken over een burgerinitiatief maar
over een verzoek van een burger. Formeel is hier sprake van de zogeheten
doorzendplicht uit de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 4 Beslissing
De raad beslist over de wijze waarop een burgerinitiatief wordt behandeld
bij de vaststelling van de Lijst van ingekomen stukken. Zo mogelijk
adviseert de functionele commissie de raad over de wijze van afdoening.
Artikel 5 Inwerkingtreding
Behoeft geen nadere toelichting.