Overheidsorganisatie | Openbaar lichaam Bonaire |
---|---|
Officiële naam regeling | EILANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 2e juni 1970 tot wijziging van de “Loonregeling arbeiders Bonaire 1964” (A.B. 1964 no. 11) en de “Loonregeling werklieden Bonaire 1964” (A.B. 1964 no. 12) zoals laatstelijk gewijzigd bij A.B. 1967 no. 2 resp. A.B. 1967 no. 1) |
Citeertitel | Algemene Loonregeling Bonaire 1970 |
Vastgesteld door | Bestuurscollege |
Onderwerp | personeel en organisatie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vastgesteld en in werking getreden vóór 10-10-2010, maar op grond van artikel 7 van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Positieve lijst regelgeving Eilandsraad Bonaire (AB 2010, no. 20) dan wel het Eilandsbesluit vaststellen positieve lijst regelgeving Bestuurscollege Bonaire (AB 2010, nr. 19) tevens vastgesteld voor het openbaar lichaam Bonaire en derhalve met ingang van 10-10-2010 in het openbaar lichaam Bonaire van toepassing.
Dit eilandsbesluit vervangt de Loonregeling arbeiders Bonaire 1964 en de Loonregeling werklieden Bonaire 1969.
Bij het eilandsbesluit houdende algemene maatregelen van de 5e maart 1986, no.1 houdende een afwijking van de regeling van periodieke verhogingen, zoals nedergelegd in de Algemene Loonregeling Bonaire 1970 (AB 1970, no.5), zoals gewijzigd (A.B. 1986, no. 4), is bepaald dat - zonder uitdrukkelijke verlening van terugwerkende kracht - met ingang van 1-2-1986 tot een nader bij eilandsbesluit te bepalen tijdstip de termijn voor verlening van een periodieke verhoging werd verlengd van een tot twee jaar.
Bij de wijzigingsregeling van 21-5-1997 (A.B. 1997, no. 5) is - in afwijking van hetgeen voor de andere wijzigingen zou gelden - bepaald dat de wijziging van artikel 14, schaal 1a, terugwerkende kracht werd verleend tot en met 1-1-1994.
Bij de wijzigingsregeling van 5-10-2005 (A.B. 2005, no. 25) is bepaald dat de wijziging van artikel 14 in artikel I, onder A, van de wijzigingsregeling terugwerkende kracht werd verleend tot en met 1-1-2004, de wijziging van artikel 14 in artikel I, onder B, tot en met 1-1-2005.
Bij de wijzigingsregeling van 17-9-2008 (A.B. 2008, no. 20) is bepaald dat de vervanging van de bijlage bij deze regeling door de bij de wijzigingsregeling behorende bijlage A zou geschieden met terugwerkende kracht t/m 1-1-2007 en door de bij die regeling behorende bijlage B t/m 1-1-2008.
De bijlage bij deze regeling is niet opgenomen. Zij kan worden ingezien bij de Afdeling Juridische en Algemene Zaken van de Bestuursdienst van het eilandgebied Bonaire.
Onbekend
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-09-2008 | 01-01-2007 | 10-10-2010 | bijlage | 17-09-2008 A.B. 2008, no. 20 | |
17-08-2006 | 01-01-2006 | art. 14, bijlage | 16-08-2006 A.B. 2006, no. 9 | n.v.t. | |
06-10-2005 | 01-01-2004 | art. 14, 15 | 05-10-2005 A.B. 2005, no. 25 | n.v.t. | |
23-05-1997 | 01-01-1992 | art. 14 | 21-05-1997 A.B. 1997, no. 5 | n.v.t. | |
19-04-1994 | 01-01-1992 | art. 14 | 18-04-1994 A.B. 1994, no. 9 | n.v.t. | |
28-05-1991 | 01-07-1983 | art. 14 | 20-05-1991 A.B. 1991, no. 5 | n.v.t. | |
23-07-1985 | 01-04-1985 | art. 14 | 17-07-1985 A.B. 1985, no. 14 | n.v.t. | |
30-03-1985 | 01-03-1985 | art. 14 | 26-03-1985 A.B. 1985, no. 7 | n.v.t. | |
18-02-1984 | 01-01-1984 | art. 14 | 13-02-1984 A.B. 1984, no. 4 | n.v.t. | |
02-06-1983 | 01-04-1983 | art. 14 | 18-05-1983 A.B. 1983, no. 5 | n.v.t. | |
17-06-1982 | 01-01-1982 | art. 14 | 18-05-1982 A.B. 1982, no. 8 | n.v.t. | |
08-08-1981 | bijlage, schaal 8 | 08-07-1981 A.B. 1981, no. 21 | n.v.t. | ||
30-10-1978 | 27-07-1977 | art. 14 | 26-10-1978 A.B. 1978, no. 23 | n.v.t. | |
12-10-1977 | 29-06-1977 | art. 14 | 07-10-1977 A.B. 1977, no. 23 | n.v.t. | |
05-06-1970 | 01-12-1969 | Nieuwe regeling | 02-06-1970 A.B. 1970. no. 5 | n.v.t. |
Dit besluit is van toepassing op de arbeiders en werklieden in eilandsdienst, die onder genot van een weekloon werkzaam zijn in een functie, welke opgenomen is in dit besluit.
Periodieke verhogingen
1. Binnen het raam der loonschalen worden de lonen der arbeiders en werklieden, die een functie bekleden, waaraan periodieke verhogingen zijn verbonden, bij voldoende bekwaamheid, geschiktheid en voldoende dienstijver, periodiek door het Hoofd van de Dienst verhoogd, naar gelang van de aangegeven diensttijd.
2. Een periodiek verhoging gaat in op de eerste dag van het loontijdvak waarin de daarvoor vereiste diensttijd vervuld is.
3. Bij onthouding van periodieke verhoging, als in het eerste lid bedoeld, wordt de reden der onthouding schriftelijk aan de arbeider of werkman medegedeeld.
Bevordering
1. Bevordering geschiedt met ingang van de eerste dag van een loontijdvak.
2. Bevordering geeft aanspraak op verhoging van het loon tot het naasthogere bedrag van de loonschaal geldende voor de functie waarin de arbeider of werkman wordt gesteld.
3. Periodieke verhogingen, waarop in de nieuwe betrekking aanspraak bestaat, worden toegekend op het tijdstip, waarop daarop aanspraak zou hebben bestaan in de oude functie.
4. Het derde lid is niet van toepassing, indien het maximumbedrag van de loonschaal, waarin de oude functie is gerangschikt, lager is dan het aanvangsloon van de schaal, waarin de nieuwe functie is gerangschikt.
De termijn voor de toekenning der eerstvolgende periodieke verhoging, begint in dit geval te lopen op het tijdstip van ingang der bevordering.
5. In afwijking van het bepaalde in het tweede lid kan het Bestuurscollege in bijzondere gevallen in verband met de bevordering een grotere loonsverhoging toekennen.
Het bepaalde in het derde lid is alsdan echter niet van toepassing.
Arbeidstijd
1. De arbeidstijd bedraagt voor de arbeider en werkman bedoeld in artikel 14 van dit besluit 40 uren per week.
2. De arbeidstijd bedraagt voor de arbeider en werkman bedoeld in artikel 15 van dit besluit gemiddeld 42 uren per week.
3. De werkroosters worden vastgesteld, ondertekend en bekendgemaakt door het Hoofd van de Dienst.
Vergoeding voor overwerk en vergoeding voor het werken op feestdagen
Als overwerk wordt aangemerkt de aan de arbeider of werkman opgedragen arbeid, buiten de volgens werkrooster voor de betrokkene geldende normale dagelijkse arbeidstijd.
Voor overwerk anders dan bedoeld in de volgende leden ontvangt de arbeider of werkman betaling naar verhouding van het gewone uurloon verhoogd met 50%.
Voor overwerk verricht op zon- en feestdagen ontvangt de arbeider of werkman bedoeld in artikel 14 (niet-wachtloper) betaling naar verhouding van het gewone uurloon verhoogd met 100%.
Indien de arbeider of werkman bedoeld in artikel 14 (niet-wachtloper) volgens het voor hem geldende werkrooster ook op zon- en feestdagen moet werken ontvangt hij voor overwerk verricht op zijn rustdag volgens het voor hem geldende werkrooster betaling naar verhouding van zijn gewone uurloon verhoogd met 100%.
Het bepaalde in het tweede lid is op de in dit lid bedoelde arbeider of werkman eveneens van toepassing.
4. Voor overwerk verricht op zijn rustdag volgens het voor hem geldende werkrooster alsmede op zon- en feestdagen ontvangt de arbeider of werkman bedoeld in artikel 15 (wachtloper) betaling naar verhouding van het gewone uurloon verhoogd met 100%.
1. Indien de arbeider of werkman bedoeld in artikel 14 (niet-wachtloper) volgens het voor hem geldende werkrooster ook op zon- en feestdagen moet werken ontvangt hij, indien hij volgens het voor hem geldende werkrooster op een feestdag moet werken, voor elk uur, dat hij aldus volgens het werkrooster heeft gewerkt, naast zijn loon een vergoeding gelijk aan 100% van zijn uurloon.
2. Indien de arbeider of werkman bedoeld in artikel 15 (wachtloper) ingevolge het voor hem geldende werkrooster op een feestdag moet werken, ontvangt hij voor elk uur dat hij aldus volgens het werkrooster heeft gewerkt, naast zijn loon een vergoeding gelijk aan 100% van zijn uurloon
Onder feestdagen worden in dit besluit verstaan de Nieuwjaarsdag, de Goede Vrijdag, de Christelijke 2de Paasdag, de Hemelvaartsdag, de Christelijke 2de Pinksterdag, de dag waarop de verjaardag van de Koningin officieel wordt gevierd, de dag waarop de Dag van de Arbeid (1mei) officieel wordt gevierd, de Koninkrijksdag (15 december), de beide Kerstdagen, alsmede de dagen, welke in elk bijzonder geval uitdrukkelijke alszodanig door het Bestuurscollege worden aangewezen.
1. Op feestdagen, die niet tevens zondagen zijn, wordt aan de arbeider of werkman bedoeld in artikel [bedoeld zal zijn te verwijzen naar artikel 14] (niet-wachtloper) die volgens het voor hem geldende werkrooster niet op zon- en feestdagen moet werken, verlof gegeven met behoud van loon.
2. de arbeider of werkman bedoeld in het vorige lid ontvangt indien hem wordt opgedragen arbeid te verrichten op feestdagen, die niet tevens zondagen zijn, de voor overwerk in artikel 7, lid 2, vastgestelde betaling.
Verzuim
Bij verzuim van werkuren of gedeelten daarvan binnen de bij werkrooster vastgesteld tijd, wordt de arbeider of werkman betaling gekort over de verzuimde werktijd, afgerond naar boven tot halve uren.
Toeslag wegens bijzonder werk enz.
Wanneer het Hoofd van de Dienst dit in het belang van het werk wenselijk acht, kan hij de arbeider of werkman wegens bijzonder goede dienstverrichting of bij bijzonder moeilijk, gevaarlijk of vuil werk tijdelijk een toeslag op het gewone loon toekennen, volgens door het Bestuurscollege vast te stellen richtlijnen.
Waarneming hogere functie
De arbeider of werkman, die tijdelijk door het Hoofd van de Dienst te werk wordt gesteld in een functie waaraan een hoger loon is verbonden, ontvangt over iedere dag van die tewerkstelling betaling naar reden van het loon, hetwelk hij bij definitieve tewerkstelling in de waargenomen functie zou hebben genoten.
Dark-hours-toelage
1. De arbeider of werkman, die anders dan bij wijze van overwerk arbeid verricht tussen 18.00 uur en 06.00 uur heeft voor ieder door hem in bedoelde periode gewerkt vol uur aanspraak op een toelage van f. 0,30.
2. Vijftien minuten of langer worden als een vol uur aangemerkt.
De weeklonen, de lonen per kinsena en de daarbij behorende uurlonen van de arbeiders, werklieden en werksters, worden vastgesteld conform de loonschalen zoals opgenomen in de bij dit Eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen behorende bijlage.
[vervallen]
Slotbepalingen
1. Dit eilandsbesluit, dat kan worden aangehaald als “Algemene Loonregeling Bonaire 1970” treedt in werking met ingang van de dag na die zijner afkondiging en werkt terug tot en met 1 december 1969.De inpassing per 1 december 1969 van de arbeiders en werklieden geschiedt overeenkomstig door het Bestuurscollege vast te stellen richtlijnen.
2. Gerekend met ingang van 1 december 1969 vervallen:
het Eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen van de 28e september 1964 no. 2 tot vaststelling van de lonen van de arbeiders in eilandsdienst (Loonregeling arbeiders Bonaire 1964; Afkondigingsblad Bonaire1964 no. 11), zoals gewijzigd;
het Eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen van de 28e september 1964 no. 3 tot vaststelling van de lonen van de werklieden in eilandsdienst (Loonregeling werklieden Bonaire 1969; Ab. Bonaire 1964 no. 12), zoals gewijzigd.