Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rijswijk

Bouwverordening

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRijswijk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBouwverordening
CiteertitelBouwverordening
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening vervangt de voorgaande Bouwverordening uit 2010. Deze verordening werkt terug tot 1 april 2012.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Woningwet, art. 8
  2. Bouwbesluit 2012
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-12-202203-07-2021hoofdstuk 1, 2, 7, 10, artikel 1.1, 1.2, 2.1.5, 2.4.1, 2.4.2, 2.5.2, 2.5.5, 2.5.6, 2.5.7, 2.5.8, 2.5.9, 2.5.10, 2.5.11, 2.5.12, 2.5.13, 2.5.14, 2.5.15, 2.5.16, 2.5.17, 2.5.18, 2.5.19, 2.5.20, 2.5.21, 2.5.22, 2.5.23, 2.5.24, 2.5.25, 2.5.26, 2.5.27, 2.5.28, 2.5.29, 2.5.30, 7.3.1, 10.6, bijlage 9

20-12-2022

gmb-2022-576542

22.079814
24-06-201201-04-201230-12-2022nieuwe regeling

12-06-2012

Groot Rijswijk 21-06-2012

12-015

Tekst van de regeling

Intitulé

Bouwverordening

De gemeenteraad van Rijswijk,

bijeen in openbare vergadering op 12 juni 2012

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van Rijswijk

d.d. 17 april 2012 , nr. 12-015

Gelet op artikel 8 Woningwet en het Bouwbesluit 2012;

Besluit vast te stellen de volgende verordening:

 

Bouwverordening

HOOFDSTUK 1.

INLEIDENDE BEPALINGEN

Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen

[vervallen]

Artikel 1.2 Indeling van het gebied van de gemeente

[vervallen]

HOOFDSTUK 2 DE AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING VOOR HET BOUWEN
Paragraaf 1. Gegevens en bescheiden

Artikel 2.1.1 Aanvraag bouwvergunning

[vervallen]

Artikel 2.1.2 In de aanvraag op te nemen gegevens

[vervallen]

Artikel 2.1.3 Bij de aanvraag in te dienen bescheiden

[vervallen]

Artikel 2.1.4 Gegevens met betrekking tot het coördineren van vergunningaanvragen

[vervallen]

Artikel 2.1.5 Bodemonderzoek

[vervallen]

Artikel 2.1.6 Overige gegevens en bescheiden behorende bij de aanvraag om bouwverguning

[vervallen]

Artikel 2.1.7 Bouwregistratie

[vervallen]

Artikel 2.1.8 Bijzondere bepalingen omtrent de aanvraag om bouwvergunning woonwagens en standplaatsen

[vervallen]

Paragraaf 2. Behandeling van de aanvraag om bouwvergunning

Artikel 2.2.1 Ontvangst van de aanvraag

[vervallen]

Artikel 2.2.2 Samenloop met vrijstelling ruimtelijke ordening

[vervallen]

Artikel 2.2.3 Bekendmaking van termijnen

[vervallen]

Artikel 2.2.4 In behandeling nemen en fasering bouwvergunningverlening

[vervallen]

Artikel 2.2.5 In behandeling nemen en bodemonderzoek

[vervallen]

Artikel 2.2.6 Kennisgeving van rechtswege verleende bouwvergunning

[vervallen]

Paragraaf 3. Welstandtoetsing

Artikel 2.3.1 Welstandscriteria

[vervallen]

Paragraaf 4. Het tegengaan van bouwen op verontreinigde grond

Artikel 2.4.1 Verbod tot bouwen op verontreinigde grond

[vervallen]

Artikel 2.4.2 Voorwaarden omgevingsvergunning voor het bouwen

[vervallen]

Paragraaf 5. Voorschriften van stedenbouwkundige aard en bereikbaarheidseisen

Artikel 2.5.1 Richtlijnen voor de verlening van ontheffing van de stedenbouwkundige bepalingen

[vervallen]

Artikel 2.5.2 Anticumulatiebepaling

[vervallen]

Artikel 2.5.3 Bereikbaarheid van bouwwerken voor wegverkeer. Brandblusvoorzieningen

[vervallen]

Artikel 2.5.3A Brandweeringang

[vervallen]

Artikel 2.5.4 Bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten

[vervallen]

Artikel 2.5.5 Ligging van de voorgevelrooilijn

[vervallen]

Artikel 2.5.6 Verbod tot bouwen met overschrijding van de voorgevelrooilijn

[vervallen]

Artikel 2.5.7 Toegelaten overschrijding van de voorgevelrooilijn

[vervallen]

Artikel 2.5.8 Vergunningverlening in afwijking van het verbod totoverschrijding van de voorgevelrooilijn

[vervallen]

Artikel 2.5.9 Bouwen op de weg

[vervallen]

Artikel 2.5.10 Plaatsing van de voorgevel ten opzichte van de voorgevelrooilijn. Afschuining van straathoeken

[vervallen]

Artikel 2.5.11 Ligging van de achtergevelrooilijn

[vervallen]

Artikel 2.5.12 Verbod tot bouwen met overschrijding van de achtergevelrooilijn

[vervallen]

Artikel 2.5.13 Toegelaten overschrijding van de achtergevelrooilijn

[vervallen]

Artikel 2.5.14 Vergunningverlening in afwijking van het verbod tot overschrijding van de achtergevelrooilijn

[vervallen]

Artikel 2.5.15 Erf bij woningen en woongebouwen

[vervallen]

Artikel 2.5.16 Erf bij overige gebouwen

[vervallen]

Artikel 2.5.17 Ruimte tussen bouwwerken

[vervallen]

Artikel 2.5.18 Erf- en terreinafscheidingen

[vervallen]

Artikel 2.5.19 Bouwen nabij bovengrondse hoogspanningslijnen en ondergrondse hoofdtransportleidingen

[vervallen]

Artikel 2.5.20  Toegelaten hoogte in de voorgevelrooilijn

[vervallen]

Artikel 2.5.21 Toegelaten hoogte in de achtergevelrooilijn

[vervallen]

Artikel 2.5.22 Toegelaten hoogte van zijgevels tegenover een achtergevel rooilijn

[vervallen]

Artikel 2.5.23 Toegelaten hoogte tussen voor- en achtergevelrooilijnen

[vervallen]

Artikel 2.5.24 Grootste toegelaten hoogte van bouwwerken

[vervallen]

Artikel 2.5.25 Hoogte van bouwwerken op niet aan een weg grenzende terreinen

[vervallen]

Artikel 2.5.26 Wijze van meten van de hoogte van bouwwerken

[vervallen]

Artikel 2.5.27 Toegelaten afwijkingen van de toegelaten bouwhoogte

[vervallen]

Artikel 2.5.28 Vergunningverlening in afwijking van het verbod tot overschrijding van de toegelaten bouwhoogte

[vervallen]

Artikel 2.5.29 Vergunningverlening in afwijking van het verbod tot overschrijding van de rooilijnen en van de toegelaten bouwhoogte in geval van voorbereiding van nieuw ruimtelijk beleid

[vervallen]

Artikel 2.5.30 Parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden bijof in gebouwen

[vervallen]

Paragraaf 6 Voorschriften inzake brandveiligheidinstallaties en vluchtrouteaanduidingen

Artikel 2.6.1 Beginsel inzake brandmeldinstallaties

[vervallen]

Artikel 2.6.2. Aanwezigheid van brandmeldinstallaties

[vervallen]

Artikel 2.6.3. Omvang van de bewaking door brandmeldinstallaties

[vervallen]

Artikel 2.6.4. Kwaliteit van brandmeldinstallaties

[vervallen]

Artikel 2.6.5. Beginsel inzake ontruimingsalarminstallaties

[vervallen]

Artikel 2.6.6. Aanwezigheid van ontruimingsalarminstallaties

[vervallen]

Artikel 2.6.7. Kwaliteit van ontruimingsalarminstallaties

[vervallen]

Artikel 2.6.8. Beginsel inzake vluchtrouteaanduidingen

[vervallen]

Artikel 2.6.9. Aanwezigheid van vluchtrouteaanduidingen

[vervallen]

Artikel 2.6.10. Kwaliteit van vluchtrouteaanduidingen

[vervallen]

Artikel 2.6.11. Gelijkwaardigheid

[vervallen]

Artikel 2.6.12. Communicatiesysteem voor publieke hulpverleningsdiensten

[vervallen]

Paragraaf 7 Aansluitplicht op de nutsvoorzieningen

Artikel 2.7.1. Eis tot aansluiting aan de waterleiding

[vervallen]

Artikel 2.7.2. Eis tot aansluiting aan het elektriciteitsnet

[vervallen]

Artikel 2.7.3. Eis tot aansluiting aan het aardgasnet

[vervallen]

Artikel 2.7.4. Eis tot aansluiting aan de openbare riolering

[vervallen]

Artikel 2.7.5. Aansluiting anders dan aan de openbare riolering

[vervallen]

Artikel 2.7.6. Kwaliteit en dimensionering van de buitenrioleringop erven en terreinen

[vervallen]

Artikel 2.7.7. Wijze van meten van de afstand tot de leidingen van het openbare net van de nutsvoorzieningen

[vervallen]

Hoofdstuk 3 DE MELDING

Artikel 3.1 De wijze van melden

[vervallen]

Artikel 3.2 Welstandscriteria

[vervallen]

Hoofdstuk 4 PLICHTEN TIJDENS EN BIJ VOLTOOIING VAN DE BOUW EN BIJ INGEBRUIKNEMING VAN EEN BOUWWERK

Artikel 4.1 Intrekking bouwvergunning bij niet-tijdige start of tussentijdse staking van bouwwerkzaamheden

[vervallen]

Artikel 4.2 Op het bouwterrein verplicht aanwezige bescheiden

[vervallen]

Artikel 4.3 Wijzigingen in gegevens bouwregistratie

[vervallen]

Artikel 4.4 Het uitzetten van de bouw

[vervallen]

Artikel 4.5 Kennisgeving aan het bouwtoezicht van start van (onderdelen van) de bouwwerkzaamheden

[vervallen]

Artikel 4.6 Opmetingen, ontgravingen, opbrekingen en onderzoekingen

[vervallen]

Artikel 4.7 Bemalen van bouwputten

[vervallen]

Artikel 4.8 Veiligheid op het bouwterrein

[vervallen]

Artikel 4.9  Afscheiding van het bouwterrein

[vervallen]

Artikel 4.10 Veiligheid van hulpmiddelen en het voorkomen van hinder

[vervallen]

Artikel 4.11 Bouwafval

[vervallen]

Artikel 4.12 Gereedmelding van (onderdelen van) de bouwwerkzaamheden

[vervallen]

Artikel 4.13 Melden van het werken bij lage temperaturen

[vervallen]

Artikel 4.14 Verbod tot ingebruikneming

[vervallen]

Hoofdstuk 5 STAAT VAN OPEN ERVEN EN TERREINEN, AANSLUITING OP DE NUTSVOORZIENINGEN EN HET WEREN VAN SCHADELIJK EN HINDERLIJK GEDIERTE

Paragraaf 1 Staat van open erven en terreinen

Artikel 5.1.1 Staat van onderhoud van open erven en terreinen

[vervallen]

Artikel 5.1.2 Bereikbaarheid van gebouwen voor wegverkeer.Brandblusvoorzieningen.

[vervallen]

Artikel 5.1.3 Bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten

[vervallen]

Paragraaf 2 Staat van brandveiligheidsinstallaties en vluchtrouteaanduidingen

Artikel 5.2.1 Voorschriften inzake brandveiligheidinstallaties en                              vluchtrouteaanduidingen

[vervallen]

Artikel 5.2.2 Aanwezigheid van brandveiligheidinstallaties in gebouwen, niet zijnde woningen, woongebouwen, logiesverblijven, logiesgebouwen of kantoorgebouwen

[vervallen]

Artikel 5.2.3 Aanwezigheid van brandveiligheidinstallaties in woongebouwen van bijzondere aard

[vervallen]

Artikel 5.2.4 Aanwezigheid van brandveiligheidinstallaties in logiesverblijven en logiesgebouwen

[vervallen]

Artikel 5.2.5 Aanwezigheid van brandveiligheidinstallaties in kantoorgebouwen

[vervallen]

Paragraaf 3 Aansluiting op de nutsvoorzieningen

Artikel 5.3.1 Eis tot aansluiting aan de waterleiding

[vervallen]

Artikel 5.3.2 Eis tot aansluiting aan het elektriciteitsnet

[vervallen]

Artikel 5.3.3 Eis tot aansluiting aan het aardgasnet

[vervallen]

Artikel 5.3.4 Eis tot aansluiting aan de openbare riolering

[vervallen]

Artikel 5.3.5 Aansluiting anders dan aan de openbare riolering

[vervallen]

Artikel 5.3.6 Kwaliteit en dimensionering van de buitenriolering op erven en terreinen

[vervallen]

Artikel 5.3.7 Wijze van meten van de afstand tot de leidingen van het openbare net van de nutsvoorzieningen

[vervallen]

Hoofdstuk 6 BRANDVEILIG GEBRUIK

[vervallen]

Hoofdstuk 6a GESCHIKTHEIDSVERKLARING EN GEBRUIKSEISEN PROSTITUTIEBEDRIJVEN

[vervallen]

Hoofdstuk 7 OVERIGE GEBRUIKSBEPALINGEN

Paragraaf 1 Overbevolking

Artikel 7.1.1 Overbevolking van woningen

[vervallen]

Artikel 7.1.2 Overbevolking van woonwagens

[vervallen]

Paragraaf 2 Staken van het gebruik

Artikel 7.2.1 Verbod tot gebruik bij bouwvalligheid

[vervallen]

Artikel 7.2.2 Staken van gebruik wegens gebrek aan veiligheid enhygiëne

[vervallen]

Artikel 7.2.3 Staken van het gebruik van een woonwagen

[vervallen]

Paragraaf 3 Gebruik van bouwwerken, open erven en terreinen

Artikel 7.3.1 Bepaling aantal personen nachtverblijf

[vervallen]

Artikel 7.3.2 Hinder

[vervallen]

Paragraaf 4 Het weren van schadelijk of hinderlijk gedierte. Reinheid

Artikel 7.4.1 Preventie

[vervallen]

Paragraaf 5 Watergebruik

Artikel 7.5.1 Verboden gebruik van water

[vervallen]

Paragraaf 6 Installaties

Artikel 7.6.1 Gebruiksgereed houden van installaties

[vervallen]

Hoofdstuk 8 SLOPEN

Paragraaf 1 Omgevingsvergunning voor het slopen

Artikel 8.1.1 Omgevingsvergunning voor het slopen

[vervallen]

Artikel 8.1.2 Aanvraag sloopvergunning

[vervallen]

Artikel 8.1.3 In behandeling nemen

[vervallen]

Artikel 8.1.4 Termijn van beslissing

[vervallen]

Artikel 8.1.5 Samenloop van slopen en bouwen

[vervallen]

Artikel 8.1.6 Weigeren omgevingsvergunning voor het slopen

[vervallen]

Artikel 8.1.7 Intrekking omgevingsvergunning voor het slopen

[vervallen]

Artikel 8.1.8  

[vervallen]

Paragraaf 2 Uitzonderingen op vereiste van een omgevingsvergunning voor het slopen

Artikel 8.2.1 Sloopmelding

[vervallen]

Artikel 8.2.2 Overige uitzonderingen op het vereiste van een omgevingsvergunning voor het slopen

[vervallen]

Paragraaf 3 Verplichtingen tijdens het slopen

Artikel 8.3.1 Veiligheid op het sloopterrein

[vervallen]

Artikel 8.3.2 Op het sloopterrein verplicht aanwezige bescheiden

[vervallen]

Artikel 8.3.3 Plichten van de houder van de omgevingsvergunning voor het slopen

[vervallen]

Artikel 8.3.4 Plichten van degene die sloopt

[vervallen]

Artikel 8.3.5 Wijze van slopen, verpakken en opslaan van asbest

[vervallen]

Artikel 8.3.6 Plichten ten aanzien van de sloop van tuinbouwkassen

[vervallen]

Paragraaf 4 Vrij slopen

Artikel 8.4.1 Sloopafval algemeen

[vervallen]

Hoofdstuk 9 BEPALINGEN REGELENDE DE TAAK, DE SAMENSTELLING EN DE WERKWIJZE VAN DE WELSTANDS- EN MONUMENTENCOMMISSIE RIJSWIJK (WMR)

Artikel 9.1 Taak

  • 1.

    De Welstands- en Monumentencommissie Rijswijk (WMR) adviseert gevraagd en ongevraagd over de welstandsaspecten van aanvragen voor een omgevingsvergunning voor het bouwen.

  • 2.

    De WMR baseert haar advies op de in de gemeentelijke Welstandsnota genoemde welstandscriteria.

  • 3.

    Over planologische maatregelen, waarbij gemeentelijke- en/of rijksmonumenten, gemeentelijke beschermde stad- of dorpsgezichten, gemeentelijk beschermde archeologische terreinen, beeldbepalende panden als bedoeld in de Monumentenverordening Rijswijk 2008 en de Subsidieverordening Instandhouding gemeentelijke monumenten 2008 zijn betrokken, dient de WMR om advies te worden gevraagd.

  • 4.

    De WMR brengt advies uit inzake alle aangelegenheden, waarover burgemeester en wethouders haar oordeel vragen.

Artikel 9.2 Samenstelling

  • 1.

    De WMR bestaat uit minimaal drie en maximaal negen leden, inclusief de voorzitter.

  • 2.

    In de WMR dienen in ieder geval de volgende deskundigheden vertegenwoordigd te zijn:

     

    • 1.

      stedenbouw

    • 2.

      architectuur

    • 3.

      bouwhistorie / architectuurhistorie

    • 4.

      landschaps- en tuinarchitectuur

    • 5.

      restauratiearchitectuur

    • 6.

      cultuurhistorie Rijswijk

     Van de leden wordt verwacht dat zij betrokken zijn bij het inhoudelijke werk van de WMR en dat zij prestaties hebben geleverd in het kader van de taakstelling van de WMR. De leden worden geacht kennis te hebben, dan wel te verwerven, van de ontstaansgeschiedenis van Rijswijk, de ruimtelijke opbouw, alsmede de monumentale en architectonische waarden. Van de voorzitter van de WMR wordt verwacht dat hij/zij waar mogelijk het integrale karakter van de WMR aantoonbaar tot uiting laat komen.

  • 3.

    De WMR wordt bijgestaan door een ambtelijk secretaris die door burgemeester en wethouders wordt aangewezen. De ambtelijk secretaris is geen lid van de WMR en heeft geen stemrecht.

  • 4.

    De WMR en haar voorzitter zijn bevoegd om zich in de werkzaamheden te laten bijstaan door ambtenaren, adviseurs en / of deskundigen. Dit kunnen onder andere zijn deskundigheid op het gebied van geologie, historische geografie en / of archeologie. Toestemming van burgemeester en wethouders is nodig indien aan het horen of inschakelen van deskundigen kosten voor de gemeente zijn verbonden.

Artikel 9.3 Benoeming, zittingsduur en ontslag

  • 1.

    De voorzitter en de leden van de WMR, alsmede hun plaatsvervangers worden op voorstel van de burgemeester en wethouders benoemd en ontslagen door de gemeenteraad.

  • 2.

    De leden van de WMR kunnen ten hoogste voor een termijn van drie jaar worden benoemd. Zij kunnen eenmaal worden herbenoemd voor een periode van ten hoogste drie jaar.

  • 3.

    De WMR doet aan burgemeester en wethouders een voorstel om voor een periode van drie jaar uit haar midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter te benoemen. Zij kunnen eenmaal worden herbenoemd voor een periode van ten hoogste drie jaar.

  • 4.

    De voorzitter van de WMR, alsmede een wisselend lid van de WMR nemen op verzoek van de voorzitter van de Stuurgroep Planologie als adviseurs deel aan de vergaderingen van de Stuurgroep Planologie.

  • 5.

    Een lid kan ontslag nemen door schriftelijke kennisgeving aan burgemeester en wethouders. Hij blijft zo mogelijk zijn functie uitoefenen totdat in de opvolging is voorzien.

     

  • 6.

    Wanneer burgemeester en wethouders constateren dat een lid zijn of haar taak niet of niet naar behoren vervult, kunnen zij de gemeenteraad voorstellen dit lid te ontslaan als lid van de WMR.

  • 7.

    In de WMR kunnen geen leden worden benoemd die collegelid, raadslid of ambtenaar bij de gemeente Rijswijk zijn.

  • 8.

    In de WMR worden geen personen benoemd die een dusdanige relatie met de gemeente Rijswijk hebben, dat aan hun onafhankelijkheid kan worden getwijfeld. In algemene zin is een bestuurlijke of zakelijke relatie ongewenst.

Artikel 9.4 Vergaderingen

  • 1.

    De WMR vergadert ten minste 1 maal per 14 dagen of zo dikwijls als burgemeester en wethouders, dan wel de voorzitter dit nodig oordelen. Een vergadering kan ook worden belegd als ten minste drie leden schriftelijk en onder opgaaf van redenen hierom hebben verzocht.

  • 2.

    De vergaderingen zijn openbaar tenzij de WMR beslist dat deze in beslotenheid dient plaats te vinden.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders en de gemeentesecretaris kunnen de besloten vergaderingen als toehoorder bijwonen.

  • 4.

    De ambtelijk secretaris van de WMR belegt de vergaderingen en zorgt dat de agenda, spoedeisende gevallen uitgezonderd, ten minste drie dagen van te voren wordt verzonden tezamen met voor een goede beoordeling noodzakelijke tekeningen, foto’s en verklarende teksten, alsmede het verslag van de vorige vergadering.

  • 5.

    Bij verhindering van de voorzitter wordt deze vervangen door de plaatsvervangende voorzitter. Wanneer ook de plaatsvervangende voorzitter is verhinderd wijst de WMR tijdens de vergadering van de WMR een lid als voorzitter aan.

  • 6.

    De vergadering wordt niet gehouden als niet ten minste drie leden ter vergadering aanwezig zijn.

  • 7.

    Als ten gevolge van het onder lid 6 gestelde een vergadering geen doorgang kan vinden, wordt zo snel mogelijk, maar uiterlijk binnen zeven werkdagen, een vergadering belegd waarop het vereiste aantal leden aanwezig kan zijn.

  • 8.

    Besluiten worden genomen bij meerderheid van stemmen. Bij staking van de stemmen neemt de voorzitter een gemotiveerde beslissing, waarbij het advies van alle partijen wordt meegewogen. Adviezen worden met redenen omkleed en zowel door de voorzitter als door de secretaris ondertekend.

  • 9.

    Op voorstel van de voorzitter kan de besluitvorming over zaken plaatsvinden door toezending van een voorstel aan de leden, die daarover schriftelijk hun mening kenbaar kunnen maken.

  • 10.

    De voorzitter kan, betreffende in een besloten vergadering behandelde onderwerpen en de inhoud van de stukken die aan de WMR worden overlegd, op verzoek van burgemeester en wethouders, geheimhouding opleggen. Geheimhouding wordt, zowel door de leden die bij de behandeling aanwezig waren als de ingevolge artikel 2 lid 4 aanwezigen, in acht genomen tot de WMR of de voorzitter de geheimhouding opheft.

Artikel 9.5 Werkwijze

  • 1.

    De WMR brengt het advies over de aanvraag om een omgevingsvergunning voor het bouwen uit binnen vier weken nadat door of namens het bevoegd gezag daarom is verzocht.

  • 2.

    De WMR brengt het advies over de aanvraag om een omgevingsvergunning voor het bouwen, indien deze vergunning betrekking heeft op een deel van een project of een gefaseerde aanvraag betreft uit binnen drie weken nadat door of namens het bevoegd gezag daarom is verzocht.

  • 3.

    Het bevoegd gezag kan in het verzoek om advies de WMR een langere termijn dan genoemd in de bovengenoemde leden van dit artikel geven voor het uitbrengen van het welstandsadvies. Een langere termijn kan door het bevoegd gezag worden gegeven indien de termijn van afdoening van de aanvraag is verlengd met toepassing van artikel 3.9, tweede lid van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

  • 4.

    De aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen heeft het recht om zijn aanvraag in een vergadering van de WMR toe te lichten dan wel toe te laten lichten.

  • 5.

    Als een bouwplan naar mening van de WMR niet voldoet aan ‘redelijke eisen van welstand’ of niet voldoet aan de eisen gesteld in de Monumentenwet 1988 of de MonumentenverordeningRijswijk 2008, wordt dit in een schriftelijk advies aan burgemeester en wethouders gemotiveerd. De aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen ontvangt een afschrift van dit advies. De WMR stelt de aanvrager in de gelegenheid het plan zodanig te wijzigen of aan te passen, dat het bouwplan wel voldoet. Als de WMR het voor een juiste vervulling van haar taak wenselijk acht, kan zij een aanvrager uitnodigen om in een vergadering van de WMR het bouwplan nader toe te lichten. Als de aanvrager binnen door de WMR termijn van deze gelegenheid geen gebruik wil of kan maken brengt de WMR advies uit zonder aanvrager gehoord te hebben.

  • 6.

    Het advies wordt gevoegd bij de omgevingsvergunning voor het bouwen.

  • 7.

    Als de WMR een bouwplan bespreekt waarbij een lid betrokken is, neemt dit lid geen deel aan de beraadslagingen en heeft geen stem bij de beoordeling van het bouwplan.

Artikel 9.6 Verslaglegging

  • 1.

    De ambtelijk secretaris stelt aan de hand van tijdens de vergadering gemaakte notulen een verslag op waarin eventuele toelichtingen op een bouwplan en de beraadslagingen op bondige en zakelijke wijze zijn samengevat. Het verslag van de beraadslagingen van de WMR kan worden opgevat als de motivering behorend bij het positieve of negatieve welstands- of monumentenadvies.

  • 2.

    Het verslag wordt in de eerstvolgende vergadering van de WMR vastgesteld en door de voorzitter en de ambtelijk secretaris ondertekend.

  • 3.

    De ambtelijk secretaris stelt het bevoegd gezag in kennis van de uitgebrachte adviezen.

Artikel 9.7 Afdoening onder verantwoordelijkheid

  • 1.

    De WMR kan de advisering over een aanvraag om advies, in afwijking van artikel 9.4, onder verantwoordelijkheid van de WMR overlaten aan een of meerdere daartoe aangewezen leden. Het aangewezen lid of de aangewezen leden adviseren over bouwplannen waarvan volgens hen het oordeel van de WMR als bekend mag worden verondersteld.

  • 2.

    In geval van twijfel wordt het bouwplan alsnog voorgelegd aan de WMR.

Artikel 9.8 Jaarverslag

  • 1.

    De WMR stelt jaarlijks een verslag op van haar werkzaamheden voor de gemeenteraad, waarin ten minste aan de orde komt:

    • op welke wijze toepassing is gegeven aan de welstandscriteria uit de Welstandsnota;

    • de werkwijze van de WMR;

    • op welke wijze uitwerking is gegeven aan de openbaarheid van vergaderen;

    • de aard van de beoordeelde plannen;

    • de bijzondere projecten.

  • 2.

    De WMR kan in haar jaarverslag aanbevelingen doen ten aanzien van het gemeentelijk ruimtelijk kwaliteitsbeleid in het algemeen en de aanpassing van de gemeentelijke Welstandsnota in het bijzonder.

Artikel 9.9 Vergoedingen

  • 1.

    De leden van de WMR ontvangen voor hun werkzaamheden een honorarium dat door burgemeester en wethouders wordt vastgesteld.

  • 2.

    Dit honorarium kan jaarlijks worden aangepast, bijvoorbeeld op basis van de indexering van de salarissen voor gemeentelijk overheidspersoneel.

Hoofdstuk 10 OVERIGE ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN

Artikel 10.1 De aanvraag om woonvergunning

[vervallen]

Artikel 10.2 De aanvraag om vergunning tot hergebruik van een ontruimde onbewoonbaar verklaarde woning of woonwagen

[vervallen]

Artikel 10.3 Overdragen vergunningen

[vervallen]

Artikel 10.4 Overdragen mededeling

[vervallen]

Artikel 10.5 Het kenteken voor onbewoonbaar verklaarde woningen en woonwagens alsmede onbruikbaar verklaarde standplaatsen

[vervallen]

Artikel 10.6 Herziening en vervanging van aangewezen normen en andere voorschriften

[vervallen]

Hoofdstuk 11 HANDHAVING

Artikel 11.1 Stilleggen van de bouw

[vervallen]

Artikel 11.2 Overtreding van het verbod tot ingebruikneming

[vervallen]

Artikel 11.3 Stilleggen van het slopen

[vervallen]

Hoofdstuk 12 STRAF-, OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 12.1 Strafbare feiten

[vervallen]

Artikel 12.2 Overgangsbepaling bodemonderzoek

[vervallen]

Artikel 12.3 Overgangsbepaling met betrekking tot de staat van open erven en terreinen

[vervallen]

Artikel 12.4 Overgangsbepaling (aanvragen om) gebruiksvergunning

[vervallen]

Artikel 12.5 Overgangsbepaling sloopmelding

[vervallen]

Artikel 12.6 Slotbepaling

  • 1.

    Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 april 2012.

  • 2.

    Bij de inwerkingtreding van deze verordening vervalt de bouwverordening, vastgesteld bij raadsbesluit van 22 september 1992, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 15 juni 2010.

  • 3.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Bouwverordening".

 

Aldus besloten door de Raad van de Gemeente Rijswijk, in zijn openbare vergadering van 12 juni 2012.

 

de waarnemend griffier,                                                  de voorzitter,

 

 

 

 

J.A. Massaar bpa                                                          N.J. van Dam RA

Bijlagen

Bijlage 1 Bijlage als bedoeld in de artikelen 2.1.1 en 3.1. Gegevens en bescheiden aanvraag bouwvergunning.

[vervallen]

Bijlage 2 Bijlage behorende bij artikel 6.1.2. Gegevens en bescheiden aanvraag gebruiksvergunning.

[vervallen]

Bijlage 3 Gebruikseisen voor bouwwerken

[vervallen]

Bijlage 4 Gebruikseisen voor bouwwerken met uitzondering van de niet-gemeenschappelijke ruimten in woonfuncties

[vervallen]

Bijlage 5 Opslag brandgevaarlijke stoffen

[vervallen]

Bijlage 6 Opslag brandgevaarlijke stoffen

[vervallen]

Bijlage 7 Bijlage als bedoeld in artikel 2.7.6. Kwaliteitseisen voor buizen en hulpstukken van de buitenriolering op erven en terreinen.

[vervallen]

Bijlage 8 Checklist voor de visuele inspectie van woningen en daarmee vergelijkbare bouwwerken op de aanwezigheid van asbest

[vervallen]

Bijlage 9 Reglement van orde van de welstandscommissie

[vervallen]

Bijlage 10 Tabel 2.6.1 behorende bij artikel 2.6.1 (brandmeldinstallaties)

[vervallen]

Bijlage 11 Tabel 2.6.5 behorende bij artikel 2.6.5 (ontruimingsinstallaties)

[vervallen]

Bijlage 12 Tabel 2.6.5 behorende bij artikel 2.6.5 (ontruimingsinstallaties)

[vervallen]