Organisatie | Rotterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit aanpassing diverse verordeningen betreffende de werkwijze van de raad en zijn leden |
Citeertitel | Besluit aanpassing diverse verordeningen betreffende de werkwijze van de raad en zijn leden |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
07-07-2006 | Onbekend | 06-07-2006 Onbekend | Onbekend |
De Raad van de gemeente Rotterdam,
Gelezen het voorstel van het presidium van 8 juni 2006, 06GR1398; raadsstuk 2006-631;
overwegende, dat het wenselijk is een aantal verordeningen betreffende de werkwijze van de raad en zijn leden aan te passen;
gelet op artikel 107e, tweede lid, van de Gemeentewet en de Organisatieverordening van de raad van de gemeente Rotterdam;
De Gedragscode gemeenteraad Rotterdam te wijzigen, als volgt
Aan Artikel II (Vertrouwelijke informatie) luidende:
‘Het raadslid verstrekt geen informatie aan derden die vertrouwelijk is dan wel kan zijn en maakt voor privé-doeleinden geen gebruik van hetgeen hem als raadslid ter kennis is gekomen.
Vragen inzake vertrouwelijke informatie kunnen door een lid aan het presidium worden voorgelegd.’
wordt de volgende passage toegevoegd:
‘Bij schending van geheimhouding kan de voorzitter van de raad dan wel het orgaan dat geheimhouding heeft opgelegd, besluiten aangifte te doen bij de politie’.
In de nieuwe Commissieverordening is het verschil vastgelegd tussen vertrouwelijke en geheime informatie. Dat onderscheid wordt in deze verordening verwerkt.
Artikel VI (Geschenken, uitnodigingen en gunsten), de laatste volzin, luidende ‘In zijn kwaliteit van raadslid onderneemt hij alleen dan reizen, werkbezoeken en dergelijke voor rekening van derden, indien het gemeentelijk belang een en ander noodzakelijk maakt.’
In zijn kwaliteit van raadslid onderneemt hij geen reizen en werkbezoeken voor rekening van derden’
De gemaakte kosten worden altijd ten laste gebracht van het beleidsveld gemeenteraad, zodat geen onduidelijkheid kan ontstaan over de financiering van dergelijke activiteiten.
De Organisatieverordening van de Raad van de gemeente Rotterdam te wijzigen als volgt.
In artikel 2:4 wordt de pasage ‘de Verordening gemeentelijke ombudsman 1992 en de Verordening rechtspositie gemeentelijke ombudsman 1996’ gewijzigd in ‘de Verordening gemeentelijke ombudsman Rotterdam 2006 en de Verordening rechtspositie gemeentelijke ombudsman en directeur Rekenkamer Rotterdam 2006’.
Artikel 2:12 wordt gewijzigd en komt te luiden:’ Het presidium draagt aan de raad een of meerdere vertegenwoordigers voor uit de raad, die de raad vertegenwoordigt/vertegenwoordigen bij de werving en selectie, de functionerings- en beoordelingsgesprekken en het overleg gericht op ontheffing uit de functie en ontslag uit gemeentedienst van functionarissen welke op grond van een wettelijk voorschrift benoemd worden door de raad, alsmede van de directeur van de Rekenkamer Rotterdam en de gemeentelijke ombudsman.
Aan de toelichting wordt onder hoofdstuk 2 (taken van het presidium) de volgende passage toegevoegd.’- voordracht aan de raad van een of meerdere vertegenwoordigers die de raad vertegenwoordigt/vertegenwoordigen bij de werving en selectie, de functionering, beoordelings- en loopbaangesprekken en het overleg gericht op ontheffing uit de functie en ontslag van de directeur van de Rekenkamer Rotterdam en de gemeentelijke ombudsman.’.
Artikel 3:11 wordt gewijzigd en komt te luiden: Voor de verrichting van uitvoerende werkzaamheden op het terrein van o.a. financieel beheer, personeelsbeheer en rechtspositie van ambtenaren en raadsleden, informatievoorziening, bibliotheekzorg en juridische dienstverlening, maakt de griffier afspraken met het hoofd van dienst van de Bestuursdienst respectievelijk het hoofd van dienst van de Servicedienst Rotterdam. In voorkomende gevallen kan de dienstverlening ook extern worden betrokken.
Artikel 3:12 wordt gewijzigd en komt te luiden: Voor dienstverlening op het terrein van huisvesting, automatisering en overige facilitaire dienstverlening maakt de griffier afspraken met het hoofd van dienst van de Bestuursdienst respectievelijk het hoofd van dienst van de Servicedienst Rotterdam. In voorkomende gevallen kan de dienstverlening ook extern worden betrokken.
Aan de Instructie voor de griffier wordt een (nieuw) artikel 7a toegevoegd, dat luidt als volgt:
Artikel 7a Instructie behorend bij het Mandaatbesluit raadsbevoegdheden 2006
Iedere gemandateerde stelt een register op waarin de ondermandaten zijn opgenomen en stuurt een exemplaar naar de Bestuursdienst, directie Algemene Zaken, afdeling Bestuurlijk Juridische Zaken (BSD/AZ/BJZ).
Bij het Mandaatbesluit is een algemene toelichting opgenomen. Met deze bepaling wordt een aantal specifieke instructies voor de gemandateerde opgenomen die logischerwijs thuishoren in de al bestaande algemene Instructie voor de griffier