Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Alkmaar

Reglement voor de gemeentelijke parkeergarages

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Alkmaar
Officiële naam regelingReglement voor de gemeentelijke parkeergarages
CiteertitelReglement voor de gemeentelijke parkeergarages
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet 

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-200101-02-2016nieuwe regeling

28-11-2000

Gemeenteblad, 29-11-2000

Onbekend.

Tekst van de regeling

Artikel 1 Definities

In dit reglement wordt verstaan onder:

  • a.

    Parkeerder: de eigenaar, houder of gebruiker van een motorvoertuig, die dat motorvoertuig in of op de parkeergarage heeft gebracht.

  • b.

    Motorvoertuig: alle gemobiliseerde voertuigen behalve bromfietsen en invalidenvoertuigen, bestemd om anders dan langs rails te worden voortbewogen.

  • c.

    Binnenstad: het gebied als bedoeld in artikel 2, onder 1, van de Parkeerverordening 2001.

Artikel 2 Openingstijden

De parkeergarages zijn 24 uur per etmaal geopend voor het publiek.

Artikel 3 Toegang en gebruik van de parkeergarage

  • 1.

    Een parkeerovereenkomst is tot stand gekomen wanneer een parkeerder een parkeerbewijs heeft en er gebruik gemaakt wordt van de parkeergarage.

  • 2.

    De prestatie waartoe de gemeente zich verplicht, is het ter beschikking stellen van een willekeurige plaats aan de parkeerder in de parkeergarage.

  • 3.

    Een parkeerder die zijn motorvoertuig in de parkeergarage wil parkeren neemt uit de automaat een parkeerbewijs, of gebruikt het hem ter beschikking gestelde parkeerbewijs. Het parkeerbewijs is en blijft eigendom van de gemeente, is niet overdraagbaar en wordt bij het beëindigen van het gebruik van de parkeergarage aan de gemeente teruggegeven.

  • 4.

    Een geldig parkeerbewijs geeft recht op toegang tot de parkeergarage en het parkeren van een motorvoertuig.

  • 5.

    De geldigheidsduur van een parkeerbewijs wordt bepaald door de op het parkeerbewijs vermelde datum en tijdstip van aanvang en beëindiging van de parkeerovereenkomst of door een van tevoren overeengekomen geldigheidsduur.

  • 6.

    Na betaling geeft het parkeerbewijs de parkeerder gedurende een periode van vijftien minuten, te rekenen vanaf het moment van betaling, het recht en de gelegenheid zijn motorvoertuig buiten de parkeergarage te brengen. Indien genoemde periode verstrijkt zonder dat de parkeerder zijn motorvoertuig buiten de parkeergarage heeft gebracht, vangt een nieuwe parkeertermijn aan waarvoor opnieuw parkeerbelasting verschuldigd is.

  • 7.

    Bij verlies of ontbreken van het parkeerbewijs mag een motorvoertuig alleen dan buiten de parkeergarage worden gebracht nadat de parkeerder de in de beleidsregels behorende bij de geldende parkeergeldverordening vastgestelde vergoeding per dag heeft betaald, voor elke dag en een gedeelte daarvan dat het motorvoertuig, naar het oordeel van de gemeente, in de parkeergarage aanwezig is geweest.

Artikel 4 Gebruiksregels

  • 1.

    Het gebruik of betreden van de parkeergarage anders dan voor het parkeren of uitrijden van motorvoertuigen is verboden.

  • 2.

    De parkeergarage is alleen toegankelijk voor motorvoertuigen zonder aanhangwagens. De maximale toelaatbare hoogte van motorvoertuigen in de parkeergarage staat aangegeven bij de inrit van de parkeergarage. Het maximale motorvoertuiggewicht mag inclusief belading de 1500 kg niet overschrijden.

  • 3.

    Voetgangers dienen de parkeergarage te verlaten en binnen te komen via de daarvoor bestemde uit- en ingangen. Voor het verlaten van de parkeergarage en het bereiken daarvan moet gebruik worden gemaakt van de aanwezige trappen of van de lift. Het is verboden om voor het verlaten respectievelijk bereiken van de etages van de parkeergarage gebruik te maken van de aanwezige rijbanen.

  • 4.

    Zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente mag een motorvoertuig niet langer dan vier weken ononderbroken in de parkeergarage geparkeerd zijn. Staat een auto langer dan vier weken in de parkeergarage, dan heeft de gemeente het recht deze door de politie te laten verwijderen, waarbij ze de overtreder alle gemaakte kosten in rekening kan brengen.

  • 5.

    De maximumsnelheid in de parkeergarage is 5 km/uur.

  • 6.

    De aan parkeerders door het personeel van de parkeergarage gegeven instructies dienen stipt te worden opgevolgd.

  • 7.

    Het is verboden om buiten de aangegeven vakken te parkeren.

  • 8.

    Het is verplicht om alle door middel van borden of lichten aangegeven aanduidingen te volgen.

  • 9.

    Het is verboden motoren onnodig in werking te hebben.

  • 10.

    Het voortbrengen van lawaai in welke vorm dan ook is verboden.

  • 11.

    Zonder uitdrukkelijke toestemming van het personeel is het verboden aan een motorvoertuig in de parkeergarage werkzaamheden te verrichten of te laten verrichten.

  • 12.

    Het te koop aanbieden, verkopen of aanbieden van goederen en diensten van welke aard dan ook en het verspreiden van reclamefolders en drukwerken daaronder begrepen is verboden.

  • 13.

    Het is verboden in de parkeergarage te roken of open vuur te gebruiken. Behalve de gebruikelijke voorraad motorbrandstof in de normale brandstoftank van het motorvoertuig is het niet toegestaan in het te parkeren of geparkeerde motorvoertuig ontplofbare, brandbare of giftige stoffen in voorraad te hebben. Het is eveneens verboden om goederen van welke aard of vorm dan ook, motorbrandstoffen daaronder begrepen, in de parkeergarage op te slaan, over te slaan of achter te laten.

  • 14.

    De parkeerder dient zijn motorvoertuig bij het verlaten daarvan af te sluiten. De autolichten moeten zijn gedoofd en de motor en het elektrische contact moeten zijn afgezet.

  • 15.

    De aanwezigheid van iedere bezoeker van de parkeergarage wordt geregistreerd met behulp van videocamera’s. De beelden hiervan zijn eigendom van de gemeente en worden niet ter beschikking gesteld van derden, tenzij in rechte anders wordt beslist. De Wet persoonsregistraties is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5 Bepaling voor vergunninghouders

Een vergunning geeft geen recht op een vaste plaats in de parkeergarage.

Artikel 6 Aansprakelijkheid en vrijwaring

  • 1.

    De gemeente aanvaardt noch aansprakelijkheid voor diefstal, verloren gaan of tenietgaan van, of welke andere schade ook aan een motorvoertuig, de daarin of daarop zich bevindende goederen en toebehoren, noch voor ongeval, lichamelijk letsel of schade van een parkeerder, zijn of haar mede-inzittenden en personen, die zich bevinden in de parkeergarage of in de lift en trappenhuis, behorende bij een parkeergarage, behoudens de gemeentelijke aansprakelijkheid krachtens de voor verkeer en vervoer geldende wettelijke voorschriften, dan wel voor zover door opzet of schuld van de gemeente veroorzaakt.

  • 2.

    De parkeerder en alle andere personen die zich bevinden in het trappenhuis of in de lift van de parkeergarage of in de parkeergarage zelf, zullen de gemeente alle kosten en schade(n) vergoeden die de gemeente lijdt tengevolge van hun handelen of nalaten en zullen de gemeente vrijwaren van de door hun handelen of nalaten ontstane schadevorderingen van derden.

Artikel 7 Overtreding van de bepalingen

  • 1.

    Overtreding van de hierboven opgenomen bepalingen kan leiden tot verwijdering van de in overtreding zijnde parkeerder met het motorvoertuig, na betaling van het verschuldigde parkeertarief onverminderd de mogelijke aansprakelijkheidsstelling en de verplichting tot vergoeding van kosten of schade(n) als bedoeld in artikel 6, lid 2.

  • 2.

    Voor het constateren van een overtreding is voldoende dat een medewerker van de parkeergarage deze overtreding bemerkt, de overtreder daarop attent maakt en de gelegenheid biedt de overtreding zo spoedig mogelijk ongedaan te maken.

Artikel 8

  • 1.

    Dit reglement voor de gemeentelijke parkeergarages treedt in werking op 1 januari 2001.

  • 2.

    De voor de gemeentelijke parkeergarages vastgestelde garagereglementen worden met ingang van de in lid 1 genoemde datum ingetrokken.

  • 3.

    Op het terrein van de parkeergarage zijn de bepalingen van de Wegenverkeerswet 1994 en het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 van toepassing.

  • 4.

    In alle gevallen waarin deze voorwaarden niet voorzien beslissen burgemeester en wethouders.

Ondertekening

Vastgesteld bij besluit van het college van burgemeester en wethouders d.d. 28 november 2000.

Gepubliceerd in het gemeenteblad op 29 november 2000.

Bekend gemaakt in de Officiële Mededelingen van het Alkmaars Nieuwsblad van 6 december 2000.