Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Borne

Subsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Borne

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBorne
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Borne
CiteertitelSubsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Borne
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 149
  2. Algemene wet bestuursrecht
  3. Monumentenverordening Borne 1989
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

12-04-2002Nieuwe regeling

28-03-2002

Bornse Courant, 11-04-2002

2002.1589/1

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Borne

 

De raad der gemeente Borne;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 maart 2002,

 

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet,

 

gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht, in het bijzonder die van titel 4.2 (‘Subsidies’),

 

gelet op de bepalingen van de Monumentenverordening Borne 1989,

besluit:

 

vast te stellen de Subsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Borne.

HOOFDSTUK 1: ALGEMEEN

Artikel 1: Begripsbepalingen:

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    college:

    het college van burgemeester en wethouders;

  • -

    monumenten:gemeentelijke monumenten die zijn opgenomen in de monumentenlijst zoals bedoeld in artikel 3 van de Monumentenverordening Borne 1989;

  • -

    monumentenwacht:

    de Stichting Monumentenwacht Overijssel en Flevoland;

  • -

    monumentencommissie:

    het door de raad ingestelde adviesorgaan inzake de monumentenzorg van de gemeente Borne;

  • -

    onderhoudswerkzaamheden:

    de periodiek noodzakelijke onderhoudswerkzaamheden aan onderdelen van het monument, diemonumentale waarde bezitten;

  • -

    restauratiewerkzaamheden:

    werkzaamheden aan een monument die het normale onderhoud te boven gaan en die voor het herstel en de instandhouding van de monumentale waarde noodzakelijk zijn;

  • -

    monumentale waarde:

    de monumentale waarde van een monument zoals omschreven staat in de beschrijving (omschrijving object en motivering) behorende bij het aanwijzingsbesluit van het betreffende monument;

  • -

    subsidiabele onderhoudskosten:

    de kosten van werkzaamheden, die regelmatig moeten worden verricht om die onderdelen van een monument die monumentale waarde bezitten in goede staat te houden en die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn. Bij zelfwerkzaamheid worden uitsluitend de materiaalkosten in ogenschouw genomen;

  • -

    subsidiabele restauratiekosten:

    de kosten die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn om de onderdelen van een monument die monumentale waarde bezitten te herstellen;

  • -

    -subsidieverlening:

    het besluit van het college dat aan de eigenaar van een monument een voorwaardelijke aanspraak verschaft op een subsidiebijdrage voor de in deze verordening genoemde subsidiabele werkzaamheden;

  • -

    subsidievaststelling:

    de definitieve vaststelling van het subsidiebedrag, welke door het college na gereedkoming, gereedmelding en akkoordbevinding van de werkzaamheden wordt vastgesteld en uitbetaald;

Artikel 2: Subsidie algemeen

  • 1.

    Het college kan op grond van deze verordening subsidie verlenen voor de kosten van onderhoud of restauratie van monumenten ten behoeve van het behoud van het karakteristieke aanzien van de gemeente.

  • 2.

    De subsidie, bedoeld in het eerste lid van dit artikel, kan uitsluitend worden verleend aan een natuurlijke of rechtspersoon.

  • 3.

    Het college verstrekt alleen subsidie op grond van deze verordening voor zover het budget “subsidies gemeentelijke monumenten” toereikend is. Dit budget maakt onderdeel uit van het totale budget voor gemeentelijk monumentenbeleid wat jaarlijks door de gemeenteraad wordt vastgesteld.

    Bekendmaking van het budget “subsidies gemeentelijke monumenten” geschiedt in de maand december voorafgaand aan het volgende subsidiejaar, door middel van een publicatie in de Bornse Courant/Zakengids.

  • 4.

    Aanvragen, als bedoeld in artikel 8 van deze verordening, worden behandeld op volgorde van binnenkomst.

Artikel 3: Bepaling subsidiabele kosten

De subsidiabele onderhoudskosten en de subsidiabele restauratiekosten worden bepaald aan de hand van een beoordeling op noodzakelijkheid, doelmatigheid en soberheid.

Artikel 4. Uitsluiting subsidie

  • 1.

    Subsidie wordt niet verleend indien de kosten voor onderhoud of restauratie:

    • a.

      op grond van een verzekeringsovereenkomst gedekt zijn;

    • b.

      op grond van enige andere regeling worden gedekt door een bijdrage van overheidswege.

  • 2.

    Subsidie wordt niet verleend indien de totale subsidiabele onderhouds- en/of restauratiekosten van de uit te voeren werkzaamheden minder dan € 225,00 bedragen.

     

HOOFDSTUK 2: SUBSIDIE T.B.V. ABONNEMENT EN INSPECTIE MONUMENTENWACHT
Artikel 5.
  • 1.

    Het college kan aan de eigenaar van een monument subsidie verlenen voor het afsluiten van een abonnement op Monumentenwacht. De subsidie bedraagt 100% van de abonnementskosten.

  • 2.

    Wanneer een abonnement op Monumentenwacht is afgesloten kan het college subsidie verlenen voor de kosten van de eerste inspectie welke door Monumentenwacht aan het monument wordt uitgevoerd. De subsidie bedraagt 100% van de kosten van deze eerste inspectie.

  • 3.

    Om in aanmerking te komen voor subsidie van de abonnementskosten alsmede voor subsidie van de kosten van een eerste inspectie door Monumentenwacht, dient een schriftelijk verzoek bij het college te worden ingediend. Hiervoor kan gebruik worden gemaakt van het door het college beschikbaar te stellen aanvraagformulier zoals bedoelt in artikel 8, eerste lid van deze verordening. Bij de aanvraag dienen betalingsbewijzen en, indien tevens subsidie wordt aangevraagd voor een vergoeding van de inspectiekosten, een kopie van het inspectierapport te worden overlegd.

HOOFDSTUK 3: SUBSIDIE T.B.V. ONDERHOUD
Artikel 6.
  • 1.

    Het college kan aan de eigenaar van een monument éénmaal per 4 jaar subsidie verlenen in de onderhoudskosten.

  • 2.

    De subsidie bedraagt 30% van de subsidiabele onderhoudskosten met een maximum van € 2.250,00.

  • 3.

    Met de uitvoering van de onderhoudswerkzaamheden mag niet eerder worden begonnen dan nadat de aanvrager een beschikking voor subsidieverlening, als bedoeld in artikel 9 van deze verordening, heeft ontvangen.

  • 4.

    In spoedeisende gevallen kan ontheffing van het bepaalde in het derde lid van dit artikel worden aangevraagd.

  • 5.

    Indien voor de uitvoering van de onderhoudswerkzaamheden een vergunning ingevolge de Monumentenverordening Borne 1989 is vereist, mag met de uitvoering niet worden begonnen dan nadat de vergunning is verleend.

  • 6.

    Onder onderhoudswerkzaamheden wordt in ieder geval verstaan:

    • a.

      aan het dak: reparatie van dakbedekking (pannen en dakleer);

    • b.

      aan schoorstenen: reparaties;

    • c.

      aan goten of hemelwaterafvoeren: reparaties;

    • d.

      aan muren: partieel voegen, pleisteren en vochtbestrijding;

    • e.

      schilderwerk: buitenschilderwerk inclusief het herstel van verrotte delen;

    • f.

      kleinschalige werkzaamheden en daarmee samenhangende werkzaamheden aan de buitenzijde om de onroerende zaak waterdicht te houden.

       

HOOFDSTUK 4: SUBSIDIE T.B.V. RESTAURATIE
Artikel 7.
  • 1.

    Het college kan aan de eigenaar van een monument éénmaal per 10 jaar subsidie verlenen in de restauratiekosten.

  • 2.

    De bijdrage bedraagt 20% van de subsidiabele restauratiekosten met een maximum van € 11.500,00.

  • 3.

    Met de uitvoering van de restauratiewerkzaamheden mag niet eerder worden begonnen dan nadat de aanvrager een beschikking voor subsidieverlening, als bedoeld in artikel 9 van deze verordening, heeft ontvangen.

  • 4.

    Indien voor de uitvoering van de restauratiewerkzaamheden een vergunning ingevolge de Monumentenverordening Borne 1989 is vereist, mag met de uitvoering niet worden begonnen dan nadat de vergunning is verleend.

HOOFDSTUK 5: BEHANDELING AANVRAAG
Artikel 8: De aanvraag
  • 1.

    Een aanvraag om een bijdrage in de kosten van onderhoud of restauratie dient te worden ingediend bij het college middels een door het college beschikbaar te stellen aanvraagformulier.

  • 2.

    Naast het aanvraagformulier dient de aanvraag de volgende stukken te bevatten:

    • a.

      een gespecificeerde begroting van de met het onderhoud of de restauratie gemoeide kosten, voorzien van een duidelijke werkomschrijving;

    • b.

      een recent inspectierapport, opgesteld door Monumentenwacht dan wel door een onafhankelijke deskundige of onafhankelijke deskundige instantie (niet zijnde de uitvoerder);

    • c.

      de naam en het adres van de voor de uitvoering verantwoordelijke persoon/bedrijf.

  • 3.

    Het college kan bepalen dat naast de in het eerste en tweede lid van dit artikel bedoelde bescheiden andere bescheiden worden overgelegd.

  • 4.

    Het college stelt degene die een aanvraag indient, welke niet aan de in het eerste, tweede en derde lid van dit artikel gestelde voorwaarden voldoet, in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van 4 weken aan te vullen.

  • 5.

    Het college verklaart een aanvraag die, na de overschrijding van de aanvullingstermijn als bedoeld in het vierde lid van dit artikel, niet aan de in het eerste, tweede en derde lid van dit artikel gestelde voorwaarden voldoet, niet ontvankelijk.

Artikel 9. Beslissing op aanvraag

  • 1.

    De subsidieverlening geschiedt binnen 13 weken nadat er een ontvankelijke aanvraag is ontvangen.

  • 2.

    Het college kan de subsidieverlening éénmaal voor ten hoogste 6 weken verdagen. Een afschrift van dit besluit verzenden zij aan de aanvrager.

  • 3.

    Het college hoort de monumentencommissie voordat de subsidieverlening plaatsvindt.

Artikel 10. Voorwaarden:

  • 1.

    Het college kan voorschriften opleggen met betrekking tot de uitvoering van het onderhoud of de restauratie.

  • 2.

    Subsidieverlening, als bedoeld in artikel 9 van deze verordening, vindt plaats onder de voorwaarde dat:

    • a.

      binnen 8 weken na de subsidietoekenning wordt gestart met de werkzaamheden waarvoor subsidie is aangevraagd;

    • b.

      de werkzaamheden zijn uitgevoerd binnen één jaar na de subsidietoekenning;

    • c.

      na een schriftelijk en gemotiveerd verzoek kan het bestuursorgaan uitstel verlenen van de in sub a. en b. van dit lid genoemde termijnen;

    • d.

      de monumentale waarden na de uitvoering van de werkzaamheden in stand blijven;

    • e.

      aan de door het college met de controle belaste personen:

      • -

        toegang wordt verleend tot het gebouwde onroerend goed;

      • -

        gelegenheid wordt gegeven tot het controleren van de werkzaamheden die betrekking hebben op de aanvraag.

         

         

         

  • 3.

    Degene aan wie een subsidie is verleend, dient een door het college aangewezen deskundige de gelegenheid te geven de wijze waarop de werkzaamheden worden uitgevoerd te controleren.

HOOFDSTUK 6: GEREEDMELDING EN UITBETALING

Artikel 11. De gereedmelding

  • 1.

    Nadat de werkzaamheden zijn voltooid dient de aanvrager de werkzaamheden schriftelijk gereed te melden bij het college op een door het college beschikbaar te stellen gereedmeldingsformulier.

  • 2.

    Naast een gereedmeldingsformulier dient er een gespecificeerde financiële verantwoording van de werkelijk gemaakte kosten, vergezeld van (afschriften van) rekeningen en originele betalingsbewijzen, te worden overgelegd.

Artikel 12. Subsidievaststelling en uitbetaling

  • 1.

    De subsidievaststelling geschiedt binnen 8 weken nadat het college het gereedmeldingsformulier en de bijbehorende gegevens, als bedoeld in artikel 11 van deze verordening, heeft ontvangen.

  • 2.

    Indien blijkt dat onjuiste gegevens zijn verstrekt bij het doen van de aanvraag, dan wel bij de kostenopgave na afloop van de werkzaamheden, of indien de gestelde voorwaarden in of krachtens deze verordening niet zijn nageleefd, kan het college besluiten niet tot subsidievaststelling over te gaan.

  • 3.

    Uitbetaling van de subsidie geschiedt, na de subsidievaststelling, uitsluitend door overmaking op een door de aanvrager op te geven giro- of bankrekeningnummer.

HOOFDSTUK 7: SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN

Artikel 13. Bijzondere gevallen

Het college kan in bijzondere gevallen:

  • a.

    ontheffing verlenen van de bepalingen van deze verordening;

  • b.

    bijzondere verplichtingen aan de subsidie-ontvanger opleggen.

Artikel 14. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de dag waarop deze verordening is bekendgemaakt.

Artikel 15. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Subsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Borne”.

 

Vastgesteld in de openbare vergadering van 28 maart 2002.