Organisatie | Wormerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van rioolheffing 2010 |
Citeertitel | Verordening rioolheffing 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | tarievennota 2010 |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2010 | 01-01-2011 | Nieuwe regeling | 08-12-2009 | Onbekend |
Artikel 2 Aard van de belasting
Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voorde gemeente verbonden zijn aan:
Artikel 3 Belastbaar feit en belastingplicht
Met betrekking tot het eigenarendeel wordt, ingeval het perceel een onroerende zaak is, alsgenothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin vanhet belastingjaar als zodanig in de kadastrale registratie is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstipgeen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is.
Artikel 4 Zelfstandige gedeelten
Indien gedeelten van een in artikel 3 bedoeld perceel blijkens hun indeling bestemd zijn om alsafzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt de belasting geheven ter zake van elk als zodanigbestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als één
geheel worden gebruikt, deze als één perceel worden aangemerkt.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
Het aantal kubieke meters water wordt gesteld op het aantal kubieke meters leidingwater engrondwater dat in de laatste aan het begin van het belastingjaar voorafgaande verbruiksperiode naarhet perceel is toegevoerd of opgepompt. Ingeval de verbruiksperiode niet gelijk is aan een periodevan twaalf maanden, wordt de hoeveelheid water door herleiding naar tijdsgelang bepaald. Bij dieherleiding wordt een gedeelte van een kalendermaand voor een volle maand gerekend.
Het recht als bedoeld in artikel 2, lid 1,bedraagt voor elke volle eenheid van 500 kubieke meters afvalwater:
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel voor het gebruikersdeel in de loop van hetbelastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten van het voor datjaar verschuldigde gebruikersdeel als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog vollekalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel voor het gebruikersdeel in de loop van hetbelastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het voordat jaar verschuldigde gebruikersdeel als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog vollekalendermaanden overblijven.
Artikel 10 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel voor het gebruikersdeel in de loop van hetbelastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten van het voor datjaar verschuldigde gebruikersdeel als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog vollekalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel voor het gebruikersdeel in de loop van hetbelastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het voordat jaar verschuldigde gebruikersdeel als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog vollekalendermaanden overblijven.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffingen invordering van de rioolrechten.