Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Vught

Beleidsregels maximum bijdrage niet-uitkeringsgerechtigden en ANW-gerechtigden

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVught
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels maximum bijdrage niet-uitkeringsgerechtigden en ANW-gerechtigden
CiteertitelBeleidsregels maximum bijdrage niet-uitkeringsgerechtigden en ANW-gerechtigden
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpbeleidsregel

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

04-11-200401-01-2015Nieuwe regeling

26-10-2004

Het Klaverblad, 03-11-2004

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels maximum bijdrage niet-uitkeringsgerechtigden en ANW-gerechtigden

Het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente Vught;

 

overwegende dat op grond van artikel 11 van de Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand gemeente Vught burgemeester en wethouders nadere regels kunnen stellen;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de hierna volgende

 

“Beleidsregels maximum bijdrage niet-uitkeringsgerechtigden en ANW-gerechtigden”

Artikel 1. Begrippen

Voor de begripsomschrijving wordt verwezen naar de Wet werk en bijstand en de Reïntegratieverordening gemeente Vught.

Artikel 2. Maximum bijdrage gemeente

  • 1.

    Het college verbindt een maximum aan de kosten die de gemeente voor haar rekening neemt in het kader van ondersteuning bij arbeidsinschakeling van een niet-uitkeringsgerechtigde of ANW-gerechtigde.

  • 2.

    Het college stelt de maximale bijdrage voor voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling vast op €4000,= per persoon per twee jaar. Dit is inclusief de vergoeding van kosten voor scholing en onkosten.

  • 3.

    Indien de kosten hoger zijn dan de in het tweede lid genoemde €4000,= dient de belanghebbende de meerkosten zelf te betalen.

Artikel 3. Voorwaarden

  • 1.

    De gemeentelijke bijdrage is alleen van toepassing als sprake is van een door het college goedgekeurd arbeidsinschakelingstraject.

  • 2.

    Het college kan besluiten de bijdrage te beëindigen indien de belanghebbende de uit het trajectplan voortvloeiende afspraken niet nakomt.

  • 3.

    Een nieuw arbeidsinschakelingstraject komt alleen in aanmerking voor een gemeentelijke bijdrage als geen sprake is van verwijtbare werkloosheid en, in de twee jaar voorafgaand aan de vraag om ondersteuning bij arbeidsinschakeling, ook geen sprake is van het verwijtbaar afbreken van een eerder door de gemeente (mede)bekostigd traject.

Artikel 4. Meerkosten

  • 1.

    Voordat een arbeidsinschakelingstraject voor een niet-uitkeringsgerechtigde of ANW-gerechtigde van start gaat zal het college de aan het traject verbonden kosten in beeld brengen en de belanghebbende informeren over het gemeentelijk beleid in deze.

  • 2.

    Indien sprake is van meerkosten kan belanghebbende besluiten af te zien van het arbeidsinschakelingstraject. Ook kan hij aangeven het traject te willen aanpassen. Aanpassing van het traject is mogelijk, mits het college hiermee instemt.

  • 3.

    Het college zal in het besluit tot toekenning van voorzieningen helder aangeven welke voorzieningen in welke mate in aanmerking komen voor een gemeentelijke bijdrage en welke niet.

  • 4.

    De gemeente is niet verantwoordelijk voor de (financiële) consequenties van eventuele meerkosten voor de klant.

Artikel 5. Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op de dag na publicatie in Het Klaverblad.

De secretaris,

mr. drs. A.P.M. ter Voert

De burgemeester,

J.de Groot

Toelichting

Algemeen

 

Deze beleidsregels zijn een uitwerking van artikel 11, lid 2 van de Reïntegratieverordening gemeente Vught. In die bepaling staat dat het college een maximumbedrag mag vaststellen als het gaat om arbeidsinschakelingstrajecten van niet-uitkeringsgerechtigden en personen met een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet. Deze bepaling is een uitwerking van het standpunt van deraad dat de gemeente het zwaartepunt dient te leggen bij de reïntegratie van personen met een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand (Notitie kaders bijstandsbeleid, 2004).

 

Artikel 1. Begrippen

 

Omdat de beleidsregels een nadere uitwerking zijn de Reïntegratieverordening, wordt verwezen naar de daarin opgenomen begripsomschrijvingen.

 

Artikel 2. Maximale bijdrage

 

De maximale bijdrage is met dit artikel vastgesteld op €4000,= per persoon voor een periode van twee jaar. Dit betekent dat door het college toegekende voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling vergoed worden tot een bedrag van €4000,= is bereikt en/of totdat de periode van twee jaar is verstreken. De periode van twee jaar is opgenomen om te voorkomen dat een trajectover een (te) lange periode wordt uitgesmeerd.

 

Artikel 3. Voorwaarden

 

Vanzelfsprekend dient een traject te voldoen aan de voorwaarden zoals die in de reïntegratieverordening zijn opgenomen. Dit houdt in dat alleenvoorzieningen worden toegekend als deze noodzakelijk zijn. Daarbij is de kortste weg naar duurzame arbeid het uitgangspunt en zijn de beleidsregels vergoeding onkosten en de beleidsregels noodzakelijke scholing onverkort van toepassing. Het traject zelf en de afspraken daarover worden vastgelegd in het trajectplan en de toekennings-beschikking. Het tweede lid geeft het college de mogelijkheid de betaling van de bijdrage te beëindigen als de gemaakte afspraken niet worden nagekomen. Het derde lid beperkt de mogelijkheid steeds opnieuw een arbeidsinschakelingstraject te starten. Ook al is ondersteuning bij arbeidsinschakeling en het toepassen van voorzieningen wellicht noodzakelijk voor de betreffende persoon, toch kan het college besluiten niet bij te dragen in de kosten van het traject. Het college kan hiertoe besluiten als belanghebbende verwijtbaar werkloos is of als eerder een traject is mislukt door toedoen van belanghebbende.

 

Artikel 4. Meerkosten

 

Dit artikel wijst op de verantwoordelijkheid van het college om de belanghebbende goed te informeren over de (financiële) consequenties van het arbeidsinschakelingstraject. Omdat bijoverschrijding van de €4000,= grens de gemeentelijke bijdrage ophoudt, is het van belang dat de kosten van het traject vooraf zo goed als mogelijk in beeld zijn gebracht. Dit kan bijvoorbeeld

aan de hand van de offerte van een betrokken reïntegratiebedrijf. Als de geraamde kosten hoger zijn dan €4000,= dan krijgt de belanghebbende dit nadrukkelijk voorgelegd. Op basis hiervan kan besloten worden af te zien van het traject, het traject door te zetten (waarbij voor belanghebbende op voorhand duidelijk moet zijn welke kosten voor eigen rekening zullen zijn), dan wel het traject aan te passen. Uiteraard is het altijd van belang dat het traject bijdraagt aan de arbeidsinschakeling. Aanpassing kan alleen met instemming van het college.

 

In de toekenningsbeschikking vermeldt het college die voorzieningen die door de gemeente worden vergoed. Daarnaast kan het college de onderdelen die wel tot het traject behoren maar niet vergoed worden, noemen. Daarbij dient zij echter uitdrukkelijk aan te geven dat deze voor rekening van de belanghebbende zijn.