Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gilze en Rijen

Beleidsregels met betrekking tot aan huis gebonden beroepen,ambachtelijke dienstverlening en ambachtelijke bedrijven

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGilze en Rijen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels met betrekking tot aan huis gebonden beroepen,ambachtelijke dienstverlening en ambachtelijke bedrijven
CiteertitelBeleidsregels met betrekking tot aan huis gebonden beroepen,ambachtelijke dienstverlening en ambachtelijke bedrijven
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet op de Ruimtelijke Ordening, art. 19, lid 3
  2. Besluit op de ruimtelijke ordening, art. 20

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

12-11-200823-02-2011nieuwe regeling

28-10-2008

Weekblad Gilze en Rijen 05-11-2008

College B&W 28-10-2008

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels met betrekking tot aan huis gebonden beroepen,ambachtelijke dienstverlening en ambachtelijke bedrijven

 

 

Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst

Beleidsregels met betrekking tot aan huis gebonden beroepen, ambachtelijke dienstverlening en ambachtelijke bedrijven

Er zijn twee categorieën van gevallen:

1. Aan huis gebonden beroepen:

Onder aan huis gebonden beroepen wordt verstaan: de uitoefening van een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerp-technisch of hiermee gelijk te stellen gebied dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijgebouwen met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend; hieronder dienen niet te worden begrepen de uitoefening van ambachtelijke bedrijven alsmede detailhandel.

Indien er sprake is van het gebruik van een gedeelte van de woning ten behoeve van een aan huis gebonden beroep en er wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a.

    de woonfunctie blijft in overwegende mate gehandhaafd, waarbij maximaal 50 % van het oppervlak van de begane grond en maximaal 30 % van het totale vloeroppervlak van de woning en bijgebouwen als zodanig mag worden gebruikt, tot een maximum van 60 m2;

  • b.

    de parkeerbalans in de directe woonomgeving wordt niet onevenredig nadelig wordt beïnvloed of kan worden beïnvloed;

  • c.

    het gebruik geen onevenredige nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;

  • d.

    het aan huis gebonden beroep geen type B of C is ingevolge het Activiteitenbesluit;

  • e.

    door de uitoefening van de activiteiten het uiterlijk aanzien van de woning niet zodanig verandert, dat de woning het karakter van een woning geheel of gedeeltelijk verliest,

dan kan voor het aan huis gebonden beroep, indien ook wordt voldaan aan de overige eisen van 4.1.1 Bro, door middel van de procedure ingevolge artikel 3.23 Wro juncto 4.1.1 Bro, ontheffing van het bestemmingsplan worden verleend.

2. Ambachtelijke dienstverlening en ambachtelijke bedrijven:

Onder ambachtelijke dienstverlening wordt verstaan: een bedrijf - niet zijnde een aan huis gebonden beroep - waarbij de nadruk ligt op dienstverlening aan consumenten en de dienstverlening grotendeels wordt uitgevoerd met de hand of althans niet in hoofdzaak gemechaniseerd, geautomatiseerd of met behulp van werktuigen, die door energiebronnen buiten de menselijke arbeidskracht worden aangedreven. Voorzover van laatstbedoelde werktuigen gebruik wordt gemaakt, zijn deze als ondergeschikt te beschouwen aan de menselijke handvaardigheid. Hieronder worden onder andere verstaan een kappersbedrijf en een pedicure.

Onder een ambachtelijk bedrijf wordt verstaan: een bedrijf - niet zijnde een aan huis gebonden beroep - waarbij het productieproces grotendeels wordt uitgevoerd met de hand of althans niet in hoofdzaak gemechaniseerd, geautomatiseerd of met behulp van werktuigen, die door energiebronnen buiten de menselijke arbeidskracht worden aangedreven. Voorzover van laatstbedoelde werktuigen gebruik wordt gemaakt, zijn deze als ondergeschikt te beschouwen aan de menselijke handvaardigheid.

Indien er sprake is van het gebruik van een gedeelte van de woning en/of bijgebouwen ten behoeve van een ambachtelijk bedrijf en/of ambachtelijke dienstverlening, en er wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a.

    de woonfunctie in overwegende mate blijft gehandhaafd, waarbij maximaal 50% van het oppervlak van de begane grond en maximaal 30% van het totale vloeroppervlak van de woning en bijgebouwen als zodanig mag worden gebruikt, tot een maximum van 60 m²;

  • b.

    de parkeerbalans in de directe woonomgeving niet onevenredig nadelig wordt of kan worden beïnvloed;

  • c.

    het gebruik geen onevenredige nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;

  • d.

    het ambachtelijke bedrijf en/of de ambachtelijke dienstverlening geen type B of C is ingevolge het Activiteitenbesluit;

  • e.

    door de uitoefening van de activiteiten het uiterlijk aanzien van de woning niet zodanig verandert, dat de woning het karakter van een woning geheel of gedeeltelijk verliest,

dan kan voor de ambachtelijke dienstverlening of ambachtelijke bedrijven, indien ook wordt voldaan aan de overige eisen van 4.1.1 Bro, door middel van de procedure ingevolge artikel 3.23 Wro juncto 4.1.1 Bro ontheffing van het bestemmingsplan worden verleend.

Procedure

Artikel 3.24 Wro bepaalt de procedure bij een ontheffing ex artikel 3.23 Wro:

  • 1.

    Burgemeester en wethouders beslissen binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag voor een ontheffing als bedoeld in artikel 3.22 of 3.23 of toepassing zal worden gegeven aan het derde lid.

  • 2.

    Als besloten wordt geen toepassing te geven aan het derde lid, wordt de ontheffing geweigerd.

  • 3.

    Op de voorbereiding van een besluit omtrent een ontheffing als bedoeld in artikel 3.22 of 3.23 is afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing, met dien verstande dat burgemeester en wethouders binnen vier weken na afloop van de termijn van terinzageligging beslissen.

  • 4.

    De ontheffing treedt, onverminderd het bepaalde in artikel 8.4, tweede lid, in werking met ingang van de zevende week na de dag waarop zij is bekendgemaakt.

Dit betekent dat eerst het ontwerpbesluit ter inzage wordt gelegd. Tegen dit ontwerpbesluit kunnen belanghebbenden binnen zes weken schriftelijk of mondeling hun zienswijze naar voren brengen. Daarna wordt het definitieve besluit genomen waartegen geen bezwaar, maar rechtstreeks beroep mogelijk is bij de rechtbank.

Afwijken van beleidsregels

In bijzondere gevallen kan uiteraard van deze beleidsregels worden afgeweken met gebruikmaking van de inherente afwijkingsbevoegdheid/hardheidsclausule (artikel 4:84 Algemene wet bestuursrecht).

28 oktober 2008