Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Papendrecht

Verordening woonwagenrechten 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatiePapendrecht
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening woonwagenrechten 2010
CiteertitelVerordening woonwagenrechten 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpstaangeld standplaats woonwagen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Het heffingstijdvak loopt van 1 januari tot en met 30 juni.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 159
  2. Gemeentewet, art. 229

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201001-01-2011Nieuwe regeling

10-12-2009

PN 6-1-2010

2009/088

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening woonwagenrechten 2010

 

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    standplaats: een standplaats als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel h, van de Woningwet (Stb. 1991, 439).

  • b.

    woonwagen: een woonwagen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van de Woningwet.

  • c.

    huurovereenkomst: de overeenkomst tussen de huurder en de verhuurder van de standplaats c.a., waarin de huurbepalingen voor de standplaats zijn geregeld.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam "staangeld" wordt een recht geheven voor het hebben van een standplaats voor een woonwagen, daaronder begrepen de diensten die met de standplaats verband houden.

Artikel 3 Belastingplicht

Het recht als bedoeld in artikel 2 wordt geheven van degene die de standplaats heeft. Als degene die de standplaats heeft wordt aangemerkt de hoofdbewoner van de woonwagen. Wie als hoofdbewoner wordt aangemerkt, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

Het recht wordt geheven naar de maatstaf en het tarief, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 5 Wijze van heffing

Het recht wordt geheven bij wege van een gedagtekende kennisgeving.

Artikel 6 Heffingstijdvak

Het heffingstijdvak loopt van 1 januari tot en met 30 juni.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    Het recht als bedoeld in artikel 2 is verschuldigd bij de aanvang van het heffingstijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, dan wel de vrijstelling genoemd in artikel 9 vervalt, is het recht verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde rechten als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, dan wel de vrijstelling genoemd in artikel 9 van toepassing wordt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde rechten als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 8 Termijn van betaling

Het recht moet worden betaald in zoveel termijnen als er met inbegrip van de maand van dagtekening van de kennisgeving maanden in het heffingstijdvak overblijven. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand, die in de dagtekening van de kennisgeving is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

Artikel 9 Vrijstelling

Het recht wordt niet geheven zolang met betrekking tot de standplaats een huurovereenkomst geldt.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van het staangeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van woonwagenrechten.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeerartikel

  • 1.

    De “Verordening woonwagenrechten 2009” wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening woonwagenrechten 2010”.

 

 

TARIEVENBLAD WOONWAGENRECHTEN 2010

 

Tarieven januari tot en met juni 2010

 

 

 

Standplaats

Bouwjaar c.q.

jaar van verbetering

Berging ja/nee

Sanitair

Ja/nee

Staangeld

per jaar per standplaats

 

 

 

 

 

 

a.

Randweg 2 t/m 12

1989

Ja

Ja

€ 1.483,08

 

 

 

 

 

 

b.

Amberdreef 42 t/m 58

1986

Ja

Ja

€ 1.385,64

 

Korting in verband met onderhoud

€ 145,08

 

 

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 10 december 2009,

de griffier,

A.P.M.A.F. Bergmans

de voorzitter,

C.J.M. de Bruin