Organisatie | Venray |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Algemene plaatselijke verordening Gemeente Venray 2012 |
Citeertitel | Algemene plaatselijke verordening gemeente Venray 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlagen | exb-2017-13470 toelichting exb-2017-13472 |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-04-2014 | 02-07-2013 | 31-05-2016 | art. 4:10, art. 4:11, art. 4:12, art. 4:12a, art. 4:12b, art 4:12c, art. 4:12d, art. 4:12e, art. 4:12e, art 4:12f, art. 4:12g, art. 4:12h, art. 4:12i, art 4:12j, art. 4:12k | 25-02-2014 www.officielebekendmakingen.nl, 8-4-2014 | Onbekend |
05-10-2012 | Nieuwe regeling | 11-09-2012 Peel en Maas, 4-10-2012 | Onbekend |
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Artikel 1:5 Persoonlijk karakter van vergunning of ontheffing
De vergunning of ontheffing is persoonsgebonden, tenzij bij of krachtens deze verordening anders is bepaald of de aard van de vergunning zich daartegen verzet.
Artikel 1:6 Intrekking of wijziging van vergunning, periode of ontheffing
De vergunning, periode of ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd:
De vergunning of ontheffing geldt voor onbepaalde tijd, tenzij bij de vergunning of ontheffing anders is bepaald of de aard van de vergunning of ontheffing zich daartegen verzet.
De vergunning of ontheffing kan door het bevoegd gezag of het bevoegde bestuursorgaan worden geweigerd in het belang van:
Afdeling 1. Bestrijding van ongeregeldheden
Artikel 2:1 Samenscholing en ongeregeldheden
Hij die op een openbare plaats aanwezig is bij een voorval waardoor ongeregeldheden ontstaan of dreigen te ontstaan, of bij een tot toeloop van publiek aanleiding gevende gebeurtenis waardoor ongeregeldheden ontstaan of dreigen te ontstaan, dan wel zich bevindt in of aanwezig is bij een samenscholing, is verplicht op bevel van een opsporingsambtenaar zijn weg te vervolgen of zich in de door hem aangewezen richting te verwijderen.
Afdeling 5. Bruikbaarheid en aanzien van de weg
Artikel 2:10 Het plaatsen van voorwerpen op, aan of boven de weg in strijd met de publieke functie ervan.
Afdeling 6. Veiligheid op de weg
De rechthebbende op een bedrijf die ten behoeve van het winkelend publiek winkelwagentjes ter beschikking stelt, mede ten behoeve van het vervoer van winkelwaren over de weg, is verplicht deze te voorzien van de naam van het bedrijf of van een ander herkenningsteken en de in de omgeving van dat bedrijf door het publiek op of langs de weg achtergelaten winkelwagentjes terstond te verwijderen of te doen verwijderen.
Artikel 2:15 Hinderlijke beplanting of gevaarlijk voorwerp
Het is verboden beplanting of een voorwerp aan te brengen of te hebben op zodanige wijze dat aan het wegverkeer het vrije uitzicht wordt belemmerd of daaraan op andere wijze hinder of gevaar oplevert.
Artikel 2:16 Openen straatkolken e.d.
Het is aan degene die daartoe niet bevoegd is verboden een straatkolk, rioolput, brandkraan of een andere afsluiting die behoort tot een openbare nutsvoorziening, te openen, onzichtbaar te maken of af te dekken.
Voor het op het evenemententerrein verrichten van activiteiten, die op grond van deze of een andere gemeentelijke verordening vergunningplichtig zijn, is tijdens de duur van het evenement geen afzonderlijke vergunning nodig, mits die activiteiten vermeld zijn in de vergunning als bedoeld in het eerste lid.
Geen vergunning is vereist als het evenement een meldingsplichtig evenement is. Om te bepalen of een aanvraag meldings- of vergunningsplichtig is, dient gebruik te worden gemaakt van het Rekenmodel. Het Rekenmodel staat op de gemeentelijke website en dient bij iedere aanvraag ingevuld en meegezonden te worden.
Afdeling 8. Toezicht op openbare inrichtingen
Artikel 2:27 Begripsbepalingen
In deze afdeling wordt verstaan onder:
openbare inrichting: de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was logies wordt verstrekt of dranken worden geschonken of rookwaren of spijzen voor directe consumptie worden bereid of verstrekt. Onder een openbare inrichting worden in ieder geval verstaan: een hotel, restaurant, pension, café, cafetaria, snackbar, discotheek, buurthuis of clubhuis. Onder openbare inrichting wordt tevens verstaan een bij dit bedrijf behorend terras en andere aanhorigheden;
Artikel 2:28 Exploitatie openbare inrichting
In afwijking van het bepaalde in artikel 1:8 kan de burgemeester de vergunning slechts geheel of gedeeltelijk weigeren indien naar zijn oordeel moet worden aangenomen dat de woon- of leefsituatie in de omgeving van het horecabedrijf of de openbare orde op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed.
Het is de houder van een openbare inrichting, als bedoeld in artikel 2:27, eerste lid, verboden in die inrichting toe te laten of te laten verblijven, niet tot zijn gezin behorende personen, die naar het oordeel van de burgemeester misbruik van alcoholhoudende drank plegen te maken en wier namen als zodanig schriftelijk door de burgemeester aan die houder zijn opgegeven.
Het is aan een persoon wiens naam ingevolge het bepaalde in het eerste lid door de burgemeester aan de houders van openbare inrichtingen, als bedoeld in artikel 2:27, eerste lid, is opgegeven, verboden zich in een dergelijke inrichting te bevinden nadat hij schriftelijk door de burgemeester van dit verbod in kennis is gesteld.
Artikel 2:34 Het college als bevoegd bestuursorgaan
Indien een openbare inrichting geen voor het publiek openstaand gebouw of bijbehorend erf is in de zin van artikel 174 van de Gemeentewet, treedt het college bij de toepassing van artikel 2:28 tot en met 2:30 op als bevoegd bestuursorgaan.
Artikel 2:35 'kunststof drinkgerei'
De burgemeester kan, in het belang van de openbare orde, openbare veiligheid of in het geval van bijzondere omstandigheden, voor een of meer horecabedrijven en openbare plaatsen tijdelijk het gebruik van drinkgerei en flessen, bedoeld voor gebruik ter plaatse, anders dan van kunststof materiaal verbieden.
Afdeling 9. Toezicht op inrichtingen tot het verschaffen van nachtverblijf
In deze afdeling wordt verstaan onder inrichting: elke al dan niet besloten ruimte waarin, in de uitoefening van beroep of bedrijf, aan personen de mogelijkheid van nachtverblijf of gelegenheid tot kamperen wordt verschaft.
Artikel 2:37 Kennisgeving exploitatie
Degene die een inrichting opricht, overneemt, verplaatst of de exploitatie of feitelijke leiding van een inrichting staakt, is verplicht binnen drie dagen daarna daarvan schriftelijk kennis te geven aan de burgemeester.
Artikel 2:38 Verschaffing gegevens nachtregister
Degene die in een inrichting nachtverblijf houdt of de kampeerder is verplicht de exploitant of feitelijk leidinggevende van die inrichting volledig en naar waarheid naam, adres, woonplaats, geboortedatum, geboorteplaats, betrekking, dag van aankomst en de dag van vertrek te verstrekken.
Afdeling 11. Maatregelen tegen overlast en baldadigheid
Artikel 2:44 Vervoer inbrekerswerktuigen
Dit verbod is niet van toepassing indien de bedoelde werktuigen niet zijn gebruikt of niet zijn bestemd om zich onrechtmatig de toegang tot een gebouw of erf te verschaffen, onrechtmatig sluitingen te openen of te verbreken, diefstal door middel van braak te vergemakkelijken of het maken van sporen te voorkomen.
Artikel 2:45 Betreden van plantsoenen e.d.
Het is aan degene die daartoe niet bevoegd is verboden zonder ontheffing van het college zich te bevinden in of op bij de gemeente in onderhoud zijnde parken, wandelplaatsen, plantsoenen, groenstroken of grasperken, buiten de daarin gelegen wegen of paden.
Artikel 2:50 Hinderlijk gedrag in voor het publiek toegankelijke ruimten
Het is verboden zich zonder redelijk doel en op een voor anderen hinderlijke wijze op te houden in of op een voor het publiek toegankelijke ruimte, dan wel deze te verontreinigen of te gebruiken voor een ander doel dan waarvoor deze ruimte is bestemd. Onder deze ruimten worden in elk geval begrepen: portalen, telefooncellen, wachtlokalen voor het openbaar vervoer, parkeergarages en rijwielstallingen.
Artikel 2:51 Neerzetten van fietsen e.d.
Het is verboden op een openbare plaats een fiets of een bromfiets te plaatsen of te laten staan tegen een raam, een raamkozijn, een deur, de gevel van een gebouw of in de ingang van een portiek indien:
Artikel 2:52 Overlast van fiets of bromfiets op markt en kermisterrein e.d.
Het is verboden op de door het college of de burgemeester aangewezen uren en plaatsen zich met een fiets of bromfiets te bevinden op een door het college of de burgemeester aangewezen terrein waar een markt, evenement, uitvoering, bijeenkomst of plechtigheid gehouden wordt die publiek trekt, mits dit verbod kenbaar is aan de bezoekers van het terrein.
Artikel 2:57 Loslopende honden, verboden plaatsen, identificatie
Het verbod geldt niet voor zover de eigenaar of houder van een hond zich vanwege zijn handicap door een geleidehond of hulphond laat begeleiden en de hond als zodanig aantoonbaar gekwalificeerd is of indien een eigenaar of een houder van een hond deze aantoonbaar gekwalificeerd opleidt tot geleidehond of hulphond.
Artikel 2:58 Verontreiniging door honden
Voor de toepassing van dit artikel wordt onder "deugdelijke voorziening" verstaan een voorwerp waarmee uitwerpselen op een hygiënisch verantwoorde wijze opgeraapt kunnen worden, alsmede een voorwerp waarin de uitwerpselen op een hygiënisch verantwoorde wijze kunnen worden meegenomen, zoals een hondenpoepzakje of een hondenpoepschepje.
De rechthebbende op herkauwende en eenhoevige dieren of varkens (vee) die zich bevinden in een weiland of op een terrein dat niet van de weg is afgescheiden door een deugdelijke veekering, is verplicht ervoor te zorgen dat zodanige maatregelen getroffen worden dat dit vee die weg niet kan bereiken.
Afdeling 12. Bepalingen ter bestrijding van heling van goederen
In deze afdeling wordt verstaan onder handelaar: een handelaar als bedoeld in artikel 1 van de algemene maatregel van bestuur op grond van artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.
Artikel 2:74 Drugshandel op straat
Onverminderd het bepaalde in de Opiumwet is het verboden op of aan een openbare plaats post te vatten of zich daar heen en weer te bewegen en zich op of aan wegen in of op een voertuig te bevinden of daarmee heen en weer of rond te rijden, met het kennelijke doel om middelen als bedoeld in artikel 2 en 3 van de Opiumwet, of daarop gelijkende waar, al dan niet tegen betaling af te leveren, aan te bieden of te verwerven, daarbij behulpzaam te zijn of daarin te bemiddelen.
Artikel 2:74a Verzameling van personen in verband met drugs
Het is verboden op of aan een openbare plaats aan een verzameling van meer dan vier personen deel te nemen, indien die openbare plaatsen door de burgemeester in het belang van de openbare orde daartoe zijn aangewezen in verband met het openlijk gebruik van en/of de handel in middelen als bedoeld in de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet.
Artikel 2:74b Verblijfsontzegging in verband met drugs
Het is degene die op of aan openbare plaats of in een voor het publiek toegankelijk gebouw middelen als bedoeld in de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet gebruikt of verhandelt, of daartoe post vat of zich heen en weer beweegt, of zich in of op een voertuig bevindt of daarmee heen en weer of rond rijdt, of zich gedraagt in strijd met artikel 2:74, verboden zich te bevinden in een door het college aangewezen gebied, en in voor het publiek toegankelijke gebouwen die in dat gebied gelegen zijn, nadat dit aan diegene in het belang van de openbare orde door de burgemeester bij diens besluit is bekend gemaakt.
Artikel 2:74d Weggooien spuiten e.d.
Het is verboden om injectiespuiten of onderdelen daarvan, zoals naalden, reservoirs, zuigers e.d, of daarop gelijkende voorwerpen op een openbare plaats of in een voor het publiek toegankelijk gebouw dan wel in aldaar geplaatste afvalbakken achter te laten, indien redelijkerwijs kan worden
aangenomen dat dat gebeurt om afstand van het voorwerp te doen.
Afdeling 15 Bestuurlijke ophouding, Gebiedsontzeggingen, Veiligheidsrisicogebieden en cameratoezicht op openbare plaatsen
Artikel 2:75 Bestuurlijke ophouding
De burgemeester kan overeenkomstig artikel 154a van de Gemeentewet besluiten tot het tijdelijk doen ophouden van door hem aangewezen groepen van personen op een door hem aangewezen plaats indien deze personen het bepaalde in de artikelen 2:1, 2:10, 2:11, 2:16, 2:19, 2:47, 2:48, 2:49, 2:50, 5:34 van deze verordening groepsgewijs niet naleven.
Artikel 2:76 Gebiedsontzeggingen
De burgemeester kan in het belang van de openbare orde aan degene die de openbare orde ernstig verstoord of die één of meer van de wettelijke bepalingen overtreedt, die genoemd worden in het laatste lid van dit artikel, een verbod opleggen zich voor een bepaalde duur te bevinden in een door burgemeester en wethouders aangewezen gebied en de daarin voor publiek toegankelijke gebouwen en inrichtingen.
In het belang van de openbare orde kan de burgemeester aan degene aan wie al eerder een gebiedsontzegging is opgelegd, maar van wie binnen één jaar na deze ontzegging weer geconstateerd wordt dat hij één of meer van de in het laatste lid genoemde artikelen overtreedt, een nieuwe gebiedsontzegging opleggen zoals genoemd in het eerste lid, voor een tijdvak van maximaal twaalf weken.
Artikel 2:78 Veiligheidsrisicogebieden
De burgemeester kan overeenkomstig artikel 151b van de Gemeentewet bij verstoring van de openbare orde door de aanwezigheid van wapens, dan wel bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, een gebied, met inbegrip van de daarin gelegen voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven, aanwijzen als veiligheidsrisicogebied.
Hoofdstuk 3. Seksinrichtingen, sekswinkels, straatprostitutie e.d.
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
seksinrichting: de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
Afdeling 2. Seksinrichtingen, straatprostitutie, sekswinkels en dergelijke
Artikel 3:5 Gedragseisen exploitant en beheerder
Onverminderd het bepaalde in het eerste lid, zijn de exploitant en de beheerder niet:
binnen de laatste vijf jaar onherroepelijk veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden of meer door de rechter in Nederland, inclusief de drie openbare lichamen Bonaire, Saba en Sint-Eustatius, Aruba, Curaçao en Sint Maarten, dan wel door een andere rechter wegens een misdrijf waarvoor naar Nederlands recht een bevel tot voorlopige hechtenis ingevolge artikel 67, eerste lid van het Wetboek van Strafvordering is toegelaten;
binnen de laatste vijf jaar bij ten minste twee rechterlijke uitspraken onherroepelijk veroordeeld tot een onvoorwaardelijke geldboete van 500 euro of meer of tot een andere hoofdstraf als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a van het Wetboek van Strafrecht, wegens dan wel mede wegens overtreding van:
- bepalingen gesteld bij of krachtens de Drank- en Horecawet, de Opiumwet, de Vreemdelingenwet en de Wet arbeid vreemdelingen;
- de artikelen 137c tot en met 137g, 140, 240b, 242 tot en met 249, 252, 250a (oud), 273a, 300 tot en met 303, 416, 417, 417bis, 426, 429quater en 453 van het Wetboek van Strafrecht;
- de artikelen 8 en 162, derde lid, alsmede artikel 6 juncto artikel 8 of juncto artikel 163 van de Wegenverkeerswet 1994;
- de artikelen 1, onder a, b en d, 13, 14, 27 en 30b van de Wet op de Kansspelen;
De exploitant of de beheerder zijn binnen de laatste vijf jaar geen exploitant of beheerder geweest van een seksinrichting of escortbedrijf die voor ten minste een maand door het bevoegde bestuursorgaan is gesloten, of waarvan de vergunning bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, is ingetrokken, tenzij aannemelijk is dat hem ter zake geen verwijt treft.
Artikel 3:8 Aanwezigheid van en toezicht door exploitant en beheerder
De exploitant en de beheerder zien er voortdurend op toe dat in de seksinrichting:
geen strafbare feiten plaatsvinden, waaronder in ieder geval de feiten genoemd in de titels XIV (misdrijven tegen de zeden), XVIII (misdrijven tegen de persoonlijke vrijheid), XX (mishandeling), XXII (diefstal) en XXX (heling) van het Tweede Boek van het Wetboek van Strafrecht, in de Opiumwet en in de Wet wapens en munitie; en
De burgemeester kan met het oog op de openbare orde en de belangen genoemd in artikel 3:13, tweede lid, personen aan wie ten minste eenmaal een bevel is gegeven als bedoeld in het derde lid, verbieden zich gedurende bepaalde termijn, anders dan in een openbaar middel van vervoer, te bevinden op of aan de wegen of gebieden en op de tijden bedoeld in het eerste lid onder b.
Het is de rechthebbende op een onroerende zaak verboden daarin een sekswinkel te exploiteren in door het college in het belang van de openbare orde of de woon- en leefomgeving aangewezen gebieden of delen van de gemeente.
Artikel 3:11 Tentoonstellen, aanbieden en aanbrengen van erotisch-pornografische goederen, afbeeldingen en dergelijke
Het verbod bedoeld in het eerste lid is niet van toepassing op het tentoonstellen, aanbieden of aanbrengen van goederen, opschriften, aankondigingen, gedrukte of geschreven stukken dan wel afbeeldingen, die dienen tot het openbaren van gedachten en gevoelens als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Grondwet.
Afdeling 3. Beslistermijn: weigeringsgronden
Artikel 3:13 Weigeringsgronden
Voor seksinrichtingen en in Nederland gevestigde escortbedrijven kan, onverminderd het bepaalde in artikel 1:8, de vergunning bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, worden geweigerd dan wel de aanwijzing of vaststelling bedoeld in artikel 3:9, eerste lid, achterwege gelaten, in het belang van:
Afdeling 4. Beëindiging exploitatie; wijziging beheer
Het beheer kan worden uitgeoefend door een nieuwe beheerder, indien het bevoegd bestuursorgaan op aanvraag van de exploitant besluit de verleende vergunning overeenkomstig de wijziging in het beheer te wijzigen. Het bepaalde in artikel 3:13, eerste lid, aanhef en onder a, is van overeenkomstige toepassing.
Hoofdstuk 4. Bescherming van het milieu en het natuurschoon en zorg voor het uiterlijk aanzien van de gemeente
Afdeling 1. Geluidhinder en verlichting
Artikel 4:2 Aanwijzing collectieve festiviteiten
De voorwaarden met betrekking tot de verlichting ten behoeve van sportbeoefening in de buitenlucht als bedoeld in artikel 4.113, eerste lid, van het Besluit gelden niet voor door het college per kalenderjaar aan te wijzen collectieve festiviteiten gedurende de daarbij aan te wijzen dagen of dagdelen.
Tijdens collectieve festiviteiten mag het equivalente geluidsniveau [LAeq]gemeten op de gevel van geluidgevoelige gebouwen op een hoogte van 1,5 meter, niet meer dan 80 dB(A) en/of 93 dB(C) bedragen. Tenzij dat er sprake is van een collectieve festiviteit tijdens carnaval of kermis*. Dan mag het equivalente geluidsniveau [LAeq] gemeten op de gevel van geluidgevoelige gebouwen op een hoogte van 1,5 meter niet meer bedragen dan 85 dB(A) en/of 98 dB(C).
De eindtijden van het ten gehore brengen van extra muziek – hoger dan de geluidsnorm als bedoeld in de artikelen 2.17, 2.19 en 2.20 van het Besluit en artikel 4:5 van deze verordening – zijn in de hier onderstaande tabel vermeld. Na het verstrijken van deze eindtijden dient aan de geluidsnormen zoals vermeld in artikel 2.17, 2.19 en 2.10 van het Besluit en artikel 4:5 van deze verordening te worden voldaan.
* Voor Carnaval geldt de verruiming zoals bedoeld in artikel 4:2 zesde, zevende en achtste lid, van zaterdag tot en met dinsdag. Voor Kermis in de kern van Venray geldt deze verruiming van vrijdag tot en met woensdag en voor de overige kernen van zaterdag tot en met dinsdag
Artikel 4:3 Kennisgeving incidentele festiviteiten
kan recht hebben of meerdere dagen dan genoemd in het eerste lid onder b, indien uit een akoestisch onderzoek blijkt dat het zendniveau binnen de inrichting hoger is dan 80 dB(A). Voor het aantal toegestane verruimingsdagen, boven op de in lid b genoemde dagen, wordt verwezen naar de Regeling 'Geluid bij horeca, horecagerelateerde festiviteiten en evenementen'.
Het is een inrichting toegestaan om tijdens maximaal 10 incidentele festiviteiten per kalenderjaar de verlichting langer aan te houden ten behoeve van sportactiviteiten waarbij artikel 4.113 eerste lid van het Besluit niet van toepassing is. De houder van een inrichting dient ten minste twee weken voor de aanvang van een festiviteit waarvoor een ontheffing van voorschrift 4.113 nodig is, deze aan te vragen.
Artikel 4:5 Onversterkte muziek
Afdeling 2. Bodem-, weg- en milieuverontreiniging
Het is verboden op een door het college ten behoeve van de werkzaamheden van de gemeentelijke reinigingsdienst aangewezen weggedeelte, een voertuig te parkeren of enig ander voorwerp te laten staan gedurende een daarbij aangeduide tijdsperiode.
Artikel 4:8 Natuurlijke behoefte doen
Het is verboden binnen de bebouwde kom op een openbare plaats zijn natuurlijke behoefte te doen buiten daarvoor bestemde plaatsen.
Artikel 4:9 Toestand van sloten en andere wateren en niet openbare riolen en putten buiten gebouwen
Sloten en andere wateren en niet openbare riolen en putten buiten gebouwen mogen zich niet bevinden in een toestand die gevaar oplevert voor de veiligheid, nadeel voor de gezondheid of hinder voor de gebruikers van de gebouwen of voor anderen.
Afdeling 3 Het bewaren van houtopstanden
Artikel 4:10 Begripsbepalingen
In deze afdeling wordt verstaan onder:
boom: een houtig opgaand gewas zowel levend als afgestorven met een diameter van de stam van minimaal 15 cm gemeten op 1,30 meter hoogte boven het maaiveld. In geval van meerstammigheid geldt de stamomtrek van de dikste stam. In afwijking van deze minimale stamdiameter van 15 cm geldt geen minimale stamomtrek bij toepasbaarheid van de artikelen 4:12f, 4:12g, 4:12i, 4:12j en 4:12k van deze verordening;
vellen: rooien; kappen; verplanten; het snoeien van meer dan 20 procent van de kroon of het wortelgestel, met inbegrip van kandelaberen; het verrichten van handelingen, zowel boven- als ondergronds, die de dood, de ernstige beschadiging of ernstige ontsiering van de houtopstand ten gevolge kunnen hebben;
Artikel 4:11 Bomenlijst en aangewezen aandachtsgebieden
Artikel 4:12c Criteria vergunning
In afwijking van artikel 1:8 kan de vergunning voor het vellen van een houtopstand als bedoeld in artikel 4:12b, eerste en derde lid, worden geweigerd indien de belangen van verlening niet opwegen tegen de belangen van behoud van de bomen op basis van één of meer van de volgende waarden:
De ontheffing of vergunning moet schriftelijk en gemotiveerd worden aangevraagd, door of namens dan wel met toestemming van degene, die krachtens zakelijk recht of door degene die krachtens publiekrechtelijke bevoegdheid gerechtigd is over de houtopstand te beschikken, onder overlegging van een compensatieplan en een overzicht van de overige vergunningen, ontheffingen of toestemmingen die nodig zijn voor de realisatie van een project.
Artikel 4:12f Bijzondere voorschriften
Tot de aan de omgevingsvergunning tot vellen te verbinden voorschriften, kan het voorschrift behoren dat pas tot vellen van de beschermde houtopstand op en bij bouw- en aanlegwerken of andere ruimtelijke herinrichting of reconstructie mag worden overgegaan indien andere ontheffingen, vergunningen, toestemmingen of ruimtelijke ordeningsprocedures onherroepelijk geworden zijn en de feitelijke en financiële voortgang van de werken voldoende gewaarborgd is.
Artikel 4:12g Herplant-/instandhoudingsplicht
Indien een houtopstand waarop het verbod tot vellen van toepassing is, zonder ontheffing of vergunning van het college is geveld, dan wel op andere wijze teniet is gegaan, kan het college aan de zakelijk gerechtigde tot de grond waarop zich de houtopstand bevond dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen te herplanten overeenkomstig de door hen te geven aanwijzingen binnen een door hen te stellen termijn.
Indien een houtopstand waarop het verbod tot vellen van toepassing is in het voortbestaan ernstig wordt bedreigd, kan het college aan de zakelijk gerechtigde tot de grond waarop zich de houtopstand bevindt dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen om:
Artikel 4:12h Schadevergoeding
Het college beslist op een verzoek om schadevergoeding bij weigering van een ontheffing of vergunning tot vellen op grond van artikel 17 van de Boswet.
Artikel 4:12i Afstand tot de erfgrenslijn
De afstand als bedoeld in artikel 5:42 van het Burgerlijk Wetboek is vastgesteld op 0,5 meter voor bomen, op nihil voor heesters en heggen in privaat eigendom en op nihil voor bomen, heesters en heggen die staan op openbaar terrein.
Artikel 4:12j Bestrijding van boomziekten
Indien zich op een terrein één of meer houtopstand bevinden die naar het oordeel van het college gevaar opleveren van verspreiding van een boomziekte of voor vermeerdering van de ziekteverspreiders zoals insecten, is de rechthebbende, indien hij daartoe door het college is aangeschreven, verplicht binnen de bij aanschrijving vast te stellen termijn:
Afdeling 4. Maatregelen tegen ontsiering en stankoverlast
Artikel 4:13 Opslag voertuigen, vaartuigen, mest, afvalstoffen enz.
In het belang van het uiterlijk aanzien van de gemeente, ter voorkoming of opheffing van overlast dan wel voorkoming van schade aan de openbare gezondheid, kan het college plaatsen aanwijzen die buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer, in de openlucht of buiten de weg zijn gelegen, waar het verboden is de volgende voorwerpen of stoffen op te slaan, te plaatsen of aanwezig te hebben:
Artikel 4:15 Vergunningsplicht handelsreclame
Het verbod geldt niet voor onverlichte:
opschriften en aankondigingen kleiner dan 0,50 m2 en de langste zijde korter dan 1 meter die betrekking hebben op:
- een openbare verkoping of een aanbieding ter verkoop, verhuur of verpachting van een onroerende zaak, zulks voor zolang zij feitelijke betekenis hebben;
- het beroep, de dienst of het bedrijf dat in of op de onroerende zaak wordt uitgeoefend of waarvoor die zaak is bestemd;
opschriften betrekking hebbend op de naam of aard van in uitvoering zijnde bouwwerken of op de namen van degenen die bij het ontwerp of de uitvoering van het bouwwerk betrokken zijn, mits deze opschriften zijn aangebracht op borden bij of op de in uitvoering zijnde bouwwerken zelf, zulks voor zolang zij feitelijke betekenis hebben;
Afdeling 5. Kamperen buiten kampeerterreinen
In deze afdeling wordt onder kampeermiddel verstaan: een onderkomen of voertuig waarvoor geen omgevingsvergunning voor het bouwen in de zin van artikel 2.1, eerste lid onder a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is vereist, dat bestemd of opgericht is dan wel gebruikt wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.
Hoofdstuk 5. Andere onderwerpen betreffende de huishouding der gemeente
Artikel 5:4 Defecte voertuigen
Het is verboden een voertuig waarmee als gevolg van andere dan eenvoudig te verhelpen gebreken niet kan of mag worden gereden, langer dan op drie achtereenvolgende dagen op de weg te parkeren.
Artikel 5:9 Parkeren van uitzichtbelemmerende voertuigen
Het is verboden een voertuig dat, met inbegrip van lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter, op de weg te parkeren bij een voor bewoning of ander dagelijks gebruik bestemd gebouw op zodanige wijze dat daardoor het uitzicht van bewoners of gebruikers vanuit dat gebouw op hinderlijke wijze wordt belemmerd of hun anderszins hinder of overlast wordt aangedaan.
Artikel 5:12 Overlast van fiets of bromfiets
Het is verboden fietsen of bromfietsen onbeheerd buiten de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen te laten staan op een door het college in het belang van het uiterlijk aanzien van de gemeente, ter voorkoming of opheffing van overlast, of ter voorkoming van schade aan de openbare gezondheid, aangewezen weg of weggedeelte.
Het is verboden om op een door het college aangewezen weg of weggedeelte in het belang van de beschikbare ruimte voor het stallen van fietsen of bromfietsen, langer dan een periode van vier weken zonder wezenlijke tijdsonderbreking van de voor het stallen van fietsen of bromfietsen bestemde ruimten of plaatsen gebruik te maken.
Artikel 5:13 Inzameling van geld of goederen
Onder een inzameling van geld of goederen wordt mede verstaan: het bij het aanbieden van goederen, waartoe ook worden gerekend geschreven of gedrukte stukken, dan wel bij het aanbieden van diensten aanvaarden van geld of goederen, indien daarbij te kennen wordt gegeven of de indruk wordt gewekt dat de opbrengst geheel of ten dele voor een liefdadig of ideëel doel is bestemd.
Artikel 5:19 Toestemming rechthebbende
Het is de rechthebbende op een perceel verboden toe te staan dat daarop zonder vergunning van het college standplaats wordt of is ingenomen.
Afdeling 5. Snuffelmarkten e.d.
Artikel 5:23 Organiseren van een snuffelmarkt
De snuffelmarkt kan worden gehouden indien de burgemeester niet binnen twee weken na ontvangst van de melding heeft beslist dat het organiseren van de snuffelmarkt wordt verboden in het belang van de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu. De burgemeester geeft daarvan binnen twee weken na ontvangst van de melding aan de organisator met opgaaf van redenen bericht.
Artikel 5:24 Voorwerpen op, in of boven openbaar water
Het is in verband met de veiligheid op het openbaar water verboden een voorwerp, niet zijnde een vaartuig, op, in of boven openbaar water te plaatsen, aan te brengen of te hebben, indien dit door zijn omvang of vormgeving, constructie of plaats van bevestiging gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van het openbaar water of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan dan wel een belemmering vormt voor het doelmatig beheer en onderhoud van het openbaar water.
Het verbod in het eerste lid geldt niet voor zover in de daarin geregelde onderwerpen wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht, de Scheepvaartverkeerswet, het Binnenvaartpolitiereglement, de Waterwet, de Provinciale vaarwegenverordening, de Telecommunicatiewet of de daarop gebaseerde Telecommunicatieverordening.
Artikel 5:27 Verbod innemen ligplaats
Het is verboden een ligplaats in te nemen, te hebben of beschikbaar te stellen in strijd met het krachtens artikel 5:26, tweede lid bepaalde.
Artikel 5:28 Beschadigen van waterstaatswerken
Het is verboden schade toe te brengen aan of veranderingen aan te brengen in de toestand van openbare wateren, havens, dijken, wallen, kaden, trekpaden, beschoeiingen, oeverbegroeiing, bruggen, zetten, duikers, pompen, waterleidingen, gordingen, aanlegpalen, stootpalen, bakens of sluizen die bij de gemeente in beheer zijn.
Het is verboden een voor het redden van drenkelingen bestemd en daartoe bij het water aangebracht voorwerp te gebruiken voor een ander doel dan wel voor dadelijk gebruik ongeschikt te maken.
Afdeling 7. Crossterreinen en gemotoriseerd en ruiterverkeer in natuurgebieden
Het is verboden op enig terrein, geen weg zijnde, met een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1, onder z van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en een bromfiets als bedoeld in artikel 1, onder e, van de Wegenverkeerswet 1994 een wedstrijd dan wel, ter voorbereiding van een wedstrijd, een trainings- of proefrit te houden of te doen houden dan wel daaraan deel te nemen,dan wel een motorvoertuig of een bromfiets met het kennelijke doel daartoe aanwezig te hebben.
Artikel 5:33 Beperking verkeer in natuurgebieden
Het is verboden binnen voor publiek toegankelijke natuurgebieden, parken, plantsoenen of voor recreatief gebruik beschikbare terreinen te rijden of zich te bevinden met een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1, onder z van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, een bromfiets als bedoeld in artikel 1, onder e, van de Wegenverkeerswet 1994, een fiets of een paard.
Afdeling 9. Verstrooiing van as
In deze afdeling wordt verstaan onder incidentele asverstrooiing: het verstrooien van as als bedoeld in de Wet op de lijkbezorging op een door de overledene of nabestaande(n) gewenste plek buiten een permanent daartoe bestemd terrein.
Hoofdstuk 6. Straf-, overgangs- en slotbepalingen
Overtreding van het bij of krachtens deze verordening bepaalde artikelen en de op grond van artikel 1:4 daarbij gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.
Artikel 6:3 Binnentreden woningen
Zij die belast zijn met het toezicht op de naleving of de opsporing van een overtreding van de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften die strekken tot handhaving van de openbare orde of veiligheid of bescherming van het leven of de gezondheid van personen, zijn bevoegd tot het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner.
Artikel 6:4 Intrekking oude verordening
De Algemene plaatselijke verordening gemeente Venray 2011 wordt ingetrokken.
Besluiten, genomen krachtens de verordening bedoeld in artikel 6:4 die golden op het moment van de inwerkingtreding van deze verordening en waarvoor deze verordening overeenkomstige besluiten kent, gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.
Aanbieden (van geschreven of gedrukte stukken)................................. 2:6
Aanbrengen van voorwerpen enz. op de weg...................................... 2:10
Aanhanger (verbod tot parkeren)........................................................ 5:6
Aanleggen van een weg.................................................................... 2:11
Aanlijngebod voor honden................................................................. 2:57
Aanplakken..................................................................................... 2:42
Aanvraag indienen ............................................................................ 1:3
Aanvullen voorschriften en beperkingen............................................... 1:4
Aanwijzing gemeenteambtenaren........................................................ 6:2
Aanwezigheid exploitant/beheerder seksinrichting................................. 3:8
Afval opslag .................................................................................... 4:13
Afvalstoffen opslag .......................................................................... 4:13
Afwijking sluitingstijd ................................................................ 2:30; 3:7
Algemene termijnenwet...................................................................... 1:7
Ambtenaren (belast met toezicht op)................................................... 6:2
Autohandelaar (parkeren door).......................................................... .5:3
Bebouwde kom............................................................................................................................. 1:1
Beëindiging seksinrichting........................................................................................................... 3:14
Begripsbepalingen........................................................................... ....1:1; 2:24; 2:27; 3:1; 4:1; 5:1
Beheer (wijziging seksinrichting)................................................................................................. 3:15
Beperkingen.................................................................................................................................. 1:4
Beschadigen van een wegdek..................................................................................................... 2:11
Beslissingstermijn................................................................................................................ 1:2; 3:12
Betoging........................................................................................................................................ 2:3
Betreden gebouwen en terreinen........................................................................................ 2:41; 6:3
Binnentreden van woningen, gebouwen, terrein enz.................................................................... 6:3
Borden (gedoogplicht)................................................................................................................. 2:21
Bromfiets…………......... ............................................................................................. 4:13; 5:12; 5:32
Caravan (verbod tot parkeren)....................................................................................................... 5:6
Caravan (verbod tot opslag)……………………….................................................................................. 4:13
Citeertitel………………………………………................................................................................................. 6:7
Collecteren.................................................................................................................................. 5:13
Commerciële reclame voertuigen i.v.m. parkeren........................................................................ 5:7
Crossen.................................................….................................................................................... 5:32
Crossterrein………………………………................................................................................................... 5:32
Deelnemen (aan verboden optocht)........................... ................................................................. 2:3
Dieren (gevaarlijke)............................................................................................................. 2:59;2:60
Doelloos rondhangen.......................................................................................................... 2:47;2:49
Drank- en horecawet………………………………….................................................................. 2:24; 2:48; 3:5
Drankgebruik…………………………...................................................................................................... 2:48
Dronkenschap............................................................................................................................. 2:48
Drugs.................................................................................................................................... 2:74a - d
Erotisch-pornografische goederen e.d.…..................................................................................... 3:11
Escortbedrijf (omschrijving)……………………...................................................................................... 3:1
Escortbedrijf (verbod exploitatie van)……………............................................................................... 3:4
Evenement........................................................................................................................ 2:24; 2:25
Exploitatie seksinrichting………………………........................................................................................ 3:4
Exploitatie seksinrichting (beëindiging)………................................................................................ 3:14
Feest............................................................................................................................. 2:24
Fiets……………………………………………............................................................................... 2:51; 2:52; 4:13
Fotograaf (op of aan de weg)......................................................................................................... 2:9
Gedrag (hinderlijk)............................................................................................................. 2:47; 2:49
Gedragseisen(exploitant/beheerder seksinrichting)……................................................................. 3:5
Gedoogplicht borden voor openbaar verkeer.............................................................................. 2:21
Geluidshinder (overige)…………....................................................................................................... 4:6
Geluidsapparaat…………………........................................................................................................... 4:6
Gemeenteambtenaren.................................................................................................................. 6:2
Gevaar door vee.......................................................................................................................... 2:62
Gegevens (te verstrekken)…………………………................................................................................... 2:3
Gesloten woning (betreden van)……………….................................................................................. 2:41
Gevaarlijke dieren........................................................................................................................ 2:60
Gevaarlijke honden………………………………........................................................................................ 2:59
Grote voertuigen (verbod parkeren van)………………….............................................................. 5:8; 5:9
Handel in openbare inrichting………………………………………….............................................................. 2:32
Handelen zonder vergunning of ontheffing.................................................................................... 6:1
Hinder door rondhangen.............................................................................................. 2:47 t/m 2:49
Hinderlijk gedrag.......................................................................................................... 2:47 t/m 2:49
Hinderlijk parkeren door vrachtwagens......................................................................................... 5:8
Honden.............................................................................................................................. 2:58; 2:59
Honden (gevaarlijk)…………………………........................................................................................... .2:59
Honden (aanlijngebod)................................................................................................................ 2:57
Hondenpoep................................................................................................................................ 2:58
Houder vergunning of ontheffing.......................................................................................... .1:5; 1:6
Identificatiekenmerk………………………………..................................................................................... 2:59
Inbrekerswerktuigen (vervoer).................................................................................................... 2:44
Incidentele festiviteit (twaalfdagenregeling)……….......................................................................... 4:3
Intrekking vergunning/ontheffing......................................................................................... 1:6; 3:5;
Inwerkingtreding overgangsmaatregel.................................................................................. 6:4; 6:5
Inzage vergunning....................................................................................................................... 2:42
Inzameling van geld of goed....................................................................................................... 5:13
Kampeerwagen (verbod tot parkeren)................................................................................. 4:13; 5:6
Kansspelen (Wet op de)………………………………….............................................................................. 2:40
Kennisgeving................................................................................................................................. 2:3
Kladden……………………………………………............................................................................................. 2:42
Kom (bebouwde)......................................................................................................................... . 1:1
Laden................................................................................................................................... 2:10; 5:1
Landbouwproducten(ingekuild)………………………............................................................................. 4:13
Loslopende honden..................................................................................................................... 2:57
Loslopend vee............................................................................................................................. 2:62
Lossen................................................................................................................................ .2:10, 5:9
Materialen (opslag van oude)............................................................................................. 2:43; 4:13
Muilkorven van honden................................................................................................................ 2:59
Nadere regels.................................................................................................... 2:10, 2:42, 3:3, 2:59
Naleving verordening.............................................................................................. 3:9; 6:1; 6:2; 6:3
Natuurgebied…………………………………….................................................................................. 2:18; 5:32
Natuurlijke behoefte doen (verbod op)…………………………................................................................ 4:8
Niet rijklare voertuigen op de weg (parkeren)............................................................................... 5:5
Nutsvoorzieningen (gedoogplicht voorwerpen t.b.v.)................................................................. 2:21;
Onbetamelijk gedrag bij bijeenkomsten............................................................................ 2:33; 2:47
Ongeregeldheden…………………………………......................................................................................... 2:1
Ontheffing (sluitingsuur)...................................................................................................... 2:29; 3:6
Ontsiering…………………………………………............................................................................................ 4:13
Openbare dronkenschap.................................................................................................... 2:47; 2:48
Openbare plaats………………………………................................................................................ 1:1; 2.1; 2.3
Openbare manifestaties (wet)…………………….......................................................................... 2:3; 2:24
Openbare plaats (kennisgeving betoging)..................................................................................... 2:3
Openbare vermakelijkheid................................................................................................. 2:24; 2:25
Openbare vertoning........................................................................................................... 2:24; 2:25
Opslag oude materialen............................................................................................................... 4:13
Opiumwet………………………………………..................................................................................... 2:41; 2:74
Optocht (verbod)......................................................................................................................... 2:25
Ordeverstoring................................................................................................................... 2:26; 2:33
Ordeverstoring bij bijeenkomsten..................................................................................... 2:26; 2:33
Overgangsmaatregel..................................................................................................................... 6:5
Overlast van (brom)fiets………………………………….................................................................... 2:52; 5:12
Overlast door rondhangen................................................................................................. 2:47; 2:49
Overlast door vee........................................................................................................................ 2:62
Overgangsbepaling (bestaande seksinrichting)……………....................................................... 3:15, 6:5
Parkeren (begripsomschrijving)...........................…....................................................................... 5:1
Parkeren (door autohandelaren etc.)......................….................................................................... 5:2
Parkeren grote voertuigen................................….......................................................................... 5:8
Parkeren (uitzicht belemmerend).................................................................................................. 5:9
Parkeren niet‑rijklare voertuigen........................…......................................................................... 5:5
Parkeren reclamevoertuigen...............................…........................................................................ 5:7
Parkeren recreatievoertuigen.............................…......................................................................... 5:6
Persoonlijk karakter (vergunning/ontheffing)…………..................................................................... ..1:5
Plakken…………………………………………………......................................................................................... 2:42
Plakmiddelen (vervoer)...................................….......................................................................... 2:43
Plantsoenen (rijden of parkeren in, betreden)......................….................................................... 5:11
Pluimvee………………………………………………………................................................................................. 2:62
Raamprostitutie (verbod op)……………............................................................................................. 3:9
Rechthebbende............................................................................................. 2:21; 2:62; 3:11; 5:19
Reclamevoertuig (parkeren)......................................................................................................... .5:7
Recreatievoertuigen (parkeren).................................................................................................... .5:6
Riool………………………………………........................................................................................................ .4:9
Rondhangen (doelloos)............................................................................................................. ..2:47
Rookverbod………………………………………............................................................................................ 2:18
Samenkomsten................................................................................................................... 2:1; 2:24
Samenscholing (verbod)………………………........................................................................................ .2:1
Samenscholing (verwijderen)........................................................................................................ 2:1
Schriftelijk......................................................................................................... 2:3; 2:42; 3:14; 3:15
Seksinrichting (omschrijving)……………………………….......................................................................... 3:1
Seksinrichting (verbod exploitatie zonder vergunning)…………........................................................ 3:4
Sloot………………………………………………................................................................................................. 4:9
Sluiting horecabedrijf (tijdelijk)………………………………...................................................................... 2:30
Sluitingsuur (horecabedrijf; seksinrichting).................................................................. 2:29; 3:6; 3:7
Snuffelmarkt………………………………………….............................................................................. 5:22; 5:23
Sportwedstrijd.........................................…........................................................................ 2:24; 5:32
Speelautomaat…………………………................................................................................................ ….2:40
Stalling van auto's op de openbare weg..................................................................... ............5:2: 5:6
Standplaatsen.................................................................................................. ...2:10; 5:17 t/m 5:20
Storten van afval........................................................................................................................ ..4:13
Straatartiest…………………………..................................................................................................... ……2:9
Straatprostitutie (tippelverbod)…….......................................................................................... …….3:9
Strafbepaling....................................................................................................................... ..........6:1
Tekenaar (op of aan de weg)............................................................................................. ............2:9
Tentoonstelling....................................................................................................................... .....2:24
Termijnen........................................................................................................................... .1:7; 3:12
Tippelverbod………………………....................................................................................................... …..3:9
Toestel...................................................................................................................... ...........4:6; 5:33
Toezichthouders……………………......................................................................................... ……………..6:2
Toezicht op vee........................................................................................................................... 2:62
Twaalfdagenregeling ………………………........................................................................................... ….4:3
Uitstalling…………………………………………....................................................................... …2:10; 5:17; 5:18
Uitweg (maken/veranderen)……………………............................................................................... …..2:12
Uitwerpselen van honden........................................................................................................... .2:58
Uitzichtbelemmerend parkeren.................................................................................................. ...5:9
Urineren.................................................................................................................................... ....4:8
Vee.............................................................................................................................................. 2:62
Vee (toezicht op)...................................................................................................................... ...2:62
Veldloop..................................................................................................................................... .2:24
Venten............................................................................................................................. ..5:13; 5:14
Verbod tot deelname aan optochten e.d....................................................................... ..............2:24
Verbod (evenement)............................................................................................................ ....…2:24
Verboden drankgebruik………………………......................................................................................... 2:48
Verdovende middelen (verhandelen op de weg)............................................................ .............2:74
Verfgereedschap..................................................................................................................... ....2:42
Vergunning/vergunningaanvraag......................................................... ............1:2; 1:3; 1:4; 1:5; 1:6
Vergunningsplicht (opheffing)………………............................................................................... ………..1:3
Verhandelen (van drugs)op de weg............................................................................. ................2:74
Verhandelen van goederen…………………….................................................................... .5:13 t/m 5: 23
Vermakelijkheid.............................................................................................................. ...2:24; 2:25
Verontreiniging door honden…………………................................................................................ ……2:58
Verstoring van de openbare orde................................................................................... ...2:26; 2:33
Vervallen verordening................................................................................................................. ...6:4
Vervoer plakgereedschap e.d................................................................................................ ......2:43
Vervoer inbrekerswerktuigen................................................................................................ ......2:44
Verwijderen afvalstoffen........................................................................................................... ...4:13
Verwijderen uit samenscholing e.d.......................................................................................... .....2:1
Voertuig(en)............................................................... .2:47; 2:74; 4:13; 4:17; H5 Afd. 1; 5:32; 5:33
Voertuigen (parkeren grote)...................................................................................... ....................5:8
Voertuigen (parkeren niet rijklare)............................................................................... ..................5:4
Voertuigwrak (begripsomschrijving)........................................................................... ...................5:5
Voorschriften aan een vergunning/ontheffing.................................................................... ...........1:4
Voorwerpen op, in, over of aan de weg..................................................................................... ..2:10
Voorzieningen voor het openbaar verkeer.................................................................................. .2:21
Vorm vergunning of ontheffing..................................................................................................... .1:5
Vrachtwagens (verbod tot parkeren).................................................................................. ...5:8; 5:9
Vrijheid van meningsuiting............................................................................................... ..2:42; 5:15
Vuilnis (zich ontdoen van).................................................................................................... ....... 4:13
Water..................................................................................................................................... 1:1, 4:9
Water (verontreiniging van)............................................................................................... .........…4:9
Weg.............................................................................................................................................. .1:1
Weg (voorwerpen op, in, over of boven).................................................................... .................2:10
Weg (bekladden openbare).................................................................................................. .......2:42
Weg (vervuiling van)................................................................................................................ ....2:42
Weigeringsgronden…. ........................................................................................................ 1:8; 3:13
Welstand……………………............................................................................................................. ....2:10
Werkzaamheden (verontreiniging van de weg)..................................................... ........5:2, 5:9, 5.11
Wijziging beheer (seksinrichting)…………………............................................................... ……………….3:15
Wijzigen vergunning of ontheffing......................................................................................... ........1:6
Wildplassen………………………………………....................................................................................... ……..4:8
Zich ontdoen van afval................................................................................................ ................ 4:13
Zonneschermen............................................................................................................... ...........2:10