Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Groningen (Gr)

Reglement plaatsingsprocedure gemeente Groningen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Groningen (Gr)
Officiële naam regelingReglement plaatsingsprocedure gemeente Groningen
CiteertitelReglement plaatsingsprocedure gemeente Groningen
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerpReglement plaatsingsprocedure gemeente Groningen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet bestuursrecht;
  2. Gemeentewet;
  3. de Ambtenarenwet;
  4. de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Groningen

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

13-07-201214-10-2014nieuwe regeling

19-06-2012

Gemeenteblad, 2012, 79

BD 12.3130525

Tekst van de regeling

Intitulé

REGLEMENT PLAATSINGSPROCEDURE GEMEENTE GRONINGEN

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN GRONINGEN,

(BD 12.3130525);

gezien het voorstel van juni 2012;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de Gemeentewet, de Ambtenarenwet, de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Groningen;

HEEFT BESLOTEN:

tot vaststelling van het Reglement plaatsingsprocedure gemeente Groningen. Het Reglement plaatsingsprocedure treedt in werking op de dag volgend op die van de bekendmaking.

Artikel 1 Uniforme plaatsingsprocedure

Dit reglement voorziet in een uniforme plaatsingsprocedure voor reorganisaties als onderdeel van de Sociale Leidraad.

Artikel 2 Werkingssfeer

  • 2.1 Deze plaatsingsprocedure is van toepassing op de ambtenaren in de zin van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Groningen (ARG), welke vast zijn aangesteld of tijdelijk zijn aangesteld in een aanstelling bij wijze van proef met het vooruitzicht bij voldoende functioneren op een vaste aanstelling behoudens het bepaalde in het volgende lid.

  • 2.2 Voor een aantal functies kan in het belang van de organisatie c.q. beoogde reorganisatie, voorafgaand aan het opstellen van een uitvoeringsplan, met de COR overeengekomen worden dat deze plaatsingsprocedure niet van toepassing zal zijn.

    Voornoemde functies betreffen in aantal beperkte functies, die in het kader van één (of meerdere) om te vormen c.q. nieuw te vormen organisatie-onderde(e)l(en), vooruitlopend op de beoogde reorganisatie en op het uitvoeringsplan, via interne werving zullen worden vervuld.

Artikel 3 Fasering

  • 3.1 Een reorganisatietraject bestaat uit zes fasen:

    • 1e

      fase: het principe- besluit, conform artikel 3 Sociale Leidraad;

    • 2e

      fase: advies medezeggenschap en nemen van besluit tot reorganisatie door het college van burgemeester en wethouders;

    • 3e

      fase: opstellen van een uitvoeringsplan;

    • 4e

      fase: overeenstemming over het uitvoeringsplan met de medezeggenschap;

    • 5e

      vaststelling uitvoeringsplan door het college van burgemeester en wethouders;

    • 6e

      fase: plaatsingsproces.

  • 3.2 Het uitvoeringsplan bevat voor de toepassing van deze plaatsingsprocedure tenminste een formatieplan en een functieboek.

  • 3.3 In het formatieplan is de huidige en de gewenste formatie weergegeven.

  • 3.4 In het functieboek worden in ieder geval opgenomen:

    • a.

      voorlopige beschrijving van alle bestaande, gewijzigde en ongewijzigde functies in de nieuwe organisatie;

    • b.

      de plaats in de organisatie;

    • c.

      taken en verantwoordelijkheden;

    • d.

      opleiding- en ervaringseisen;

    • e.

      formatieomvang;

    • f.

      indicatief functioneel niveau;

    • g.

      sleutelfuncties, als bedoeld in artikel 9 van dit reglement.

  • 3.5 Het college van burgemeester en wethouders draagt er zorg voor dat voor de opstelling van het formatieplan en het functieboek functiebeschrijvingen en waarderingen actueel zijn.

  • 3.6 Iedere bij de reorganisatie betrokken ambtenaar ontvangt een exemplaar van het formatieplan en functieboek.

  • 3.7 Iedere bij de reorganisatie betrokken ambtenaar wordt in de gelegenheid gesteld een belangstellingsregistratieformulier in te vullen ten einde zijn belangstelling kenbaar te maken voor functies in het functieboek. Aan het invullen van een belangstellingsregistratieformulier kunnen door werknemer noch werkgever rechten en/of plichten worden ontleend.

Artikel 4 Plaatsingsproces- en commissie

  • 4.1 Het college van burgemeester en wethouders stelt een vaste plaatsingsadviescommissie in die verantwoordelijk is voor advisering in het kader van de plaatsingsprocedure van een reorganisatie als bedoeld in artikel 2 van de Sociale Leidraad.

  • 4.2 De plaatsingsadviescommissie bestaat uit 5 leden:

    • a.

      twee vaste leden en twee plaatsvervangers aan te wijzen door het college van burgemeester en wethouders;

    • b.

      een vast lid en een plaatsvervanger op voordracht van de medezeggenschap;

    • c.

      een vast lid en een plaatsvervanger op voordracht van de commissie voor GO;

    • d.

      een voorzitter aan te wijzen door de leden onder a, b en c genoemd, in gezamenlijk overleg.

  • 4.3 Een ambtenaar wiens functie onderdeel uit maakt van de reorganisatie is, kan geen deel uit maken van de plaatsingsadviescommissie die adviseert over deze reorganisatie.

  • 4.4 Aan de plaatsingsadviescommissie wordt een secretaris toegevoegd. Deze heeft geen stemrecht.

  • 4.5 Ten behoeve van de procesbewaking en / of ter versterking van een goede werkwijze kan de plaatsingsadviescommissie deskundigen en/of adviseurs uitnodigen. Deze adviseurs/deskundigen hebben geen stemrecht.

  • 4.6 De vergaderingen van de plaatsingsadviescommissie zijn besloten en hetgeen wordt besproken is vertrouwelijk.

  • 4.7 De plaatsingsadviescommissie verkrijgt alle voor de plaatsing benodigde stukken, in ieder geval:

    • a.

      het functieboek;

    • b.

      de door de ambtenaren ingevulde belangstellingsregistratieformulieren, als bedoeld in artikel 6.3;

    • c.

      de inventarisatieformulieren met onder andere de opleiding en ervaring en actuele functiebeschrijving van iedere ambtenaar, desgewenst aangevuld met de door de ambtenaar in verband met plaatsing relevant geachte informatie.

  • 4.8 De plaatsingsadviescommissie heeft het recht:

    • a.

      de direct betrokken ambtenaar te horen. De ambtenaar kan zich laten bijstaan door een adviseur;

    • b.

      informanten te horen, met inachtneming van het hierna in lid 9 bepaalde;

    • c.

      alle overige voor de plaatsing relevante stukken in te zien.

  • 4.9 In geval de plaatsingsadviescommissie informanten hoort wordt de ambtenaar hierover vooraf geïnformeerd en in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze over de ingewonnen inlichtingen kenbaar te maken

  • 4.10 De plaatsingsadviescommissie hoort in ieder geval de volgende ambtenaren:

    • a.

      de ambtenaren die daarom verzoeken;

    • b.

      de ambtenaren ten aanzien van wie het voornemen bestaat negatief te adviseren over de plaatsing in de door hem aangegeven voorkeursfunctie.

Artikel 5 Opdracht Plaatsingsadviescommissie

  • 5.1 De plaatsingsadviescommissie adviseert het college van burgemeester en wethouders betreffende de (niet-)plaatsing van de ambtenaren, die onderdeel uitmaken van de reorganisatie.

  • 5.2 De plaatsingsadviescommissie geeft daarbij toepassing aan de plaatsingsnormen die zijn vastgelegd in artikel 5 van de Sociale Leidraad.

  • 5.3 De door de plaatsingsadviescommissie uitgebrachte adviezen vormen samen het advies over het plaatsingsplan.

  • 5.4 De plaatsingsadviescommissie geeft bij zijn advies over het plaatsingsplan een nadere motivering over plaatsingen. Hierbij kan aanvullend advies worden uitgebracht over scholing, training en/of begeleiding van de te plaatsen ambtenaar.

  • 5.5 Van het advies van de plaatsingsadviescommissie wordt de ambtenaar schriftelijk op de hoogte gebracht.

Artikel 6 Plaatsingsbeleid en -volgorde

  • 6.1 Het advies van de plaatsingsadviescommissie aan het college van burgemeester en wethouders over het plaatsingsplan bestaat uit:

    • a.

      adviezen over de plaatsing van ambtenaren op de functies zoals beschreven in het functieboek.

    • b.

      adviezen over de niet-plaatsing van ambtenaren.

  • 6.2 Het college van burgemeester en wethouders hanteert, bij het nemen van besluiten ten aanzien van de plaatsing van ambtenaren die betrokken zijn bij de organisatiewijziging, de volgende voorkeursvolgorde:

    • a.

      indien de functie niet of minder dan 50% wijzigt, dan blijft de ambtenaar zijn eigen (gedeeltelijk gewijzigde) functie vervullen.

    • b.

      indien de functie 50 % of meer wijzigt wordt de ambtenaar geplaatst in een andere passende functie.

  • 6.3 Wanneer de ambtenaar functieverliezer is, wordt hij binnen twee weken nadat hem bekend is geworden dat sprake is van functieverlies, in de gelegenheid gesteld, via een belangstellingsregistratieformulier, zijn belangstelling in volgorde van voorkeur voor maximaal twee functies uit het functieboek kenbaar te maken aan de plaatsingsadviescommissie.

  • 6.4 Bij de overwegingen rond de plaatsing van de ambtenaar kan, desgewenst naast het bepaalde in artikel 5.3 van de Sociale Leidraad, ten aanzien van hem onder andere rekening gehouden worden met:

    • a.

      opleiding en ervaring;

    • b.

      competenties;

    • c.

      beoordelingen, mits niet langer dan drie jaar geleden;

    • d.

      geschiktheidtesten en zoekprofielen

  • 6.5 Verslagen van functioneringsgesprekken maken geen onderdeel uit van de beraadslagingen van de plaatsingsadviescommissie.

Artikel 7 Werkwijze plaatsingsadviescommissie

  • 7.1 De plaatsingsadviescommissie zal bij het opstellen van de plaatsingsadviezen gebruik maken van de volgende (schriftelijke) informatie:

    • a.

      was-wordt functielijst uit het formatieplan;

    • b.

      de huidige functiebeschrijvingen van de medewerkers;

    • c.

      belangstellingsregistratieformulieren;

    • d.

      inventarisatieformulieren

    • e.

      het functieboek met de nieuwe functiebeschrijvingen;

    • f.

      beoordelingen voor zover deze door leidinggevende en medewerker zijn getekend.

  • 7.2 De plaatsingsadviescommissie hoort de ambtenaar aan de hand van het ingevulde belangstellingsregistratieformulier. De ambtenaar kan zich laten bijstaan door een adviseur.

  • 7.3 Van het horen van de ambtenaar wordt een beknopt verslag gemaakt, waarvan de ambtenaar een afschrift ontvangt.

  • 7.4 De plaatsingsadviescommissie motiveert in het advies over de plaatsing van de betreffende ambtenaar haar overwegingen met betrekking tot de al dan niet plaatsing in de functie waarvoor de ambtenaar zijn belangstelling heeft doen blijken.

  • 7.5 De plaatsingsadviescommissie adviseert het college van burgemeester en wethouders om ambtenaren die niet plaatsbaar zijn op functies uit het functieboek aan te wijzen als herplaatsingskandidaat.

Artikel 8 Toetsingscommissie

  • 8.1 Het college van burgemeester en wethouders stelt een vaste toetsingscommissie in.

  • 8.2 De toetsingscommissie bestaat uit 5 leden:

    • a.

      twee vaste leden en twee plaatsvervangers aan te wijzen door het college van burgemeester en wethouders;

    • b.

      een vast lid en een plaatsvervanger op voordracht van de medezeggenschap;

    • c.

      een vast lid en een plaatsvervanger op voordracht van de commissie voor GO;

    • d.

      een voorzitter aan te wijzen door de leden onder a, b en c genoemd, in gezamenlijk overleg.

  • 8.3 Een ambtenaar wiens functie onderdeel uit maakt van de reorganisatie, kan geen deel uit maken van de toetsingscommissie.

  • 8.4 Leden van de toetsingscommissie kunnen geen lid zijn van een plaatsingsadviescommissie.

  • 8.5 De toetsingscommissie heeft de volgende taken:

    • a.

      het bewaken van een consistente toepassing van de plaatsingsnormen uit de Sociale Leidraad;

    • b.

      het toetsen op de consistente toepassing van de plaatsingsprocedure;

    • c.

      het horen van de ambtenaar die bedenkingen heeft tegen het voorgenomen besluit en het aan het college van burgemeester en wethouders advies uitbrengen over de bedenkingen;

  • 8.6 De toetsingscommissie adviseert het college van burgemeester en wethouders over het functioneren van de plaatsingsprocedure en kan daartoe onderzoek doen op basis van signalen, op geleide van een klacht of op eigen initiatief.

  • 8.7 De toetsingscommissie kan adviseurs en/of deskundigen uitnodigen. Adviseurs en/of deskundigen hebben geen stemrecht.

  • 8.8 Aan de toetsingscommissie wordt een secretaris toegevoegd. Deze secretaris heeft geen stemrecht.

Artikel 9 Plaatsingsprocedure in twee fasen

  • 9.1 Indien functies voor de inrichting van de nieuwe organisatie van cruciaal belang zijn, dan kunnen deze functies als sleutelfuncties aangemerkt worden.

  • 9.2 De sleutelfuncties worden in het functieboek benoemd.

  • 9.3 Ambtenaren die als sleutelfunctionarissen zijn aangemerkt worden in de eerste fase van de plaatsingsprocedure benoemd.

  • 9.4 De ambtenaren die niet tot de sleutelfunctionarissen behoren worden in de vervolgfase geplaatst.

Artikel 10 Na het plaatsingsadvies van de plaatsingsadviescommissie

  • 10.1. Gehoord het advies van de Plaatsingsadviescommissie neemt het college van

  • 10.2 burgemeester en wethouders een voorgenomen besluit tot (niet-)plaatsing voor elke ambtenaar die bij de reorganisatie betrokken is.

  • 10.3 Het voorgenomen besluit is deugdelijk gemotiveerd en bevat het advies van de plaatsingsadviescommissie als bijlage.

  • 10.4 De medewerker kan tegen een voorgenomen besluit als bedoeld in het eerste lid zijn of haar bedenkingen schriftelijk kenbaar maken aan het college van burgemeester en wethouders. De medewerker doet dit binnen twee weken na de dagtekening van het voornemen tot (niet) plaatsing. De medewerker ontvangt hiervan een ontvangstbevestiging.

  • 10.5 De toetsingscommissie hoort de ambtenaar op diens verzoek binnen twee weken na ontvangst van de bedenkingen. Daarna brengt de toetsingscommissie binnen twee weken advies uit aan het college van burgemeester en wethouders en betrekt bij dit advies de bedenkingen van de ambtenaar, het hoorgesprek en het plaatsingsadvies van de Plaatsingsadviescommissie.

  • 10.6 Het college van burgemeester en wethouders stelt het plaatsingsplan na het advies van de toetsingscommissie als bedoeld in het vorige lid al dan niet gewijzigd vast.

  • 10.7 Met inachtneming van het plaatsingsplan benoemt het college van burgemeester en wethouders de ambtenaar in een passende functie.

  • 10.8 Indien geen plaatsing wordt beoogd, besluit het college van burgemeester en wethouders tot aanwijzing van de medewerker als herplaatsingskandidaat.

  • 10.9 In het besluit als bedoeld in lid 6 en 7 vermeldt het college van burgemeester en wethouders hoe bezwaar kan worden gemaakt. Over dit bezwaar zal de commissie voor bezwaarschriften in Algemene Rechtspositionele Aangelegenheden (commissie ARA) het college van burgemeester en wethouders adviseren. Een besluit van het college van burgemeester en wethouders op het bezwaar bevat informatie voor de medewerker hoe hij of zij beroep kan instellen bij de Rechtbank.

Dit reglement kan worden aangehaald als: ‘Reglement plaatsingsprocedure gemeente Groningen‘.

Ondertekening

 

Gedaan te Groningen in de collegevergadering van 19 juni 2012.

 

 

De loco-burgemeester,                                        De secretaris,

 

 

 

 

 

F. de Vries.                                                         drs. M.A. (Maarten) Ruys.