Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Alkmaar

Verordening cliëntenparticipatie beleid voor mensen met een beperking

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAlkmaar
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening cliëntenparticipatie beleid voor mensen met een beperking
CiteertitelVerordening cliëntenparticipatie beleid voor mensen met een beperking
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet maatschappelijke ondersteuning 

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-04-2008nieuwe regeling

06-03-2008

Onbekend.

Onbekend.

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie beleid voor mensen met een beperking

 

 

Artikel 1 Begrippen

  • 1.

    Agenda 22: Een op de 22 Standaardregels van de Verenigde Naties gebaseerde strategie of methode voor het maken van beleidsplannen voor mensen met een beperking.

  • 2.

    Cliëntenparticipatie: beleid voor mensen met een beperking: de gestructureerde wijze waarop het college de organisaties van belanghebbenden betrekt in de beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijk beleid voor mensen met een beperking inclusief de uitvoering van de individuele Wmo-voorzieningen (hulp bij het huishouden en de voorzieningen voor mensen met een beperking) .

  • 3.

    Persoon met beperkingen: een persoon die ten gevolge van ziekte of gebrek, inclusief chronische psychische en psychosociale problemen, beperkingen ondervindt bij het uitvoeren van activiteiten op het gebied van het voeren van het huishouden, bij het normale gebruik van de woning, bij het verplaatsen in en om de woning, bij het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel of bij het ontmoeten van medemensen en het op basis daarvan aangaan van sociale verbanden

  • 4.

    Gemeentelijk beleid voor mensen met een beperking: de samenhangende wijze waarop het college, in al haar beleid en verantwoordelijkheden, werkt aan de verbetering van de mogelijkheden tot gelijkwaardige maatschappelijke deelname van alle personen met een functiebeperking of chronische ziekte.

  • 5.

    Platform: de in deze gemeente actief zijnde cliëntorganisaties van mensen met een functiebeperking of chronische ziekte die bij de stichting Cliënten Platform WMO-Alkmaar zijn aangesloten.

  • 6.

Artikel 2 Doelstelling

  • 1.

    De cliëntenparticipatie heeft als oogmerk te bewerkstelligen dat belanghebbenden bij het gemeentelijk beleid voor mensen met een beperking vanuit een onafhankelijke positie zo optimaal mogelijk betrokken zijn bij de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het (mede) voor hen gevoerde gemeentelijk beleid.

  • 2.

    Op die wijze bij te dragen aan de totstandkoming of verbetering van het gemeentelijk beleid voor mensen met een beperking, gericht op het realiseren van volwaardig burgerschap en op het bieden van gelijke mogelijkheden aan mensen met beperkingen.

Artikel 3 Uitgangspunt

De standaardregels van Agenda 22 worden als uitgangspunt genomen voor beleidsontwikkeling, althans voor zover deze binnen de gemeentelijke invloedsfeer liggen.

Artikel 4 Beleidsterreinen

In het kader van de cliëntenparticipatie wordt het platform betrokken bij het gemeentelijke beleid voor mensen met een beperking met betrekking tot beleidsvoorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie

  • 1.

    van voornemens van het college gericht op het brengen van samenhang in het beleid op verschillende terreinen ten behoeve van mensen met verschillende functiebeperkingen en/of chronische ziekten.

  • 2.

    op alle terreinen (in zoverre) dat invloed heeft op de mogelijkheden voor mensen met een functiebeperking en/of chronische ziekte, waaronder:

    • -

      algemeen bestuurlijke bevoegdheden en burgerzaken;

    • -

      onderwijs, media, cultuur, sport, openluchtrecreatie en toerisme;

    • -

      sociale zaken en werkgelegenheid;

    • -

      welzijn en volksgezondheid;

    • -

      openbare orde en veiligheid;

    • -

      ruimtelijke ordening en groen, verkeer en vervoer;

    • -

      volkshuisvesting en bouwzaken;

    • -

      personeel en organisatie;

    • -

      milieu.

  • 3.

    van het gemeentelijk beleid met betrekking tot de individuele Wmo-voorzieningen. Hieronder vallen ook de uitvoeringsregels met betrekking tot de verstrekking, de afspraken met zorgaanbieders (leveranciers van rolstoelen en andere individuele voorzieningen, hulp bij het huishouden, uitvoerders van vervoer en andere diensten, woningcorporaties en indicatiestellers.

Artikel 5 Werkwijze

  • 1.

    In het kader van cliëntenparticipatie vraagt het college het platform om advies. Het platform is ook gerechtigd uit eigen beweging advies uit te brengen aan het college.

  • 2.

    Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit. Dit houdt in:

    • -

      bij nieuw beleid wordt het platform in ieder geval betrokken bij het vaststellen van de hoofdlijnen van beleid;

    • -

      bij evaluatie wordt het platform in ieder geval betrokken bij het vaststellen van de vragen die ten grondslag liggen aan de evaluatie.

  • 3.

    Indien daar aanleiding toe bestaat vindt bij de aanbieding van een advies overleg van het platform met het college plaats.

  • 4.

    In het geval het college afwijkt van een advies van het platform, wordt gemotiveerd aangegeven waarom dat het geval is.

  • 5.

    Het college wijst een vaste contactambtenaar aan als aanspreekpunt en voor de communicatie met het platform.

  • 6.

    Tussen de verantwoordelijk wethouder en het platform vindt in ieder geval tweemaal per jaar een overleg plaats.

  • 7.

    Daarnaast vindt minimaal tweemaal per jaar een overleg plaats tussen de contactambtenaar en vertegenwoordigers van het platform.

  • 8.

    Het platform dient adviesaanvragen van het college gemotiveerd te beantwoorden. Voor de beantwoording krijgt het platform ten minste drie weken de tijd. Van overleg en afspraken met het platform doet het college binnen vier weken schriftelijke rapportage aan het platform.

  • 9.

    Het college draagt zorg voor het verstrekken van de nodige informatie aan het platform ten behoeve van het naar behoren functioneren van het platform. Het betreft hier alle informatie die noodzakelijk is om beleid en uitvoering te begrijpen en om ontwikkelingen en wijzigingen te kunnen volgen.

Artikel 6 Faciliteiten

  • 1.

    Het college stelt voor het platform financiële middelen ter beschikking voor het uitoefenen van haar taak.

  • 2.

    Deze middelen worden zodanig ter beschikking gesteld dat het platform redelijkerwijze in staat kan worden geacht namens een brede achterban gemeenschappelijke belangen te behartigen.

  • 3.

    De financiële middelen worden jaarlijks toegekend op basis van een subsidieaanvraag.

Artikel 7 Slotbepalingen

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslist het college na overleg met het platform.

  • 2.

    Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening cliëntenparticipatie beleid voor mensen met een beperking’.

  • 3.

    Deze verordening treedt in werking op de eerste dag van de maand, volgend op de maand waarin de raad deze heeft vastgesteld.

Vastgesteld bij raadsbesluit van 6 maart 2008.