Organisatie | Rotterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Statuten van de Stichting Toneelraad Rotterdam |
Citeertitel | Statuten van de Stichting Toneelraad Rotterdam |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | 1973-97 gecons |
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-03-1973 | 1978-97 | 15-03-1973 Gemeenteblad, 1973-79 | Voorstel van B en W (verzameling gedrukte stukken 1973, volgnr. 68, Kz. nr. 11-4-50/227) | ||
15-03-1973 | nieuwe regeling | 15-03-1973 Gemeenteblad, 1973-97 | Verzameling gedrukte stukken 1973, volgnr. 68, Kz. nr. 11-4-50/227 |
Het bestuur van de stichting, nader te noemen de Toneelraad, bestaat uit ten hoogste negen leden en wordt als volgt samengesteld:
Vier leden die niet in Rotterdam behoeven te wonen. Zij kunnen worden geacht het vertrouwen te genieten van beroepstoneelspelers, theatertechnici of het administratieve personeel in dienst van het toneelbedrijf in Nederland of van organisaties die zich bezighouden met beroepstoneel in al zijn verschijningsvormen of deskundig zijn op toneelgebied, zowel in Nederland als daarbuiten.
De leden van de Toneelraad worden benoemd door de gemeenteraad voor een termijn die gelijk is aan de zittingsduur van de gemeenteraad. Bij een tussentijdse benoeming loopt die termijn af tegelijk met de zittingsduur van de laatstgenoemde raad. Leden die langer dan acht jaar onafgebroken zitting hebben gehad, zijn niet herbenoembaar dan na het verstrijken van een jaar. Personen die de leeftijd van 70 jaar hebben bereikt, zijn in het geheel niet benoembaar of herbenoembaar, met uitzondering van de personen bedoeld in lid la van dit artikel. Een van de bestuursleden wordt door de gemeenteraad in de functie van voorzitter benoemd.
Het hoofd van de secretarie-afdeling Kunstzaken, de directeur van de Dienst van de Gemeentelijke Kunstgebouwen en de directeur van de Rotterdamse Kunststichting of door hen aangewezen plaatsvervangers wonen de vergaderingen van de Toneelraad bij tenzij de raad zulks in een bijzonder geval onwenselijk acht. Zij brengen een raadgevende stem uit. De Toneelraad kan ook andere personen uitnodigen de vergaderingen bij te wonen teneinde van advies te dienen.
Burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam zijn gerechtigd te allen tijde de vergaderingen van het bestuur bij te wonen, dan wel hiertoe een vertegenwoordiger aan te wijzen.
Met uitzondering van de functie van voorzitter bepaalt de Toneelraad hoe de verschillende functies binnen de raad worden verdeeld. De voorzitter en de secretaris of bij verhindering hun plaatsvervangers vertegenwoordigen de stichting in en buiten rechte.
Het bijeenroepen en het houden van de orde in de vergaderingen van de Toneelraad, de openbaarheid van de vergaderingen, de besluitvorming, de uitvoering van de genomen besluiten, het tekenen van stukken, het voeren van het financiële beheer en voorts alle overige aangelegenheden van de stichting waarin deze statuten niet voorzien, worden - voor zover zij daarvoor vatbaar zijn - geregeld in een huishoudelijk reglement, dat geen bepalingen mag bevatten die strijdig zijn met deze statuten. Het huishoudelijk reglement is aan de goedkeuring van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam onderworpen.
De Toneelraad kan waar zulks nodig of wenselijk is de uitoefening van zijn bevoegdheden delegeren aan de Commissie Toneelproduktie. De inhoud en de omvang van deze delegatie alsmede de nadere regeling van de taken en bevoegdheden van de genoemde organen van de stichting kunnen worden neergelegd in instructies die door de Toneelraad worden vastgesteld.
Het personeel van de stichting wordt benoemd, geschorst en ontslagen door de Toneelraad onder goedkeuring van burgemeester en wethouders.
De bezoldiging en de overige arbeidsvoorwaarden van het personeel van de stichting worden door de Toneelraad onder goedkeuring van burgemeester en wethouders vastgesteld.
Aan de goedkeuring van burgemeester en wethouders zijn onderworpen de besluiten van de Toneelraad betreffende:
het voeren van rechtsgedingen, het aangaan van dadingen, het onderwerpen van geschillen aan de uitspraak van scheidslieden en het berusten in tegen de stichting ingestelde rechtsvorderingen, zulks behoudens de bevoegdheid van het bestuur tot het zo nodig nemen van alle nodige conservatoire maatregelen,
Hoofdstuk Geldmiddelen en financieel beheer
De Toneelraad legt jaarlijks vóór 1 april een begroting van het volgende boekjaar en vóór 31 december een rekening en verantwoording over het afgelopen boekjaar ter goedkeuring voor aan burgemeester en wethouders. Vaststelling van rekening en verantwoording door het bestuur en goedkeuring van deze rekening en verantwoording door burgemeester en wethouders strekt de penningmeester tot décharge voor zijn beheer over het betreffende boekjaar.
Tegelijk met de in artikel 12 genoemde rekening en verantwoording doet de Toneelraad jaarlijks aan burgemeester en wethouders toekomen een beredeneerd en zo goed mogelijk gedocumenteerd verslag van zijn verrichtingen in het afgelopen boekjaar en over het daaraan ten grondslag liggende beleid. Dit verslag wordt openbaar gemaakt zodra burgemeester en wethouders daarvan hebben kennisgenomen.