Organisatie | Alkmaar |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels en uitvoeringsvoorschriften verhaal Wet Werk en Bijstand |
Citeertitel | Beleidsregels en uitvoeringsvoorschriften verhaal Wet Werk en Bijstand |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vervangen door de Beleidsregels verhaal Participatiewet gemeente Alkmaar 2015.
Wet Werk en Bijstand, art. 61 t/m 62i
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2009 | 01-07-2009 | 01-01-2015 | nieuwe regeling | 22-09-2009 Officiële Mededelingen, 30-09-2009 | Onbekend. |
De beleidsregels en uitvoeringsvoorschriften verhaal zijn gebaseerd op artikel 61 tot en met 62i van de Wet Werk en Bijstand.
Zoals blijkt uit artikel 61 van de Wet Werk en Bijstand is het bijstandsverhaal als een bevoegdheid aan het college van burgemeester en wethouders toegekend.
Het college van burgemeester en wethouders maakt gebruik van de bevoegdheid tot het verhalen van kosten van bijstand:
tot de grens van de onderhoudsplicht als bedoeld in Boek 1 van de het Burgerlijk Wetboek: op degene die bij het ontbreken van gezinsverband zijn onderhoudsplicht jegens zijn echtgenoot, of minderjarig kind niet of niet behoorlijk nakomt en op het minderjarige kind dat zijn onderhoudsplicht jegens zijn ouders niet of niet behoorlijk nakomt;
tot de grens van de onderhoudsplicht als bedoeld in Boek 1 van de het Burgerlijk Wetboek: op degene die zijn onderhoudsplicht na echtscheiding of ontbinding van het huwelijk na scheiding van tafel en bed niet of niet behoorlijk nakomt;
tot de grens van de onderhoudsplicht als bedoeld in Boek 1 van de het Burgerlijk Wetboek: op degene die zijn onderhoudsplicht op grond van artikel 395a van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek niet of niet behoorlijk nakomt jegens zijn meerderjarig kind aan wie bijzondere bijstand is verleend;
op degene aan wie de persoon die bijstand ontvangt of heeft ontvangen een schenking heeft gedaan voor zover bij het besluit op de bijstandsaanvraag met de geschonken middelen rekening zou zijn gehouden indien de schenking niet had plaatsgevonden, tenzij gelet op alle omstandigheden aannemelijk is dat de schenker ten tijde van de schenking de noodzaak van bijstandsverlening redelijkerwijs niet heeft kunnen voorzien;
In verband met de wettelijke onderhoudsplicht verhaalt het college van burgemeester en wethouders op de onderhoudsplichtige:
de bijzondere bijstand voor de kosten van levensonderhoud aan meerderjarige kinderen (artikel 62 sub c van de Wet Werk en Bijstand).
De wettelijke onderhoudsplicht als genoemd in artikel 5b heeft geen betrekking op de kosten van incidentele bijzondere bijstand ingevolge artikel 35 van de Wet Werk en Bijstand.
HERZIEN VAN VERHAAL VAN BIJSTAND
Het college van burgemeester en wethouders kan op grond van een herzieningsverzoek van de onderhoudsplichtige en als gevolg van diens gewijzigde omstandigheden, waaronder een aanzienlijke verhoging van de woonlasten, een terugval van inkomen buiten de schuld om van de onderhoudsplichtige en een wijziging in de gezinssituatie, de opgelegde onderhoudsbijdrage geheel of ten dele herzien.
BEOORDELING VAN MATE VAN ONDERHOUDSPLICHT
Bij de beoordeling van het bestaan van het verhaalsrecht als bedoeld in artikel 159a van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en in artikel 4 onder a, b en c en de omvang van het te verhalen bedrag wordt rekening gehouden met de maatstaven die gelden en de omstandigheden die van belang zijn in het geval dat de rechter dient te beslissen over de vraag of en, zo ja, tot welk bedrag een uitkering tot levensonderhoud na echtscheiding, scheiding van tafel en bed of ontbinding van het huwelijk na scheiding van tafel en bed zou moeten worden toegekend.
VERHALEN VAN RECHTERLIJKE UITSPRAAK BETREFFENDE LEVENSONDERHOUD
Verhaal op grond van rechterlijke uitspraak (alimentatiebeschikking)
Indien een rechterlijke uitspraak betreffende levensonderhoud verschuldigd op grond van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek die uitvoerbaar is niet wordt nagekomen, wordt verhaald in overeenstemming met deze uitspraak.
Degene op wie wordt verhaald, kan binnen de termijn waarbinnen betaling moet plaatsvinden tegen het besluit tot verhaal in verzet komen door een verzoekschrift aan de rechtbank. Het verzet kan niet gegrond zijn op de bewering dat de uitkering tot onderhoud ten onrechte is opgelegd of onjuist is vastgesteld. Indien tijdig verzet is gedaan, wordt de invordering pas voortgezet zodra het verzet is ingetrokken of ongegrond verklaard.
Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO)
Met inachtneming van het recht van de bijstandscliënt om zelf de inning van alimentatie over te dragen aan het LBIO, vindt inning van alimentatieverplichtingen bij onderhoudsplichtigen, voor zover niet vrijwillig door deze onderhoudsplichtigen aan de betalingsverplichting wordt voldaan, plaats volgens de artikelen 15 tot en met 18.
HERZIENING BESCHIKKING RECHTBANK
Verhaalsbijdrage in aanvulling op een door de rechter vastgestelde onderhoudsbijdrage (alimentatiebeschikking)
Het college kan aan de rechter verzoeken het verhaalsbedrag in afwijking van een rechterlijke uitspraak betreffende levensonderhoud verschuldigd krachtens Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek vast te stellen, indien de rechter:
deze uitspraak zou kunnen wijzigen op de gronden, genoemd in de artikelen 157 en 401 van dat boek;
Een besluit tot verhaal op grond van artikel 1 wordt door het college aan degene op wie verhaal wordt gezocht medegedeeld. Het besluit vermeldt de ingangsdatum van de op te leggen verhaalsbijdrage en het bedrag of de bedragen waarvan, evenals de termijn of termijnen waarbinnen, betaling wordt verlangd.
Onderzoek naar incassomogelijkheden
Als de onderhoudsplichtige niet uit vrije wil volledig voldoet aan de opgelegde betalingsverplichting dan doet het college van burgemeester en wethouders onderzoek naar de mogelijkheden van gedwongen incasso, waarbij binnen de wettelijke bevoegdheden en mogelijkheden van de gemeente informatie bij derden wordt ingewonnen.
Voor de betaling van de opgelegde betalingsverplichting verzendt het college van burgemeester en wethouders in beginsel maandelijks acceptgirokaarten. Deze verzending vindt steeds plaats aan het einde van de maand en heeft betrekking op diezelfde maand. De betaling vindt dus achteraf plaats. En het niet ontvangen van acceptgirokaarten ontslaat de belanghebbende niet van de verplichting tot het betalen van de onderhoudsbijdrage.
Indien de onderhoudsplichtige de betalingsverplichting als gevolg van de gerechtelijke uitspraak niet of niet meer nakomt, dan wordt de verhaalsbeschikking ten uitvoer gelegd door middel van een executoriaal beslag overeenkomstig de Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Het leggen van executoriaal derdenbeslag op loon of uitkering is uitbesteed aan een gerechtsdeurwaarder. Met hem zijn samenwerkingsafspraken gemaakt over de afhandeling van correspondentie, onmacht van incasso, tussentijdse afdrachten, periodiek overleg, de tarifering en de afhandeling van zaken buiten het rayon Alkmaar.
Gevallen waarin de beleidsregels niet voorzien
Inzake de onderwerpen die vallen onder de discretionaire bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders dienaangaande paragraaf 6.5 van de Wet Werk en Bijstand, waarin deze beleidsregels niet voorzien, beslist het college van burgemeester en wethouders.
De Beleidsregels en uitvoeringsvoorschriften verhaal Wet Werk en Bijstand treden in werking met ingang van 1 juli 2009.
Vastgesteld bij besluit van het college van burgemeester en wethouders op 22 september 2009.
Bekend gemaakt in het gemeenteblad op 30 september 2009.
Bekend gemaakt in de Officiële Mededelingen van het Alkmaars Nieuwsblad op 30 september 2009.
TOELICHTING BELEIDSREGELS EN UITVOERINGSVOORSCHRIFTEN VERHAAL WET WERK EN BIJSTAND
Met ingang van 1 januari 2004 is de Algemene bijstandswet (Abw) vervangen door de Wet Werk en Bijstand (Wwb). De artikelen 56, 61 en 62 van de Wet Werk en Bijstand, betreffende de kinderalimentatie en het bijstandsverhaal, zijn daarbij niet in werking getreden in afwachting van de invoering van een gewijzigd kinderalimentatiestelsel.
In artikel 13 Invoeringswet Wet Werk en Bijstand was bepaald dat kosten van bijstand vooralsnog door het college van burgemeester en wethouders kon worden verhaald in de gevallen en overeenkomstig de regels aangegeven in de artikelen 92 lid 2 en 3 Abw tot en met artikel 105 en artikel 141 Abw. Dit was bedoeld als tijdelijke maatregel in afwachting van de inwerkingtreding van het nieuwe kinderalimentatiestelsel. Aangezien dit nieuwe kinderalimentatiestelsel er niet is gekomen zijn de verhaalsbepalingen opgenomen in de Wet Werk en Bijstand. De verplichting tot bijstandsverhaal uit de Abw is daarbij een bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders geworden.
Nu het bijstandsverhaal een bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders is geworden, is het noodzakelijk om in beleidsregels te beschrijven op welke wijze er uitvoering aan deze bevoegdheid wordt gegeven. De beleidsregels zijn een weergave van de huidige uitvoeringspraktijk op hoofdlijnen. Deze uitvoeringspraktijk is vooralsnog dezelfde als in het verleden reeds werd toegepast.
Met ingang van 1 juli 2009 is de vierde Tranche van de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb) in werking getreden. Het betreft een homogenisering en codificering van onder meer de inning van bestuurlijke geldschulden en bestuurlijke boetes. De overheveling van onderwerpen van bijzondere wetten, zoals de Wet Werk en Bijstand, naar de Algemene Wet Bestuursrecht betekent ook voor sociale zekerheidswetgeving in het gemeentelijk domein dat overeenkomstig de gestandaardiseerde werkwijze in de uitvoering moet worden gehandeld. De bepalingen van de vierde Tranche Algemene Wet Bestuursrecht zijn verwerkt in de Beleidsregels en uitvoeringsvoorschriften verhaal Wet Werk en Bijstand.
Als gevolg van de vierde Tranche van de Algemene Wet Bestuursrecht treden de Beleidsregels en uitvoeringsvoorschriften verhaal Wet Werk en Bijstand in werking met ingang van 1 juli 2009.