Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Alkmaar

Gedragscode bestuurlijke integriteit gemeenteraad

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAlkmaar
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingGedragscode bestuurlijke integriteit gemeenteraad
CiteertitelGedragscode bestuurlijke integriteit gemeenteraad
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet 

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

08-08-200313-01-2015nieuwe regeling

26-06-2003

Gemeenteblad, 27-06-2003

Onbekend.

Tekst van de regeling

Intitulé

Gedragscode bestuurlijke integriteit gemeenteraad

 

 

1. Algemene bepalingen

  • 1.1

    Onder een raadslid wordt verstaan: een lid van de gemeenteraad van Alkmaar

  • 1.2

    In gevallen waarin de gedragscode niet voorziet of waarbij de toepassing niet eenduidig is, vindt bespreking plaats in de gemeenteraad.

  • 1.3

    De leden van de gemeenteraad ontvangen bij hun aantreden een exemplaar van de gedragscode.

2. Belangenverstrengeling en aanbesteding

  • 2.1

    Een raadslid doet opgave van zijn financiële belangen in ondernemingen en organisaties waarmee de gemeente zakelijke betrekkingen onderhoudt. De opgave is openbaar en door derden te raadplegen.

  • 2.2

    Bij privaat-publieke samenwerkingsrelaties voorkomt het raadslid (de schijn van) bevoordeling in strijd met eerlijke concurrentieverhoudingen.

  • 2.3

    Een voormalig raadslid wordt het eerste jaar na de beëindiging van zijn zittingstermijn uitgesloten van het tegen beloning verrichten van werkzaamheden voor de gemeente.

  • 2.4

    Een raadslid die familie- of vriendschapsbetrekkingen of anderszins persoonlijke betrekkingen heeft met een aanbieder van diensten aan de gemeente onthoudt zich van deelname aan de besluitvorming over de betreffende opdracht.

  • 2.5

    Een raadslid neemt van een aanbieder van diensten aan de gemeente geen faciliteiten of diensten aan die zijn onafhankelijke positie ten opzichte van de aanbieder kan beïnvloeden.

3. Nevenfuncties

  • 3.1

    Een raadslid vervult geen nevenfuncties waarbij strijdigheid is of kan zijn met het belang van de gemeente.

  • 3.2

    Een raadslid maakt melding aan de raad van al zijn nevenfuncties waarbij tevens wordt aangegeven of de functie wel of niet bezoldigd is. Deze gegevens worden openbaar gemaakt.

  • 3.3

    De kosten die een raadslid maakt in verband met een nevenfunctie uit hoofde van het raadslidmaatschap, worden vergoed door de instantie waar de nevenfunctie wordt uitgeoefend.

4. Informatie

  • 4.1

    Een raadslid gaat zorgvuldig en correct om met informatie waarover hij uit hoofde van het raadslidmaatschap beschikt. Hij verstrekt geen geheime informatie.

  • 4.2

    Een raadslid houdt geen informatie achter, tenzij deze geheim of vertrouwelijk is en het niet geven van informatie mogelijk is op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur.

  • 4.3

    Een raadslid maakt niet ten eigen bate of van zijn persoonlijke betrekkingen gebruik van in de uitoefening van het raadslidmaatschap verkregen informatie.

5. Aannemen van geschenken

  • 5.1

    Indien een raadslid geschenken of giften ontvangt die een waarde van minder dan 50 Euro vertegenwoordigen, kunnen deze in afwijking van het in de artikelen 5.2 en 5.3 gestelde worden behouden en behoeven ze niet te worden gemeld en geregistreerd.

  • 5.2

    Geschenken en giften met een waarde van meer dan 50 Euro die een raadslid uit hoofde van zijn functie ontvangt, worden gemeld en geregistreerd en zijn eigendom van de gemeente. Er wordt een gemeentelijke bestemming voor gezocht via de raad.

  • 5.3

    Geschenken en giften worden niet op het huisadres ontvangen. Indien dit toch is gebeurd, wordt dit gemeld aan de raad waar een besluit over de bestemming van het geschenk wordt genomen.

  • 5.4

    De leden 1 en 2 zijn van overeenkomstige toepassing in het geval de raad geschenken of giften ontvangt.

6. Bestuurlijke uitgaven

  • 6.1

    Uitgaven worden uitsluitend vergoed als de hoogte en de functionaliteit ervan kunnen worden aangetoond.

  • 6.2

    Ter bepaling van de functionaliteit van bestuurlijke uitgaven worden de volgende criteria gehanteerd:

    • -

      met de uitgave is het belang van de gemeente gediend en

    • -

      de uitgave vloeit voort uit de functie.

7. Declaraties

  • 7.1

    Het raadslid declareert geen kosten die reeds op andere wijze worden vergoed.

  • 7.2

    Declaraties worden afgewikkeld volgens een daartoe vastgestelde administratieve procedure.

  • 7.3

    Een declaratie wordt ingediend door middel van een daartoe vastgesteld formulier. Bij het formulier wordt een betalingsbewijs gevoegd en op het formulier wordt de functionaliteit van de uitgave vermeld.

  • 7.4

    Gemaakte kosten worden binnen een maand gedeclareerd. Eventuele voorschotten worden voor zover mogelijk binnen een maand afgerekend.

  • 7.5

    De griffier is verantwoordelijk voor een deugdelijke administratieve afhandeling en registratie van declaraties. Declaraties van een raadslid worden administratief afgehandeld door een daartoe aangewezen ambtenaar.

  • 7.6

    In geval van twijfel omtrent een declaratie wordt deze voorgelegd aan de voorzitter van de raad. Zonodig wordt de declaratie ter besluitvorming aan de raad voorgelegd.

8. Gebruik van gemeentelijke voorzieningen

Gebruik van gemeentelijke eigendommen of voorzieningen voor privé-doeleinden is niet toegestaan.

9. Reizen buitenland

  • 9.1

    Een raadslid die het voornemen heeft op kosten, geheel of gedeeltelijk, van de gemeente een buitenlandse reis te maken, heeft toestemming nodig van de voorzitter van de raad. De gemeenteraad wordt van het besluit op de hoogte gesteld.

  • 9.2

    Een raadslid die het voornemen van een reis meldt, verschaft informatie over het doel van de reis, de bijbehorende beleidsoverwegingen, de samenstelling van het gezelschap en de geraamde kosten.

  • 9.3

    Uitnodigingen voor reizen, werkbezoeken en dergelijke op kosten van derden worden altijd besproken met de voorzitter van de raad en onder meer getoetst op het risico van belangenverstrengeling. Het gemeentelijk belang van de reis is doorslaggevend voor de besluitvorming.

  • 9.4

    Van de reis wordt door het raadslid verslag uitgebracht aan de raad.

  • 9.5

    Het ten laste van de gemeente meereizen van de partner van een raadslid is uitsluitend toegestaan wanneer dit gebeurt op uitnodiging van de ontvangende partij en het belang van de gemeente daarmee gediend is. Het meereizen van de partner wordt bij de besluitvorming door de voorzitter van de raad betrokken.

  • 9.6

    Het anderszins meereizen van derden op kosten van de gemeente is niet toegestaan. Het meereizen van derden op eigen kosten is toegestaan en wordt in dat geval bij de besluitvorming door de voorzitter van de raad betrokken.

  • 9.7

    Het verlengen van een buitenlandse dienstreis voor privé-doeleinden is toegestaan, mits dit is betrokken bij de besluitvorming door de voorzitter van de raad. De extra reis- en verblijfkosten komen volledig voor rekening van het raadslid.

  • 9.8

    De in verband met de buitenlandse dienstreis gedane functionele uitgaven worden vergoed conform de geldende regelingen. Uitgaven worden vergoed voor zover zij redelijk en verantwoord worden geacht.

10. Overige bepalingen

De gedragscode bestuurlijke integriteit gemeenteraad is van overeenkomstige toepassing op leden en plaatsvervangers van de vaste commissies van de raad.

Deze verordening treedt in werking zes weken na publicatie.

Vastgesteld bij raadsbesluit van 26 juni 2003.

Bekend gemaakt in het gemeenteblad op 27 juni 2003.

Bekend gemaakt in de Officiële Mededelingen van het Alkmaars Nieuwsblad op 2 juli 2003.