Organisatie | Oostzaan |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening cliëntenparticipatie wet werk en bijstand Oostzaan |
Citeertitel | Verordening Cliëntenparticipatie WWB Oostzaan |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | WWB |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-03-2005 | 28-08-2008 | Nieuwe regeling | 31-01-2005 Kompas, 08-02-2005 | - |
De Cliëntenraad heeft tot taak de gemeente gevraagd en ongevraagd te informeren en te adviseren alsmede ontwikkelingen te signaleren over alle zaken die binnen de gemeentelijke beleidsvrijheid vallen en die van belang zijn voor mensen met een inkomen rond het minimum.
De Cliëntenraad stelt jaarlijks een activiteitenplan op, inclusief concept-begroting, dat door het college wordt vastgesteld.
De secretaris van de Cliëntenraad stelt na afloop van een kalenderjaar een jaarverslag op. Hierin zijn tenminste de in het afgelopen jaar gevraagde en ongevraagde adviezen van de Cliëntenraad opgenomen, alsmede het financiële verslag.
In Kompas wordt aangekondigd dat het jaarverslag ter inzage ligt in het gemeentehuis.
De Cliêntenraad neemt kennis van het bepaalde in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht. Behalve na voorafgaande schriftelijke toestemming van het college zal de Cliêntenraad informatie met een vertrouwelijk karakter niet aan derden kenbaar maken.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 31 januari 2005.
P.J. Möhlmann
De griffier , de voorzitter
Artikel 47 van de Wet werk en bijstand geeft de gemeenteraad de opdracht om bij verordening regels te stellen over de wijze waarop de personen, bedoeld in artikel 7, eerste lid, of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wet, waarbij in ieder geval wordt geregeld de wijze waarop;
Dit artikel is bij de behandeling van de Wet werk en bijstand in de Tweede Kamer naar aanleiding van een amendement van de kamerleden Bakker en Noorman-den Uyl toegevoegd. Doel van het amendement was de cliëntenparticipatie bij de gemeenten in lijn te brengen met de Wet SUWI (Wet Structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen), waarin wordt gesteld dat cliëntenparticipatie onmisbaar is in een uitvoeringsstructuur waarin de cliënt centraal staat.
Met de Verordening cliëntenparticipatie WWB wordt ruimschoots aan de verplichting van artikel 47 WWB voldaan. Er is naar gestreefd cliêntenparticipatie nog sterker dan voorheen in de uitvoering van de gemeentelijke sociale zekerheid te verankeren.
Cliëntenparticipatie is overigens geen nieuw fenomeen voor de gemeente Oostzaan. De gemeente acht de bevordering van cliëntenparticipatie al langer nastrevenswaardig. In Oostzaan kreeg cliëntenparticipatie reeds in 2001 vorm door een enquête onder uitkeringsgerechtigden.
De wijze waarop cliêntenparticipatie vorm wordt gegeven wordt aan de gemeente overgelaten. De gemeente wil "een gestructureerde, systematische vorm van regelmatig overleg tussen landelijke/lokale overheden en uitvoeringsorganisaties enerzijds en (georganiseerde) uitkeringsgerechtigden anderzijds, waarbij uitkeringsgerechtigden bij het beleid en de uitvoering worden betrokken en de mogelijkheid hebben om invloed uit te oefenen op het bijstandsbeleid en de uitvoering daarvan." Cliënten zijn gepeild over de informatievoorziening, de mate van tevredenheid over de dienstverlening en de belangstelling voor actieve deelname aan een panel.
Er bleek onvoldoende belangstelling. Ook bij een volgende enquête was er onvoldoende belangstelling. Pas bij de implementatie van de Wet Werk en Bijstand en de mogelijkheid om aan te sluiten bij het bestaande cliëntenpanel in Zaanstad bleek de geringe belangstelling geen belemmering meer te zijn om deel te nemen.
Na inwerkingtreding van de WWB wierp zich de vraag op of de tijd was aangebroken om te komen tot nieuwe, meer inspirerende, vormen van cliëntenparticipatie.
Hierbij kan worden gedacht aan voorlichtingsbijeenkomsten, een ombudsfunctie, Internet-panels en andere interactieve vormen van communicatie. Centraal staat de gedachte dat de cliënt een eigen verantwoordelijkheid heeft en op grond van deze eigen verantwoordelijkheid een bijdrage levert aan de wijze waarop het beleid van de sector Sociale Zaken wordt vormgegeven.
Deze vernieuwing komt ook tot uitdrukking in de naamswijziging. Voortaan zal worden gesproken van de Cliëntenraad in plaats van de adviesgroep Sociale Zaken.
Er is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de WWB, Ioaw, loaz of Awb (Algemene wet bestuursrecht) niet afzonderlijk te definiëren in deze verordening. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van betreffende definities in de WWB of Awb ook de verordening moet worden gewijzigd.
De begrippen die niet zijn omschreven in de WWB, Ioaw, loaz of Awb, of die verduidelijkt moeten worden, zijn in het eerste lid omschreven.
Dit artikel bevat een globale omschrijving van het doel van cliënten participatie, uitgaande van de gedachte dat cliêntenparticipatie onmisbaar is voor de totstandkoming en uitvoering van beleid waarin de cliënt centraal staat.
Omdat het gaat om cliënten participatie is het de intentie dat de Cliëntenraad voor een groot deel bestaat uit leden van de doelgroep zelf. Daarbij is het raadzaam te streven naar een representatieve afspiegeling van de groep cliënten. Gezien het maximum aantal personen is het gewenst dat minimaal 1 persoon uit Oostzaan afkomstig is.
Een deel van de Cliëntenraad bestaat uit vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties. Hiervoor is gekozen, omdat zij vanuit hun professionaliteit een waardevolle inbreng kunnen leveren en mede de continuïteit van de Cliëntenraad kunnen waarborgen.
Het vierde lid beoogt te voorkomen dat een ongewenste verstrengeling van belangen plaatsvindt.
Artikel 4 Benoeming en ontslag
De bevoegdheid van het college tot benoeming en ontslag kan worden gemandateerd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 0:5 van de Awb.
Cliënten die een baan vinden kunnen de zittingsperiode afmaken.
De Cliëntenraad is een advies- en overlegorgaan van de gemeente Oostzaan en Zaanstad. Artikel 5 geeft een globale omschrijving van de taken van de Cliëntenraad.
Artikel 6.1 bepaalt de reikwijdte van de bevoegdheden die aan de Cliëntenraad zijn toebedeeld. Naast een adviserende taak wat betreft de algemene werkzaamheden en dienstverlening van Sociale Zaken, heeft de Cliëntenraad ook recht van initiatief op dit terrein. De Cliëntenraad wordt in ieder geval om advies gevraagd bij het opstellen van beleidsplannen en verordeningen.
Artikel 6.2 regelt het passieve informatierecht van de Cliëntenraad. Het is vorm gegeven in een actieve informatieplicht van de gemeente. De gemeente dient uit eigen beweging te zorgen dat de Cliëntenraad tijdig de nodige informatie ontvangt die voor zijn functioneren noodzakelijk of dienstbaar is. Naast dit passieve informatierecht bezit de Cliëntenraad ook een actief informatierecht: Hij kan zelf om bepaalde inlichtingen en/of gegevens vragen.
In de in artikel 5 geformuleerde taakstelling van de Cliëntenraad ligt het adviesrecht van de Cliëntenraad besloten. Dit recht op advies wordt in artikel 6.3 verder uitgewerkt. Wanneer de gemeente advies vraagt, moet dit advies van invloed kunnen zijn op de besluitvorming. Hiermede wordt het belang, dat de gemeente aan cliëntenparticipatie hecht, onderstreept. Dit geldt eveneens voor artikel 6.3, derde lid, waarin nogmaals tot uitdrukking komt dat het advies van de Cliëntenraad niet vrijblijvend is.
De Cliëntenraad maakt afspraken met het hoofd van Sociale Zaken over wat in individuele gevallen wordt verstaan onder het tijdig uitbrengen van adviezen.
In dit artikel worden drie vormen van overleg beschreven.
Het eerste lid heeft betrekking op het interne overleg van de Cliëntenraad tussen de leden onderling. Het tweede lid regelt het overleg tussen Cliëntenraad en Sociale Zaken en het derde lid regelt het overleg tussen de wethouder Sociale Zaken en de Cliëntenraad. Bij mandatering van het sectorhoofd aan de Directeur Dienst Publiek en (ondermandaat) aan het hoofd sector backoffice Sociale Zaken Zaanstad zijn de taken en bevoegdheden vastgelegd. Deze gang van zaken ontneemt niet het recht van inwoners van Oostzaan om zich rechtstreeks wenden tot de wethouder van Sociale Zaken. Nadere afspraken over de frequentie van de vergaderingen van de Cliëntenraad worden vastgelegd in het Reglement van Orde van de Cliëntenraad. Hierin zal tevens een bepaling worden opgenomen over de openbaarheid van de vergaderingen van de Cliëntenraad.
Artikel 9 Agenda periodiek overleg tussen gemeente en Cliëntenraad
In het tweede lid van dit artikel wordt voldaan aan de wettelijke eis dat de verordening de wijze moet aangeven waarop de cliënten of hun vertegenwoordigers onderwerpen voor de agenda kunnen aanmelden. Deze eis is vervat in artikel 47, onderdeel b. van de Wet werk en bijstand.
Artikel 10 Uitsluiting van inspraak
De behandeling van klachten, bezwaren en andere aangelegenheden die de individuele klant of de individuele medewerker van de sector Sociale Zaken betreffen, behoort derhalve niet tot het werkterrein van de Cliëntenraad omdat deze worden behandeld via andere procedures en overlegstructuren. Eveneens geldt deze uitsluiting voor financiële, personele en organisatorische aangelegenheden.
Hoewel het college kosteloos faciliteiten ter beschikking stelt van de Cliëntenraad, kan het voorkomen dat de Cliëntenraad ook andere voor de uitoefening van zijn taak noodzakelijke kosten moet maken. Het betreft kosten die direct samenhangen met de onafhankelijkheid en het zelfstandig functioneren van de Cliëntenraad. Ook deze kosten worden door het college binnen redelijke grenzen vergoed. Hiervoor kan aan de Cliëntenraad een subsidie ter beschikking worden gesteld. De Cliëntenraad zal de kosten moeten aantonen door het overleggen van betaalbewijzen.
Jaarlijks stelt de Cliëntenraad een activiteitenplan op. Hierin wordt tot uitdrukking gebracht op welke wijze de Cliëntenraad voornemens is te communiceren met zijn achterban, dan wel zijn achterban te betrekken bij zijn werkwijze. Tevens wordt in het activiteitenplan aangegeven op welke wijze cliënten van Sociale Zaken agendapunten voor het overleg kunnen aandragen. Er is voor gekozen om de Cliëntenraad zelf een activiteitenplan te laten opstellen om daarmee uitdrukking te geven aan het beleidsprincipe van de eigen verantwoordelijkheid van cliënten. Het uiteindelijke doel is dat cliënten, meer dan tot nu toe het geval is, gaan participeren in diverse vormen van cliëntenparticipatie: uiteenlopend van spreekuren, formulierenbrigades, interactieve inspraakmogelijkheden via Internet tot andere vormen van communicatie en participatie.
Het activiteitenplan wordt gezien als het speerpunt van het vernieuwingsproces "Inspirerende Cliëntenparticipatie" en kan op langere termijn ook een functie vervullen met betrekking tot de sociale activering van cliënten waarvoor niet direct een werktraject tot de mogelijkheden behoort. Hierbij kan worden gedacht aan het ontwikkelen van vrijwilligersbanen en werkervaringsplaatsen.
Tot slot wordt erop gewezen dat de Cliëntenraad schriftelijk, telefonisch en digitaal te bereiken moet zijn voor zijn leden, de cliënten van Sociale Zaken en de gemeente.
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Omdat de mogelijkheid bestaat dat de Cliëntenraad kennis neemt van vertrouwelijke informatie is het goed zich ervan rekenschap te geven dat hierop de geheimhoudingplicht van artikel 2: 5 van de Algemene wet bestuursrecht rust. Na vooraf verkregen schriftelijke toestemming van het college mag de Cliëntenraad genoemde informatie aan derden verstrekken of publiek maken.
Artikel 15 is een aanvulling op artikel 4 (benoeming en ontslag). Hierin wordt enerzijds de eerste benoeming van de Cliëntenraad geregeld. Anderzijds voorziet dit artikel in een procedure voor het geval de Cliêntenraad in zijn geheel vervangen dient te worden.
Voor de juiste uitvoering van de verordening kan het noodzakelijk zijn dat nadere uitvoeringsregels worden vastgesteld. Dit artikel geeft het college de bevoegdheid om dergelijke regels vast te stellen.
Artikel17 Citeerwijze en inwerkingtreding
De verordening wordt aangehaald als de Verordening cliëntenparticipatie Oostzaan. De datum van de inwerkingtreding van de verordening moet op tenminste 6 weken na de datum van publicatie gesteld worden.