Organisatie | Venlo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel particulier opdrachtgeverschap Natteweg en Past. Lemmensstraat |
Citeertitel | Beleidsregel particulier opdrachtgeverschap Natteweg en Past. Lemmensstraat |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlagen | Gebiedstekening Principe tekening kavel |
Geen
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
07-06-2012 | nieuwe regeling | 06-06-2012 E3-journaal/de Trompetter d.d. 06-06-2012 | Gemeenteblad jaargang 2012, nr. 14 |
Bebouwing voor particulier opdrachtgeverschap (iedere woning uniek) mogelijk maken met behoud van kenmerkende ruimtelijke structuur van lintbebouwing in voormalig agrarisch gebied.
Het mogelijke maken van natuurlijke ontwikkeling in bekenzones van Wilderbeek, Wittenbeek en Molenbeek als ruimtelijke structuurdragers voor het middengebied.
Dit leidt er toe dat voor bebouwing alleen die kavels langs Natte weg en Pastoor Lemmensstraat bebouwd mogen worden waarop zich in de huidige situatie geen bebouwing ten behoeve van woondoeleinden bevindt. Bovendien moet een te bebouwen kavel een minimale breedte en een minimale diepte hebben om voor bebouwing in aanmerking te komen..
Afstand tot zijdelingse perceelsgrens voor hoofd- en bijgebouwen en aan- en uitbouwen bedraagt minmaal 6 meter
voorgrens bouwvlak 10 meter gemeten uit voorzijde perceelsgrens/kant weg
achtergrens bouwvlak 45 meter idem
Voorgevel rooilijn; 10 meter gemeten uit voorzijde perceelsgrens/kant weg
Achtergevelrooilijn: 25 meter idem.
Te bebouwen oppervlak ten behoeve van het hoofdgebouw: maximaal 150 m2 in het bouwvlak hoofdgebouw
Aan- en uitbouwen en bijgebouwen
Aan- en uitbouwen dienen minimaal 5 meter uit de voorzijde van het hoofdgebouw te worden geplaatst.
Bijgebouwen in het bouwvlak hoofdgebouw dienen een minimaal afstand van 6 meter uit het hoofdgebouw en eventuele aan en uitbouwen te worden geplaatst.
De gezamenlijk oppervlakte van aan- en uitbouwen en bijgebouwen mag 100 m2 bedragen
Goothoogte maximaal 4.00 meter
Dakhelling: 30-50 graden; mansardekap afwijking toegestaan
Aan een hoofdgebouw mogen erkers, luifels en dergelijke worden aangebouwd met een diepte van maximaal 1,50 meter, een oppervlakte van maximaal 6 m² en een hoogte van maximaal 0,25 meter boven de vloer van de eerste verdieping;
Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
Erf- en terreinafscheidingen hoger dan 1 meter alsmede overkappingen dienen tenminste 1 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw - of het verlengde daarvan - te worden gebouwd;
In hoeksituaties dienen erf- en terreinafscheidingen hoger dan 1 meter alsmede overkappingen, aan de perceelszijde van het hoofdgebouw die direct grenst aan de weg, op een afstand van tenminste 3 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw - of het verlengde daarvan - te worden gebouwd;
De hoogte van andere bouwwerken mag maximaal 3 meter bedragen, met uitzondering van:
vlaggenmasten, waarvan de hoogte maximaal 5 meter mag zijn; speeltoestellen, waarvan de hoogte maximaal 3,5 meter mag zijn;
erf- en terreinafscheidingen, waarvan de hoogte maximaal 2 meter mag zijn;
Tot een diepte van 45 meter gemeten uit de grens weg kent de kavel de bestemming woondoeleinden
Het gebruik hier is beperkt tot de functie wonen met in acht neming van de regels voor het gebruik van woningen conform de beleidslijn.
Voor het gebruik van woningen en daarbij behorende gronden en bouwwerken voor het in combinatie met het wonen uitoefenen van een huis gebonden beroep en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, wordt vrijstelling verleend indien:
Vanaf een diepte van 45 meter gemeten uit de grens kavel/verharding geldt de bestemming “agrarisch ongebouwd” conform het handboek actualisering bestemmingsplannen
Ruimtelijke onderbouwing art 19
Items die in een ruimtelijke onderbouwing ex artikel 19 lid 1 / 2 aan bod behoren te komen zijn (voor zover op het project van toepassing):
De aanvrager/initiatiefnemer is verplicht zorg te dragen voor bovengenoemde aanvullingen/onderbouwing . De daaraan verbonden kosten, inclusief eventuele onderzoekskosten, komen voor rekening van de aanvrager/initiatiefnemer